23
C5_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Op 0 zetten van de
o nderhoudsintervaldicatorDe afstand tot de eerstvolgende
beurt is overschreden
Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende
enkele seconden de sleutel knipperen om aan
te geven dat de onderhoudswerkzaamheden zo
spoedig mogelijk uitgevoerd moeten worden.
Voorbeeld: u hebt de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt met 300 km overschreden.
Als het contact wordt aangezet, geeft het
display van het instrumentenpaneel het
volgende aan:
De sleutel blijft branden naast de kilometerteller
om aan te geven dat er onderhoudswerkzaamheden
uitgevoerd hadden moeten worden.
bij de blueHDi-uitvoeringen met
dieselmotor kan de sleutel afhankelijk
van de mate van vervuiling van de
motorolie ook eerder gaan branden, wat
afhankelijk is van de rijomstandigheden
van de auto. De onderhoudsintervalindicator moet na elke
onderhoudsbeurt op 0
gezet worden.
Voer dit als volgt uit:
F
zet
het contact af,
F
d
ruk op de resetknop van de dagteller en
houd deze ingedrukt,
F
z
et het contact aan; de kilometerteller
begint terug te tellen,
F
l
aat de knop los als het display "=0"
aangeeft; de sleutel verdwijnt.
Als u na deze handeling de accu wilt
loskoppelen, vergrendel dan de auto en wacht
minimaal 5
minuten. Het op 0 zetten van de
onderhoudsindicator zal anders niet worden
opgeslagen.
bi
j de
b
l
ueHDi-uitvoeringen met
dieselmotor gaat bij het aanzetten van
het contact in combinatie met deze
waarschuwing ook het verklikkerlampje
Service branden. De sleutel kan gaan branden als het interval
in tijd sinds de laatste onderhoudsbeurt, zoals
vermeld in het onderhoudsschema van de
fabrikant, is overschreden.
1
Controle tijdens het rijden
27
C5_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
ControlelampjebrandtOorzaak Acties / Opmerkingen
STOP permanent in
combinatie
met een ander
waarschuwingslampje. Dit waarschuwingslampje brandt
bij een storing met betrekking tot
het remsysteem of bij een te hoge
koelvloeistoftemperatuur. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
Zet het contact af en neem contact op met het
CI
t
ro
Ën-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Service tijdelijk, in combinatie
met een melding.
er z
ijn één of meer kleine storingen
gedetecteerd waarbij geen specifiek
verklikkerlampje gaat branden. Identificeer de oorzaak van de storing met behulp van
de melding op het display.
bep
aalde storingen kunt u zelf verhelpen, zoals een
geopend portier of een roetfilter dat verstopt dreigt te
raken (rijd om het roetfilter te regenereren, zodra de
omstandigheden dit toelaten, met een snelheid van
minimaal 60
km/h totdat het verklikkerlampje dooft).
ra
adpleeg in andere gevallen, zoals een storing in
het controlesysteem bandenspanning, het CI
tro
Ën-
n
etwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
permanent, in
combinatie met een
melding.
er z
ijn één of meer ernstige storingen
gedetecteerd waarbij geen specifiek
verklikkerlampje gaat branden. Identificeer de oorzaak van de storing met behulp
van de melding op het display en raadpleeg het
CI
t
ro
Ën-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
permanent, in
combinatie met het
knipperen en vervolgens
blijven branden van de
onderhoudssleutel.Het onderhoudsinterval is
overschreden.Alleen bij
bl ueHDi uitvoeringen met dieselmotor.
Laat het onderhoud aan uw auto zo snel mogelijk
uitvoeren.
1
Controle tijdens het rijden