Page 65 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-12
6
DAUM4152
Motorolie en oliefilterpatroonVóór iedere rit moet het motorolieniveau
worden gecontro leerd. Verder moet de olie
worden ververst en de oliefilterpatroon
worden vervangen volgens de intervalperi-
oden vermeld in het periodieke onder-
houdsschema.
Om het motorolieniveau te controleren 1. Zet de machine op een vlakke onder- grond en houd deze rechtop. Wan-
neer de machine iets schuin staat, kan
het niveau al foutief worden afgelezen.
2. Start de motor, laat deze een paar mi-
nuten warmdraaien en zet hem dan af.
3. Wacht een paar minuten tot de olie tot rust is gekomen voor een correcte af-
lezing en controleer dan het olieniveau
via het kijkglas voor het motorolieni-
veau. 4. Als de motorolie beneden de merk-
streep voor minimumniveau staat, vul
dan voldoende olie van het aanbevo-
len type bij tot het maximumniveau.
OPMERKINGControleer de o-ring op beschadiging en
vervang deze indien nodig.
De motorolie verversen (en het filter ver-
vang en)
1. Zet de machine op een vlakke onder- grond.
2. Verwijder stroomlijnpaneel A. (Zie pa-
gina 6-10.)
3. Start de motor, laat deze een paar mi- nuten warmdraaien en zet hem dan af.
4. Zet een olieopvangbak onder de mo- tor om de gebruikte olie op te vangen.
5. Verwijder de olievuldop en de olieaf-
tapplug met de pakking om de olie uit
het carter te laten stromen.
1. Olievuldop
2. Kijkglas olieniveau
3. Merkstreep maximumniveau
4. Merkstreep minimumniveau3
4
2
1
1. Olievuldop
2. O-ring
21
UBEHDBD0.book Page 12 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 66 of 106
Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-13
6
OPMERKINGSla de stappen 6–8 over als de oliefilterpa-
troon niet wordt vervangen.6. Verwijder de olie filterpatroon met een
oliefiltersleutel.
OPMERKINGDe Yamaha dealer kan een oliefiltersleutel
leveren.7. Smeer een dun laagje schone motor- olie op de O-ring van de nieuwe oliefil-
terpatroon.OPMERKINGZorg dat de o-ring correct aanligt.8. Plaats de nieuwe o liefilterpatroon met
een oliefiltersleutel en zet hem dan
met een momentsleutel vast met het
voorgeschreven aanhaalmoment. 9. Monteer de olieaftapplug met een
nieuwe pakking en zet de plug vast
met het voorgeschreven aanhaalmo-
ment.
10. Vul met de aangegeven hoeveelheid van de aanbevolen motorolie.
1. Olieaftapplug
2. Pakking
1. Oliefilterpatroon
2. Oliefiltersleutel
12
1
2
1. O-ring
1. Momentsleutel
Aanhaalmoment:Oliefilterpatroon: 17 N·m (1.7 kgf·m, 13 lb·ft)
Aanhaalmoment: Olieaftapplug:
43 N·m (4.3 kgf·m, 32 lb·ft)
1
UBEHDBD0.book Page 13 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 67 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-14
6
OPMERKINGVeeg enige gemorste o lie af nadat de motor
en het uitlaatsysteem zijn afgekoeld.LET OP
DCA11621
Om het slippen van de koppelin g te
voorkomen ( de motorolie smeert
immers ook d e koppeling) mog en
g een chemische add itieven worden
toe gevoe gd. Ge bruik geen oliën
met een “CD” dieselspecificatie of
oliën met een ho gere kwaliteit dan
g especificeer d. Ge bruik ook geen
oliën met een “ENERGY CONSER-
VING II” of ho gere aan dui din g.
Zorg d at er geen verontreini gin gen
in het carter terecht komen.11. Controleer de o-ring op beschadiging en vervang deze indien nodig. 12. Breng de olievuldop aan en draai deze
vast.
13. Breng het stroomlijnpaneel aan A.
14. Start de motor, laat deze een paar mi- nuten stationair draaien en controleer
daarbij op olielekkage. Als er sprake is
van olielekkage, zet de motor dan di-
rect af en zoek de oorzaak.
