
475
4
COROLLA_TMUK_EE 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■PKSB (Parking Support Brake) terwijl
het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem in werking is
Als het Simple Intelligent Parking Assist-sys-
teem in werking is en het systeem een obsta-
kel signaleert dat een aanrijding kan
veroorzaken, treden de begrenzingsregeling
van het motorvermogen en de remregeling
van de PKSB (Parking Support Brake) in
werking, ongeacht of de PKSB (Parking Sup-
port Brake) is in- of uitgeschakeld.
( → Blz. 459)
●Nadat de PKSB (Parking Support Brake) in
werking is getreden, wordt de werking van
het Simple Intelligent Parking Assist-sys-
teem tijdelijk gestopt en wordt de werking
van de PKSB (Parking Support Brake) op
het multi-informatiedisplay weergegeven.
( → Blz. 459)
●Wanneer de werking van het Simple Intelli-
gent Parking Assist- systeem 3 keer is
gestopt als gevolg van de werking van de
PKSB (Parking Support Brake), wordt het
Simple Intelligent Parking Assist-systeem
uitgeschakeld.
●Zodra het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem beschikbaar is nadat de
PKSB (Parking Support Brake) in werking
is getreden, wordt er een melding op het
multi-informatiedisplay weergegeven die u
laat weten dat u moet schakelen. De wer-
king van het Simple Intelligent Parking
Assist-systeem kan worden hervat door te
schakelen overeenkomstig de aanwijzing
op het multi-informatiedisplay en door de
S-IPA-schakelaar ( →Blz. 476) nogmaals in
te drukken.
Tabel met ondersteuningsmodi en functies van het Simple Intelligent
Parking Assist-systeem
OndersteuningsmodusWijze van par-
kerenOverzicht van functiesZie bladzijde
Modus automatisch
fileparkerenFileparkeren
Begeleiding wordt geboden om de
beoogde parkeerplaats te signaleren
en een positie te bereiken van waaruit
achteruit kan worden gereden. Onder-
steuning wordt geboden vanaf het punt
waar de auto achteruit begint te rijden
tot het moment dat hij de beoogde par-
keerplaats bereikt.
Blz. 478
Modus parkeerplaats
fileparkeren verlatenParkeerplaats
fileparkeren
verlaten
De ondersteuning begint na het filepar-
keren van de auto. Ondersteuning
wordt geboden om de auto vanuit de
parkeerplaats te begeleiden naar een
positie van waaruit hij kan wegrijden.
Blz. 482
Modus automatisch
achteruit inparkeren
(met functie voor
begeleiding bij vooruit
rijden)
Achteruit
inparkeren
De ondersteuning begint nadat de auto
voor de beoogde parkeerplaats tot stil-
stand is gebracht en helpt bij het ach-
teruit de parkeerplaats inrijden,
inclusief begeleiding om een positie te
bereiken van waaruit achteruit kan
worden gereden.
Blz. 486
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12N21E.book Page 475 Thursday, October 24, 2019 2:54 PM

477
4
COROLLA_TMUK_EE 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Wordt weergegeven wanneer de ondersteu-
ningsmodus kan worden gewijzigd en het
systeem kan worden uit- of ingeschakeld
met de S-IPA-schakelaar.
Weergave Toyota Parking
Assist-sensor/weergave portierposi-
tie (open/dicht)
→
Blz. 446
Weergave automatische bediening
van het stuurwiel
Geeft weer wanneer het stuurwiel automa-
tisch wordt bediend.
Adviesweergave
Volg de op het display getoonde aanwijzin-
gen op en voer de aangegeven handelingen
uit. In de afbeelding wordt als voorbeeld een
display getoond waarop staat aangegeven
dat het rempedaal moet worden ingetrapt
om de rijsnelheid te regelen en dat u moet
controleren of de omgeving veilig is.
■Controlelampje S-IPA in het instrumen-
tenpaneel ( →B l z . 111 )
Dit controlelampje gaat branden wanneer het
stuurwiel automatisch wordt bediend door het
Simple Intelligent Parking Assist-systeem.
Nadat de regeling wordt beëindigd, knippert
het controlelampje korte tijd en dooft het ver-
volgens.
