Page 457 of 574
456
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
4Sluit de positieve startkabelklem aan op van uw auto en sluit de klem aan de
andere zijde van de positieve startk abel aan op van de tweede auto. Sluit
vervolgens de negatieve kabelklem aan op van de tweede auto en sluit de
klem aan de andere zijde van de negatieve startkabel aan op .
Controleer eerst de omgeving alvorens verb inding te maken met een ongelakt metalen punt
. Maak ook geen verbindingen waar onderdelen in de buurt voor hinder kunnen zorgen.
Auto's met linkse besturing
Auto's met rechtse besturing
Speciale hulpstartaansluiting (uw auto)
Pluspool (+) accu (tweede auto)
Minpool (-) accu (tweede auto)
Stevig, niet-bewegend, niet-gelakt metale n punt, ver weg van de hulpstartaan-
sluiting en bewegende delen, zoals aangegeven in de afbeelding
A
B
C
D
D
A
B
C
D
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 456 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 458 of 574

457
8
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
5Start de motor van de tweede auto.
Verhoog het motortoerental iets en
laat de motor gedurende ongeveer
5 minuten met het verhoogde toe-
rental draaien om de 12V-accu van
uw auto op te laden.
6 Open en sluit een van de portieren
terwijl het contact UIT staat.
7 Laat de motor van de tweede auto
met een iets verhoogd toerental
draaien en start het brandstofcel-
systeem van uw auto door het con-
tact AAN te zetten.
8 Controleer of het controlelampje
READY gaat branden. Neem als het
controlelampje niet gaat branden
contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
9 Wanneer het brandstofcelsysteem
is gestart, verwijder dan de hulp-
startkabels in exact de omgekeerde
volgorde van aansluiten.
10 Sluit het deksel van de speciale
hulpstartaansluiting en van de zeke-
ringenkast.
Laat, nadat het brandstofcelsysteem is
gestart, de auto zo snel mogelijk nakij-
ken door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
■Starten van het brandstofcelsysteem
wanneer de 12V-accu ontladen is
Het brandstofcelsysteem kan niet worden
gestart door de auto aan te duwen.
■Voorkomen van ontlading van de 12V-
accu
●Zet de koplampen en het audiosysteem uit
als het brandstofcelsys teem is uitgescha-
keld.
●Schakel niet-noodzakelij ke elektrische ver-
bruikers uit als er gedurende langere tijd
met lage snelheden gereden wordt, bij-
voorbeeld in een file.
■Als de 12V-accu verwijderd of ontladen
is
●De in de ECU opgeslagen informatie wordt
gewist. Laat wanneer de 12V-accu volledig
is ontladen de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
●Sommige systemen moeten mogelijk wor-
den geïnitialiseerd. ( →Blz. 488)
●Als de 12V-accu ontladen raakt, is het wel-
licht niet mogelijk om de selectiehendel in
een andere stand te zetten.
In dat geval kan de auto alleen worden
gesleept met beide achterwielen van de
grond, aangezien de achterwielen geblok-
keerd worden.
■Bij het losnemen van de 12V-accuklem-
men
Wanneer de 12V-accuklemmen worden los-
genomen, wordt de in de ECU opgeslagen
informatie gewist. Neem voordat u de 12V-
accuklemmen losneemt zo snel mogelijk con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
■Opladen van de 12V-accu
De 12V-accu zal geleidelijk aan ontladen,
zelfs wanneer de auto niet in gebruik is. Dit
wordt veroorzaakt door natuurlijke ontlading
en het effect van bepaalde elektrische appa-
ratuur. Als de auto langere tijd niet gebruikt
wordt, kan de 12V-accu ontladen raken en
kan het brandstofcelsysteem mogelijk niet
meer worden gestart. (De 12V-accu laadt
automatisch op wanneer het brandstofcelsys-
teem in werking is.)
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 457 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 459 of 574

458
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
■Bij het bijladen of vervangen van de
12V-accu
●Wanneer de 12V-accu is ontladen, is het in
sommige gevallen niet mogelijk om de por-
tieren te ontgrendelen met het Smart entry-
systeem met startknop. Gebruik de
afstandsbediening of de mechanische
sleutel om de portieren te vergrendelen of
te ontgrendelen.
