Toegang tot het instructieboekje
Het instructieboekje is beschikbaar op de CITROËN-
website, in de rubriek "MyCitroën" of op het volgende
adres:
http://service.citroen.com/ACddb/
Toegang tot het instructieboekje .
Selecteer:
-
d
e taal,
-
h
et model van uw auto en de carrosserievariant,
-
d
e uitgifteperiode van het boekje die overeenkomt met de eerste
registratiedatum van uw auto.
Selecteer vervolgens:
-
h
et model van uw auto,
-
d
e uitgifteperiode van het boekje die overeenkomt met de eerste
registratiedatum van uw auto.
Download de content voor het instructieboekje van uw auto.
Download vanaf de desbetreffende Store de app Scan
MyCitroën
voor smartphones.
Met dit symbool wordt de meest recente
informatie aangeduid.
48
De elektrisch bedienbare
achterklep handmatig sluiten
in het geval van een storing
Deze procedure is alleen nodig in het geval van
een storing in de elektrische bediening van de
achterklep.
Als de storing wordt veroorzaakt door de accu, wordt
aanbevolen deze opnieuw op te laden of te ver vangen bij
gesloten achterklep.
In deze situatie is wellicht veel kracht nodig om de
achterklep te sluiten.
F
S
luit de achterklep geleidelijk (zo langzaam mogelijk)
door op het midden van de achterklep te duwen.
Sluit de achterklep niet door aan één kant
te duwen – kans op beschadiging.
Gebruiksvoorschriften
Om te voorkomen dat de achterklep
ongewenst opengaat bij het trekken van een
aanhanger:
-
s
chakel vooraf de functie "Handsfree
toegang" uit via het configuratiemenu van
de auto,
-
o
f ver wijder de elektronische sleutel uit de
detectiezone als de achterklep gesloten is.
Onder winterse omstandigheden
Om bedieningsproblemen te voorkomen,
moet sneeuw van de achterklep worden
ver wijderd voordat deze automatisch
wordt geopend.
Bij het wassen van de auto
Als u de auto in een automatische wasstraat
laat wassen, vergeet dan niet om de auto
eerst te vergrendelen om te voorkomen dat
de achterklep per ongeluk wordt geopend.
Adviezen met betrekking
tot de functie "Handsfree
toegang"
Als de achterklep niet opent na diverse
trapbewegingen onder de bumper, wacht dan
enkele seconden en probeer het nogmaals.
De functie wordt automatisch uitgeschakeld bij
zware neerslag of ophoping van sneeuw.
Als de functie niet werkt, controleer dan of de
elektronische sleutel wellicht wordt gestoord
door hoogfrequente signalen (smartphone
e n z .) .
De functie kan mogelijk niet correct werken bij
een beenprothese. De functie kan mogelijk niet werken als uw auto
is uitgerust met een trekhaak.
In sommige gevallen gaat de achterklep
mogelijk vanzelf open of dicht, vooral als:
-
u
een aanhanger aankoppelt of loskoppelt;
-
u
een fietsendrager bevestigt of verwijdert;
-
u f
ietsen plaats op een fietsendrager of
deze daarvan verwijdert;
-
u i
ets achter de auto plaatst of optilt;
-
e
en dier de achterbumper nadert;
-
u d
e auto aan het wassen bent;
-
e
r onderhoud aan uw auto wordt uitgevoerd;
-
u h
et reser vewiel wilt pakken (afhankelijk
van de uitvoering).
Houd de elektronische sleutel uit de buurt
van de detectiezone of deactiveer "Handsfree
toegang" om dergelijke problemen te
voorkomen.
Na het installeren van een trekhaak is
het van essentieel belang om contact
op te nemen met het CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats
om het systeem te laten kalibreren en
een onjuiste werking van de functie
"Handsfree toegang" te voorkomen.
Noodbediening
Hiermee kan bij een lege accu of een eventuele
storing van de centrale vergrendeling de
achterklep mechanisch ontgrendeld worden.
Toegang tot de auto
72
Aansteker/12V-aansluiting(en)
F Aansteker gebruiken: druk de aansteker in en wacht enkele seconden tot de aansteker
uit zichzelf naar buiten springt.