■Pop-updisplay Toyota Parking
Assist-sensor
Als het Simple Intelligent Parking Assist-sys-
teem in werking is en de PKSB (Parking Sup-
port Brake) een obstakel signaleert,
verschijnt automatisch een pop-updisplay
van de Toyota Parking Assist-sensor op het
begeleidingsscherm ( →Blz. 446), ongeacht
of de PKSB (Parking Support Brake) is in- of
uitgeschakeld. ( →Blz. 446)
De ondersteuningsmodus wordt in de
volgende gevallen geannuleerd of
gestopt.
De ondersteuningsregeling wordt
geannuleerd wanneer
De functie voor het behoud van de
temperatuur van het systeem in wer-
king is
Er een systeemstoring is
Het systeem heeft bepaald dat de
omgeving van de parkeerplaats niet
geschikt is voor verdere ondersteu-
ning
Pak wanneer de ondersteuningsrege-
ling wordt geannuleerd het stuurwiel
stevig vast, trap het rempedaal in en
breng de auto tot stilstand.
Begin nogmaals vanaf het begin, aan-
gezien het systeem al geannuleerd is.
Wanneer u verdergaat met handmatig
parkeren, bedien dan het stuurwiel
zoals u dat normaal ook zou doen.
De ondersteuningsregeling wordt
gestopt wanneer
Het stuurwiel wordt bediend
De rijsnelheid wordt tijdens de
ondersteuningsregeling hoger dan 7
km/h
Het PKSB-systeem (Parking Sup-
port Brake) werkt
Wanneer de ondersteuningsregeling
wordt gestopt, kan deze weer worden
hervat door de aanwijzingen op het
scherm te volgen.
Annuleren of stoppen van de
ondersteuningsmodus
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12N21E.book Page 477 Thursday, October 24, 2019 2:54 PM

501
4
COROLLA_TMUK_EE 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
*: Indien aanwezig
■ABS (antiblokkeersysteem)
Helpt het blokkeren van de wielen te
voorkomen bij plotseling remmen of
remmen op een glad wegdek
■Brake Assist
Zorgt voor een grotere remkracht nadat
het rempedaal is in getrapt als het sys-
teem oordeelt dat er sprake is van een
noodstop
■VSC (Vehicle Stability Control)
Helpt de bestuurder de auto onder con-
trole te houden bij uitwijkmanoeuvres
en het nemen van bochten op een glad
wegdek.
■VSC+ (Vehicle Stability Control+)
Coördineert de werking van ABS-,
TRC-, VSC- en EPS-systemen.
Zorgt ervoor dat de voertuigstabiliteit
behouden blijft bij uitwijkmanoeuvres
op een glad wegdek door de stuurcom-
mando's aan te passen.
Uitlaatgasfiltersysteem*
Het uitlaatgasfiltersysteem is ont-
worpen om roetdeeltjes in de uit-
laatgassen te verzamelen met
behulp van een uitlaatgasfilter dat
in de uitlaatpijpen is geplaatst.
OPMERKING
■Om storingen in het uitlaatgasfilter-
systeem te voorkomen
●Gebruik geen andere brandstof dan het
voorgeschreven type brandstof
●Breng geen wijzigingen aan de uitlaat-
pijp aan
Ondersteunende systemen
Om de veiligheid en de prestaties
tijdens het rijden te verbeteren is
uw auto uitgerust met de volgende
systemen die automatisch in wer-
king treden als de omstandighe-
den daar om vragen. Houd er
echter rekening mee dat dit aan-
vullende systemen zijn en ver-
trouw niet in al te sterke mate op
deze systemen als u de auto
bedient.
Overzicht van de
ondersteunende systemen
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12N21E.book Page 501 Thursday, October 24, 2019 2:54 PM

502
COROLLA_TMUK_EE4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■Trailer Sway Control
Helpt de bestuurder om de aanhangwa-
gen weer onder controle te krijgen door
op afzonderlijke wielen remdruk uit te
oefenen en het aandrijfkoppel te ver-
minderen wanneer wordt gesignaleerd
dat de aanhangwagen slingert.
