Page 5 of 384

.
C5_nl_Chap00a_sommaire_ed01-2015
richtingaanwijzers 148
Alarmknipperlichten
148
Claxon
149
u
rgence-oproep of Assistance-oproep
1
49
Hulpsystemen bij het remmen
1
50
st
abiliteitscontrolesystemen
151
Autogordels
154
Airbags
157
br
andstoftank
177
tan
kbeveiliging (diesel)
1
78
bra
ndstofpech (Diesel)
1
80
no
odreparatieset voor banden
1
81
Wiel verwisselen
1
85
sn
eeuwkettingen
192
Lamp vervangen
1
93
Zekeringen vervangen
2
04
12V- ac c u
210
ec
o - mode
213
sl
epen van uw auto
2
14tr
ekken van een aanhanger 2 16
Dakdragers 218
be
scherming bij winterse
omstandigheden
2
19
sne
euwscherm
220
Accessoires
2
21
Motorkap
2
24
ben
zinemotoren
225
Dieselmotoren
2
26
niv
eaus controleren
2
27
Controles
231
Additief Ad
blu
e
® en sCr-systeem
(
blu
eHDi-dieselmotor) 234
ben
zinemotoren
242
Gewichten uitvoeringen met benzinemotor
2
43
Dieselmotoren
244
Gewichten uitvoeringen met dieselmotor
2
45
Afmetingen
246
Identificatie 250
no
odoproep of Pechhulp
2
51
7
inch touchscreen
2
53
Autoradio
315
Audio en datacommunicatie
Lichtschakelaar
136
Automatische verlichting
1
40
ko
plampen verstellen
1
41
bo
chtverlichting
142
ru
itenwisserschakelaar
144
Automatisch wissen
1
46
trefwoordenregister
Veilig vervoeren van kinderen Praktische informatieond
erhoud
Zicht
Veiligheid
te
chnische gegevens
kinderzitjes
162
ui
tschakelen van de airbag vóór aan
passagierszijde
1
65
I
soF
IX-kinderzitjes
172
ki
nderbeveiliging
176
Inhoudsopgave
Page 8 of 384
6
C5_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2015
Interieur
Voorzieningen bagageruimte (se dan) 9 1
-
sjorogen
Voorzieningen bagageruimte (
tou
rer)
9
2
-
sjorogen,
-
haken,
-
bagagenet,
ba
gageafdekscherm (
tou
rer)
9
3
ba
gagenet (
tou
rer)
9
4-95
ba
ndenreparatieset
1
81-184
to
egang tot het reservewiel/
gereedschap
185 -187
ki
nderzitjes
162-171
I
soF
IX-bevestigingspunten
1
72-175
ki
nderbeveiliging
176Achterzitplaatsen
71-72
Voorzieningen achterin
8
9-90
-
armsteun achter
-
skiluik
- 12V-aansluiting...
Voor stoelen
6 4 - 67
Veiligheidsgordels
154-156Airbags
1
57-161
Zonneschermen zijruiten
9
0
Voorzieningen voorin
8
6-88
-
zonneklep
-
dashboardkastje
-
matten
-
armsteun vóór
-
usb -/ j ack-aansluitingen...
overzicht
Page 9 of 384

7
C5_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2015
Cockpit
Instrumentenpanelen 14-16bo
ordcomputer 1 7, 19
Verklikkerlampjes
26-36
Meters
21-25
kno
ppen
25
-
dagteller
-
weerstand
sc
hakelindicator
114
Parkeerplaatsassistent
129-130
ru
itbediening
53-54
bu
itenspiegels
69
Motorkap openen
2
24
Zekeringen dashboard
2
04-207
Handgeschakelde versnellingsbak
1
09
Automatische transmissie
1
10-113
Hill
s
t
art Assist
1
08Plafonniers
83-85bi
nnenspiegel 70
sf
eerverlichting
84
Zonneklep
86
Handrem
1
00
el
ektrische handrem
1
01-107
el
ektronisch geregelde vering
"Hydractive III +"
1
34-135Multifunctionele displays
3
7-39, 40 - 44
bo
ordcomputer
18-19
Alarmverlichting
148
Ventilatie
73-74
Automatische airconditioning met centrale regeling
7
5 -78
Automatische airconditioning met gescheiden regeling
7
9-82
u
rgence-oproep
of Assistance-oproep
1
49, 251-252
to
uchscreen
253-314
Datum/tijd instellen
4
3 - 44
Autoradio
315-332
Datum/tijd instellen
3
8 -39
s
tuurwielverstelling
68 Dashboardkastje
8
6
uit
schakeling airbag vóór aan
passagierszijde
1
58-159, 164-167
.
overzicht
Page 37 of 384