F
V
er wijder, wanneer u een 12V-accessoire
(maximaal vermogen: 120
W) wilt
aansluiten, de aansteker en sluit een
geschikte adapter aan.
U kunt bijvoorbeeld een telefoonlader of een
flessenwarmer op deze aansluiting aansluiten.
Plaats na het gebruik de aansteker direct terug.
Het aansluiten van elektrische apparatuur
die niet door CITROËN is goedgekeurd,
zoals een lader met USB-aansluitingen,
kan leiden tot storingen in de werking
van de elektrische componenten van de
auto, zoals een slechte radio-ontvangst of
storingen in de weergave van de displays.
USB-aansluitingen
De USB-aansluiting voorin kan ook
worden gebruikt om een smartphone
via MirrorLink
TM, Android Auto®
of CarPlay® te verbinden, zodat
u
bepaalde apps van uw smartphone
via het touchscreen kunt gebruiken. Tijdens het gebruik van de USB-
aansluiting wordt het draagbare apparaat
automatisch opgeladen.
Tijdens het laden wordt een melding
weergegeven als het stroomverbruik van
het draagbare apparaat hoger is dan de
door de auto geleverde stroomsterkte.
Raadpleeg voor meer informatie over het
gebruik van deze voorziening de rubriek
Audio en telematica
.
Draadloze smartphonelader
Hiermee kan externe apparatuur, zoals een
smartphone, door middel van magnetische
inductie draadloos worden opgeladen. Het
systeem voldoet aan de norm Qi 1.1.
Het op te laden apparaat moet zelf compatibel
zijn met de Qi-norm of moet zijn voorzien van
een compatibele hoes of houder.
Het laadgedeelte is te herkennen aan het
symbool Qi.
Hierop kunt u
draagbare apparatuur, zoals
een digitale audiospeler van het type iPod
®,
aansluiten om deze op te laden.
Om de beste resultaten te bereiken, moet u
de
kabel van de fabrikant gebruiken of een kabel
die door de fabrikant is goedgekeurd.
Deze apps kunnen worden beheerd met
de toetsen op het stuur wiel of van het
audiosysteem.
Ergonomie en comfort
73
Werking
De lader werkt als de motor draait en in de
STOP-stand van het Stop & Start-systeem.
Het opladen wordt aangestuurd door de
smartphone.
Bij uitvoeringen met Keyless entry and start
kan de werking van de lader tijdelijk worden
gestoord bij het openen van een portier of bij
het afzetten van het contact.
Laden
F Zorg er voor dat het laadgedeelte vrij is en plaats een apparaat in het midden.
Het systeem kan niet meerdere apparaten
tegelijkertijd opladen.
Zodra het apparaat wordt gedetecteerd, gaat
het lampje van de lader groen branden. Het
lampje blijft branden zo lang de batterij wordt
opgeladen. Zorg dat er geen metalen voor werpen
(munten, sleutels, afstandsbediening van
de auto enz.) in het laadgedeelte liggen
tijdens het opladen van een apparaat –
kans op over verhitting of onderbreking
van het opladen!Controle van de werking
De status van het verklikkerlampje geeft de
werking van de lader aan.
Status van het
verklikkerlampjeBetekenis
Uit Motor afgezet.
Geen compatibel
apparaat gedetecteerd.
Opladen voltooid.
Brandt
permanent, groen Detectie van een
compatibel apparaat.
Opladen bezig.
Knippert, oranje
Detectie van een vreemd
voorwerp op het laadgedeelte.
Apparaat niet goed
gecentreerd op het
laadgedeelte.
Brandt
permanent,
oranje Storing van de
laadindicator van het
apparaat.
Temperatuur van de
batterij van het apparaat
te hoog.
Storing van de lader.
Armsteun vóór
De armsteun bevat een gekoeld opbergvak
(afhankelijk van de uitvoering), waarvan de
verlichting in werking treedt zodra het wordt
geopend. Als het verklikkerlampje oranje brandt:
-
v
er wijder het apparaat en plaats
het opnieuw in het midden van het
laadgedeelte.
of
-
v
er wijder het apparaat en probeer het een
kwartier later nog eens.
Als het probleem blijft bestaan, neem dan
contact op met het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
3
Ergonomie en comfort
134
Het systeem wordt gereset bij
een stilstaande auto via het menu
Rijden/Auto van het touchscreen.