■TRC (Traction Control)
Zorgt ervoor dat de aandrijfkracht
behouden blijft en voorkomt dat de aan-
drijvende wielen gaan doorslippen bij
het wegrijden met de auto of bij het
accelereren op gladde wegen
■Active Cornering Assist (ACA)
Helpt te voorkomen dat de auto naar de
buitenkant van de bocht uitwijkt door
remregeling uit te oefenen op de wielen
aan de binnenzijde wanneer tijdens het
rijden in een bocht wordt geprobeerd te
accelereren
■Hill Start Assist Control
Helpt te voorkomen dat de auto achter-
uit rolt bij helling op wegrijden
■EPS (elektrische stuurbekrachti-
ging)
Maakt gebruik van een elektromotor om
de benodigde kracht voor het rond-
draaien van het stuurwiel te verminde-
ren.
■Noodstopsignaal
Als het rempedaal plotseling wordt
ingetrapt, gaan de alarmknipperlichten
automatisch knipperen om het achter-
opkomende verkeer te waarschuwen.
■Secondary Collision Brake (indien
aanwezig)
Als de airbagsensor een aanrijding sig-
naleert en het systeem in werking is,
worden de remmen en remlichten auto-
matisch geregeld om de rijsnelheid te
verlagen en te helpen de kans op ver-
dere schade ten gevolge van een
tweede aanrijding te verkleinen.
■Als de TRC/VSC/Trailer Sway Control in
werking is
Het controlelampje Traction Control knippert
wanneer de TRC/VSC/Trailer Sway Control
in werking is.
■Uitschakelen van het TRC-systeem
Als u met uw auto vast komt te zitten in mod-
der of sneeuw, kan het TRC-systeem het
aandrijfvermogen van de motor naar de wie-
len beperken. Als u op drukt om het
systeem uit te schakelen, kunt u de auto
waarschijnlijk gemakkelijker los krijgen door
te ‘schommelen’.
Schakel het TRC-systeem uit door snel
in te drukken en weer los te laten.
“Traction Control Turned OFF” (tractiecon-
trole UIT) wordt op het multi-informatiedisplay
weergegeven.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12N21E.book Page 502 Thursday, October 24, 2019 2:54 PM

503
4
COROLLA_TMUK_EE 4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Druk nogmaals op om het systeem
weer in te schakelen.
■Uitschakelen van de TRC, VSC en Trai-
ler Sway Control
Schakel de TRC, VSC en Trailer Sway Con-
trol uit door langer dan 3 seconden
ingedrukt te houden terwijl de auto stilstaat.
Het controlelampje VSC OFF gaat branden
en “Traction Control Turned OFF” (Traction
Control uitgeschakeld) wordt op het
multi-informatiedisplay weergegeven.
*
Druk nogmaals op om het systeem
weer in te schakelen.
*: Bij auto's met PCS (P re-Crash Safety-sys-
teem), wordt de PCS ook uitgeschakeld
(alleen Pre-Crash-waarschuwing is
beschikbaar) Het waarschuwingslampje
PCS gaat branden en er wordt een mel-
ding weergegeven op het multi-informatie-
display. ( →Blz. 372)
■Wanneer de melding wordt weergege-
ven op het multi-informatiedisplay dat
de TRC is uitgeschakeld, zelfs al is
niet ingedrukt
TRC is tijdelijk uitges chakeld. Als de melding
niet verdwijnt neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Voorwaarden voor werking Hill Start
Assist Control
Als aan de volgende vier voorwaarden wordt
voldaan, werkt de Hill Start Assist Control:
●Auto's met Multidrive CVT: De selectiehen-
del staat in een andere stand dan P of N
(bij het vooruit/achteruit bergop wegrijden).
●Auto's met handgesc hakelde transmissie:
De selectiehendel staat in een andere
stand dan de achteruit wanneer vooruit
bergop wordt weggereden of in de achter-
uit wanneer achteruit bergop wordt wegge-
reden.
●De auto staat stil
●Het gaspedaal wordt niet ingetrapt
●De parkeerrem is niet geactiveerd
■Automatisch uitschakelen van Hill Start
Assist Control
De Hill Start Assist Control wordt in de vol-
gende situaties uitgeschakeld:
●Auto's met Multidrive CVT: De selectiehen-
del staat in stand P of N.