●Mogelijk start het brandstofcelsysteem niet
bij de eerste poging nadat de 12V-accu
weer is opgeladen, maar start het wel nor-
maal na de tweede poging. Dit duidt niet
op een storing.
●De stand van het contact wordt door de
auto geregistreerd. Wanneer de 12V-accu
weer wordt aangesloten, keert het systeem
terug naar de stand die was geselecteerd
voordat de 12V-accu ontladen was. Zorg
dat het contact UIT staat voordat de 12V-
accu wordt losgenomen.
Wees extra voorzichtig bij het aansluiten
van de 12V-accu wanneer u niet zeker
weet in welke stand het contact stond
voordat de 12V-accu werd opgeladen.
●Als de 12V-accu weer is aangesloten: start
het brandstofcelsysteem, trap het rempe-
daal in en controleer of de selectiehendel
in alle schakelstanden kan worden gezet.
●Als de accu is verwijderd of de aansluitin-
gen zijn losgenomen zonder dat de functie
voor afvoer van water bij koud weer niet is
bediend, kan de auto mogelijk niet worden
gestart doordat het brandstofcelsysteem is
bevroren. Bedien, om dit te voorkomen, de
functie voor afvoer van water alvorens de
accu te verwijderen of de aansluitingen los
te nemen. ( →Blz. 196)
■Vervangen van de 12V-accu
●Gebruik een 12V-accu van het type met
centrale ontgassing (Europese wetgeving).
●Gebruik een 12V-accu van hetzelfde for-
maat als van de 12V-accu die wordt ver-
vangen en met een gelijkwaardige
capaciteit van 20 uur (20HR) of meer.
• Als het formaat verschilt, kan de 12V-accu niet goed worden bevestigd.
• Als de capaciteit laag is, zelfs als de auto korte tijd niet gebruikt is, kan de 12V-accu
ontladen raken en kan het brandstofcel-
systeem mogelijk niet meer worden
gestart.
●Gebruik een 12V-accu met een hand-
greep. Als u een 12V-accu zonder hand-
greep gebruikt, zal het verwijderen
moeilijker gaan.
●Bevestig, na vervanging, de volgende
onderdelen stevig aan de uitlaatopening
van de 12V-accu.
• Gebruik de uitlaatslang die vóór vervan- ging aan de 12V-accu was bevestigd en
controleer of deze goed op de opening van
de auto is bevestigd.
• Gebruik de plug van de uitlaatopening die
bij de vervangende 12V-accu hoort of die
van de vervangen 12V-accu. (Afhankelijk
van de te vervangen 12V-accu is de uit-
laatopening mogelijk afgesloten.)
Plug uitlaatopening
Uitlaatopening
Uitlaatslang
Neem voor meer informatie contact op met
een erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
WAARSCHUWING
■Bij het losnemen van de 12V-accu-
klemmen
Verwijder altijd eers t de minkabel (-). Als
de pluspool (+) bij het verwijderen in con-
tact komt met metalen onderdelen in de
buurt, kunnen er vonken ontstaan waar-
door brand kan ontstaan. Ook kunt u een
elektrische schok krij gen en ernstig letsel
oplopen.
A
B
C
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 458 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 460 of 574

459
8
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
WAARSCHUWING
■Voorkomen van brand en explosie
van de 12V-accu
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht om te voorkomen dat het licht ont-
vlambare gas dat uit de 12V-accu kan
komen, per ongeluk tot ontbranding komt:
●Zorg ervoor dat de startkabel aange-
sloten wordt op de juiste accupool en
niet per ongeluk in aanraking komt met
een ander onderdeel dan de bedoelde
accupool.
●Zorg ervoor dat de op de “+”-pool aan-
gesloten startkabel niet in contact komt
met andere onderdelen of metalen
oppervlakken, zoals metalen steunen
en ongelakt metaal.
●Laat de “+” en “-” klemmen van de start-
kabels niet in contact komen met elkaar.
●Rook niet en gebruik geen lucifers, aan-
stekers en open vuur in de buurt van de
12V-accu.
