20
Als de afstandbediening niet werkt, kan de
auto niet meer met de afstandsbediening
ontgrendeld of vergrendeld worden.
F
O
ntgrendel of vergrendel de auto
eerst met de sleutel in het slot van het
bestuurdersportier.
F
R
aadpleeg vervolgens het PEUGEOT-
netwerk om de werking van de
afstandsbediening te laten controleren en
de batterij te laten ver vangen voor zover
noodzakelijk. Sleutels verloren
Ga met het kentekenbewijs van de auto en
uw legitimatiebewijs naar het PEUGEOT-
netwerk.
Het PEUGEOT-netwerk kan de speciale
code van de sleutel en de transponder
opzoeken en voor nieuwe sleutels zorgen.
Probleem met de afstandsbedieningDiefstalbeveiliging
Breng geen wijzigingen aan in de
elektronische startblokkering; dit kan tot
storingen leiden.
Afstandsbediening
De radiografische afstandsbediening is
een systeem met een groot bereik. Het
is raadzaam om niet met de knop van
de afstandsbediening te spelen, om te
voorkomen dat de portieren per ongeluk
ontgrendeld worden.
Druk nooit op de knoppen van uw
afstandsbediening buiten het bereik en het
zicht van uw auto. De afstandsbediening
kan dan onbruikbaar worden.
De afstandsbediening werkt niet als de
sleutel in het contactslot zit, zelfs als het
contact uitstaat.
Sluiten van de auto
Het rijden met vergrendelde portieren kan
bij een noodgeval de toegang tot de auto
voor de hulpdiensten bemoeilijken.
Neem uit veiligheidsoverwegingen
(kinderen in de auto) de sleutel met
afstandsbediening mee als u de auto
verlaat, zelfs al is dit voor korte duur. Bij het aanschaffen van een gebruikte
auto
Laat uw sleutels door het PEUGEOT-
netwerk in het elektronische geheugen
van de auto opslaan, zodat u er zeker van
kunt zijn dat de in uw bezit zijnde sleutels
de enige zijn waarmee de auto kan worden
gestart.
Toegang tot de auto
28
Matten
Om de mat aan de bestuurderszijde te
verwijderen: schuif de bestuurdersstoel
zo ver mogelijk naar achteren en neem de
bevestigingen los.
Leg de mat om deze weer aan te brengen weer
terug op de pennen en klem de bevestigingen
vast. Controleer of de mat goed vastzit.Om te voorkomen dat de pedalen blijven
hangen:
-
G
ebruik uitsluitend matten die op de
bevestigingen van de auto passen;
het gebruik van deze bevestigingen is
verplicht.
-
L
eg nooit meerdere matten boven op
elkaar.
12V-accessoireaansluiting
F Open, wanneer u een 12V-accessoire (maximaal vermogen: 120 W) wilt
aansluiten, het kapje en sluit een geschikte
adapter aan.
Het aansluiten van elektrische apparatuur
die niet door PEUGEOT is goedgekeurd,
zoals een lader met USB-aansluitingen,
kan leiden tot storingen in de werking
van de elektrische componenten van de
auto, zoals een slechte radio-ontvangst of
storingen in de weergave van de displays.
Zonneklep
Dashboardkastje
Rijd nooit met een geopend dashboardkastje
als er iemand op de voorpassagiersstoel zit
– bij een noodstop of een aanrijding kan dit
leiden tot ernstig letsel!
De zonnekleppen kunnen worden gebruikt door
ze naar voren te klappen of, nadat ze uit de
haak zijn ver wijderd, opzij te klappen.
Ze zijn voorzien van een make-upspiegel en
een houder voor pasjes. 4. Open opbergvak
5. Peugeot Connect USB – USB-speler
6. Portiervak
Ergonomie en comfort
45
Algemene aanbevelingen
met betrekking tot de
veiligheid
Op verschillende plaatsen in uw auto
zijn labels aangebracht. Ze bevatten
veiligheidswaarschuwingen en informatie
over de identificatie van uw auto.
Ver wijder ze niet: ze horen namelijk bij de
auto.
Neem voor alle werkzaamheden aan uw
auto contact op met een gekwalificeerde
werkplaats die beschikt over de juiste
technische informatie, vakkennis en
apparatuur. Het PEUGEOT-netwerk is in
staat u dit te bieden.Belangrijke informatie:
-
H
et monteren van elektrische
uitrustingen of accessoires die
niet onder een artikelnummer in
het assortiment van PEUGEOT
voorkomen, kan tot een hoger verbruik
leiden en storingen in het elektronische
systeem van uw auto veroorzaken.
Ga naar het PEUGEOT-netwerk voor
meer informatie over het aanbod aan
accessoires met een artikelnummer.
-
U
it veiligheidsoverwegingen is
toegang tot de diagnoseaansluiting,
die is gekoppeld aan de elektronische
systemen in de auto, uitsluitend
voorbehouden aan het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats waar de beschikking is
over geschikt gereedschap (kans op
storingen in de elektronische systemen
die kunnen leiden tot pech of ernstige
ongevallen). De fabrikant kan niet
aansprakelijk worden gesteld als deze
aanwijzing niet wordt opgevolgd.