F
S
electeer in dit menu het tabblad
" Rijfuncties ".
F
S
electeer op deze pagina de functie
" Bandenspan.contr. ".
F
Sel
ecteer " Ja" om te bevestigen.
Er klinkt een geluidssignaal en er wordt een
melding weergegeven om aan te geven dat het
resetten is gelukt.
Storing
In dat geval werkt de bandenspanningscontrole
mogelijk niet goed.
Laat het systeem controleren door het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
CITROËN ConnectedCAM®
(Afhankelijk van het verkoopland.)
Deze boven aan de voorruit gemonteerde
camera communiceert draadloos (wireless).
Met de camera:
-
k
unt u foto's en video's maken en deze
delen,
-
k
unt u de GPS-coördinaten naar een
smartphone sturen,
-
w
orden automatisch video's gemaakt bij
een aanrijding. Handelingen aan de camera moet de
bestuurder altijd bij stilstaande auto doen.
Werking
Ga als volgt te werk om alle camerafuncties te
gebruiken:
F
d
ownload de app " CITROËN
ConnectedCAM
®" op een smartphone,
F
k
oppel de smartphone met de camera; volg
daarbij de aanwijzingen op de app.
De koppeling is nodig voor de eerste
verbinding. De smartphone wordt vervolgens
automatisch verbonden met de camera.
De standaardcode voor het koppelen is:
ConnectedCAM.
Inschakelen
F Houd deze toets enige tijd ingedrukt om de camera in te
schakelen.
Het verklikkerlampje van de toets
gaat branden.
Als de camera is ingeschakeld, worden
automatisch en permanent video-opnames
gemaakt.
Bij een storing in het systeem gaan deze
lampjes branden.
Er verschijnt een melding in combinatie met
een geluidssignaal.
Rijden
135
Ondanks de aanwezigheid van rij- en
parkeerhulpsystemen moet de bestuurder
altijd alert blijven.
De bestuurder moet zich altijd aan de
verkeersregels houden, moet onder alle
omstandigheden de auto in zijn macht
hebben en moet te allen tijde in staat zijn
om de controle weer over te nemen. De
bestuurder moet de snelheid aanpassen
aan de weersomstandigheden, het verkeer
en de toestand van de weg.
De bestuurder moet te allen tijde het verkeer
in de gaten blijven houden en de snelheid
en afstand van achteropkomend verkeer
inschatten voordat richting aangegeven en
van rijstrook gewisseld wordt.
De systemen werken uitsluitend binnen de
grenzen van de natuurkundige wetten.
Uitschakelen
F Houd deze toets enige tijd ingedrukt om de camera uit te
schakelen.
Het lampje van de toets gaat uit.
Als u de camera handmatig uitschakelt, blijft hij
u itgeschakeld, ook als de motor opnieuw wordt
gestart. U moet hem handmatig weer inschakelen.
Foto's en video's maken
F Druk kort op deze toets om een foto te maken.
Ter bevestiging klinkt een geluidssignaal.
F
H
oud deze toets enige tijd
ingedrukt om een video te
maken.
Via de micro USB-aansluiting kunt u
ook de
gegevens van de camera overbrengen op
andere apparaten, zoals een pc of een tablet.
Met de app " CITROËN ConnectedCAM
®"
kunt u
ver volgens automatisch en onmiddellijk
uw foto's en video's delen via sociale media of
e-mail.
Ter bevestiging klinkt een geluidssignaal.
Resetten van het systeem
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder
de op de smartphone geïnstalleerde app
CITROËN ConnectedCAM
® niet tijdens
het rijden gebruiken. Elke handeling die
veel aandacht vergt, moet bij stilstaande
auto worden uitgevoerd.
Storing
In het geval van een storing knippert
het lampje in de toets.
Als u deze twee knoppen gelijktijdig enige tijd ingedrukt
h oudt, wordt het systeem gereset.
Met deze handeling worden alle op de camera
opgeslagen gegevens gewist en wordt de standaardcode
voor het koppelen van de camera gereset.