●Auto's met handgesc hakelde transmissie:
De selectiehendel wordt in de achteruit
gezet wanneer vooruit bergop wordt weg-
gereden of in een andere stand dan de
achteruit gezet wanneer achteruit bergop
wordt weggereden.
●Het gaspedaal wordt ingetrapt
●De parkeerrem wordt geactiveerd
●Er zijn maximaal 2 seconden verstreken
nadat het rempedaal is losgelaten.
■Bijgeluiden en trillingen die veroorzaakt
worden door de ABS-, Brake Assist-,
VSC-, Trailer Sway Control-, TRC- en
Hill Start Assist Control-systemen
●Het is mogelijk dat u tijdens het starten van
de motor of bij het wegrijden een geluid in
de motorruimte hoort wanneer het rempe-
daal herhaaldelijk wordt ingetrapt. Dit duidt
niet op een storing in een van deze syste-
men.
●De volgende verschijnselen kunnen zich
voordoen als bovenstaande systemen in
werking zijn. Geen v an deze verschijnse-
len duidt op een storing.
• Er kunnen trillingen gevoeld worden in de carrosserie en de stuurinrichting.
• Nadat de auto tot stilstand is gekomen, kan het geluid van een elektromotor hoor-
baar zijn.
• Er kan een lichte trilling in het rempedaal voelbaar zijn als het antiblokkeersysteem
geactiveerd is.
• Het rempedaal kan iets verder naar bene- den bewegen als het antiblokkeersysteem
geactiveerd is.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12N21E.book Page 503 Thursday, October 24, 2019 2:54 PM

504
COROLLA_TMUK_EE4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■Geluiden en trillingen tijdens de wer-
king van de Active Cornering Assist
Tijdens de werking van de Active Cornering
Assist kunnen geluiden en trillingen vanuit
het remsysteem worden waargenomen, maar
deze duiden niet op een storing.
■Geluid EPS
Wanneer het stuurwiel bediend wordt, kan
het geluid van een elektromotor (zoemend
geluid) hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt
niet op een storing.
■Automatisch opnieuw inschakelen van
de TRC, de Trailer Sway Control en het
VSC-systeem
Als de TRC, de Trailer Sway Control en het
VSC-systeem zijn uitgeschakeld, worden
deze automatisch opnieuw ingeschakeld in
de volgende situaties:
●Als het contact UIT wordt gezet
●Als alleen het TRC-systeem wordt uitge-
schakeld, wordt de TRC weer ingescha-
keld zodra de rijsnelheid toeneemt.
Als zowel het TRC- als het VSC-systeem
is uitgeschakeld, worden deze niet auto-
matisch weer ingeschakeld als de rijsnel-
heid toeneemt.
■Werkingsvoorwaarden van de Active
Cornering Assist
Het systeem werkt wanneer het volgende
zich voordoet.
●De TRC/VSC kan in werking treden
●De bestuurder probeert tijdens het rijden in
een bocht te accelereren
●Het systeem signaleert dat de auto naar de
buitenkant van de bocht uitwijkt
●Het rempedaal wordt losgelaten
■Gereduceerde bekrachtiging door het
EPS-systeem
De mate van bekrachtiging door het
EPS-systeem wordt gereduceerd om het sys-
teem tegen oververhitting te beschermen als
er gedurende langere tijd veel stuurbewegin-
gen worden uitgevoerd. Hierdoor kan de
besturing zwaar aanvoelen. Draai, als dat het
geval is, niet overmatig aan het stuur of
breng de auto tot stilstand en schakel de
motor uit. Het EPS-systeem moet binnen 10
minuten weer normaal werken.
■Voorwaarden voor werking noodstop-
signaal
Als aan de volgende voorwaarden wordt vol-
daan, werkt het noodstopsignaal:
●De alarmknipperlichten zijn uit
●De werkelijke rijsnelheid is hoger dan 55
km/h
●Het systeem oordeelt op basis van de
deceleratie van de auto dat het om een
noodstop gaat.
■Automatisch uitschakelen van nood-
stopsignaal
Het noodstopsignaal wordt in de volgende
situaties uitgeschakeld:
●De alarmknipperlichten worden ingescha-
keld.