-
W
ijzigingen of aanpassingen die
niet door PEUGEOT zijn voorzien
of toegestaan, of die niet volgens
de technische voorschriften van de
fabrikant zijn uitgevoerd, leiden tot
het ver vallen van de wettelijke en
contractuele garanties. Monteren van als accessoire geleverde
radiocommunicatiezenders
Voordat u een radiocommunicatiezender
met buitenantenne monteert, moet u bij
het PEUGEOT-netwerk de technische
gegevens (frequentieband, maximaal
uitgangsvermogen, positie antenne,
specifieke installatievoorschriften) van
de voor montage geschikte zenders
opvragen, conform de Richtlijn
Elektromagnetische Compatibiliteit
(2004/104/EG).
Afhankelijk van de landelijke wetgeving
kan de aanwezigheid van bepaalde
veiligheidsuitrusting verplicht zijn:
veiligheidsvesten, gevarendriehoeken,
alcoholtests, een set reservelampen,
reservezekeringen, een brandblusser,
een verbandtrommel, spatlappen aan de
achterzijde van de auto enz.
5
Veiligheid
68
Rijadviezen
Houd u aan de verkeersregels en let onder alle
omstandigheden goed op.
Richt uw aandacht op het verkeer en houd
uw handen op het stuur wiel, zodat u snel kunt
reageren op onverwachte situaties.
Uit veiligheidsoverwegingen moet de
bestuurder handelingen die veel aandacht
vergen altijd bij stilstaande auto uitvoeren.
Las tijdens een lange rit om de twee uur een
pauze in.
Rijd bij slecht weer defensief, rem eerder af en
houd meer afstand tot uw voorligger.
Belangrijk!
Rijd nooit met aangetrokken parkeerrem
– kans op over verhitting en beschadiging
van het remsysteem!
Laat de auto nooit onbewaakt met
draaiende motor achter. Als u uw auto
bij draaiende motor moet verlaten,
trek dan de parkeerrem aan en zet de
selectiehendel in de stand N of P.
Rijden op een
overstroomde weg
Probeer het rijden over overstroomde wegen zo
veel mogelijk te vermijden, want het water kan
de motor, versnellingsbak en het elektrische
systeem van uw auto ernstig beschadigen.
Bent u genoodzaakt over een overstroomd
weggedeelte te rijden, doe dan het volgende:
-
k
ijk of het water niet dieper is dan 15 cm,
houd daarbij rekening met golven die door
andere weggebruikers kunnen worden
veroorzaakt,
-
R
ijd zo langzaam mogelijk. Rijd in elk geval
niet sneller dan 10
km/h,
Als u het overstroomde weggedeelte
achter u hebt gelaten, rem dan, zodra de
verkeerssituatie dat toelaat, meerdere keren
licht af om de remschijven en remblokken te
drogen.
Als u twijfels hebt over de staat van uw auto,
neem dan contact op met het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Starten – afzetten van de
auto
Contactslot
- Stand 1: LOCK .
De stuurinrichting wordt vergrendeld.
-
S
tand 2: ACC .
De accessoires (autoradio, 12V-aansluiting,
enz.) kunnen worden gebruikt.
-
S
tand 3: ON .
Contact AAN.
-
S
tand 4: S TA R T .
Lampje "Ready" gaat branden.
Elektromotor ingeschakeld.
Als u langere tijd accessoires gebruikt
(met het contactslot in de stand ACC ),
dan loopt u het risico dat de 12V-accu
ontladen raakt. Starten van uw auto is dan
niet meer mogelijk. Wees voorzichtig.
Rijden
90
F Neem de minkabel (-) van de accu los.
F V erwijder het afdekkapje 2 van de (+) klem.
F
D
raai de moer 3 los.
F
N
eem de pluskabel (+) van de accu los.
F
V
erwijder de accu.
F
L
aad de accu op volgens de instructies van
de fabrikant van de acculader.
F
P
laats de accu in de auto en sluit de kabels
aan, te beginnen met de pluskabel (+).
Controleer of de accupolen en de
klemmen schoon zijn. Indien ze bedekt
zijn met een (witte of groene) oxidatielaag,
neem dan de accukabels los en reinig de
polen en de klemmen. Laad de accu nooit bij zonder eerst de
accukabels los te koppelen en de accu
uit de ruimte onder de motorkap te
verwijderen.
Koppel de accukabels niet los als dit
lampje "Ready" brandt en ook niet als de
tractiebatterij geladen wordt.
Vóór het loskoppelen van de
accukabels
Wacht 2
minuten na het afzetten van het
contact.
Na het aansluiten van de kabels
Zet het contact aan en wacht 1 minuut
alvorens de motor te starten, zodat de
elektronische systemen geïnitialiseerd
kunnen worden. Mochten er zich na
deze handeling kleine storingen blijven
voordoen, raadpleeg dan het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Vergeet niet de radio zelf opnieuw in te
stellen.
Accu's bevatten giftige stoffen zoals
zwavelzuur en lood. Ze moeten
worden ver werkt conform de
regelgeving en mogen in geen geval
met het huishoudelijke afval worden
weggegooid.
Lever lege batterijen en accu's in bij een
speciaal afvalstoffendepot.
Bandenreparatieset
Scan de QR-code op bladzijde 3 om de
instructievideo's te bekijken.
De bandenreparatieset bestaat uit een
compressor en een flacon met afdichtmiddel.
Hiermee kunt u de band tijdelijk repareren ,
zodat u de dichtstbijzijnde garage kunt
bereiken.
Met deze reparatieset kunnen de meeste lekke
banden worden gerepareerd, als het lek zich in
het loopvlak of de hiel van de band bevindt.
Toegang tot de set
Deze set bevindt zich in het opbergvak aan de
rechterzijde onder de achterbank.
Om bij de set te komen moet u de zitting van de
achterbank verwijderen.
Storingen verhelpen
103
ZekeringnummerStroomsterkteFuncties
14 15 ARuitenwisser achter.
15 7, 5 AInstrumentenpaneel.
16 7, 5 AVerwarming.
17 20 AStoelverwarming.
18 10 AOptie.
19 7, 5 ABuitenspiegelverwarming.
20 20 ARuitenwissers vóór.
21 7, 5 AAirbags.
22 30 AAchterruitverwarming.
23 30 AVerwarming.
24 -Niet gebruikt.
25 10 AAutoradio.
26 15 AZekering interieur. De zekeringkast bevindt zich in de ruimte
onder de voorklep onder het reser voir van de
verwarmingsvloeistof. Alleen deze zekeringen
kunnen vervangen worden.
Het vervangen van zekeringen in andere
zekeringkasten
(vacuümpomp en 12V-accu)
m
oet door het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats worden uitgevoerd.
Zekeringen in de ruimte
onder de voorklep
8
Storingen verhelpen
106
Elektromotor en tractiebatterij
Modelcode:1 N ZK Y Z
Elektromotor Y51
Technologie Synchrone elektromotor met permanente neodymium magneten
Max. vermogen: ECE-norm (kW) 49
Toerental bij max. vermogen (t/min) 4000-8800
Max. koppel: ECE-norm (Nm) 19 6
Toerental bij max. koppel (t /min) 0-300
Tractiebatterij Lithium-ion
Capaciteit nieuwe tractiebatterij (kWh) 14,5
Normaal laadsysteem
Spanning (V) AC 230
Laadtijd
(*)(**):
- 16 A
- 14 A
- 10 A
- 8 A Ongeveer 6 uur
6 uur
8 uur
11 u u r
Snelladen
Spanning (V) DC 300
Laadtijd (80% van max. capaciteit)** 30
minuten
De actieradius van de auto is afhankelijk van de klimatologische omstandigheden, de rijstijl van de bestuurder, het gebruik van elektrische uitrustingen,
de frequentie van het laden (normaal en snelladen) en de leeftijd van de tractiebatterij. *
A
fhankelijk van het lokale elektriciteitsnet.
**
T
ijd gemeten bij een buitenluchttemperatuur tussen 20 en 25 °C. Afhankelijk van het gebruik van uitrusting zoals de radio en/of de airconditioning
kan de laadtijd langer zijn.
Technische gegevens
1
Audiosysteem/Bluetooth®
Inhoud
De eerste stappen
1
R
adio 2
Media
3
Telefoon
6
Audio-instellingen
8
Configuratie
8
V
eelgestelde vragen
9
O
m veiligheidsredenen mag de bestuurder
handelingen die zijn volledige aandacht
vragen uitsluitend uitvoeren bij stilstaande
auto.
Als de motor is afgezet schakelt het
systeem zichzelf, na het inschakelen van
de eco-mode, uit om te voorkomen dat de
accu ontladen raakt. Nadat de accu is losgekoppeld, moet er
een code worden ingevoerd voor toegang
tot de functies van het audiosysteem.
U kunt maximaal vijf keer proberen de
juiste code in te voeren. De wachttijd
tussen de laatste twee pogingen is ca.
15
minuten.
Aan het einde van dit document vindt u het
label met de code:
De eerste stappen
Aan/uit, volumeregeling.
Wijzigen van de audio-opties:
geluidssfeer, hoge tonen, bassen,
loudness, verdeling, balans
links/rechts, balans voor/achter,
automatische volumeregeling.
Automatisch zoeken naar zenders in
aflopende volgorde.
Selecteren van het vorige nummer
van de CD, USB.
Navigeren in een lijst.
Ingedrukt houden: terugspoelen.
Weergave van de lijst met
radiozenders, de nummers van een
CD/USB.
Ingedrukt houden: bijwerken van de
lijst met radiozenders.
Ongedaan maken van de huidige bewerking.
Eén niveau omhooggaan in een structuur
(menu of map).
Automatisch zoeken naar zenders in
oplopende volgorde.
Selecteren van het volgende
nummer van de CD, USB.
Navigeren in een lijst.
Ingedrukt houden: vooruitspoelen.
Toegang tot het hoofdmenu.
.
Bluetooth®-audiosysteem