Page 65 of 114
Periodiek onderhoud en afstelling
6-4
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
6*
Uitstootcontrolesysteem
voor benzinedampen
Controleer het controlesysteem op beschadiging.
Vervang indien nodig.
7 * Luchtinlaatsysteem Controleer de luchtafsluitklep, de
membraanklep en de slang op
beschadiging.
Vervang beschadigde onderdelen indien nodig.
NR. ITEM
CONTROLE OF
ONDERHOUDSBEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJKSE
CONTROLE
1000 km (600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
U2PPD3D0.book 4 ページ 2016年9月21日 水曜日 午後2時41分
Page 66 of 114

Periodiek onderhoud en afstelling
6-5
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
DAU71351
Algemeen smeer- en onderhoudsschemaNR. ITEM CONTROLE OF
ONDERHOUDSBEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJKSE
CONTROLE
1000 km (600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
1* Diagnostische
systeemcontrole Voer dynamische inspectie uit met
Yamaha diagnosegereedschap.
Controleer de storingscodes.
2 * Luchtfilterelement Vervangen. Elke 40000 km (24000 mi)
3 Koppeling Controleer de werking.
Afstellen.
4 * Voorrem Controleer de werking, het
vloeistofniveau en op
vloeistoflekkage.
Vervang de remblokken indien nodig.
5 * Achterrem Controleer de werking, het
vloeistofniveau en op
vloeistoflekkage.
Vervang de remblokken indien nodig.
6*Remslangen Controleer op scheurtjes en
beschadigingen.
Vervangen. Elke 4 jaar
7 * Remvloeistof Verversen. Elke 2 jaar
8*Wielen Controleer de speling en
controleer op beschadigingen.
Vervang indien nodig.
9*Banden Controleer op slijtage en
beschadigingen.
Vervang indien nodig.
Controleer de bandspanning.
Corrigeer indien nodig.
U2PPD3D0.book 5 ページ 2016年9月21日 水曜日 午後2時41分
Page 67 of 114

Periodiek onderhoud en afstelling
6-6
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
10 * Wiellagers Controleer op speling of
beschadigingen.
11 * Lagers
scharnierpunt
achterbrug Controleer op een correcte
werking en overmatige speling.
Smeren met lithiumvet. Elke 50000 km (30000 mi)
12 Aandrijfketting Controleer de spanning, uitlijning
en conditie van de aandrijfketting.
Stel de ketting af en smeer deze grondig met een speciale smering
voor o-ringkettingen. Elke 1000 km (600 mi) en nadat de motorfiets is gewassen of ermee in de regen
of vochtige gebieden is gereden
13 * Balhoofdlagers Controleer of de lagers loszitten.
Smeren met gematigde hoeveelheid lithiumvet.
14 *
Framebevestigingen
Controleer of alle moeren, bouten en schroeven stevig zijn
vastgezet.
15 Scharnieras van
remhendel Smeren met siliconenvet.
16 Scharnieras van
rempedaal Smeren met lithiumvet.
17 Scharnieras van
koppelingshendel Smeren met lithiumvet.
18 Scharnieras van
schakelpedaal Smeren met lithiumvet.
19 Zijstandaard,
middenbok Controleer de werking.
Smeren met lithiumvet.
20 *
Zijstandaardschakelaar
Controleer de werking en vervang indien nodig.
21 * Voorvork Controleer op een correcte
werking en olielekkage.
Vervang indien nodig.
NR. ITEM
CONTROLE OF
ONDERHOUDSBEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJKSE
CONTROLE
1000 km (600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
U2PPD3D0.book 6 ページ 2016年9月21日 水曜日 午後2時41分
Page 68 of 114

Periodiek onderhoud en afstelling
6-7
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
22 * Schokdemperunit Controleer op een correcte
werking en olielekkage.
Vervang indien nodig.
23 *
Relaisarm
achterwielophanging
en scharnierpunten
verbindingsarm
Controleer de werking.
24 Motorolie Verversen (warm de motor op
alvorens olie af te tappen).
Controleer het olieniveau en controleer de machine op
olielekkage.
25 Oliefilterpatroon Vervangen.
26 * Koelsysteem Controleer het koelvloeistofniveau
en controleer de machine op
vloeistoflekkage.
Verversen. Elke 3 jaar
27 *
Vo o r - e n
achterremschakelaar
Controleer de werking.
28 * Bewegende delen
en kabels Smeren.
29 * Gasgreephuis en
gaskabel Controleer werking en vrije slag.
Stel de vrije slag van de gaskabel
af indien nodig.
Smeer het gasgreephuis en de gaskabel.
30 * Lampen,
richtingaanwijzers
en schakelaars Controleer de werking.
Stel de koplamplichtbundel af.
NR. ITEM
CONTROLE OF
ONDERHOUDSBEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJKSE
CONTROLE
1000 km (600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
U2PPD3D0.book 7 ページ 2016年9月21日 水曜日 午後2時41分
Page 69 of 114
Periodiek onderhoud en afstelling
6-8
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
DAU72800
OPMERKING
Luchtfilter
Het luchtfilter op dit model is voorzien van een geolied papieren filterelement. Reinig dit niet met perslucht om beschadiging te
voorkomen.
Het luchtfilterelement moet u vaker vervangen als u vaak in extreem vochtige of stoffige gebieden rijdt.
Hydraulisch remsysteem
Controleer regelmatig het remvloeistofniveau en vul indien nodig bij.
Elke twee jaar moeten de inwendige onderdelen van de hoofdre mcilinders en de remklauwen worden vervangen en de remvloei-
stof worden ververst. De remslangen dienen elke vier jaar te worden vervangen, of wanneer deze zijn gescheurd of beschadigd.
U2PPD3D0.book 8 ページ 2016年9月21日 水曜日 午後2時41分
Page 70 of 114
Periodiek onderhoud en afstelling
6-9
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
DAU18752
Het framepaneel verwijderen en
aanbrengenBij het uitvoeren van sommige onderhouds-
werkzaamheden die in dit hoofdstuk wor-
den beschreven, moet het afgebeelde
paneel worden verwijderd. Neem deze pa-
ragraaf door telkens wanneer het paneel
moet worden verwijderd of aangebracht.
DAU63101
Paneel A
Om het paneel te verwijderen1. Verwijder de snelsluitschroeven, trek het paneel naar buiten en schuif het
dan omlaag zoals getoond. 2. Maak de kabelstekker van de richting-
aanwijzer los. Om het paneel aan te brengen
1. Sluit de kabelstekker van de richting-
aanwijzer aan.
2. Plaats het paneel in de oorspronkelijke positie en breng dan de snelsluit-
schroeven aan.
1. Paneel A
1
1. Snelsluitschroef
1. Paneel A
2. Snelsluitschroef
1
1
2
1. Kabelboomstekker richtingaanwijzer
1
U2PPD3D0.book 9 ページ 2016年9月21日 水曜日 午後2時41分
Page 71 of 114

