92
Handleiding YARIS CROSS_Europa_M52K60_nl
2-1. Instrumentenpaneel
*1: Deze lampjes gaan branden als het con-tact AAN wordt gezet om aan te geven
dat er een systeemcontrole wordt uitge-
voerd. Ze doven nadat het hybridesys-
teem is gestart of nadat er enkele secon-
den verstreken zijn. Er kan een storing in
een systeem aanwezig zijn als een
lampje niet gaat branden of niet uitgaat.
Laat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
*2: Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay.
*3: Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay (alleen 7 inch display).
De controlelampjes informeren de
bestuurder over de bedrijfsstatus van
de verschillende syst emen van de auto.
(Knippert)Controlelampje RCTA OFF
*1, 3
(indien aanwezig) ( Blz. 444)
Controlelampje PKSB OFF
*1, 3
(indien aanwezig) ( Blz. 445)
(Knippert of brandt) Waarschuwingslampje PCS
*1
(indien aanwezig) ( Blz. 445)
Controlelampje Traction
Control
*1 ( Blz. 446)
(Knippert) Waarschuwingslampje
parkeerrem (
Blz. 446)
(Knippert) Controlelampje Brake
Hold-systeem in werking
*1
( Blz. 446)
WAARSCHUWING
■Als een waarschuwingslampje van
een veiligheidssysteem niet gaat
branden
Als een lampje van een veiligheidssysteem
zoals het ABS of het waarschuwingslampje
SRS niet gaat branden als u het hybride-
systeem start, kan dat betekenen dat deze
systemen niet beschikbaar zijn om u te
beschermen in geval van een ongeval,
waardoor ernstig letsel zou kunnen ont-
staan. Laat, als dit gebeurt, de auto onmid-
dellijk nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Controlelampjes
Controlelampje richtingaanwij-
zers ( Blz. 200)
Controlelampje achterlicht
*1
( Blz. 206)
Controlelampje grootlicht
( Blz. 208)
Controlelampje AHS
*1
(indien aanwezig) ( Blz. 212)
Controlelampje AHB
*1
(indien aanwezig) ( Blz. 215)
Controlelampje mistlampen
voor
*1 (indien aanwezig)
( Blz. 218)
Controlelampje mistachterlicht
*1
( Blz. 218)
Waarschuwingslampje PCS
*2, 3
(indien aanwezig) ( Blz. 235)
Controlelampje cruise control
*4
(indien aanwezig) ( Blz. 252)
Controlelampje Dynamic Radar
Cruise Control
*4 (indien
aanwezig) ( Blz. 252)
YARIS_CROSS_HV_OM_Europe_OM52K60E.book Page 92 Tuesday, June 1, 2021 1:48 PM
208
Handleiding YARIS CROSS_Europa_M52K60_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
1Druk bij ingeschakelde koplampen
de hendel van u af om het grootlicht
in te schakelen.
Door de hendel weer in de middenstand te
zetten, wordt het grootlicht weer uitgescha-
keld.
2 Trek de hendel naar u toe en laat
deze meteen weer los om één keer
met het grootlicht te knipperen.
U kunt lichtsignalen geven met de koplam-
pen in- of uitgeschakeld.
Dankzij dit systeem kunnen de koplam-
pen gedurende 30 seconden worden
ingeschakeld wanneer het contact UIT
staat.
Trek, nadat u het contact UIT hebt
gezet, de hendel naar u toe en laat
deze los terwijl de lichtschakelaar in
stand of staat.
De lichten doven onder de volgende
omstandigheden:
Het contact wordt AAN gezet.
De lichtschakelaa r wordt ingescha-
keld.
U trekt de lichtschakelaar naar u toe
en laat hem los.
Inschakelen van het grootlichtExtended Headlight Lighting-
functie (indien aanwezig)
YARIS_CROSS_HV_OM_Europe_OM52K60E.book Page 208 Tuesday, June 1, 2021 1:48 PM
211
4
Handleiding YARIS CROSS_Europa_M52K60_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
■Voertuiginformatie
Voertuiginformatie, zoals uitvoering, enz.,
kan worden gecontroleerd m.b.v. het label.
