6
Handleiding Supra1-1. AANWIJZINGEN
afbeeldingen en beschrijvingen in
deze handleiding en de uitrusting
van uw eigen auto. Houd er ook
rekening mee dat een deel van de
optionele uitrusting die in deze
handleiding wordt beschreven, niet
beschikbaar is op de Australische
uitvoeringen, als gevolg van beper-
kingen die worden opgelegd door
de Australische ontwerpvoorschrif-
ten en andere vereisten.
Neem voor meer informatie con-
tact op met uw ser
vicecenter, dat u
graag zal adviseren.
Houd u bij het gebr uik van de auto
aan het volgende:
• Handleiding.
• Informatie op/in de auto. Verwij-
der stickers niet.
• Technische gegevens van de auto.
• De van toepassing zijnde wetten
en veiligheidsnormen van het
land waar de auto wordt
gebruikt.
• Autopapieren en juridische docu- menten.
Uw auto is technisch ontworpen
voor de bedrijfscondities en goed-
keuringseisen die gelden in het
land waar hij voor het eerst werd
geleverd: homologatie. Als uw auto
in een ander la nd gebruikt gaat
worden, moet hij mogelijk van tevo-
ren worden aangepast aan de gel-
dende andere bedrijf scondities en goedkeuringseisen. Als uw auto
niet voldoet aan de homologa-
tie-eisen in een bepaald land, kunt
u daar geen garantieclaims indie-
nen voor uw auto. Een erkende
Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en
uitgeruste des-
kundige kan u meer informatie
geven.
De geavanceerde technologie die
in uw auto wordt g ebruikt, bijvoor-
beeld de geavanceerde materialen
en hoogwaardige elektronica, ver-
eist passende onderhouds- en
reparatiemethoden.
Dientengevolge raadt de fabrikant
van uw auto aan om dergelijke werk-
zaamheden door Toyota te laten uit-
voeren. Als u ervoor kiest om de
werkzaamheden door een andere
gespecialiseerde werkplaats te laten
uitvoeren, adviseert Toyota om naar
een werkplaats te gaan waar werk-
zaamheden zoals onderhoud en
reparatie worden uitgevoerd volgens
Toyota-specificaties en door goed
Uw persoonlijke veiligheid
Beoogd gebruik
Garantie
Onderhoud en reparatie
WAARSCHUWING
Door verkeerd uitgevoerde werk-
zaamheden aan het lakwerk van de
auto werken de radarsensoren moge-
lijk niet goed of kunnen ze defect
raken, waardoor de veiligheid in het
geding komt. Er bestaat een kans op
ongevallen en schade. Laat bij auto's
met radarsensoren werkzaamheden
en reparaties aan de lak van de bum-
pers uitsluitend u itvoeren door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur o f een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 6 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
7
1
Handleiding Supra 1-1. AANWIJZINGEN
AANWIJZINGEN
opgeleid personeel. In deze handlei-
ding worden dergelijke faciliteiten
“een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige”
genoemd.
Als dergelijke we
rkzaamheden, bij-
voorbeeld onderhoud en reparatie,
ondeskundig worden uitgevoerd,
kan dit leiden tot gevolgschade en
aldus een veiligheid srisico vormen.
Toyota raadt aan om onderdelen
en accessoires te gebruiken die
speciaal voor dat doel door Toyota
zijn goedgekeurd.
U wordt geadviseerd om Toyota te
raadplegen voor adv ies over origi-
nele onderdelen en accessoires
van Toyota, andere door Toyota
goedgekeurde producten en voor
deskundig advies over alle aanver-
wante zaken.
De veiligheid en co mpatibiliteit van
deze producten in combinatie met
auto's van Toyota zijn door Toyota
gecontroleerd.
Toyota accepteer t productverant-
woordelijkheid voor originele onder-
delen en accessoires van Toyota.
Toyota kan geen aansprakelijkheid
aanvaarden voor onderdelen of
accessoires van welke aard dan
ook die niet zijn goedgekeurd.
Toyota kan niet van elk afzonderlijk
product van andere origine beoor-
delen of het zonder veiligheidsri-
sico's kan worden gebruikt op
auto's van Toyota. Evenmin kan
geschiktheid voor gebruik worden
verzekerd als daarvoor een officiële
vergunning is afgegeven in een
specifiek land. Tests die voor der- gelijke vergunninge
n worden uitge-
voerd, kunnen niet altijd alle
bedrijfscondities voor auto's van
Toyota omvatten, en sommige
daarvan zijn daa rom onvoldoende.
