67
3
Handleiding Supra 3-1. BEDIENING
BEDIENING
Het gebruik van de volgende typen
connectiviteit vereist een eenma-
lige koppeling met de auto:
• Bluetooth.
• Apple CarPlay.
• Screen Mirroring.
De gekoppelde apparaten worden
vervolgens automatisch herkend en
verbonden met de auto.
• Het apparaat is compatibel met
Bluetooth.
• Het apparaat is ingeschakeld.
• Bluetooth is zowel bij het appa- raat als bij de auto ingeschakeld,
zie blz. 67.
• Mogelijk moeten er vooraf
bepaalde Bluetoot h-instellingen
op het apparaat worden gewij-
zigd, zoals de zichtbaarheid van
het apparaat. Raadpleeg de
handleiding van het apparaat.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeemin-
stellingen)
3 “Mobile devices” (mobiele appa-
raten)
4 “Settings” (instellingen)
5 “Bluetooth”
Om alle ondersteunde functies van
een mobiele telefoon te kunnen
gebruiken, moeten de volgende func-
ties zijn geactiveerd voordat de
mobiele telefoon aan de auto wordt
gekoppeld.
Via Toyota Supra Command:
1“My Vehicle” (mijn auto)
2“System settings” (systeeminstel-
lingen)
USB-opslagmedium:
Exporteren en importe-
ren van bestuurderspro-
fielen.
Importeren en exporteren
van opgeslagen routes.
Muziek afspelen.
USB.
Video's vanaf een smart-
phone of USB-apparaat
afspelen.
USB.
Apple CarPlay-apps
bedienen via Toyota
Supra Command en via
spraakcommando's.Bluetooth en
WLAN.
Screen Mirroring: het
scherm van de smart-
phone weergeven op het
regeldisplay.
WLAN.
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Het bedienen van geïntegreerde
informatiesystemen en communica-
tieapparatuur tijdens een rit kan u
afleiden van het verkeer. U kunt de
controle over de auto verliezen. Er
bestaat een kans op ongevallen.
Gebruik de systemen of apparatuur
alleen als de verkeerssituatie dit toe-
laat. Stop indien nodig en bedien de
systemen of appar atuur terwijl de
auto stilstaat.
FunctieType
connectiviteitBluetooth-verbinding
Voorwaarden voor werking
Bluetooth inschakelen
Telefoonfuncties
inschakelen/uitschakelen
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 67 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
68
Handleiding Supra3-1. BEDIENING
3“Mobile devices” (mobiele appa-
raten)
4“Settings” (instellingen)
5Selecteer de gewenste instelling.
• “Office” (agenda)
Activeer deze functie voor de overdracht
van SMS-berichten, e-mails, de agenda,
taken, memo's en herinneringen naar de
auto. Aan de overdracht van alle gege-
vens naar de auto kunnen kosten zijn
verbonden.
• “Contact pictures” (foto's contac- ten)
Activeer deze functie om foto's bij de
contacten weer te geven.
6Kantel de controller naar links.
Via Toyota Supra Command:
1“My Vehicle” (mijn auto)
2“System settings” (systeeminstel-
lingen)
3“Mobile devices” (mobiele appa-
raten)
4“Connect new device” (verbind
nieuw apparaat)
5Selecteer de volgende functies:
• “Telephone” (telefoon)
• “Bluetooth audio”
• “Apps”
• “Apple CarPlay”
• “Screen Mirroring”
De Bluetooth-naam van de auto wordt
weergegeven in het regeldisplay.
6Zoek op het mobiele apparaat
naar Bluetooth-apparaten in de
omgeving.
De Bluetooth-naam van de auto wordt
weergegeven op het scherm van het
mobiele apparaat. Selecteer de Bluetooth-naam van de
auto.
7Afhankelijk van het mobiele appa-
raat wordt een controlenummer
weergegeven of moet u zelf het
controlenummer invoeren.
• Vergelijk het controlenummer dat op het regeldisplay wordt weerge-
geven met het controlenummer op
het scherm van het apparaat.
