Page 9 of 418
9
ProaceVerso_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed2019_V02
Onderhoud - Gegevens
Afmetingen 323Identificatie 327
Brandstoftank leeg (handopvoerpomp) 322
Niveaus controleren 273-275- olie- remvloeistof- stuurbekrachtigingsvloeistof- koelvloeistof- ruitensproeiervloeistof, koplampsproeiers- brandstofadditief (diesel met roetfilter)
Controle van onderdelen 276-277- accu- luchtfilter/interieurfilter- oliefilter- roetfilter- remblokken/-schijven
Lampen vervangen 298-310- voor- achter
12V-accu 316-320
Motorkapontgrendeling 271Onder de motorkap 272Motoren 324-326AdBlue® 278 -281
Gewichten 324-326
Spaar fase accu, eco-mode 266
Zekeringen motor r uimte 311- 312, 315
.
Overzicht
Page 10 of 418
10
80
109
176
102-103
109
190
183
124
139
318
271
ProaceVerso_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed2019_V02
Stickers
Overzicht
Page 11 of 418

11
ProaceVerso_nl_Chap00c_eco-conduite_ed2019_V02
Door in de dagelijkse praktijk een aantal aanwijzingen op te volgen kunt u het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot van uw auto verminderen.
Eco-rijden
Maak optimaal gebruik van
de versnellingsbakAls uw auto is voorzien van een handgeschakelde versnellingsbak, rijd dan rustig weg, schakel zo snel mogelijk de tweede versnelling in en schakel bij het accelereren bij voorkeur relatief snel over naar een hogere versnelling.
Als uw auto is voorzien van een automatische transmissie of een elektronisch gestuurde versnellingsbak, gebruik dan bij voorkeur de automatische stand en trap het gaspedaal niet bruusk of diep in.
De schakelindicator adviseert u de versnelling
in te schakelen die het best geschikt is voor de rijomstandigheden: volg het op het instrumentenpaneel weergegeven schakeladvies zo snel mogelijk op.Bij auto's met een elektronisch gestuurde versnellingsbak of een automatische transmissie wordt de schakelindicator uitsluitend in de handmatige stand weergegeven.
Kies voor een soepele rijstijl
Houd afstand van de auto's voor u, rem bij voorkeur af op de motor in plaats van het rempedaal te gebruiken en trap het gaspedaal geleidelijk in. Als u deze aanwijzingen naleeft, neemt het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot af en wordt de geluidsoverlast door het verkeer beperkt.
Als het verkeer goed doorstroomt, gebruik dan vanaf een snelheid van ongeveer 40 km/h de snelheidsregelaar (indien aanwezig).
Gebruik op slimme wijze de
elektrische voorzieningen
Schakel de achterruitver warming en de ontwaseming uit zodra deze niet meer nodig zijn als deze niet automatisch worden aangestuurd.Schakel de stoelver warming zo snel mogelijk uit.
Schakel de verlichting en de mistlampen uit als het zicht voldoende is.
Laat de motor vooral 's winters na het starten niet stationair warmdraaien, maar rijd zo snel mogelijk weg: uw auto warmt sneller op als u rijdt.
Sluit als passagier zo min mogelijk multimedia-apparatuur (DVD-speler, MP3 -speler, spelcomputer, enz.) op de auto aan om het elektriciteitsverbruik, en dus het brandstofverbruik, te beperken.Koppel externe apparatuur los als u de auto verlaat.
Als bij het instappen blijkt dat de temperatuur in de auto hoog is opgelopen, open dan alle ruiten en de ventilatieroosters alvorens de airconditioning in te schakelen.Sluit vanaf een snelheid van 50 km/h de ruiten, maar laat de ventilatieroosters geopend.Gebruik de voorzieningen in het interieur die de temperatuurstijging kunnen beperken (blinderingspaneel van het panoramadak, zonneschermen, enz.).Schakel de airconditioning uit zodra de gewenste temperatuur is bereikt (behalve bij auto's met een automatische airconditioning).
.
Eco-rijden
Page 12 of 418

12
ProaceVerso_nl_Chap00c_eco-conduite_ed2019_V02
Beperk de oorzaken van een
hoger brandstofverbruik
Verdeel het gewicht evenwichtig over de auto: plaats de zwaarste voor werpen in de bagageruimte, zo dicht mogelijk bij de achterbank.Beperk de belading en de luchtweerstand (dakdragers, imperiaal, fietsendrager, aanhanger, enz.) van uw auto. Gebruik liever een dakkoffer.Ver wijder na gebruik de dakdragers en het imperiaal.
Ver vang na de winter zo snel mogelijk de winterbanden door zomerbanden.
Houd u aan de
onderhoudsvoorschriften
Controleer regelmatig de bandenspanning (bij koude banden), houd u daarbij aan de bandenspanning die staat vermeld op de sticker op de portiersponning aan bestuurderszijde.Controleer de bandenspanning met name:- voor een lange rit,
- bij de wisseling van de seizoenen,- als de auto gedurende langere tijd niet is gebruikt.Vergeet niet de bandenspanning van het reser vewiel en van de wielen van de aanhanger of de caravan te controleren.
Laat uw auto regelmatig onderhouden (olie ver versen, oliefilter, luchtfilter en interieur filter ver vangen, enz.) en houd u daarbij aan het aan uw situatie aangepaste onderhoudsschema van de fabrikant.
Als bij een dieselmotor het SCR-systeem defect is, wordt uw auto ver vuilend. Ga direct naar een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige om de uitstoot van stikstofoxiden terug te brengen naar het wettelijk toegestane niveau.
Laat bij het tanken het vulpistool niet meer dan drie keer afslaan; zo voorkomt u dat brandstof uit de tank stroomt.
U zult bij een nieuwe auto merken dat pas na 3000 km het gemiddelde brandstofverbruik zich stabiliseert.
Eco-rijden
Page 13 of 418
13
ProaceVerso_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed2019_V02
1. Analoge snelheidsmeter (km/h of mph).2. Brandstofniveaumeter.3. Koelvloeistoftemperatuurmeter.4. Aanwijzingen van de snelheidsregelaar of de snelheidsbegrenzer.5. Digitale snelheidsmeter (km/h of mph).
A. Resetten van de onderhoudsindicator. Tijdelijk weergegeven informatie:- onderhoud,- actieradius vloeistof emissieregeling (AdBlue®).B. Dimmer verlichting.C. Resetten dagteller en tripmeter.
6. Opschakelindicator. Ingeschakelde versnelling automatische transmissie of elektronisch gestuurde versnellingsbak.7. Onderhoudsindicator en vervolgens kilometerteller (km of miles), dagteller (km of miles), weergave van meldingen, ...8. Toerenteller (x 1000 t /min of rpm).
Meters en displaysBedieningstoetsen
Instrumentenpaneel met LCD Tekst-display
1
Instrumentenpaneel
Page 14 of 418