OPMERKINGNadat de motor is gestart moet het waar-
schuwingslampje oliedruk uitgaan.
LET OP
DCA20860
Zet de motor direct af als het waarschu-
win gslampje olie druk knippert of blijft
b ran den en laat het voertui g controleren
d oor een Yamaha- dealer, zelfs als het
olieniveau in or de is.15. Zet de motor af en wacht een paar mi-
nuten om de olie tot rust te laten ko-
men voor een correcte aflezing.
Controleer dan het olieniveau en corri-
geer indien nodig.
Aanb
evolen motorolie:
Zie pagina 8-1.
Oliehoeveelhei d:
Zonder vervanging van oliefilterpa-
troon: 2.30 L (2.43 US qt, 2.02 Imp.qt)
Met vervanging van oliefilterpa-
troon: 2.60 L (2.75 US qt, 2.29 Imp.qt)
1. Olievuldop
2. O-ring
21
UBEHDBD0.book Page 14 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 68 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-15
6
DAU85450
Waarom Yamalu beYAMALUBE olie is een origineel YAMAHA
onderdeel dat is ontwikkeld vanuit de over-
tuiging dat motorolie een belangrijke vloei-
bare component van de motor is. Wij
stellen teams samen van specialisten op
technisch, chemisch, elektronisch en race-
testgebied die samen de motor en de daar-
in te gebruiken olie ontwikkelen. Yamalube
oliën bestaan uit hoogwaardige basisoliën
die zijn aangevuld met specifieke additie-
ven die verzekeren dat het eindproduct aan
onze prestatienormen voldoet. Hierdoor
hebben de minerale, semisynthetische en
synthetische oliën van Yamalube hun eigen
karakter en toepassi ngsgebied. Dankzij de
enorme ervaring die Yamaha sinds de jaren
zestig met de ontwikkeling van oliën heeft
opgedaan, is Yamalube de beste keus voor
uw Yamaha motor.
DAUS1203
KoelvloeistofHet koelvloeistofniv eau moet regelmatig
worden gecontroleerd. Verder moet de
koelvloeistof worden ververst volgens de
intervalperioden vermeld in het periodieke
onderhoudsschema.OPMERKINGAls er geen originele Yamaha koelvloeistof
beschikbaar is, gebruik dan een ethyleen-
glycol antivries met corrosieremmers voor
aluminium motoren en meng deze met ge-
destilleerd water in een verhouding van 1:1.
DAU20097
Controleren van het koelvloeistofniveau
Aangezien het koelvloeistofniveau varieert
met de motortemperatuur, moet het wor-
den gecontroleerd me t een koude motor.
1. Zet de machine op een vlakke onder-
grond. 2. Houd de machine rechtop en contro-
leer het koelvloeistofniveau in het re-
servoir.
3. Als het koelvloeistofniveau zich op of onder de merkstreep voor minimum-
niveau bevindt, open dan de reser-
voirdop. WAARSCHUWING!
Verwijd er alleen de dop van het
koelvloeistofreservoir. Pro beer
nooit om de ra diatorvul dop te ver-
wij deren als de motor warm is.
[DWA15162]
Aanb evolen koelvloeistof:
YAMALUBE-koelvloeistof
Hoeveelhei d koelvloeistof:
Koelvloeistofreservoir (merkstreep
voor maximumniveau): 0.25 L (0.26 US qt, 0.22 Imp.qt)
Radiator (inclusief alle leidingen): 1.60 L (1.69 US qt, 1.41 Imp.qt)
1. Koelvloeistofreservoir
2. Merkstreep maximumniveau
3. Merkstreep minimumniveau
L F
231
UBEHDBD0.book Page 15 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 69 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-16
6
4. Vul koelvloeistof bij tot de merkstreep
voor maximumniveau. LET OP: Als er
g een koelvloeistof aanwezi g is, g e-
b ruik dan in plaats daarvan ged istil-
leer d water of onthar d lei din gwater.