Bevestig het controlenummer op het
apparaat en op het regeldisplay.
• Voer hetzelfde controlenummer in
op het apparaat en via Toyota
Supra Command en bevestig ver-
volgens.
Het apparaat is verbonden en wordt
weergegeven in de apparatenlijst, zie
blz.
72
Er kunnen zich gevallen voordoen
waarin het mobiele apparaat niet
functioneert zoals verwacht, hoewel
aan alle voorwaarden is voldaan en
alle noodzakelijke stappen in de
juiste volgorde zijn uitgevoerd. Des-
alniettemin functioneert het mobiele
apparaat niet zoals verwacht.
In dergelijke gevallen kan de vol-
gende uitleg hulp bieden:
Waarom kan de mobiele telefoon
niet worden gekoppeld of verbon-
den?
• Er zijn te veel Bluetooth-apparaten gekoppeld aan de mobiele tele-
foon of de auto.
Verwijder in de auto de Bluetooth-koppe-
lingen met andere apparaten.
Verwijder alle bekende Bluetooth-koppe-
lingen uit de apparatenlijst op de mobiele
telefoon en laat deze vervolgens naar
nieuwe apparaten zoeken.
Het mobiele apparaat koppelen
aan de auto
Veelgestelde vragen
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 68 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
71
3
Handleiding Supra 3-1. BEDIENING
BEDIENING
• Compatibele iPhone.
iPhone 5 of hoger met iOS 7.1 of hoger.
• Bijbehorend contract mobiele
provider
• Bluetooth, WLAN en Siri-spraak-
bediening zijn gea ctiveerd op de
iPhone.
• Inschrijven voor de Toyota Supra Connect-service: voorbereiding
Apple CarPlay.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeemin-
stellingen)
3 “Mobile devices” (mobiele appa-
raten)
4 “Settings” (instellingen)
5 Selecteer de volgende instellin-
gen:
• “Bluetooth”
• “Apple CarPlay”
Registreer de iPhone via Bluetooth
in de auto, zie blz. 68.
Selecteer CarPlay als functie:
“Apple CarPlay”
De iPhone wordt verbonden met de
auto en wordt weergegeven in de
apparatenlijst, zie blz. 72.
Zie de handleiding voor het naviga-
tie-, multimedia- en communicatie-
systeem voor meer informatie. Er kunnen zich gevallen voordoen
waarin het mobiele apparaat niet
functioneert zoals verwacht, hoe-
wel aan alle voorwaarden is vol-
daan en alle noodzakelijke stappen
in de juiste volgorde zijn uitge-
voerd. Desalniettemin functioneert
het mobiele apparaat niet zoals
verwacht.
In dergelijke geva
llen kan de vol-
gende uitleg hulp bieden:
De iPhone is al gekoppeld met
Apple CarPlay. Als een nieuwe ver-
binding wordt gemaakt, kan Car-
Play niet meer worden
geselecteerd.
• Wis de desbetreffende iPhone uit
de apparatenlijst.
• Wis op de iPhone de auto uit de
lijst van opgesl agen Bluetooth-
en WLAN-verbindingen.
• Koppel de iPhone als een nieuw apparaat.
Neem als alle beschreven stappen
zijn uitgevoerd en de gewenste
functie nog steeds niet beschikbaar
is contact op met de klantenser-
vice, een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Met Screen Mirroring kan het
scherm van de smartphone worden
weergeven op het regeldisplay.
Voorwaarden voor werking
Inschakelen van Bluetooth en
CarPlay
Registreren va
n iPhone met
CarPlay
Bediening
Veelgestelde vragen
Screen Mirroring
Algemeen
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 71 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
72
Handleiding Supra3-1. BEDIENING
• Een smartphone die compatibel
is met Screen Mirroring.
• Screen Mirroring is ingescha- keld op de smartphone.