■Voorzorgsmaatregelen 12V-accu
De 12V-accu bevat giftige en corrosieve
elektrolyt en de onderdelen van de accu
bevatten lood en loodhoudende samen-
stellingen. Neem bij het omgaan met de
12V-accu de volgende voorzorgsmaatre-
gelen in acht:
●Draag bij het werken met de 12V-accu
altijd een veiligheidsbril en zorg ervoor
dat de accuvloeistof niet in contact komt
met de huid, kleding of de carrosserie
van de auto.
●Leun niet over de 12V-accu heen.
●Was accuvloeistof, die op de huid of in
de ogen terecht is gekomen, direct weg
met water en raadpleeg een arts. Bedek
de plaats waar de accuvloeistof op
terechtgekomen is met een natte spons
of doek totdat er medische hulp kan
worden verkregen.
●Was altijd uw handen nadat u de accu-
drager, de accupolen en andere accu-
gerelateerde onderdelen hebt aange-
raakt.
●Houd kinderen uit de buurt van de 12V-
accu.
■Na het laden van de 12V-accu
Laat de 12V-accu zo snel mogelijk contro-
leren door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Als de 12V-accu verouderd raakt en nog
wordt gebruikt, kan een onwelriekend gas
worden uitgestoten. Dit kan schadelijk zijn
voor de gezondheid van de passagiers.
■Vervangen van de 12V-accu
●Wanneer de vuldop en indicator zich in
de buurt van de klembeugel bevinden,
kan er accuvloeistof (accuzuur) lekken.
●Neem voor meer informatie over het
vervangen van de 12V-accu contact op
met een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
●Bevestig, na vervanging, de uitlaatslang
en de plug van de uitlaatopening stevig
op de uitlaatopening van de vervan-
gende 12V-accu. Wanneer deze niet
goed worden geplaatst, kunnen gassen
(waterstof) in het interieur van de auto
terechtkomen en kan het gas ontbran-
den en ontploffen.
OPMERKING
■Omgaan met startkabels
Zorg er bij het aansluiten van de startka-
bels voor dat deze niet verstrikt raken in
de koelventilator.
■Voorkomen van beschadiging van de
auto
De speciale hulpstartaansluiting moet wor-
den gebruikt als de 12V-accu in een nood-
geval vanuit een andere auto wordt
geladen. Deze kan niet worden gebruikt
als hulpstart voor een andere auto.
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 459 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 461 of 574
460
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Label
Koelvloeistofreservoir brandstofcelpakket
Koelvloeistofreservoir inverter
Als uw auto over verhit raakt
Het volgende kan erop duiden dat de auto oververhit raakt.
Het waarschuwingslampje voor e en hoge koelvloeistoftemperatuur
(→Blz. 426) gaat br anden of knipperen of het brandstofcelsysteem levert
merkbaar minder vermogen. (De auto accelereert bijvoorbeeld niet als het
gaspedaal wordt ingetrapt.)
Het waarschuwingslampje overve rhitting brandstofcelsysteem (→Blz. 426)
gaat branden
Er komt stoom onder de motorkap uit.
Namen van de onderdelen van het koelsysteem
A
B
C
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 460 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 462 of 574

461
8
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
Als het waarschuwingslampje hoge
koelvloeistoftemperatuur gaat bran-
den of knipperen
1 Breng de auto op een veilige plaats
tot stilstand, schakel de airconditio-
ning uit en schakel vervolgens het
brandstofcelsysteem uit.
2 Als er stoom te zien is:
Open, nadat de stoom is verdwe-
nen, voorzichtig de motorkap.
Als er geen stoom te zien is:
Open voorzichtig de motorkap.
3 Controleer nadat het brandstofcel-
systeem voldoende is afgekoeld de
slangen en het radiateurblok (radia-
teur) op sporen van lekkage. Elektrische koelventilator
Radiateur koelsysteem brandstof-
celpakket
Neem bij lekkage van een grote hoeveelheid
koelvloeistof onmiddellij
k contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
4 Het koelvloeistofniveau van het
brandstofcelpakket is correct als het
zich tussen de streepjes MAX en
MIN bevindt.