Ge bruik geen har d water of zout
water, dit is scha delijk voor de mo-
tor. Als er in plaats van koelvloeistof
water is geb ruikt, vervan g d it dan
zo snel mo gelijk door koelvloeistof,
an ders is het systeem niet be-
scherm d te gen vorst en corrosie.
Als er water aan de koelvloeistof is
toe gevoe gd, laat dan een Yamaha
d ealer zo snel mo gelijk het anti-
vries gehalte van de koelvloeistof
controleren om te voorkomen dat
d e effectiviteit van d e koelvloeistof
afneemt.
[DCA10473]
5. Breng de dop van het koelvloeistofre- servoir aan.
DAU33032
De koelvloeistof verversen
De koelvloeistof moet volgens de interval-
perioden vermeld in het periodieke smeer-
en onderhoudsschema ververst worden.
Laat de koelvloeisto f verversen door een
Yamaha dealer. WAARSCHUWING! Pro-
b eer nooit om de rad iatorvul dop te ver-
wij deren als de motor warm is.
[DWA10382] DAUM4270
Luchtfilterelement vervang
en en
aftapslang reinigenHet luchtfilterelement moet worden vervan-
gen volgens de intervalperioden vermeld in
het periodieke onderhoudsschema. Ver-
vang het luchtfilterelement vaker als u veel
in de regen of in stoffige gebieden rijdt. Ver-
der moet de aftapslang van het luchtfilter
regelmatig worden ge controleerd en indien
nodig worden gereinigd.
Om het luchtfilterelement te vervan gen
1. Verwijder het zadel. (Zie pagina 3-20.)
2. Verwijder het luchtfilterdeksel door de schroeven los te halen, verwijder de
schroef waarmee het luchtfilterele-
ment vastzit en trek dan het luchtfilte-
relement eruit.
1. Dop koelvloeistofreservoir
1
1. Luchtfilterdeksel
2. Schroef
1
2
UBEHDBD0.book Page 16 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 70 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-17
6
3. Controleer het luchtfilter op beschadi-
ging of vuil en vervang het indien no-
dig.LET OP
DCA21220
Het luchtfilterelement moet wor den
vervan gen vol gens de intervalperio-
d en vermel d in het perio dieke on-
d erhou dsschema.
Het luchtfilterelement moet vaker
wor den vervan gen als u vaak in de
re gen of stoffi ge geb ie den rij dt.
Het luchtfilter kan niet wor den ge-
reini gd door het schoon te blazen
met perslucht. Het moet wor den
vervan gen.
4. Plaats het luchtfilterelement in het
luchtfilterhuis en zet het vast met de
schroef. LET OP: Zorg ervoor d at het
filterelement goe d aanli gt in het
luchtfilterhuis. Laat de motor nooit
d raaien met het luchtfilterelement
uit genomen, hier door kunnen de
zui ger(s) en/of cilin der(s) overmati g
versleten raken.
[DCA10482]
5. Monteer het luchtfilterdeksel door de schroeven aan te brengen.
6. Breng het zadel aan.
Reini gen van de luchtfilteraftapslan g
1. Verwijder de luchtfilteraftapslang on-
der het luchtfilterdeksel. 2. Verwijder de slang, reinig deze en
breng hem dan weer in de oorspron-
kelijke positie aan.
1. Schroef
2. Luchtfilterelement
1
2
1. Luchtfilterelement
1
1. Aftapslang luchtfilter
1
UBEHDBD0.book Page 17 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 71 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-18
6
DAU21386
De vrije slag van de gas greep
controlerenMeet de vrije slag va n de gasgreep zoals
getoond.
Controleer de vrije slag van de gasgreep re-
gelmatig en laat de vr ije slag indien nodig
afstellen door een Yamaha dealer.
DAU21403
Klepspelin gDe kleppen zijn een belangrijke motorcom-
ponent, en aangezien de klepspeling bij ge-
bruik verandert moeten ze worden
gecontroleerd en afge steld volgens de in-
tervalperioden vermeld in het periodieke
onderhoudsschema. Niet-afgestelde klep-
pen kunnen resulteren in een onjuist lucht-
brandstofmengsel, motorgeluid en uitein-
delijk motorschade. Laat om dit te voorko-
men de klepspeling regelmatig controleren
en afstellen door uw Yamaha dealer.OPMERKINGDit onderhoud moet worden uitgevoerd bij
een koude motor.