• WLAN is ingeschakeld in de
auto.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeemin-
stellingen)
3 “Mobile devices” (mobiele appa-
raten)
4 “Settings” (instellingen)
5 “Vehicle WiFi” (wifi van auto)
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeemin-
stellingen)
3 “Mobile devices” (mobiele appa-
raten)
4 “Connect new device” (verbind
nieuw apparaat)
5 “Screen Mirroring”
De WLAN-naam van de auto wordt
weergegeven in het regeldisplay.
6 Zoek op de smartphone naar
WLAN-apparaten in de omge-
ving.
De WLAN-naam van de auto wordt
weergegeven op het scherm van het
apparaat. Selecteer de WLAN-naam
van de auto.
7 Bevestig de verbinding via
Toyota Supra Command.
Het apparaat is verbonden en
wordt weergegeven in de appara-
tenlijst, zie blz. 72
• Na een eenmalige registratie worden apparaten automatisch
gedetecteerd en wordt er auto-
matisch verbinding mee gemaakt
als de standby-modus wordt
ingeschakeld.
• De op de simkaart of in de
mobiele telefoon opgeslagen
gegevens worden na de detectie
naar de auto overgedragen.
• Bij bepaalde apparaten kunnen specifieke ins tellingen noodza-
kelijk zijn, zoals een autorisatie.
Raadpleeg de han dleiding van
het apparaat.
In de apparatenlijst worden alle
geregistreerde of met de auto ver-
bonden apparaten weergegeven.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeemin-
stellingen)
3 “Mobile devices” (mobiele appa-
raten)
Een symbool geeft aan voor welke
functie een apparaat wordt
gebruikt.
Voorwaarden voor werking
WLAN inschakelen
De smartphone met Screen
Mirroring registreren
Mobiele apparaten beheren
Algemeen
Apparatenlijst weergeven
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 72 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
73
3
Handleiding Supra 3-1. BEDIENING
BEDIENINGHet is mogelijk om
functies op een
geregistreerd of verbonden appa-
raat te activeren of deactiveren.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeemin-
stellingen)
3 “Mobile devices” (mobiele appa-
raten)
4 Selecteer het gewenste appa-
raat.
5 Selecteer de gewenste instel-
ling.
Als een functie wo rdt toegewezen
aan een bepaald apparaat maar al
is geactiveerd op een ander ver-
bonden apparaat, wordt deze func-
tie overgedragen naar het nieuwe
apparaat en wordt de verbinding
met het andere apparaat verbro-
ken.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto) 2
“System settings” (systeemin-
stellingen)
3 “Mobile devices” (mobiele appa-
raten)
4 Een apparaat selecteren
5 “Disconnect device” (verbinding
met apparaat verbreken)
Het apparaat blijft geregistreerd en
het is mogelijk om er opnieuw ver-
binding mee te maken, zie blz. 73.
Er kan opnieuw verbinding worden
gemaakt met een apparaat waar-
mee de verbinding is verbroken.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeemin-
stellingen)
3 “Mobile devices” (mobiele appa-
raten)
4 Een apparaat selecteren
5 “Connect device” (verbinding
maken met apparaat)
De functies die aan het apparaat
waren toegewezen voordat de ver-
binding werd verbroken, worden bij
het herstellen van de verbinding
opnieuw aan het apparaat toege-
wezen. Indien van toepassing wor-
den deze functies voor een ander
verbonden apparaat gedeactiveerd.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeemin-
stellingen)
SymboolFunctie
Telefoon
“Additional telephone”
(extra telefoon)
“Bluetooth audio”
“Apps”
“Apple CarPlay”
“Screen Mirroring”
Het apparaat c onfigureren
De verbinding met een apparaat
verbreken
Een apparaat aansluiten
Een apparaat wissen
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 73 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
91
3
Handleiding Supra 3-1. BEDIENING
BEDIENING
ingesteld op de l
aatst ingestelde
stand.