Uw auto is voorzien van een aantal
elektronische regelsystemen. Elek-
tronische regelsystemen verwerken
gegevens die zij bijvoorbeeld ont-
vangen van de sensoren in de auto,
die zij zelf genereren of die ze met
elkaar uitwisselen. Sommige regel-
systemen zijn nodig om de auto
veilig te laten fun ctioneren of om
assistentie te verlenen tijdens het
rijden, bijvoorbee ld rijassistentie-
systemen. Bovendien faciliteren
regelsystemen de comfort- en info-
tainmentfuncties.
Informatie, bijvoorbeeld in een
aparte brochure, over de opgesla-
gen of uitgewisselde gegevens kan
worden opgevraagd bij de autofa-
brikant.
Elke auto heeft een uniek voertuigi-
dentificatienummer. Afhankelijk van
het land kan een auto-eigenaar
worden geïdentificeerd aan de
hand van het voertuigidentificatie-
nummer, de kentekenplaat en de
relevante autorite iten. Er zijn ook
andere manieren o m de in de auto
verzamelde gegevens te herleiden
tot de bestuurder of auto-eigenaar,
bijvoorbeeld via het gebruikte
Toyota Supra Connect-account.
Onderdelen en accessoires
Gegevensopslag
Algemeen
Persoonlijke identificatie
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190
3.book Page 7 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
9
1
Handleiding Supra 1-1. AANWIJZINGEN
AANWIJZINGEN
• Statusmeldingen van de auto en
de afzonderlijke onderdelen, bij-
voorbeeld het toerental van de
wielen, de wielsnelheid, de dece-
leratie, de zijde lingse versnelling
en het controlela mpje voor de
veiligheidsgordels.
• Omgevingsomstandigheden, bij- voorbeeld de temperatuur en de
regensensorsignalen.
De gegevens worden alleen in de
auto zelf verwerkt en zijn meestal
tijdelijk. De gegev ens worden niet
opgeslagen nadat het contact UIT
is gezet.
Elektronische onderdelen, bijvoor-
beeld regelsystemen en autosleu-
tels, bevatten onderdelen voor het
opslaan van technische informatie.
Informatie over de voertuigcondi-
tie, belasting van onderdelen,
onderhoudsvereisten, gebeurtenis-
sen of fouten kunnen tijdelijk of per-
manent worden opgeslagen.
Deze informatie documenteert over
het algemeen de toestand van een
onderdeel, een module, een sys-
teem of zijn omgeving, bijvoor-
beeld:
• Bedrijfstoestanden van sys- teemonderdelen, bijvoorbeeld
vulniveaus, bandenspanning en
accustatus.
• Storingen en defecten in belang-
rijke systeemonderdelen, bij-
voorbeeld verlichting en
remmen.
• Reacties van de auto op bepaalde rijsituaties, bijvoor-
beeld de activering van een air-
bag of de activering van de
rijstabiliteitsregelsystemen.
• Informatie over gebeurtenissen
waarbij de auto beschadigd is
geraakt. De gegevens zijn nodig zodat de
modules hun functies kunnen uit-
voeren. De gegevens worden ook
gebruikt voor het opsporen en ver-
helpen van storingen en helpen de
autofabrikant om de functies van de
auto te optimaliseren.
Het merendeel van deze gegevens
is tijdelijk en wordt alleen in de auto
zelf verwerkt. Slechts een klein
deel van de gegevens wordt opge-
slagen in gebeurtenis- of foutge-
heugens als reactie op specifieke
omstandigheden.
Wanneer werkzaamheden worden
uitgevoerd, zoals reparaties, ser-
vicewerkzaamheden, garantiewerk-
zaamheden en
kwaliteitswaarborgingsmaatrege-
len, kan deze technische informatie
tezamen met het voer
tuigidentifica-
tienummer worden uitgelezen.
Een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige kan de infor-
matie uitlezen. De wettelijk ver-
eiste OBD-aansluiting van het
diagnosesysteem in de auto wordt
gebruikt om de gegevens uit te
lezen.
De gegevens worden verzameld,
verwerkt en gebruikt door de rele-
vante organisaties in het ser-
vicenetwerk. De gegevens
documenteren de technische
omstandigheden van de auto en
helpen bij het lokaliseren van fou-
ten, het voldoen aan garantiever-
plichtingen en het verbeteren van
de kwaliteit.
Bovendien heeft de fabrikant de
verplichting om aan productbewa-
king te doen overeenkomstig de
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 9 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
12
Handleiding Supra1-1. AANWIJZINGEN
Dankzij het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem kunnen
bijvoorbeeld bij ongevallen hand-
matige of automatische noodoproe-
pen worden verzonden.
De noodoproepen worden beant-
woord door de centrale meldkamer
van de hulpdiensten.
Zie voor meer informatie over het
wettelijk vereiste eCall-noodoproe-
psysteem in de auto, dat is geba-
seerd op 112-noodoproepen, en de
werking en functies
ervan blz. 338.
