Soort verbindingFunctieBMW Touch
Command via
WiFi direct.Voertuigfuncties bedie‐
nen.USB-geheugen
via USB‐aanslui‐
ting.Rijdersprofielen exporte‐
ren en importeren.
Software-actualiseringen
uitvoeren.
Opgeslagen reizen ex‐
porteren en importeren.
Muziek weergeven.
Algemeen
Alle met de auto gekoppelde of verbonden ap‐
paraten worden in de apparatenlijst weergege‐
ven.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Systeeminstellingen"3."Mobiele apparaten"
Een symbool geeft aan, voor welke functie een
apparaat wordt gebruikt.
SymboolFunctie"Telefoon""Tweede telefoon""Bluetooth-audio""Apps""Screencast""Internet-hotspot""Touch Command"
Aanwijzingen
WAARSCHUWING
De bediening van geïntegreerde informa‐
tiesystemen en communicatieapparatuur tij‐
dens het rijden kan de aandacht van het ver‐
keer afleiden. U kunt de controle over de auto
verliezen. Er bestaat gevaar voor ongevallen.
De systemen en apparatuur alleen bedienen
als de verkeerssituatie het toelaat. Zo nodig
stoppen en de systemen resp. apparatuur bij
stilstaande auto bedienen.◀
Bluetooth‐verbinding
Geschikte apparaten Algemeen
Nauwkeurige informatie over welke mobiele
telefoons ondersteund worden met de Blue‐
tooth-interface vindt u onder www.bmw.com/
bluetooth.
Bij niet aangegeven apparaten of bij afwijkende
softwareversies kunnen storingen optreden.
Chassisnummer en software-
onderdeelnummer weergeven
Om te controleren welke apparaten worden
ondersteund, zijn chassisnummer en software-
onderdeelnummer nodig. Eventueel wordt ook
de software-versie van de mobiele telefoon
gevraagd.
Via iDrive:1."Mijn auto"2."Systeeminstellingen"3."Mobiele apparaten"4."Instellingen"5."Bluetooth-informatie"6."Systeeminformatie"
Het is mogelijk om een software-actualisering,
zie pagina 45, uit te voeren.
Voorwaarden voor een correcte
werking
▷Geschikt apparaat, zie pagina 40.▷Apparaat gebruiksklaar.▷Bluetooth op het apparaat en in de auto
geactiveerd, zie pagina 41.Seite 40OverzichtAlgemene instellingen40
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
▷Mobiele telefoons die door de USB-aan‐
sluiting worden ondersteund.
De snap-in-adapter beschikt over een ei‐
gen USB‐aansluiting, die bij het aanbren‐
gen van een geschikte mobiele telefoon
automatisch verbonden is.▷Audio-apparatuur met USB‐aansluiting,
bijv. MP3-speler.▷USB-opslagapparatuur.
De gangbare bestandssystemen worden
ondersteund. Aanbevolen worden de
FAT32- en exFAT-formaten.
Informatie over geschikte USB-apparaten vindt
u op www.bmw.com/bluetooth.
De volgende toepassingen zijn mogelijk:
▷Exporteren en importeren van bestuurder‐
sprofielen, zie pagina 58.▷Audiobestanden beluisteren via USB-au‐
dio.▷Videofilms bekijken via USB-video.▷Installeren van software-updates, zie pa‐
gina 45.▷Importeren van reisroutes.
Aanwijzingen
Bij het aansluiten het volgende in acht nemen:
▷De stekker niet geforceerd in de USB-aan‐
sluiting steken.▷Flexibele adapterkabel gebruiken.▷USB-apparaat tegen mechanische be‐
schadigingen beschermen.▷In verband met de grote keuze aan ver‐
krijgbare USB-apparaten kan niet elk appa‐
raat via de auto worden bediend.▷USB-apparaten niet blootstellen aan ex‐
treme omgevingsomstandigheden, bijv.
zeer hoge temperaturen, zie handleiding
van het apparaat.▷In verband met het grote aantal comprime‐
ringstechnieken kunnen mogelijk niet alleop het USB-apparaat opgeslagen media
correct worden weergegeven.▷Een aangesloten USB-apparaat wordt via
de USB-aansluiting van laadstroom voor‐
zien, als het apparaat dit ondersteunt.▷Afhankelijk van hoe het USB-apparaat
moet worden gebruikt, zijn evt. instellingen
aan het USB-apparaat nodig, zie de hand‐
leiding van het apparaat.
Ongeschikte USB-apparaten:
▷USB harde schijf.▷USB hubs.▷USB-geheugenkaartlezers met meerdere
inschuifeenheden.▷HFS-geformatteerde USB-apparaten.▷MTP-apparaten.▷Apparaten zoals ventilatoren of lampen.
Apparaat verbinden
USB-apparaat met een geschikte adapterkabel
met een USB-aansluiting, zie pagina 239, ver‐
binden.
Het USB-apparaat wordt met de auto verbon‐
den en in de apparatenlijst weergegeven.
WLAN-verbinding
Voorwaarden voor een correcte
werking
▷ConnectedDrive-contract.▷Gegevenscontract met een provider.▷Voor WLAN geschikt apparaat.▷WLAN op het apparaat geactiveerd.▷WLAN-hotspot van de auto geactiveerd.▷Gereedheid is ingeschakeld.
WLAN-hotspot activeren
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Systeeminstellingen"Seite 43Algemene instellingenOverzicht43
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
BMW displaysleutelAlgemeen
In de leveringsomvang is in plaats van een
standaard afstandsbediening de BMW display
sleutel met een extra mechanische sleutel op‐
genomen. Als gebruik wordt gemaakt van de
BMW display sleutel, moet de mechanische
sleutel ook worden meegenomen, bijv. in de
portemonnee.
De BMW display sleutel ondersteunt alle func‐
ties van de standaard afstandsbediening, en
beschikt daarnaast over de volgende functies.▷Status van portieren en ruiten oproepen.▷Status van de alarminstallatie oproepen.▷Met interieurvoorverwarming: interieur‐
voorverwarming bedienen.
Zonder interieurvoorverwarming: interieur‐
voorventilatie bedienen.▷Actieradius met de beschikbare brandstof
oproepen.▷Service-informatie oproepen.▷Op afstand bediend parkeren.
Noodherkenning van de BMW
displaysleutel
De beschrijving van de noodherkenning van de
afstandsbediening, zie pagina 55, geldt ook
voor de BMW displaysleutel. De vergrendel‐
toets moet zich echter op de hoogte van de
markering bevinden.
Overzicht1Kofferklep openen/sluiten2Ontgrendelen3Thuiskomverlichting4Vergrendelen5Parkeertoets6Display7Terug8Display in-/uitschakelen9Micro-USB laadaansluiting
Ontvangstbereik
Het aantal beschikbare functies van de af‐
standsbediening hangt af van de afstand tot de
auto.
▷In het ontvangstbereik in de buurt van de
auto staan alle functies van de afstandsbe‐
diening beschikbaar.▷In het uitgebreide ontvangstbereik kan de
statusinformatie worden opgeroepen.
Met interieurvoorverwarming: de interieur‐
voorverwarming kan worden bediend.
Zonder interieurvoorverwarming: de interi‐
eurvoorventilatie kan worden bediend.▷Buiten het ontvangstbereik kan de laatst
van de auto overgedragen statusinformatie
worden afgebeeld.
Het symbool wordt op het display weerge‐
geven als een van de toetsen buiten het ont‐
vangstbereik wordt ingedrukt.
Seite 56BedieningOpenen en sluiten56
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
MenuInformatie/functie"Info
veiligheid" /
Status van de portieren
Status van de alarminstalla‐
tie
Na activering van het alarm:
datum, tijd en reden voor de
activering van het alarm
Status van de ruiten
Status van het glazen dak"Info auto"Onderhoudsintervalmelding
van de Condition Based
Service CBS, zie pa‐
gina 303
Status van de parkeerlich‐
ten"Info
actieradius"Actieradius met de beschik‐
bare brandstof"Instelling
klimaat"Met interieurvoorverwar‐
ming: interieurvoorverwar‐
ming bedienen, zie pa‐
gina 227.
