Page 345 of 480

3457-3. Zelf uit te voeren onderhoud
7
Onderhoud en verzorging
AYGO_OM_Europe_OM99R11E■
De initialisatieprocedure
●
Voer de initialisatie uit na het op spanning brengen van de ban -
den. Zorg er daarnaast voor dat de banden koud zijn bij de init ia-
lisatie en bij het aanpa ssen van de bandenspanning.
● Als u per ongeluk de resettoets indrukt wanneer initialiseren niet
nodig is, breng de banden dan op de juiste spanning wanneer ze
koud zijn en voer opnieu w de initialisatie uit.
■Initialiseren van het bandens panningswaarschuwingssysteem
Parkeer de auto op een veilige plaats en zet het contact UIT.
Er kan niet worden geïnitialiseerd wanneer de auto rijdt.
Breng de banden op de voorgeschreven spanning bij koude ban-
den. (Blz. 454)
Breng de banden op de voorgeschreven spanning voor de banden in
koude toestand. Deze spanning vormt de referentiespanning voor het
bandenspanningswaarschuwingssysteem.
Zet het contact AAN.
Houd de resetknop van het
bandenspanningswaarschu-
wingssysteem ingedrukt tot
het waarschuwingslampje
lage bandenspanning drie
keer langzaam knippert.
■ Situaties waarin het bandenspa nningswaarschuwingssysteem mogelijk
niet goed werkt (indien aanwezig)
●
Dit bandenspanningswaarschuwing ssysteem zorgt voor een juiste werking wan-
neer een band met OE-specificaties (Original Equipment) is gemo nteerd.
●Onder de volgende omstandigheden werkt het bandenspanningswaarschu-
wingssysteem mogelijk niet goed.
• Er zijn banden met een niet-standaardformaat of banden van een andere
fabrikant gemonteerd.
• De auto heeft velgen van verschillende maten of fabrikanten.
• De auto maakt gebruik van winterbanden, een compact reservewie l
(indien aanwezig) of sneeuwkettingen.
• Er wordt gereden met een snelheid die lager is dan ongeveer 40 km/h.
• De auto rijdt op een glad wegdek of over onverharde wegen.
● Wanneer de bandenspanning snel daalt, zoals bij een klapband, d an ver-
schijnt de waarschuwing mogelijk niet.
AYGO_OM_Europe_OM99R11E.book Page 345 Monday, November 20, 20 17 3:59 PM
Page 346 of 480

3467-3. Zelf uit te voeren onderhoud
AYGO_OM_Europe_OM99R11E
WAARSCHUWING
■Bij het controleren of vervangen van de banden
Houd u aan de volgende voorzorgsmaatregelen om ongevallen te vo orko-
men.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen, kan schad e aan de
aandrijflijn veroorzaken en gevaarlijke rijeigenschappen tot gevolg hebben,
waardoor een ongeval met ernstig letsel kan ontstaan.
● Gebruik geen banden van verschillende merken, types of profiele n.
Gebruik ook geen banden met duidelijk verschillende slijtagepat ronen
door elkaar.
● Gebruik uitsluitend de door Toyota voorgeschreven bandenmaat.
● Gebruik geen verschillende soorten banden (radiaalbanden, gorde lban-
den met diagonaalkarkas en diagonaalbanden) door elkaar.
● Gebruik geen zomer-, all-season- en winterbanden door elkaar.
● Gebruik nooit banden onder uw auto die zijn gebruikt onder een andere
auto.
Door het gebruik van banden waarvan het verleden onbekend is, l oopt u
extra risico.
● Auto's met een compact reservewiel: Rijd niet met een aanhangwagen als
een compact reservewiel is gemonteerd.
● Auto's met bandenreparatieset: Rijd niet met een aanhangwagen o .i.d. als
een gemonteerde band gerepareerd is met behulp van de bandenrep ara-
tieset. De belasting van de band kan leiden tot onverwachte sch ade aan
de band.
■ Bij het initialiseren van het bandenspanningswaarschuwingssysteem
(indien aanwezig)
Druk niet op de resetknop van het bandenspanningswaarschuwingss ys-
teem voordat de banden op de voorgeschreven spanning zijn gebra cht.
Anders kan het voorkomen dat het waarschuwingslampje voor de la ge ban-
denspanning niet gaat branden terwijl de bandenspanning te laag is, of wel
gaat branden terwijl de bandenspanning in orde is.
AYGO_OM_Europe_OM99R11E.book Page 346 Monday, November 20, 20 17 3:59 PM
Page 347 of 480