De op 112-noodoproepen geba-
seerde eCall-dien st is een open-
bare dienst van algemeen belang
en is gratis beschikbaar.
Als zich een ernstig ongeval voor-
doet, wordt het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem stan-
daard automatisch geactiveerd
door sensoren in de auto. Het wordt
ook automatisch geactiveerd als de
auto is uitgerust met een intelligent
noodoproepsysteem dat in het
geval van een erns tig ongeval niet
werkt.
Het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem kan
indien nodig ook handmatig worden
geactiveerd.
Als zich een ernstige systeemsto-
ring voordoet die het wettelijk ver-
eiste eCall-noodoproepsysteem
buiten werking zou stellen, ontvangen de inzittenden een
waarschuwing, zie blz. 339.
Het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem verwerkt
persoonsgegevens in overeen-
stemming met de volgende voor-
schriften:
• Bescherming van persoonsge-
gevens: Verordening
2016/679/EU van het Europees
Parlement en de Raad.
• Bescherming van persoonsge- gevens: Richtlijn 2002/58/EG
van het Europees Parlement en
de Raad.
Persoonsgegevens worden uitslui-
tend verwerkt me t het oog op het
verzenden van eCall-noodoproe-
pen naar het gestandaardiseerde
Europese alarmnummer 112.
Het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem werkt
via mobiele communicatie door
middel van de simkaart die in de
auto is geïnstalleerd. De simkaart is
niet permanent verbonden met het
mobiele telefoonnetwerk, maar blijft
alleen verbonden zolang de
noodoproep actief is.
Het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem mag uit-
sluitend de volgende gegevens ver-
zamelen en verwerken:
Wettelijk vereist
noodoproepsysteem
Principe
Algemeen
Informatie over
gegevensverwerking
Simkaart
Gegevenstypen en hun
ontvangers
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 12 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
15
1
Handleiding Supra 1-1. AANWIJZINGEN
AANWIJZINGEN
in overeenstemming met de Euro-
pese richtlijnen v
oor de bescher-
ming van persoonsgegevens.
Het automatische noodoproepsys-
teem verwerkt persoonsgegevens
alleen met toestemming van de
auto-eigenaar.
Het automatische noodoproepsys-
teem en andere diensten met extra
voordelen mogen alleen persoons-
gegevens verwerken met de uit-
drukkelijke toestemming van de
persoon wiens gegevens worden
verwerkt, bijvoorbeeld de
auto-eigenaar.
Het automatische noodoproepsys-
teem werkt via mobiele communi-
catie door middel van de simkaart
die in de auto is geïnstalleerd. De
simkaart is permanent aangemeld
bij het mobiele telefoonnetwerk
zodat er snel een verbinding tot
stand kan worden gebracht. De
gegevens worden in geval van
nood naar de autofabrikant verzon-
den.
De autofabrikant gebruikt de gege-
vens die als onderdeel van een
noodoproep worden verzonden ook
om de kwaliteit van producten en
diensten te verbeteren.
Alleen de aanbieder van het
mobiele telefoonnetwerk kan de
positie van de a uto bepalen op
basis van de locati es van telefoon-
masten. De netwerkoperator kan het voertuigidentificatienummer niet
koppelen aan het telefoonnummer
van de geïnstalleerde simkaart.
Alleen de autofabrikant kan het
voertuigidentificatienummer koppe-
len aan het telefoonnummer van de
geïnstalleerde simkaart.
De loggegevens voor noodoproe-
pen worden opgeslagen in het
geheugen van de a
uto. De oudste
loggegevens worden regelmatig
gewist. De loggegevens bevatten
bijvoorbeeld informatie over waar
en wanneer een noodoproep is ver-
zonden.
In uitzonderlijke gevallen kunnen
de loggegevens worden uitgelezen
van het geheugen van de auto.
Over het algemeen mogen de log-
gegevens alleen worden uitgelezen
na een gerec htelijk bevel en indien
de bijbehorende apparaten recht-
streeks op de auto zijn aange-
sloten.
Het systeem is zo ontworpen dat na
een ongeval met een bepaalde
ernst, die wordt gesignaleerd door
de sensoren in de auto, automa-
tisch een noodoproep wordt geacti-
veerd.
Als er een noodoproep wordt ver-
zonden door he t automatische
noodoproepsysteem, wordt
dezelfde informatie doorgegeven
aan de aangewezen alarmcentrale
als normaal doo r het wettelijk
Simkaart
Kwaliteit verbeteren
Positiebepaling
Loggegevens voor noodoproepen
Automatische noodoproep
Verzonden informatie
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190
3.book Page 15 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
16
Handleiding Supra1-1. AANWIJZINGEN
vereiste eCall-noodoproepsysteem
wordt doorgegeven aan de centrale
meldkamer.