Koelvloeistofreservoir brandstofcel-
pakket
Bovenste streepje (MAX)
Onderste streepje (MIN)
Als het koelvloeistofniveau in het brandstof-
celpakket laag is:
Neem onmiddellijk contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
OPMERKING
■Koelvloeistof brandstofcelpakket
Voor het brandstofcelpakket wordt een
unieke koelvloeistof gebruikt. Er kan
schade ontstaan wanneer er water of een
ander soort koelvloeistof wordt gebruikt.
Gebruik dus nooit ande re soorten vloei-
stof. Neem, als het koelvloeistofniveau van
het brandstofcelpakket laag is, direct con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Correctieprocedures
A
B
A
B
C
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 461 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 463 of 574

462
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Als het koelvloeistofniveau in het brandstof-
celpakket niet laag is:
Laat de auto nakijken door de dichtstbij-
zijnde erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Vul zelfs wanneer het koelvloeistofniveau in
het brandstofcelpakket laag is geen koel-
vloeistof bij.
Als het waarschuwingslampje over-
verhitting brandstofcelsysteem gaat
branden
1 Breng de auto op een veilige plaats
tot stilstand, schakel de airconditio-
ning uit en schakel vervolgens het
brandstofcelsysteem uit.
2 Als er stoom te zien is of als er koel-
vloeistof lekt:
Open, nadat de stoom is verdwe-
nen, voorzichtig de motorkap.
Als er geen stoom te zien is of als er
geen koelvloeistof lekt:
Open voorzichtig de motorkap.
3 Controleer nadat het brandstofcel-
systeem is afgekoeld de slangen en
het radiateurblok (radiateur) op spo-
ren van lekkage. Elektrische koelventilator
Radiateur koel
systeem inverter
Neem bij lekkage van een grote hoeveelheid
koelvloeistof onmiddellij k contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
4 Het inverterkoelvloeistofniveau is
correct als het zich tussen de
streepjes MAX en MIN bevindt.
Koelvloeistofreservoir inverter
Bovenste streepje (MAX)
Onderste streepje (MIN)
5 Vul indien nodig inverterkoelvloei-
stof bij.
In noodgevallen mag ook water gebruikt
worden als u geen inverterkoelvloeistof bij
de hand hebt.
A
B
A
B
C
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 462 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 464 of 574

463
8
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
6Schakel het brandstofcelsysteem
en de airconditioning in en contro-
leer of de koelventilator van de radi-
ateur draait en of er geen
koelvloeistof lekt ui t de radiateur of
de slangen.
De koelventilator gaat draaien als de aircon-
ditioning wordt ingeschakeld direct na een
koude start. Controleer of de ventilator draait
door ernaar te luisteren en te voelen of er
luchtstroom is. Schakel als u hier niet zeker
van bent de airconditioning nog een aantal
keer in en uit.
(De ventilator werkt mogelijk niet bij tempe-
raturen beneden het vriespunt.)
7 Als de koelventilator niet draait:
Zet het brandstofcelsysteem onmid-
dellijk uit en neem contact op met
een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Als de koelventilator draait:
Laat de auto nakijken door de
dichtstbijzijnde erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
WAARSCHUWING
■Bij controles in de motorruimte van
uw auto
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernstig letsel, zoals
brandwonden, tot gevolg hebben.
●Als er stoom onder de motorkap van-
daan komt, open de motorkap dan niet
voordat de stoom is verdwenen. De
ruimte van de brandstofcelmodule kan
zeer heet zijn.
●Zelfs als het brandstofcelsysteem is uit-
geschakeld, kan de koelventilator plot-
seling beginnen te bewegen.
Houd uw handen en kleding, gereed-
schap en andere voorwerpen uit de
buurt van de draaiende ventilator. Als
uw vingers, kledingstukken of gereed-
schappen ertussen komen, kan ernstig
letsel het gevolg zijn.
●Draai de dop van het koelvloeistofreser-
voir of de radiateurdop niet los als het
brandstofcelsysteem en de radiateur
heet zijn.
Er kan hete stoom of koelvloeistof uit
spuiten.
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 463 Friday, November 6, 2020 11:27 AM