3477-3. Zelf uit te voeren onderhoud
7
Onderhoud en verzorging
AYGO_OM_Europe_OM99R11E
WAARSCHUWING
■Onderhoud van de banden (auto's met bandenspanningswaarschu-
wingssysteem)
De spanning van elke band, inclusief het reservewiel (indien aa nwezig)
moet maandelijks in koude toestand worden gecontroleerd. Indien nodig
dient de spanning op de juiste waarde te worden gebracht, zoals deze is
voorgeschreven door de autofabrikant en zoals deze vermeld staa t in de
voertuigdocumentatie of op het bandenspanningslabel (informatie label ban-
denspanning en belasting). (Wanneer uw auto is uitgerust met ee n ander
formaat banden dan aangegeven op de voertuigdocumentatie of op het
bandenspanningslabel [informatielabel bandenspanning en belasti ng], moet
u de juiste bandenspanning voor die banden bepalen.)
Als een extra veiligheidsmaatregel is uw auto uitgerust met een banden-
spanningsbewakingssysteem (TPMS; bandenspanningswaarschuwings-
systeem) dat een waarschuwingslampje voor lage bandenspanning l aat
branden wanneer een of meer banden een veel te lage bandenspann ing
hebben. Dienovereenkomstig dient u, wanneer het waarschuwingsla mpje
voor lage bandenspanning gaat branden, de auto zo spoedig mogel ijk stil te
zetten, uw banden te controleren en ze op de juiste spanning te brengen.
Wanneer op een band met een te lage spanning rijdt, raakt de ba nd over-
verhit en kan deze beschadigd raken. Een te lage bandenspanning zorgt
ook voor een hoger brandstofverbruik en een lagere levensduur v an het
loopvlak en heeft mogelijk een negatief effect op de handling e n de rem-
kwaliteiten van uw auto.
Het TPMS (bandenspanningswaarschuwingssysteem) is echter geen v er-
vanging voor echt bandenonderhoud. Het is de verantwoordelijkheid van de
bestuurder om de banden op de juiste spanning te houden, ook wa nneer de
bandenspanning nog niet zo laag is dat het waarschuwingslampje voor lage
bandenspanning gaat branden.
Uw auto is ook uitgerust met een storingscontrolelampje voor he t TPMS
(bandenspanningswaarschuwingssysteem) om aan te geven wanneer h et
systeem niet juist werkt. Het storingscontrolelampje voor het T PMS (ban-
denspanningswaarschuwingssysteem) vormt een geheel met het waar -
schuwingslampje voor lage bandenspanning. Wanneer het systeem e en
waarschuwing signaleert, knippert het waarschuwingslampje gedur ende
ongeveer een minuut en blijft daarna continu branden. Zolang de storing
blijft bestaan blijft dit zo doorgaan, ook wanneer de auto weer wordt gestart.
Wanneer het storingscontrolelampje brandt, kan het systeem moge lijk niet
naar behoren een lage bandenspanning signaleren of aangeven.
Storingen in het TPMS (bandenspanningswaarschuwingssysteem) kun nen
zich om door allerlei oorzaken voordoen, waaronder door het pla atsen of
vervangen van banden of het wisselen van de wielen van de auto, waar-
door het TPMS niet meer goed werkt. Controleer altijd het storingscontrole-
lampje voor het TPMS (bandenspanningswaarschuwingssysteem) nadat u
een of meer banden of wielen van uw auto hebt vervangen om er z eker van
te zijn dat het systeem goed werkt.
AYGO_OM_Europe_OM99R11E.book Page 347 Monday, November 20, 20 17 3:59 PM
Page 348 of 480