De laatst ingestel de stand is onaf-
hankelijk van de via het stoelver-
stellingsgeheuge n opgeslagen
standen.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen
auto)
3 "Doors/Key" (portieren/sleutel)
4 “Flash for lock/unlock” (knippe-
ren bij vergrendelen/ontgrende-
len)
Bij het ontgrendelen knipperen de rich-
tingaanwijzers twee keer, bij het ver-
grendelen één keer.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen
auto)
3 "Doors/Key" (portieren/sleutel)
4 Selecteer de gewenste instel-
ling:
• “Relock automat ically” (automa-
tisch weer vergrendelen)
Als de auto wordt ontgrendeld zonder
dat een portier wordt geopend, wordt hij
na korte tijd automat isch weer vergren-
deld.
• “Lock after pulling away” (ver- grendelen bij het wegrijden)
De auto wordt bij het wegrijden auto-
matisch vergrendeld.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen
auto)
3 "Doors/Key" (portieren/sleutel)
4 “Unlock at end of journey” (ont-
grendelen bij aankomst)
Als de Drive Ready-m odus wordt uitge-
schakeld doordat op de startknop wordt
gedrukt, wordt de vergrendelde auto
automatisch ontgrendeld.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen
auto)
3 "Doors/Key" (portieren/sleutel)
4 “Fold mirrors in when locked”
(buitenspiegels inklappen bij het
vergrendelen)
Als de auto wordt vergrendeld, worden
de buitenspiegels automatisch inge-
klapt en als hij wordt ontgrendeld, wor-
den ze automatisch weer uitgeklapt.
Via Toyota Supra Command:
1“My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen
auto)
3 "Doors/Key" (portieren/sleutel)
4 "Switch off after door opening"
(uitschakelen na openen portier)
Bevestigingssignalen van de
auto
Automatische vergrendeling
Automatische ontgrendeling
Automatisch inklappen van
de buitenspiegels
Activeren van de inactieve
modus na het openen van de
voorportieren
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190
3.book Page 91 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
452
Handleiding SupraAlfabetische index
Richtingaanwijzers, vervangen van lampen, zie Lampen en
lichten.......................................... 327
Rijden door water ......................... 270
Rijden op circuits ......................... 271
Riemen, zie Sjorogen in de bagageruimte.............................. 263
Rijhulp, zie
Toyota Supra Safety ................... 192
Rijmodus, zie SPORT-modusschakelaar.... 149
Rijmogelijkheden in noodsituaties, banden ............... 284
Rijstabiliteitsregel systemen ........ 215
Rijstrookgrens, waarschuwing ... 203
Roetfilter........................................ 267
Roetfilter benzine, zie Roetfilter................................ 267
Roetfilter diesel, zie Roetfilter ..... 267
RON, benzinesoort ....................... 308
RSC (Runflat System Component),
zie Run-flat banden .................... 284
Rubber onderdelen, verzorging ................................... 353
Rugleuning, stoelen ....................... 96
Ruitensproeiers voor ................... 142
Ruitensproeiersysteem voor, zie Ruitenwissersysteem........... 140
Ruitenwissers voor, zie Ruitenwissersysteem........... 140
Ruitenwissers, wegklapstand ..... 142
Ruitenwissers, zie Ruitenwissersysteem........... 140
Ruitenwissersysteem ................... 140
Run-flat banden ............................ 284
Runflatbanden, zie Run-flat banden .................... 284
S
Schakelaar instrumentenpaneel, zie Ruitenwissersysteem........... 140 Schakelaar voor het in- en
uitschakelen van de
voorpassagiersairbags .............. 188
Schakelaar voor rijdynamiek, zie SPORT-modusschakelaar .... 149
Schakelaars elektrische ruitbediening................................. 94
Schakelaars ruitbediening ............. 94
Schakelaars, zie Cockpit ................ 40
Schakeladvieslampjes, toerenteller .................................. 157
Schakelen, zie Automatische transmissie ................................. 143
Schakelindicator ........................... 160
Scherm, zie Regeldisplay............... 50
Schroevendraaier, zie Gereedschapsset auto ......... 326
Screen Mirroring, verbinding......... 71
Selectiehendel, zie Automatische transmissie ................................. 143
Sensoren, verzorging ................... 354
Service, zie Pechhulp ................... 337
Side airbag .................................... 180