Laat het systeem controleren door het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Rij- en parkeerhulpsystemen –
Algemene adviezen
Rijhulpsystemen
De bestuurder moet beide handen aan
het stuur wiel houden, altijd de binnen- en
buitenspiegels gebruiken, altijd de voeten
dichtbij de pedalen houden en iedere twee
uur een pauze nemen.
6
Rijden
214
Onderste zekeringkastF145Alarm (eenheid).
F18 5Voedingseenheid
trekhaakaansluiting.
F28 5Alarm (sirene),
ontvanger
afstandsbediening
extra verwarming/
ventilatie.
F29 20Touchscreen
(CITROËN Connect
Radio of CITROËN
Connect Nav).
F31 10
Aansteker/12V-aansluiting
vó ó r.
F34 5Draadloze smartphone-
l a d e r.
Bovenste zekeringkast
Zekeringnr.Stroomsterkte
(A)Functies
F2 10Ver war mde
buitenspiegels.
F3 40
Elektrische ruitbediening met
eentrapsbediening achter.
F540Elektrische ruitbediening met
eentrapsbediening vóór.
F6 1512V-aansluiting bagageruimte.
F730Stoelverwarmingen
vó ó r.
F10 30Panoramisch schuif-/
kanteldak.
Zekeringnr.Stroomsterkte
(A)Functies
F4 15Claxon.
F6 20Ruitensproeierpomp
voor en achter.
F7 10
12V-/USB-aansluiting achter.
F820Ruitenwisser achter.
F10 30
Centrale vergrendeling
portieren en
brandstofvulklep.
In geval van pech
1
CITROËN Connect Radio
Multimedia-autoradio –
Applicaties – Bluetooth®-
telefoon
Inhoud
De eerste stappen
1
St
uurkolomschakelaars
2
M
enu's
3
A
pplicaties
5
R
adio
5
D
AB-radio (Digital Audio Broadcasting)
7
M
edia
8
T
elefoon
1
0
Instellingen
1
4
Veelgestelde vragen
1
6
De beschreven functies en instellingen
kunnen afwijken van die van het systeem
in de auto. De volgende handelingen mogen om
veiligheidsredenen en vanwege het feit dat
deze handelingen de volledige aandacht
van de bestuurder vragen, uitsluitend
worden uitgevoerd bij stilstaande auto
en
afgezet contact:
-
H
et gebruiken van een smartphone.
-
H
et koppelen van een mobiele telefoon
met Bluetooth aan het handsfree-
systeem van de autoradio
-
H
et verbinden van een smartphone via
CarPlay
®, MirrorLinkTM of Android Auto
(bij bepaalde apps wordt de weergave
onderbroken als de auto rijdt).
-
H
et configureren van profielen.
Het systeem is zodanig beveiligd dat het
uitsluitend in uw auto functioneert.
De overgang naar de waakfase wordt
aangekondigd door de melding Eco-
mode .
Hieronder vindt u
de link naar de OSS
(Open Source Software) -broncode voor
het systeem.
https://www.groupe-psa.com/fr/oss/
https://www.groupe-psa.com/en/oss/
De eerste stappen
Als u bij draaiende motor op de toets
d rukt, wordt het geluid onderbroken.
Als u
bij afgezet contact op de
toets drukt, wordt het systeem
ingeschakeld.
Verhoog of verlaag het volume met de knop of
de toetsen "plus" of "min" (afhankelijk van de
uitvoering).
Gebruik de toetsen aan weerszijden van
of onder het touchscreen om de menu's te
openen en druk ver volgens op de virtuele
toetsen op het touchscreen.
Gebruik al naar gelang het model de toetsen
"Bron" of "Menu" aan de linkerkant van het
touchscreen om de menu's te openen en
druk ver volgens op de virtuele toetsen op het
touchscreen.
U kunt op elk gewenst moment de menu's
oproepen door het scherm kort met drie vingers
aan te raken.
Alle aanraakfuncties op het touchscreen zijn
wit.
Voor pagina's met meerdere tabbladen onder
aan het scherm, kan tussen de pagina's
gewisseld worden door op de gewenste pagina
te tikken of door een vinger te gebruiken en de
pagina's naar links of rechts te verschuiven.
Druk op het gearceerde gedeelte om één
niveau terug te gaan of om uw keuze te
bevestigen.
.
CITROËN Connect Radio