Bovendien geeft het automatische
noodoproepsysteem ook de vol-
gende aanvullende informatie door
aan een door de autofabrikant aan-
gewezen alarmcentrale en, indien
van toepassing, aan de centrale
meldkamer:
• Ongevalsgegevens, bijvoor-
beeld de richting van de aanrij-
ding zoals gesignaleerd door de
sensoren in de auto, om de inzet
van de hulpdiensten te optimali-
seren.
• Contactgegevens, bijvoorbeeld het telefoonnummer van de
geïnstalleerde simkaart en het
telefoonnummer van de bestuur-
der, indien beschikbaar, zodat er
indien nodig snel contact kan
worden opgenomen met dege-
nen die bij het ongeval betrokken
waren.
De gegevens met betrekking tot
een verzonden noodoproep worden
in de auto geactiveerd. De gege-
vens bevatten in formatie over de
noodoproep, bijvoorbeeld de plaats
en het tijdstip waarop deze is ver-
zonden.
De alarmcentrale s laat audio-opna-
men van de noodoproep op.
Audio-opnamen van de klant wor-
den 24 uur bewaard, voor het geval
de details van de noodoproep moe-
ten worden geanalyseerd. Daarna
worden de audio-opnames gewist.
Audio-opnames van de medewer-
ker van de alarmcentrale worden
24 uur bewaard v oor kwaliteits-
waarborging. De gegevens die worden verkregen
in het kader van een automatische
noodoproep, worden alleen
gebruikt om de noodoproep te ver-
werken. Indien dit w
ettelijk verplicht
is, verstrekt de autofabrikant de
gegevens die hij he eft verwerkt en,
indien van toepassing, nog steeds
heeft bewaard.
De eigenaar van een auto die is
voorzien van een automatisch
noodoproepsysteem en het wette-
lijk vereiste eCa ll-noodoproepsys-
teem heeft het recht om het
eCall-systeem in de auto te gebrui-
ken in plaats van de automatische
noodoproep.
Neem voor deactiveringsverzoe-
ken contact op me t een erkende
Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
Het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem staat
altijd klaar in aanvulling op het
automatische noodoproepsys-
teem. Het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem neemt
de noodoproepfunctie over als het
automatische noodoproepsysteem
om technische redenen niet functio-
neert, bijvoorbeeld als de door de
autofabrikant aangewezen alarm-
centrale niet kan worden bereikt.
Het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem maakt
GegevensopslagVerstrekking van
persoonsgegevens
Wettelijk vereist
noodoproepsysteem
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190
3.book Page 16 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
33
2
Handleiding Supra 2-1. KORTE UITLEG
KORTE UITLEG
• Een richtingverandering kort
aangeven: druk de hendel tot
aan het weerstandspunt en houd
hem daar zolang u een richting-
verandering wilt aangeven.
■Inschakelen
Druk de hendel o mhoog totdat de
gewenste stand is bereikt.
• Ruststand ruitenwissers:
stand 0.
• Regensensor: stand 1.
• Normale wissnelheid: stand 2.
• Hoge wissnelheid: stand 3.
■Uitschakelen en intervalstand
Druk de hendel omlaag.
• Uitschakelen: druk de hendel omlaag totdat de ruststand is
bereikt.
• Inschakelen intervalstand: druk de hendel omlaag vanuit de rust-
stand.
Verlichting
Functies verlichting
SymboolFunctie
Mistachterlicht.
Verlichting uit.
Dagrijverlichting.
Stadslicht.
Automatische verlichting. Adaptieve verlichting.
Dimlicht.
Dashboardverlichting.
Parkeerlicht rechts.
Parkeerlicht links.
Ruitenwissersysteem
In-/uitschakelen ruitenwissers en
intervalstand
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 33 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
34
Handleiding Supra2-1. KORTE UITLEG
■Inschakelen/uitschakelen
Inschakelen: druk de hendel vanuit
de ruststand omhoog naar de
eerstvolgende stand, pijl 1 .
Uitschakelen: druk de hendel terug
naar de ruststand.
■Instellen van de gevoeligheid
Draai het kartelwie ltje op de ruiten-
wisserhendel.
Trek aan de ruitenwisserhendel. Regensensor
Reinigen van de voorruit
Airconditioning
To e t sFunctie
Temperatuur.
Recirculatiemodus.
Maximaal koelen.
Automatisch programma.
Handmatige bediening
luchtverdeling.
Uitschakelen.
Ontdooien en
ontwasemen voorruit.
Achterruitverwarming.
Stoelverwarming.
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 34 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM