Page 57 of 114

Voor uw veilighei d – controles voor het rij den
5-2
5
Gas greep • Controleer of de werking soepel is.
• Controleer de vrije slag van de gasgreep.
• Vraag indien nodig de Yamaha dealer om de vrije slag
van de gasgreep af te stellen en de kabel en het kabel-
huis te smeren. 7-18,
7-25
Be dienin gska bels • Controleer of de werking soepel is.
• Smeer indien nodig.
7-24
Wielen en b anden • Controleer op schade.
• Controleer de conditie van de band en de profieldiepte.
• Controleer de bandspanning.
• Corrigeer indien nodig. 7-19,
7-21
Remhen dels • Controleer of de werking soepel is.
• Smeer indien nodig de hendelscharnierpunten. 7-25
Mi dd enbok, zijstan-
d aar d • Controleer of de werking soepel is.
• Smeer indien nodig de scharnierpunten.
7-26
Frame bevesti gin gen • Controleer of alle moeren, bouten en schroeven stevig
zijn vastgezet.
• Zet indien nodig vast. —
Instrumenten, verlich-
tin g, si gnalering ssy-
steem en schakelaars • Controleer de werking.
• Corrigeer indien nodig.
—
Zijstan daar dschake-
laar • Controleer de werking van het startspersysteem.
• Als het systeem niet correct werkt, vraag dan een
Yamaha dealer de machine te controleren. 4-26
ITEM CONTROLES PAGINA
UB74D0D0.book Page 2 Tuesday, May 2, 2017 9:19 AM
Page 58 of 114
Gebruik en belan grijke rij-informatie
6-1
6
DAU15952
Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig
door om u vertrouwd te maken met alle be-
dieningselementen. Als u de werking van
een functie of bedieningselement niet be-
grijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uit-
leg.
WAARSCHUWING
DWA10272
Een onvol doen de vertrouw dhei d met de
b ed ienin gselementen kan lei den tot ver-
lies van de controle, met mo gelijk een
on geval of letsel tot gevol g.
DAU78221
OPMERKING
Dit model is uitgerust met een hellings-
hoeksensor, waarbij de motor afslaat bij
kanteling. In dat geval gaat ook het waar-
schuwingslampje motorstoring branden,
maar dit is geen storing. Zet alvorens de
motor opnieuw te starten het contactslot uit
en weer aan om het waarschuwingslampje
motorstoring te resetten. Wanneer u dit
niet, doet zal de motor niet aanslaan, ook al
probeert de startmotor de motor op gang te
brengen na het indrukken van de startknop.
UB74D0D0.book Page 1 Tuesday, May 2, 2017 9:19 AM
Page 59 of 114

Gebruik en belan grijke rij-informatie
6-2
6
DAU78231
De motor starten
LET OP
DCA10251
Zie pa gina 6-5 voor instructies over het
inrij den van d e motor alvorens de machi-
ne in geb ruik wor dt genomen.
Het startblokkeringssysteem staat starten
alleen toe als de zijstandaard omhoog is
geklapt. (Zie pagina 4-27.)
1. Schakel het contactslot in en contro-
leer of de stop/run/start-schakelaar
op “ ” staat.
De volgende waarschuwingslampjes
en controlelampjes moeten enkele se-
conden oplichten en dan uitgaan. Waarschuwingslampje motor-
storing
Controlelampje tractieregeling
Controlelampje Smart-sleutelsy-
steem
OPMERKING
Het ABS-waarschuwingslampje moet gaan
branden en aan blijven tot de machine een
snelheid van 10 km/h (6 mi/h) of hoger be-
reikt.
LET OP
DCA22510
Als een waarschuwin gs- of controle-
lampje niet werkt zoals hier boven be-
schreven, zie d an pagina 4-1 voor een
controle van het circuit van het betref-
fen de waarschuwin gs- of controlelamp-
je.
2. Draai het gas dicht.
3. Druk terwijl u de voor- of achterrem bedient op de “ ”-zijde van de
stop/run/start-schakelaar. Laat de
schakelaar los zodra de motor aan-
slaat.
OPMERKING
Als de motor niet start, laat de startknop
dan na 5 seconden los. Wacht alvorens de
startknop opnieuw in te drukken 10 secon-
den om weer voldoende accuspanning te
laten opbouwen.
LET OP
DCA11043
Trek nooit snel op terwijl de motor no g
kou d is, d it verkort de levensd uur van de
motor!
UB74D0D0.book Page 2 Tuesday, May 2, 2017 9:19 AM
Page 60 of 114
Gebruik en belan grijke rij-informatie
6-3
6
DAU45093
We grij den
1. Houd met uw linkerhand de achter-
remhendel ingedrukt, houd met uw
rechterhand de rechterhandgreep
vast en duw de scooter van de mid-
denbok af.
2. Ga schrijlings op het zadel zitten en stel de achteruitkijkspiegels af.
3. Zet de richtingaanwijzers aan.
4. Controleer op tegemoetkomend ver- keer en draai voorzichtig aan de gas-
greep (rechts) om weg te rijden.
5. Schakel de richtingaanwijzers uit.
DAU16782
Sneller en lan gzamer rij den
De rijsnelheid wordt geregeld door de gas-
greep open of dicht te draaien. Draai de
gasgreep richting (a) om sneller te gaan rij-
den. Draai de gasgreep richting (b) om
langzamer te gaan rijden.
1. Handgreep
1
(b)
(a)
ZAUM0199
UB74D0D0.book Page 3 Tuesday, May 2, 2017 9:19 AM
Page 61 of 114

Gebruik en belan grijke rij-informatie
6-4
6
DAU16794
Remmen
WAARSCHUWING
DWA10301
Vermij d har d en a brupt remmen
(met name wanneer u naar één kant
overhelt). De scooter zou namelijk
kunnen slippen of omvallen.
Spoorwe gover gan gen, tramrails,
ijzeren platen geb ruikt in de weg en-
b ouw en put deksels wor den in nat-
te toestan d zeer gla d. U d ient deze
o bstakels daarom met aan gepaste
snelhei d te na deren en voorzichti g
te passeren.
Onthou d d at remmen op een nat
we gdek veel moeilijker is.
Rijd lan gzaam heuvelafwaarts,
remmen kan tij dens af dalin gen
soms lasti g zijn.
1. Sluit de gasklep volledig.
2. Bekrachtig de voor- en achterrem ge-
lijktijdig en oefen daarbij geleidelijk
meer druk uit.
DAU16821
Tips voor een zuini g b ran dstof-
ver bruik
Het brandstofverbruik is vooral afhankelijk
van uw rijstijl. Hierna volgen enkele tips om
het brandstofverbruik te verlagen:
Voer het motortoerental tijdens acce-
lereren niet te hoog op.
Voer het toerental niet te hoog op ter-
wijl de motor onbelast draait.
Laat de motor niet langdurig stationair
draaien maar zet hem af (bijvoorbeeld
in files, bij stoplichten of bij spoorweg-
overgangen).
UB74D0D0.book Page 4 Tuesday, May 2, 2017 9:19 AM
Page 62 of 114

Gebruik en belan grijke rij-informatie
6-5
6
DAU16842
Inrijperio de
De belangrijkste periode in de levensduur
van het motorblok is de tijd tussen 0 en
1600 km (1000 mi). Lees daarom de vol-
gende informatie aandachtig door.
Omdat het motorblok gloednieuw is, mag
dit de eerste 1600 km (1000 mi) niet te
zwaar worden belast. De verschillende on-
derdelen van de motor slijten op elkaar in
totdat de juiste bedrijfsspelingen zijn be-
reikt. Rijd tijdens deze periode nooit lang-
durig volgas en vermijd ook andere
manoeuvres die tot oververhitting van de
motor kunnen leiden.
DAU34323
0–1000 km (0–600 mi)
Laat de motor niet langer dan 4500 tpm
achtereen draaien. LET OP: Na 1000 km
(600 mi) moeten de motorolie, ein dover-
b ren gin gsolie en het oliefilterelement
wor den vervan gen.
[DCA12932]
1000–1600 km (600–1000 mi)
Laat de motor niet langer dan 5400 tpm
achtereen draaien.
1600 km (1000 mi) en ver der
De machine kan nu normaal worden ge-
bruikt.
LET OP
DCA10311
Voer het toerental niet zover op dat
d e toerenteller in de ro de zone
wijst.
Als tij dens de inrijperio de motor-
scha de optree dt, vraa g d an direct
een Yamaha dealer de machine te
controleren.
DAUN1421
Parkeren
Als u de machine parkeert, schakel dan de
machinevoeding uit en daarna de Smart-
sleutel.
OPMERKING
Zelfs als de machine is geparkeerd op een
locatie die wordt afgescheiden door een
hek of een glazen ruit, kunnen andere per-
sonen de motor starten en de machine be-
dienen als de Smart-sleutel zich binnen het
bereik bevindt. Schakel de Smart-sleutel uit
wanneer u de machine achterlaat. (Zie pa-
gina 3-5.)
Als de zijstandaard omlaag wordt gezet ter-
wijl de motor draait, slaat de motor af en
klinkt de zoemer gedurende ongeveer 1 mi-
nuut. Zet om de zoemer te stoppen de ma-
chinevoeding uit of zet de zijstandaard
omhoog.
OPMERKING
Zet alvorens de machine achter te la-
ten altijd het contactslot op “OFF”
of “ ”. Als u dit nalaat, kan de accu
ontladen raken.
De alarmzoemer voor de zijstandaard
kan zo worden ingesteld dat deze niet
wordt geactiveerd. Neem contact op
met uw Yamaha dealer.
WAARSCHUWING
DWA10312
De motor en het uitlaatsysteem
kunnen zeer heet wor den, parkeer
d us op een plek waar voet gan gers
of kin deren niet gemakkelijk met
d eze on der delen in aanrakin g kun-
nen komen en b randwon den kun-
nen oplopen.
Parkeer nooit op een hellin g of een
zachte on der gron d, hier door kan
d e machine kantelen met mo gelijk
b ran dstoflekka ge en b rand tot g e-
vol g.
UB74D0D0.book Page 5 Tuesday, May 2, 2017 9:19 AM
Page 63 of 114
Gebruik en belan grijke rij-informatie
6-6
6
Parkeer niet na bij gras of an dere
b ran dbare materialen die vlam zou-
d en kunnen vatten.
UB74D0D0.book Page 6 Tuesday, May 2, 2017 9:19 AM
Page 64 of 114

Periodiek on derhou d en afstelling
7-1
7
DAU17246
Door periodiek inspecties, afstellingen en
smeerbeurten uit te laten voeren, zorgt u
ervoor dat uw machine in zo veilig en effi-
ciënt mogelijke conditie blijft. De eige-
naar/bestuurder van de machine is
verplicht de optimale veiligheid te waarbor-
gen. Op de volgende pagina's wordt de be-
langrijkste informatie met betrekking tot
inspecties, afstellingen en smeerbeurten
gegeven.
De intervalperioden vermeld in de periodie-
ke onderhoudsschema's moeten worden
beschouwd als een algemene richtlijn on-
der normale rijcondities. Het is echter mo-
gelijk dat de intervalperioden voor
onderhoud moeten worden verkort afhan-
kelijk van het weer, het terrein, de geografi-
sche locatie en individueel gebruik.
WAARSCHUWING
DWA10322
Het niet of onjuist uitvoeren van on der-
hou d aan d e machine ver groot het risico
op letsel of overlij den tij dens het uitvoe-
ren van on derhou d of het rij den met de
machine. Als u niet beken d b ent met
voertui gon derhou d, laat het on derhou d
d an uitvoeren d oor uw Yamaha dealer.
WAARSCHUWING
DWA15123
Zet voor het uitvoeren van on derhou d d e
motor af tenzij an ders aan geg even.
Een draaien de motor heeft bewe-
g en de delen die lichaams delen of
kled ing kunnen grijpen en elektri-
sche on der delen die schokken of
b ran d kunnen veroorzaken.
Het laten d raaien van d e motor tij-
d ens het uitvoeren van on derhou d
kan lei den tot oo gletsel, bran dwon-
d en, bran d of koolmonoxi dever gif- ti
g in g, mo gelijk met de dood tot
g evol g. Zie pa gina 1-2 voor meer in-
formatie over koolmonoxi de.
WAARSCHUWING
DWA15461
Remschijven, -klauwen, -trommels en
-voerin gen kunnen tij dens het geb ruik
zeer heet wor den. Laat on der delen van
het remsysteem afkoelen alvorens deze
aan te raken.
UB74D0D0.book Page 1 Tuesday, May 2, 2017 9:19 AM