Sjorogen in de bagageruimte ...... 263
Sleepbevestiging, zie Sleepoog ............................... 348
Sleepkabel ..................................... 348
Sleepoog........................................ 348
Sleepstang..................................... 347
Slepen, zie Starten door aanslepen en slepen .................. 346
Sleutel, mechanisch ....................... 80
Sleutel, zie Afstandsbediening ...... 74
Smart entry-systeem met startknop ....................................... 82
Sneeuwkettingen .......................... 290
Snelheidsbegrenzer, handbediend ............................... 220
Snelheidsbegrenzer, zie Handbediende
snelheidsbegrenzer.................... 220
Snelheidslimiet, weergave, zie Speed Limit Info.................... 160
SOS, toets, zie Automatische
noodoproep ................................ 339
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 452 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM
454
Handleiding SupraAlfabetische index
Toyota Supra Command ................ 47
Toyota Supra Safety ..................... 192
TPM-bandenspannings- controlesysteem...... ................... 290
Tractiemodus ................................ 218
Traction Control ............................ 218
TRACTION, rijstabilit eit ................ 218
Transmissieblokkering,
elektronisch ontgrendelen ........ 147
Trekhaak, achteruitr ijcamera....... 244
U
Uitlaat, zie Heet uitlaatsysteem ... 267
Uitlaatsysteem .............................. 267
Uitrusting .......................................... 5
Uitschakelen, airbags .................. 188
Uitstroomopeningen,
zie Ventilatie................................ 255
USB-interface, plaats in
de auto ........................................ 259
USB-verbinding .............................. 69
Uw persoonlijke veiligheid .............. 6
V
Vals alarm, zie Voorkomen
van vals alarm .............................. 93
Variable Suspension-systeem, Adaptive ...................................... 249
Vastmaken van veiligheids- gordels, zie Veiligheidsgordels... 99
Vehicle Stability Control (VSC).... 216
Veilig remmen ............................... 270
Veilig vervoeren van kinderen ..... 110
Veilige zitpositie ............................. 95
Veiligheidsgordels.......................... 99
Veiligheidsgordels, verzorging ... 353
Veiligheidssystemen, zie Airbags .................................. 179
Veiligheidssystemen,
zie Toyota Supra Safety ............. 192
Velgen, vervangen ........................ 282
Velgenreiniger, lichtmetalen
velgen .......................................... 353 Ventilator draait, zie Roetfilter ..... 267
Ventilator radiateur,
zie Roetfilter ................................ 267
Ventileren....................................... 255
Verbindingen, Scr een Mirroring ....71
Verchroomde oppervlakken, verzorging ................................... 353
Vereist onderhoud, zie
Condition Based Service
(CBS) ........................................... 315
Vergrendelen met de
afstandsbediening........................ 76
Vergrendelen, instellingen ............. 90
Vergrendelen, zie Openen
en sluiten....................................... 74
Vergrendeling, automatisch........... 91
Verlichting ..................................... 171
Verlichting ..................................... 171
Verlichting achter, zie Lampen en lichten..................................... 327
Verlichting display, zie Dashboardverlichting........... 177
Verlichting voor,
zie Lampen en lichten ................327
Verlichting Welcome Light-systeem ........ ..................... 173
Verlichting Welcome Light-systeem bij het
ontgrendelen................................. 75
Verlichting, automatische ............ 171
Vermoeidheidswaarschuwings- functie.......................................... 213
Versnellingsbak, zie Automatische transmissie ... 143
Vertraagd uitschakelen
koplampen .................................. 173
Vertrektijd, extra verwarming ...... 257
Vertrektijd, onafhankelijke
ventilatie ...................................... 257
Vervangen van de ruitenwisserbladen..................... 326
Vervangen van lampen, zie Lampen en lichten ................327
Vervangen van leds,
zie Lampen en lichten ................327
Supra_OM_Europe_OM99T05E_1_190 3.book Page 454 Wednesday, March 6, 2019 3:49 PM