3487-3. Zelf uit te voeren onderhoud
AYGO_OM_Europe_OM99R11E
OPMERKING
■Voorzorgsmaatregelen bij het ver vangen van banden (auto's met ban-
denspanningswaarschuwingssysteem)
Wanneer er verschillende soorten banden of banden van verschill ende
merken worden gebruikt, werkt het bandenspanningswaarschuwingss ys-
teem mogelijk niet goed.
■ Rijden over onverharde wegen
Wees extra voorzichtig bij het rijden over onverharde wegen en wegen met
kuilen.
Dergelijke omstandigheden hebben mogelijk een verlaging van de banden-
spanning tot gevolg, waardoor de verende werking van de banden vermin-
dert. Bovendien kunnen de banden zelf en de velgen en carrosser ie
beschadigd raken bij het rijden over onverharde wegen.
■ Brede banden (auto's met 165/60R15 banden)
Het gebruik van brede banden kan leiden tot meer schade aan de velg bij
het rijden op een slecht wegdek. Let daarom goed op de volgende punten:
● Zorg ervoor dat de banden de juiste spanning hebben. Bij een te lage ban-
denspanning zullen de banden sneller beschadigd raken.
● Rijd niet door diepe gaten of tegen hoge of scherpe voorwerpen aan of
eroverheen. Anders kunnen de banden en velgen ernstig beschadig d
raken.
■ Als tijdens het rijden in elke band een te lage bandenspanning ontstaat
Rijd niet verder als de bandenspanning te laag is, anders kunne n de ban-
den en/of velgen ernstig beschadigd raken.
AYGO_OM_Europe_OM99R11E.book Page 348 Monday, November 20, 20 17 3:59 PM
Page 349 of 480

3497-3. Zelf uit te voeren onderhoud
7
Onderhoud en verzorging
AYGO_OM_Europe_OM99R11E
Bandenspanning
■Gevolgen van een onjuiste bandenspanning
Het rijden met een onjuiste bandenspanning kan de volgende gevolgen heb-
ben:
●Hoger brandstofverbruik
● Verminderd rijcomfort en een slechte handling
● Kortere levensduur van de banden als gevolg van slijtage
● Een onveilige auto
● Beschadiging van de aandrijflijn
Als een band vaak moet worden opgepompt, laat deze dan controle ren door
een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een ander e naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Instructies voor het control eren van de bandenspanning
Let bij het controleren van de bandenspanning op het volgende:
● Controleer de bandenspanning alleen als de banden koud zijn.
Als uw auto ten minste 3 uur heeft stilgestaan of niet meer dan 1,5 km heeft
gereden, kunt u de bandenspanning voor koude banden correct aflezen.
● Gebruik altijd een bandenspanningsmeter.
Het is moeilijk te bepalen of een band de juiste bandenspanning heeft op
basis van alleen het uiterlijk.
● Het is normaal dat de spanning van een band na een rit is opgel open aan-
gezien warmte wordt gegenereerd in de band. Laat na het rijden geen lucht
uit de banden lopen om de spanning te verlagen.
Zorg ervoor dat de banden de juiste spanning hebben. De ban-
denspanning moet ten minste een maal per maand gecontroleerd
worden. Toyota beveelt u echter aan de bandenspanning eens
per twee weken te controleren. ( Blz. 454)
AYGO_OM_Europe_OM99R11E.book Page 349 Monday, November 20, 20 17 3:59 PM
Page 350 of 480