Periodiek onderhoud en afstelling
6-10
1
2
3
4
567
8
9
10
11
12
DAU19653
Controleren van de bougiesBougies vormen belangrijke onderdelen
van de motor die periodiek moeten worden
gecontroleerd, bij voorkeur door een
Yamaha dealer. Omdat bougies door verhit-
ting en neerslag altijd langzaam slijten,
moeten de bougies worden verwijderd en
gecontroleerd volgens de tijden genoemd in
het periodieke smeer- en onderhoudssche-
ma. De conditie van de bougies kan daar-
naast veel duidelijk maken over de conditie
van de motor.
De porseleinen isolator rond de centrale
elektrode moet licht tot gemiddeld bruin ver-
kleurd zijn (de ideale kleur als normaal met
het voertuig wordt gereden), en alle bougies
in de motor horen dezelfde verkleuring te
hebben. Wanneer een bougie een heel an-
dere kleur vertoont, werkt de motor mogelijk
niet naar behoren. Probeer dergelijke pro-
blemen niet zelf vast te stellen. Laat in
plaats daarvan uw machine nakijken door
een Yamaha dealer.
Vervang een bougie als de elektroden blij-
ken te zijn afgesleten en als overmatige
koolaanslag of andere neerslag gevonden
wordt. Voordat een bougie wordt aangebracht
moet de elektrodenafstand met een draad-
voelmaat worden gemeten; breng indien
nodig de elektrodenafstand op specificatie.
Reinig het oppervlak van de bougiepakking
en het pasvlak en verwijder eventueel vuil
uit de schroefdraad van de bougie.
OPMERKINGAls geen momentsleutel beschikbaar is,
wordt de bougie correct vastgezet door
handvast te zetten en dan nog 1/4–1/2 slagverder te draaien. De bougie moet echter zo
snel mogelijk naar het juiste aanhaalmo-
ment worden aangedraaid.LET OP
DCA10841
Gebruik geen gereedschap om de bou-
giedop te verwijderen
of aan te brengen,
om de bobinekabel niet te beschadigen.
De bougiedop is mogelijk lastig te ver-
wijderen omdat de rubber afdichting aan
het uiteinde stevig vastzit. Haal de bou-
giedop los door hem heen en weer te
draaien en tegelijkertijd los te trekken;
breng de bougiedop aan door heen en
weer te draaien en tegelijkertijd aan tedrukken.
Voorgeschreven bougie: NGK/CPR9EA9
1. ElektrodenafstandElektrodenafstand:0.8–0.9 mm (0.031–0.035 in)
Aanhaalmoment: Bougie:
13 N·m (1.3 kgf·m, 9.4 lb·ft)
U2PPD3D0.book 10 ページ 2016年9月21日 水曜日 午後2時41分
Page 72 of 114

Periodiek onderhoud en afstelling
6-11
1
2
3
4
56
7
8
9
10
11
12
DAU36112
FilterbusDit model is voorzien van een filterbus die
voorkomt dat brandstofdampen naar de at-
mosfeer ontsnappen. Controleer alvorens
met deze machine te rijden het volgende:
Controleer alle slangaansluitingen.
Controleer de slangen en de filterbus
op barsten of beschadiging. Vervang
indien beschadigd.
Controleer de ontluchtingsinrichting
van de filterbus op verstopping en rei-
nig deze indien nodig.
DAU1987B
Motorolie en oliefilterpatroonVóór iedere rit moet het motorolieniveau
worden gecontroleerd. Verder moet de olie
worden ververst en de oliefilterpatroon wor-
den vervangen volgens de intervalperioden
vermeld in het periodieke smeer- en onder-
houdsschema.
Om het motorolieniveau te controleren 1. Zet de machine op de middenbok.
Wanneer de machine iets schuin
staat, kan het niveau al foutief worden
afgelezen.
2. Start de motor, laat deze een paar mi- nuten warmdraaien en zet hem dan af.
3. Wacht een paar minuten tot de olie tot
rust is gekomen en controleer dan het
olieniveau via het kijkglas voor het mo-
torolieniveau rechtsonder in het carter.OPMERKINGHet motorolieniveau moet tussen de merk-
strepen voor minimum- en maximumniveaustaan. 4. Als de motorolie beneden de merk-
streep voor minimumniveau staat, vul
dan voldoende olie van de aanbevolen
soort bij tot het correcte niveau.
Om de motorolie te verversen (met of
zonder vervanging van oliefilterpa-
troon) 1. Zet de machine op een vlakke onder-
grond.
2. Start de motor, laat deze een paar mi-
nuten warmdraaien en zet hem dan af.
3. Zet een olieopvangbak onder de motor om de gebruikte olie op te vangen.
4. Verwijder de olievuldop en de olieaf- tapplug met de pakking om de olie uit
1. Filterbus
2. Tankbeluchtingssysteem
1
2
1. Olievuldop
2. Kijkglas olieniveau
3. Merkstreep maximumniveau
4. Merkstreep minimumniveau
1
2
34
U2PPD3D0.book 11 ページ 2016年9月21日 水曜日 午後2時41分