14
ProaceVerso_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed2019_V02
Instrumentenpaneel met matrixdisplay
1. Analoge snelheidsmeter (km/h of mph).2. Brandstofniveaumeter.3. Koelvloeistoftemperatuurmeter.4. Aanwijzingen van de snelheidsregelaar of de snelheidsbegrenzer.5. Opschakelindicator. Ingeschakelde versnelling automatische transmissie of elektronisch gestuurde versnellingsbak.
A. Resetten van de onderhoudsindicator. Weergave logboek waarschuwingsmeldingen. Weergave van de volgende informatie:- onderhoud,- actieradius vloeistof emissieregeling (AdBlue®).B. Dimmer verlichting.C. Resetten van de dagteller.
6. Zone voor het weergeven van: waarschuwingsmeldingen of meldingen over de status van functies, boordcomputer, digitale snelheidsmeter (km/h of mph), ...7. Onderhoudsindicator en vervolgens kilometerteller (km of miles). Deze functies worden achtereenvolgend weergegeven na het aanzetten van het contact.8. Dagteller (km of miles).9. Toerenteller (x 1000 t /min of rpm).
Meters en displaysBedieningstoetsen
Instrumentenpaneel
Page 15 of 418

15
ProaceVerso_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed2019_V02
Verklikkerlampjes
De verklikkerlampjes geven de bestuurder informatie over de werking van een systeem (ingeschakeld of uitgeschakeld) of waarschuwen de bestuurder in het geval van een storing (waarschuwingslampje).
Bij het aanzetten van het contact
Als het contact wordt aangezet, gaan bepaalde waarschuwingslampjes enkele seconden branden.Zodra de motor wordt gestart, moeten deze lampjes weer uitgaan.Als een lampje blijft branden, controleer dan voordat u gaat rijden welke functie het betreft.
Bijbehorende waarschuwingen
Een aantal verklikkerlampjes kan op twee manieren oplichten: permanent of knipperend.Aan de manier van oplichten in combinatie met het functioneren van de auto valt af te lezen of er sprake is van een normale situatie of een storing. Bij een storing kan het lampje gaan branden in combinatie met een geluidssignaal en/of een melding.
Waarschuwingslampjes
Als bij draaiende motor of tijdens het rijden een van de volgende verklikkerlampjes gaat branden, wijst dit op een storing in het desbetreffende systeem en moet de bestuurder actie ondernemen.Lees in het geval van een storing waarbij een waarschuwingslampje gaat branden de aanvullende informatie, die via een bijbehorende melding wordt weergegeven.Als u tegen problemen aanloopt, neem dan contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Verklikkerlampjes ingeschakelde functies
De volgende verklikkerlampjes op het instrumentenpaneel en/of op het display van het instrumentenpaneel geven aan dat de desbetreffende functie is ingeschakeld.
Verklikkerlampjes uitgeschakelde functies
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld.Soms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een melding.
1
Instrumentenpaneel
Page 16 of 418

16
ProaceVerso_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed2019_V02
ControlelampjeStatusOorzaakActies / Opmerkingen
STOPpermanent, in combinatie met een ander waarschuwingslampje, een geluidssignaal en een melding.
Dit waarschuwingslampje gaat branden in het geval van een ernstige storing van de motor, het remsysteem, de stuurbekrachtiging enz. of een ernstige elektrische storing.
Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.Parkeer de auto, zet het contact UIT en neem direct contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Parkeerrempermanent.De parkeerrem is aangetrokken of
niet goed vrijgezet.
Zet de parkeerrem vrij zodat het verklikkerlampje
uitgaat; trap het rempedaal in.Houd u aan de veiligheidsvoorschriften.Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over de parkeerrem.
Remsysteempermanent.Het remvloeistofniveau is te laag.Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.Vul het niveau bij met een vloeistof voorzien van een artikelnummer van Toyota.Laat, als het probleem aanhoudt, het systeem direct nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
+
permanent, in combinatie met het waarschuwingslampje ABS.
Er is een storing in de elektronische remdrukregelaar (REF).Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.Laat het direct nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Instrumentenpaneel