Zonder interieurvoorver‐
warming: Interieurvoorven‐
tilatie bedienen, zie pa‐
gina 227."Afstandsbest.
parker."Op afstand bediend in-/
uitparkeren, zie pagina 210
Batterij van de afstandsbediening
laden
Als de laadtoestand van de batterij van de af‐
standsbediening minder wordt, wordt het dis‐
play automatisch uitgeschakeld. De batterij
moet geladen worden voordat het display weer
kan worden ingeschakeld. De werking van de
standaardtoetsen blijft zo lang intakt, totdat de
batterij geheel leeg is.
Om de batterij van de afstandsbediening te la‐
den:▷Afstandsbediening met de vergrendeltoets
omhoog in de uitsparing van de Wireless
Charging-houder onder de middenarm‐
steun plaatsen.▷Afstandsbediening via de micro-USB‐aan‐
sluiting aan de linkerzijde op een USB‐aan‐
sluiting aansluiten.
Bestuurdersprofielen
Principe In de bestuurdersprofielen kunnen individuele
instellingen van meerdere bestuurders worden
opgeslagen en op een later tijdstip weer wor‐
den opgeroepen.
Algemeen
Er zijn drie bestuurdersprofielen beschikbaar
waarin persoonlijke instellingen voor de auto
worden opgeslagen. Aan iedere afstandsbe‐
diening is één van deze bestuurdersprofielen
toegewezen.
Als de auto met een afstandsbediening wordt
ontgrendeld, wordt het bijbehorende bestuur‐
dersprofiel geactiveerd. Alle in het bestuurder‐
sprofiel opgeslagen instellingen worden auto‐
matisch uitgevoerd.
Als meerdere bestuurders ieder een eigen af‐
standsbediening hebben, past de auto zich bij
het ontgrendelen aan de persoonlijke instellin‐
gen aan. Deze instellingen worden ook her‐
steld als de auto tussendoor door een persoon
Seite 58BedieningOpenen en sluiten58
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
▷Het opgeroepen bestuurdersprofiel wordt
toegewezen aan de momenteel gebruikte
afstandsbediening.▷Als het bestuurdersprofiel reeds aan een
andere afstandsbediening is toegewezen,
geldt dit bestuurdersprofiel voor beide af‐
standsbedieningen. Een onderscheiding
van de instellingen voor de beide afstands‐
bedieningen is niet meer mogelijk.
Gastprofiel
Met het gastprofiel kunnen individuele instel‐
lingen worden uitgevoerd die in geen van de
drie persoonlijke bestuurdersprofielen zijn op‐
geslagen.
Dit kan nuttig zijn bij tijdelijk gebruik van de
auto door bestuurders zonder eigen bestuur‐
dersprofiel.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"3."Gewoon gaan rijden (gast)"4."OK"
De naam van het gastprofiel kan niet worden
gewijzigd. Het wordt niet toegewezen aan de
momenteel gebruikte afstandsbediening.
Bestuurdersprofiel hernoemen Om te voorkomen dat de bestuurdersprofielen
worden verwisseld, kan aan het momenteel gebruikte bestuurdersprofiel een persoonlijke
naam worden gegeven.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"
De naam van het met dit symbool ge‐
markeerde bestuurdersprofiel kan worden
gewijzigd.
3.Bestuurdersprofiel selecteren.4."Naam bestuurdersprofiel wijzigen"5.Profielnaam invoeren.6. Symbool selecteren.
Bestuurdersprofiel terugzetten
De instellingen van het actieve bestuurder‐
sprofiel worden op de fabrieksinstellingen te‐
ruggezet.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"
Het met dit symbool gemarkeerde be‐
stuurdersprofiel kan worden teruggezet.
3.Bestuurdersprofiel selecteren.4."Bestuurdersprofiel terugzetten"
Bestuurdersprofiel exporteren
De meeste instellingen van het momenteel ge‐
bruikte bestuurdersprofiel kunnen worden ge‐
exporteerd.
Dit kan handig zijn bij de opslag en het herstel
van persoonlijke instellingen, bijv. voor een
verblijf in de werkplaats. De opgeslagen be‐
stuurdersprofielen kunnen worden meegeno‐
men naar een andere auto.
Voor de het exporteren bestaan de volgende
mogelijkheden:
▷Via ConnectedDrive.▷Via een USB-aansluiting, zie pagina 239,
naar een USB-opslagapparaat.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"
Het met dit symbool gemarkeerde be‐
stuurdersprofiel kan worden geëxporteerd.