Neem bij onduidelijkheden contact op met uw
Toyota-dealer.
*: Indien aanwezig
Past de helderheid en het verlichte
gebied van het grootlicht aan op
basis van de rijsnelheid.
Past de intensiteit van het grootlicht
tijdens het rijden in bochten aan,
zodat het gebied in de richting
waarin de auto draait helderder
wordt verlicht dan andere gebieden.
Regelt het variabel afgeschermde
grootlicht zo, dat het gebied rond
tegenliggers en voorliggers gedeel-
telijk niet wordt verlicht terwijl andere
gebieden wel verlicht worden door
het grootlicht.
AHS (Adaptive High Beam-
systeem)*
Het Adaptive High Beam-systeem
gebruikt een camera aan de
bovenzijde van de voorruit om de
helderheid van de verlichting van
tegenliggers en voorliggers,
straatverlichting, enz. te beoorde-
len en, indien nodig, automatisch
de verspreiding van het licht van
de koplampen te regelen.
WAARSCHUWING
■Beperkingen van het Adaptive High
Beam-systeem
Vertrouw niet blindelings op het Adaptive
High Beam-systeem. Rijd altijd voorzichtig
en houd hierbij de omgeving in de gaten
en schakel indien nodig handmatig het
grootlicht in of uit.
■Voorkomen van onjuiste werking van
het Adaptive High Beam-systeem
Voorkom overbelading van uw auto.
Systeemfuncties
YARIS_CROSS_HV_OM_Europe_OM52K60E.book Page 211 Tuesday, June 1, 2021 1:48 PM
212
Handleiding YARIS CROSS_Europa_M52K60_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Het variabel afgeschermde grootlicht helpt
het zicht naar voren te verbeteren terwijl
tegenliggers en voorliggers minder worden
verblind.
Verlicht gedeelte door grootlicht
Verlicht gedeelte door dimlicht
Past het stralingsbereik van de dim-
lichten aan in overeenstemming met
de afstand tot een voorligger.
1 Druk op de schakelaar van het
Adaptive High Beam-systeem.
2 Zet de lichtschakelaar in de stand
of .
Wanneer de lichtschakelaar in de stand dim-
licht staat, wordt het AHS-systeem inge-
schakeld en gaat het controlelampje AHS
branden.
■Werkingsvoorwaarden voor het Adap-
tive High Beam-systeem
●Als aan alle onderstaande voorwaarden
wordt voldaan, wordt het grootlicht auto-
matisch ingeschakeld en werkt het sys-
teem:
• De rijsnelheid is ongeveer 15 km/h of hoger.
• Het gebied voor de auto is niet verlicht.
●Als aan alle onderstaande voorwaarden
wordt voldaan, wordt het variabel afge-
schermde grootlicht ingeschakeld en wordt
het stralingsbereik van het dimlicht auto-
matisch aangepast, afhankelijk van de
locatie van tegenliggers en voorliggers:
• De rijsnelheid is ongeveer 15 km/h of hoger.
• Het gebied voor de auto is niet verlicht.
• Er zijn tegenliggers of voorliggers met ingeschakelde koplampen of achterlichten.
●Als aan een van onderstaande voorwaar-
den wordt voldaan, wordt automatisch
geschakeld van grootlicht of variabel afge-
schermd grootlicht naar dimlicht:
• De rijsnelheid is lager dan ongeveer 15 km/h.
• Het gebied voor de auto is verlicht.
• Er zijn veel tegenliggers en/of voorliggers.
• De positie van tegenliggers of voorliggers verandert snel en het grootlicht kan de
bestuurders van de andere voertuigen ver-
blinden.