DAUM4220
Ban denBanden zijn het enige contact tussen de
machine en het wegdek. Veiligheid onder
alle rijomstandigheden hangt af van een re-
latief klein contactoppervlak met het weg-
dek. Het is daarom essentieel om de
banden te allen tijde in een goede conditie
te houden en deze op tijd te vervangen
door de voorgeschreven banden.
Ban denspannin g
De bandenspanning moet voor elke rit wor-
den gecontroleerd en indien nodig worden
bijgesteld.
WAARSCHUWING
DWA10504
Rij den met d eze machine met een on-
juiste ban denspannin g kan lei den tot
verlies van de controle met mo gelijk ern-
sti g letsel of overlijd en tot gevol g.
De ban dspanning moet wor den ge-
controleer d en af gestel d terwijl de
b an den kou d zijn (wanneer de tem-
peratuur van de ban den gelijk is aan
d e om gevin gstemperatuur).
De ban dspannin g moet wor den
aan gepast aan de rijsnelhei d en het
totale gewicht van rij der, passa gier,
b ag ag e en accessoires dat voor dit
mo del is vastg este
ld .
1. Vrije slag van gasgreepVrije sla g van gas greep:
3.0–5.0 mm (0.12–0.20 in)
1
UBEHDBD0.book Page 18 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 72 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-19
6
WAARSCHUWING
DWA10512
Belaad uw machine nooit te zwaar. Rij-
d en met een te zwaar belaste machine
kan lei den tot een ong eval.
Inspectie van ban den
Voor elke rit moeten de banden worden ge-
controleerd. Als de bandprofieldiepte op
het midden van de band de vermelde limiet
heeft bereikt, de band spijkers of stukjes
glas bevat of wanneer de wang van de
band scheurtjes vertoont, moet de band
onmiddellijk door een Yamaha dealer wor-
den vervangen.
OPMERKINGDe slijtagelimiet voor bandprofieldiepte is
voor diverse landen verschillend. Neem al-
tijd de lokale voorschriften in acht.
WAARSCHUWING
DWA17960
Rijden met een versleten ban d is
g evaarlijk. Laat als de ban dprofiel-
d iepte de gespecificeer de limiet
heeft bereikt onmi ddellijk de ban d
vervan gen door uw Yamaha dealer.
De vervan gin g van on der delen van
wielen en remmen, inclusief ban-
d en, dient te wor den over gelaten
aan een Yamaha d ealer, die over d e
no dig e vakkennis en ervarin g b e-
schikt.
Het is sterk af te ra den een lekke
b innen ban d te plakken. Als het niet
an ders kan, moet de ban d zeer
zor gvul dig wor den
g eplakt en dan
zo snel mo gelijk wor den vervan gen
d oor een nieuwe ban d van g oede
kwaliteit.
Rijd niet te snel direct na het ver-
wisselen van een ban d. Het ban d-
oppervlak dient eerst te zijn
in gere den voor dat het zijn optimale
ei genschappen verkrij gt.
Ban denspannin g b ij kou de ban den:
1 persoon:
Voor:220 kPa (2.20 kgf/cm2, 32 psi)
Achter:
250 kPa (2.50 kgf/cm2, 36 psi)
2 personen: Voor:
220 kPa (2.20 kgf/cm2, 32 psi)
Achter: 250 kPa (2.50 kgf/cm2, 36 psi)
Te r r e i n r i j den:
Voor: 200 kPa (2.00 kgf/cm2, 29 psi)
Achter: 200 kPa (2.00 kgf/cm2, 29 psi)
Maximale belastin g:
Vo e r t u i g : 190 kg (419 lb)
De maximale belasting van het
voertuig is het gecombineerde ge-
wicht van de best uurder, de passa-
gier, de bagage en eventuele
accessoires.
1. Wang van band
2. BandprofieldiepteMinimale ban dprofield iepte (voor en
achter):
1.6 mm (0.06 in)
12
UBEHDBD0.book Page 19 Friday, October 15, 2021 4:47 PM