35
C5_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
ControlelampjebrandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Voorgloeien
dieselmotor permanent.
Het contactslot staat in de tweede
stand (Contact). Wacht met starten tot het controlelampje is gedoofd.
De wachttijd is afhankelijk van de
weersomstandigheden.
Parkeerrem permanent. De parkeerrem is aangetrokken. Zet de parkeerrem vrij zodat het controlelampje
uitgaat; trap het rempedaal in.
Houd u aan de veiligheidsvoorschriften.
ra
adpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over de parkeerrem.
knippert.
De parkeerrem is niet goed
aangetrokken of vrijgezet.
Airbag
voorpassagie rpermanent.
De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "ON".
De passagiersairbag is ingeschakeld.
Plaats in dit geval geen kinderzitje
met de "rug in de rijrichting". Zet de schakelaar in de stand "
OFF" om de
passagiersairbag uit te schakelen.
u
kunt nu een kinderzitje plaatsen met de "rug in de
rijrichting", behalve in het geval van een storing in de
airbags.
Stop & Star t permanent.
Het stop & st art-systeem heeft de motor
in de stoP -stand gezet (verkeerslicht,
stopbord, opstopping, enz.).Het lampje gaat uit en de motor wordt automatisch
gestart (s
tAr t- stand) als u wilt wegrijden.
knippert enkele
seconden en gaat
dan uit. De
sto
P
-stand is nu niet
beschikbaar.
of
De motor wordt automatisch in de
stAr
t
-
stand gezet.
ra
adpleeg voor meer informatie over de
bijzonderheden van de
sto
P
- en st
Ar
t
-
stand de
rubriek "
s
top & s
t
art".
1
Controle tijdens het rijden
Page 38 of 384
36
C5_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Verklikkerlampjes uitgeschakelde functies
ControlelampjebrandtOorzaak Acties / Opmerkingen
Passagiersairbag
vóór permanent.
De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "OFF".
De frontairbag aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
u
kunt een kinderzitje met de "rug
in de rijrichting" plaatsen, behalve
in het geval van een storing in het
airbagsysteem. Zet de schakelaar in de stand "
ON" om de frontairbag
aan passagierszijde in te schakelen.
be
vestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitje
met de "rug in de rijrichting".
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld.
so
ms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een bericht op het multifunctionele display.
Controle tijdens het rijden
Page 88 of 384
86
C5_nl_Chap03_ergo-et-confort_ed01-2015
Zonnekleppen
F open, als het contact aan is, het klepje. Het lampje gaat automatisch branden.
kl
ap de zonneklep neer om te voorkomen dat u
verblind wordt door de zon.
sc
hijnt de zon van opzij via de portierruiten
naar binnen, maak dan de zonneklep bij de
binnenspiegel los en klap hem naar de zijruit
toe om.
Gekoeld dashboardkastje
F trek aan de handgreep om het dashboardkastje te openen.
Het dashboardkastje is voorzien van
automatische verlichting.
Het dashboardkastje wordt gekoeld door een
handmatig afsluitbaar ventilatiekanaal A .
In het dashboardkastje bevindt zich de
schakelaar B voor het uitschakelen van de
airbag vóór aan passagierszijde.
Tijdens het rijden dient het
dashboardkastje gesloten te blijven.
Voorzieningen voorin
F trek de handgreep naar u toe om het te openen.
Opbergvak aan bestuurderszijde
ergonomie en comfort
Page 99 of 384

97
C5_nl_Chap04_conduite_ed01-2015
Diefstalbeveiliging
Elektronische startblokkering
In de sleutel is een chip aangebracht die over
een specifieke code beschikt. om t e kunnen
starten, moet bij het aanzetten van het contact
de code van de sleutel worden herkend door de
startblokkering.
bi
j een storing in het systeem wordt u
gewaarschuwd door dit verklikkerlampje
in combinatie met een geluidssignaal
en een melding op het display.
De auto kan dan niet gestart worden.
ra
adpleeg zo snel mogelijk het CI
t
ro
Ën-
n
etwerk.
starten - afzetten van de motor
bewaar de sticker die u bij de aflevering
van uw auto samen met de sleutels is
overhandigd zorgvuldig op een plaats
buiten de auto.
Contactslot
Het contactslot heeft 3 standen:
- stand 1
(Stop): sleutel in het contactslot
steken en uit het contactslot verwijderen,
stuurslot vergrendeld,
-
stand 2
(Contact): stuurslot ontgrendeld,
aanzetten van het contact, voorgloeien
dieselmotor, draaien van de motor,
-
stand 3
(Star ten).
Stand Contact
In deze stand werkt de elektrische uitrusting
van de auto en kan externe apparatuur worden
opgeladen.
Hang geen zware voor werpen aan de
sleutel of de afstandsbediening: dit kan
namelijk storingen aan het contactslot
veroorzaken.
bo
vendien kunnen deze voorwerpen
bij het activeren van de airbag vóór
ernstige verwondingen veroorzaken.
Deze elektronische startblokkering blokkeert
het motormanagementsysteem zodra het
contact wordt afgezet en voorkomt zo het
starten van de motor bij een inbraak.
Als het laadniveau van de accu een bepaalde
minimale grenswaarde heeft bereikt,
schakelt het systeem over op de eco-mode:
de elektrische voeding wordt automatisch
uitgeschakeld zodat de accu voldoende
opgeladen blijft.
4
rijden
Page 157 of 384

155
C5_nl_Chap06_securite_ed01-2015
Veiligheidsgordels achter
Gordel vastmaken
F trek aan de gordel en steek vervolgens de gesp in de gordelsluiting.
F
C
ontroleer of de gesp goed vergrendeld is
door even aan de riem te trekken.
Gordel losmaken
F Druk op de rode knop van de gordelsluiting.
De drie zitplaatsen achter zijn voorzien van
driepuntsgordels met oprolautomaat met
gordelkrachtbegrenzer.
Dit display is in de dakconsole aangebracht.
Als de veiligheidsgordel niet is vastgemaakt, zal
het waarschuwingslampje van de desbetreffende
zitplaats gaan branden of knipperen.
A.
Waarschuwingslampje niet vastgemaakte/
losgemaakte veiligheidsgordels voor en/of achter.
B. W
aarschuwingslampje veiligheidsgordel
linksvoor.
C.
W
aarschuwingslampje veiligheidsgordel
rechtsvoor.
D.
W
aarschuwingslampje veiligheidsgordel
rechtsachter.
E.
W
aarschuwingslampje veiligheidsgordel
middenachter.
F.
W
aarschuwingslampje veiligheidsgordel
linksachter.
G. Controlelampje passagiersairbag uitgeschakeld.
H. C ontrolelampje passagiersairbag ingeschakeld.
Display waarschuwingslampjes
veiligheidsgordels en
passagiersairbag vóór
6
Veiligheid