●Het systeem oordeelt op basis van de
deceleratie van de auto dat het niet om
een noodstop gaat.
■Werkingsvoorwaarden Secondary Colli-
sion Brake (indien aanwezig)
Het systeem werkt als de airbagsensor een
aanrijding signaleert terwijl de auto in bewe-
ging is.
Het systeem werkt echter niet onder de vol-
gende omstandigheden.
●De rijsnelheid is lager dan 10 km/h.
●Er zijn componenten beschadigd
■Automatisch uitschakelen Secondary
Collision Brake (indien aanwezig)
Het systeem wordt automatisch uitgescha-
keld in een van de volgende situaties.
●De rijsnelheid wordt lager dan ongeveer 10
km/h
●Er verstrijkt een bepaalde tijd tijdens de
werking
●Het gaspedaal wordt flink ingetrapt.
WAARSCHUWING
■Het ABS werkt niet effectief als
●De maximale grip van de banden over-
schreden wordt (bijvoorbeeld versleten
banden op een weg die bedekt is met
sneeuw).
●Er sprake is van aquaplaning bij hoge
snelheid op een nat of glad wegdek.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12N21E.book Page 504 Thursday, October 24, 2019 2:54 PM

506
COROLLA_TMUK_EE4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen met betrek-
king tot Trailer Sway Control
Het Trailer Sway Control-systeem kan het
slingeren van de aanhangwagen niet in
alle gevallen vermi nderen. Afhankelijk van
diverse factoren, waaronder de staat van
de auto, de aanhangwagen, het wegop-
pervlak en de omgeving waarin wordt
gereden, kan het Trailer Sway Con-
trol-systeem minder goed werken. Raad-
pleeg de handleiding van uw
aanhangwagen voor meer informatie over
het op de juiste wijze trekken van uw aan-
hangwagen.
■Als de aanhangwagen slingert
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan resulteren in ernstig let-
sel.
●Pak het stuurwiel stevig vast. Blijf recht-
uit sturen. Probeer de aanhangwagen
niet onder controle te krijgen door aan
het stuurwiel te draaien.
●Laat het gaspedaal onmiddellijk maar
zeer geleidelijk los om snelheid te min-
deren.
Ga niet harder rijden. Rem niet.
Als u geen extreme correcties uitvoert met
sturen of remmen, zullen uw auto en de
aanhangwagen stabiliseren. (→ Blz. 312)
■Secondary Collision Brake (indien
aanwezig)
Vertrouw niet uitsluitend op de Secondary
Collision Brake. Dit systeem is ontworpen
om te helpen de kans op verdere schade
ten gevolge van een tweede aanrijding te
verkleinen, maar het effect is afhankelijk
van diverse omstandigheden. Te veel ver-
trouwen op het systeem kan ernstig letsel
tot gevolg hebben.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12N21E.book Page 506 Thursday, October 24, 2019 2:54 PM

665
8
COROLLA_TMUK_EE 8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Waarschuwingslampje ABS
■Waarschuwingslampje Brake Overri
de-systeem/waarschuwingslampje
wegrijregeling* (waarschuwingszoemer)
*: Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay.
■Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) elektrische stuurbekrachti-
ging
Waarschuwings- lampjeDetails/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
Het ABS; of
Het Brake Assist-systeem
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwings-
lampjeDetails/handelingen
Wanneer er een zoemer klinkt:
Geeft aan dat er een storing is in:
Het Brake Override-systeem; of
De wegrijregeling (indien aanwezig)
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Geeft aan dat de schakelstand is gew ijzigd en de wegrijregeling (indien
aanwezig) is geactiveerd terwijl het gaspedaal werd ingetrapt.
→ Laat het gaspedaal even los.
Wanneer er geen zoemer klinkt:
Geeft aan dat het gaspedaal en rempedaal gelijktijdig worden ingetrapt en
het Brake Override-systeem in werking is.
→ Laat het gaspedaal los en trap het rempedaal in.
Waarschuwings-
lampjeDetails/handelingen
(Rood)of
(Geel)Geeft aan dat er een storing is in de elektrische stuurbekrachtiging (EPS)
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
COROLLA(TMUK)_OM_Europe_OM12N21E.book Page 665 Thursday, October 24, 2019 2:54 PM