■Detectie-informatie camera voor
●In de volgende situaties wordt mogelijk niet
automatisch geschakeld van grootlicht
naar variabel afgeschermd grootlicht:
• Als plotseling een tegenligger uit een bocht opdoemt
Het Adaptive High Beam-
systeem activeren
YARIS_CROSS_HV_OM_Europe_OM52K60E.book Page 212 Tuesday, June 1, 2021 1:48 PM
213
4
Handleiding YARIS CROSS_Europa_M52K60_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
• Als plotseling een andere auto voor de eigen auto invoegt
• Als tegenliggers of voorliggers aan het zicht zijn onttrokken als gevolg van een
reeks bochten, wegafscheidingen of
bomen langs de weg
• Wanneer tegenliggers opdoemen uit de rechter tegemoetkomende rijstrook op een
brede weg
• Wanneer er tegenliggers of voorliggers met uitgeschakelde verlichting zijn
●Er wordt mogelijk niet geschakeld van
grootlicht naar variabel afgeschermd groot-
licht als een tegenligger wordt gesigna-
leerd die zijn mistlampen aan heeft terwijl
de koplampen uit zijn.
●Door de aanwezigheid van huisverlichting,
straatverlichting, verkeerslichten of ver-
lichte billboards en andere reflecterende
objecten wordt mogelijk geschakeld van
grootlicht naar variabel afgeschermd groot-
licht, wordt mogelijk niet geschakeld van
grootlicht naar variabel afgeschermd groot-
licht of wordt het niet verlichte gebied
mogelijk gewijzigd.
●De volgende factoren kunnen van invloed
zijn op de reactietijd voor het in- of uitscha-
kelen van het grootlicht of op de snelheid
waarmee de niet verlichte gebieden veran-
deren:
• De helderheid van koplampen, mistlampen en achterlichten van tegenliggers en voor-
liggers
• De beweging en richting van tegenliggers en voorliggers
• Als de verlichting van een tegenligger of voorligger slechts aan één kant werkt
• Als een tegenligger of voorligger een voer- tuig op twee wielen betreft
• De toestand van de weg (stijgingspercen- tage, bochten, toestand van het wegdek,
enz.)
• Het aantal inzittenden en de hoeveelheid bagage
●De regeling van de lichtverspreiding van
de koplampen kan onverwacht verande-
ren.
●Fietsen of vergelijkbare objecten worden
mogelijk niet gesignaleerd.
●In de volgende situaties kan het systeem
de helderheid van het omgevingslicht
mogelijk niet juist signaleren. Hierdoor blij-
ven de dimlichten mogelijk branden of gaat
het grootlicht knipperen of worden voet-
gangers, tegenliggers of voorliggers ver-
blind. Als dat het geval is, moet handmatig geschakeld worden tussen grootlicht en
dimlicht.
• Bij rijden in slecht weer (zware regenval, mist, sneeuw, zandstormen, enz.)
• Als het zicht door de voorruit wordt belem- merd door damp, wasem, ijs, vuil, enz.
• Als de voorruit gebarsten of beschadigd is
• Als de camera voor vervormd of vuil is
• Als de temperatuur van de camera voor extreem hoog is
• Als de helderheid van het omgevingslicht overeenkomt met die van koplampen, ach-
terlichten of mistlampen
• Als de koplampen of achterlichten van tegenliggers of voorliggers zijn uitgescha-
keld, vuil zijn, een andere kleur hebben of
niet correct zijn afgesteld
• Als de auto wordt geraakt door water, sneeuw, stof, enz. van een voorligger
• In gebieden waar lichte en donkere stuk- ken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaaldelijk over stij- gende en dalende wegen wordt gereden,
of over wegen met een slecht of oneffen
wegdek (zoals klinkerwegen, grindwegen,
enz.)
• Als geregeld en herhaaldelijk over boch- tige wegen wordt gereden.
• Als er zich een sterk spiegelend voorwerp, zoals een verkeersbord of spiegel, voor de
auto bevindt
• Als de achterzijde van een voorligger sterk spiegelend is, zoals een container op een
truck
• Als de koplampen van de auto beschadigd of vuil zijn, of niet correct zijn afgesteld
• Als de auto naar één kant overhelt door bij- voorbeeld een lekke band, of aan de ach-
terzijde wat lager ligt doordat een aan-
hangwagen is aangekoppeld, enz.