3507-3. Zelf uit te voeren onderhoud
AYGO_OM_Europe_OM99R11E
WAARSCHUWING
■Een goede bandenspanning zorgt voor een langere levensduur van de
banden
Houd de bandenspanning op de juiste waarde.
Als de banden niet de juiste spanning hebben, kunnen onderstaande zaken
zich voordoen. Dit kan leiden tot een ongeval waarbij ernstig l etsel kan ont-
staan.
● Overmatige slijtage
● Ongelijkmatige slijtage
● Slecht rijgedrag
● Mogelijke klapband door oververhitting
● Luchtlekkage tussen de band en velg
● Wielvervorming en/of beschadiging van de band
● Groter risico op beschadiging van de band tijdens het rijden (a ls gevolg
van voorwerpen op het wegdek, verbindingsstukken of scherpe ran den in
het wegdek, enz.)
OPMERKING
■ Controleren en op de juiste spanning brengen van de banden
Plaats na controle altijd de ventieldopjes.
Zonder de ventieldopjes kan er vuil en vocht in het inwendige van de ventie-
len doordringen. Hierdoor kan de afdichting in gevaar komen, wa t kan lei-
den tot een lagere bandenspanning.
AYGO_OM_Europe_OM99R11E.book Page 350 Monday, November 20, 20 17 3:59 PM
Page 351 of 480

3517-3. Zelf uit te voeren onderhoud
7
Onderhoud en verzorging
AYGO_OM_Europe_OM99R11E
Velgen
Let er bij het vervangen van velgen op dat deze hetzelfde draag ver-
mogen, dezelfde diameter, velgbreedte en ET-waarde
* hebben.
Vervangende velgen zijn verkrijgbaar bij een erkende Toyota-dea ler of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerd e en
uitgeruste deskundige.
*: “Offset” is de gebruikelijke term.
Toyota raadt het gebruik van het volgende af:
● Velgen van verschillende maten of types
● Gebruikte velgen
● Verbogen velgen die hersteld zijn
● Gebruik uitsluitend de Toyota-wielbouten en -wielmoersleutel bi j uw
lichtmetalen velgen.
● Controleer de wielbouten na de eerste 1.600 km telkens als een
band is verwisseld, gerepareerd of vervangen.
● Pas op dat lichtmetalen velgen niet beschadigd raken als u
sneeuwkettingen gebruikt.
● Bij het balanceren moet gebruik worden gemaakt van Toyota- of
gelijkwaardige balanceergewichtje s, die geplaatst dienen te worden
met een kunststof of rubber hamer.
Als een velg verbuigingen of sch euren vertoont of erg gecorro-
deerd is, moet deze vervangen worden. Anders kan de band van
de velg raken of kan de auto moeilijk beheersbaar worden.
Keuze van velg
Voorzorgsmaatregelen met betre kking tot lichtmetalen velgen
(indien aanwezig)
AYGO_OM_Europe_OM99R11E.book Page 351 Monday, November 20, 20 17 3:59 PM
Page 352 of 480
3527-3. Zelf uit te voeren onderhoud
AYGO_OM_Europe_OM99R11E
WAARSCHUWING
■Vervangen van velgen
● Gebruik alleen de in deze handleiding aanbevolen maat velgen en ban-
den. Een andere maat kan resulteren in een slechtere controle o ver de
auto.
● Gebruik nooit een binnenband bij een poreuze velg die ontworpen is voor
een tubeless band. Als u dat wel doet, kan dat leiden tot een o ngeval
waarbij ernstig letsel kan ontstaan.
■ Gebruik van beschadigde velgen niet toegestaan
Gebruik geen gescheurde of vervormde velgen.
Als u dat wel doet, kan er tijdens het rijden lucht uit de band ontsnappen,
waardoor een ongeval zou kunnen ontstaan.
AYGO_OM_Europe_OM99R11E.book Page 352 Monday, November 20, 20 17 3:59 PM