• Als herhaaldelijk op een abnormale manier wordt geschakeld tussen grootlicht en dim-
licht
• Als de bestuurder meent dat het grootlicht mogelijk knippert of voetgangers of andere
bestuurders verblindt
• Als de auto wordt gebruikt in een gebied waar men aan de andere kant van de weg
rijdt. Bijvoorbeeld, een auto bestemd voor
rechtsrijdend verkeer in een gebied voor
linksrijdend verkeer of vice versa■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde functies kunnen worden aangepast
aan de persoonlijke voorkeur. ( Blz. 498)
YARIS_CROSS_HV_OM_Europe_OM52K60E.book Page 213 Tuesday, June 1, 2021 1:48 PM
214
Handleiding YARIS CROSS_Europa_M52K60_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
■Grootlicht inschakelen
Duw de hendel van u af.
Het controlelampje van het AHS dooft en het
controlelampje van het grootlicht gaat bran-
den.
Trek de hendel in de oorspronkelijke stand
om het Adaptive High Beam-systeem te acti-
veren.
■Dimlicht inschakelen
Druk op de schakelaar van het Adap-
tive High Beam-systeem.
Het controlelampje van het AHS dooft.
Druk op de schakelaar om het Adaptive High
Beam-systeem weer in te schakelen.
■Tijdelijk inschakelen van het dim-
licht
Trek de hendel naar u toe en laat hem
vervolgens terugkeren in de oorspron-
kelijke stand.
Het grootlicht blijft i ngeschakeld terwijl de
hendel naar u toe is getrokken. Nadat de
hendel echter weer in de oorspronkelijke
stand is teruggekeerd, bl ijft het dimlicht
gedurende enige tijd branden. Vervolgens
wordt het Adaptive High Beam-systeem
weer geactiveerd.
■Tijdelijk inschakelen van het dimlicht
Het verdient aanbeveling om het dimlicht in
te schakelen wanneer het grootlicht andere
bestuurders of voetgangers in de buurt hin-
dert.
Handmatig in- en uitschakelen
van het grootlicht
YARIS_CROSS_HV_OM_Europe_OM52K60E.book Page 214 Tuesday, June 1, 2021 1:48 PM
215
4
Handleiding YARIS CROSS_Europa_M52K60_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
*: Indien aanwezig
1Druk de Automatic High Beam-
schakelaar in.
2 Zet de lichtschakelaar in de stand
of .
Het controlelampje van het Automatic High
Beam-systeem gaat branden als het sys-
teem werkt.
■Voorwaarden voor het automatisch in-
en uitschakelen van het grootlicht
●Als aan alle onderstaande voorwaarden
wordt voldaan, wordt het grootlicht auto-
matisch ingeschakeld (na ongeveer 1
seconde):
• De rijsnelheid is ongeveer 30 km/h of hoger.
• Het gebied voor de auto is niet verlicht.
• Er zijn geen tegenliggers of voorliggers met ingeschakelde koplampen of achter-
lichten.
• Er bevinden zich weinig straatlantaarns op de weg voor u.
●Als aan een van onderstaande voorwaar-
den wordt voldaan, wordt het grootlicht
automatisch uitgeschakeld:
• De rijsnelheid is lager dan ongeveer 25 km/h.
• Het gebied voor de auto is verlicht.
• Tegenliggers of voorliggers hebben de koplampen of achterlichten ingeschakeld.
• Er bevinden zich veel straatlantaarns op de weg voor u.
■Detectie-informatie camera voor
●In de volgende situaties wordt het groot-
licht mogelijk niet automatisch uitgescha-
keld:
• Als plotseling een tegenligger uit een bocht opdoemt
• Als plotseling een andere auto voor de eigen auto invoegt
• Als tegenliggers of voorliggers niet kunnen worden gesignaleerd als gevolg van een
reeks bochten, wegafscheidingen of
bomen langs de weg
• Wanneer tegenliggers opdoemen in de rechter tegemoetkomende rijstrook op een
brede weg
AHB (Automatic High
Beam)*
Het Automatic Hi gh Beam-sys-
teem gebruikt een camera aan de
bovenzijde van de voorruit om de
helderheid van de verlichting van
tegenliggers en voorliggers,
straatverlichting, enz. te beoorde-
len en schakelt, indien nodig, het
grootlicht automatisch in en uit.
WAARSCHUWING
■Beperkingen van het Automatic High
Beam-systeem
Vertrouw niet blindelings op het Automatic
High Beam-systeem. Rijd altijd voorzichtig
en houd hierbij de omgeving in de gaten
en schakel indien nodig handmatig het
grootlicht in of uit.
■Voorkomen van onjuiste werking van
het Automatic High Beam-systeem
Voorkom overbelading van uw auto.
Inschakelen van het Automatic
High Beam-systeem
YARIS_CROSS_HV_OM_Europe_OM52K60E.book Page 215 Tuesday, June 1, 2021 1:48 PM
216
Handleiding YARIS CROSS_Europa_M52K60_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
• Wanneer de verlichting van tegenliggers of voorliggers niet is ingeschakeld
●Het grootlicht wordt mogelijk uitgeschakeld
als een tegenligger wordt gesignaleerd die
zijn mistlampen aan heeft terwijl de kop-
lampen uit zijn.
●Door de aanwezigheid van huisverlichting,
straatverlichting, verkeerslichten of ver-
lichte billboards en andere reflecterende
objecten wordt mogelijk geschakeld van
grootlicht naar dimlicht of blijft het dimlicht
mogelijk ingeschakeld.
●De volgende factoren kunnen van invloed
zijn op de reactietijd voor het in- of uitscha-
kelen van het grootlicht:
• De helderheid van koplampen, mistlampen en achterlichten van tegenliggers en voor-
liggers
• De beweging en richting van tegenliggers en voorliggers
• Als de verlichting van een tegenligger of voorligger slechts aan één kant werkt
• Als een tegenligger of voorligger een voer- tuig op twee wielen betreft
• De toestand van de weg (stijgingspercen- tage, bochten, toestand van het wegdek,
enz.)
• Het aantal inzittenden en de hoeveelheid bagage in de auto
●Het grootlicht wordt mogelijk onverwacht
in- of uitgeschakeld.
●Fietsen of vergelijkbare voertuigen worden
mogelijk niet gesignaleerd.
●In de volgende situaties kan het systeem
de helderheid van het omgevingslicht
mogelijk niet juist signaleren. Hierdoor blij-
ven de dimlichten mogelijk branden of gaat
het grootlicht knipperen of worden voet-
gangers, tegenliggers of voorliggers ver-
blind. Als dat het geval is, moet handmatig
geschakeld worden tussen grootlicht en
dimlicht.
• Bij rijden in slecht weer (zware regenval, mist, sneeuw, zandstormen, enz.)
• Als het zicht door de voorruit wordt belem- merd door damp, wasem, ijs, vuil, enz.
• Als de voorruit gebarsten of beschadigd is
• Als de camera voor vervormd of vuil is
• Als de temperatuur van de camera voor extreem hoog is
• Als de helderheid van het omgevingslicht overeenkomt met die van koplampen, ach-
terlichten of mistlampen • Als de koplampen of achterlichten van
tegenliggers of voorliggers zijn uitgescha-
keld, vuil zijn, een andere kleur hebben of
niet correct zijn afgesteld
• Als de auto wordt geraakt door water, sneeuw, stof, enz. van een voorligger
• In gebieden waar lichte en donkere stuk- ken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaaldelijk over stij- gende en dalende wegen wordt gereden,
of over wegen met een slecht of oneffen
wegdek (zoals klinkerwegen, grindwegen,
enz.)
• Als geregeld en herhaaldelijk over boch- tige wegen wordt gereden.
• Als er zich een sterk spiegelend voorwerp, zoals een verkeersbord of spiegel, voor de
auto bevindt
• Als de achterzijde van een voorligger sterk spiegelend is, zoals een container op een
truck
• Als de koplampen van de auto beschadigd of vuil zijn, of niet correct zijn afgesteld
• Als de auto naar één kant overhelt door bij- voorbeeld een lekke band, of aan de ach-
terzijde wat lager ligt doordat een aan-
hangwagen is aangekoppeld, enz.
• Als herhaaldelijk op een abnormale manier wordt geschakeld tussen grootlicht en dim-
licht
• Als de bestuurder meent dat het grootlicht mogelijk knippert of voetgangers of andere
bestuurders verblindt
YARIS_CROSS_HV_OM_Europe_OM52K60E.book Page 216 Tuesday, June 1, 2021 1:48 PM