3.Bestuurdersprofiel selecteren.4."Bestuurdersprofiel exporteren"5.▷USB-opslagapparaat: "USB apparaat"
Evt. USB-opslagapparaat selecteren.▷ConnectedDrive.Seite 60BedieningOpenen en sluiten60
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
Bestuurdersprofiel importerenBestaande instellingen van het momenteel ge‐
bruikte bestuurdersprofiel worden overschre‐
ven met de instellingen van het geïmporteerde
bestuurdersprofiel.
Via iDrive:1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"
Het met dit symbool gemarkeerde be‐
stuurdersprofiel kan worden overschreven.
3.Bestuurdersprofiel selecteren.4."Bestuurdersprofiel importeren"5.Medium selecteren waarmee het bestuur‐
dersprofiel is geëxporteerd.▷USB-opslagapparaat: "USB apparaat"
Evt. USB-opslagapparaat selecteren.▷ConnectedDrive.6.Bestuurdersprofiel selecteren.
Met de afstandsbediening
Aanwijzingen WAARSCHUWING
Personen of huisdieren in de auto kun‐
nen de portieren van binnenuit vergrendelen en zichzelf insluiten. De auto kan dan niet van
buitenaf worden geopend. Er bestaat kans op
letsel. Afstandsbediening meenemen, zodat de
auto van buitenaf kan worden geopend.◀
Ontgrendelen Toets van de afstandsbediening in‐
drukken.
Afhankelijk van de instellingen, zie pagina 68,
worden de volgende toegangen ontgrendeld:
▷Het bestuurdersportier en de tankdopklep.▷Alle portieren, de kofferklep en de tank‐
dopklep.Daarnaast worden de volgende functies uitge‐
voerd:▷De in het bestuurdersprofiel, zie pagina 58,
opgeslagen instellingen worden uitge‐
voerd.▷De interieurverlichting wordt ingeschakeld,
als deze niet handmatig uitgeschakeld
werd. Interieurverlichting handmatig in- en
uitschakelen, zie pagina 140.▷De begroetingsverlichting wordt ingescha‐
keld; als het donker is worden tevens de
portierbuitenhandgreepverlichting en het
Welcome Light Carpet ingeschakeld. Deze
functies moeten in de instelling, zie pa‐
gina 136, worden geactiveerd.
Afstandsbedieningstoets opnieuw indruk‐
ken, om Welcome Light Carpet bij reeds
ontgrendelde auto in te schakelen.▷De via comfortsluiten ingeklapte buiten‐
spiegels worden uitgeklapt.▷Het achterste schuifpaneel wordt in de
stand gebracht waarin dit zich vóór het
ontgrendelen bevond.▷De installatie voor diefstalbeveiliging wordt
uitgeschakeld.▷De alarminstallatie, zie pagina 70, wordt
uitgeschakeld.
Na het openen van het bestuurdersportier is
de auto gebruiksklaar, zie pagina 18.
Comfortopenen Toets afstandsbediening na ontgren‐delen ingedrukt houden.
De ruiten en het glazen dak worden geopend
zolang de toets op de afstandsbediening wordt
ingedrukt.
Vergrendelen WAARSCHUWING
Bij sommige landuitvoeringen is het ont‐
grendelen van binnenuit alleen mogelijk met
speciale kennis.
Seite 61Openen en sluitenBediening61
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
In de bagageruimte
Afdekking openklappen.
USB-aansluiting Algemeen
Aanwijzingen voor het aansluiten van mobiele
apparatuur op de USB-aansluiting in het
hoofdstuk USB-verbindingen, zie pagina 42, in
acht nemen.
In de middenarmsteun
De USB-aansluiting bevindt zich in de midden‐
armsteun.
In de middenconsole
De USB-aansluiting bevindt zich in de midden‐
console.
Doorlaadsysteem Algemeen
Het doorlaadsysteem maakt het transport van
langere voorwerpen, bijv. ski's, mogelijk.
Doorlaadopening openen zonder
comfortstoelen
1.Middenarmsteun omlaagklappen.2.Klep verwijderen.Seite 239InterieuruitrustingBediening239
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
Sportweergaven, koppel‐weergave, vermogensweer‐
gave 131
SPORT, zie Rijbelevingsscha‐ kelaar 115
Spraakgestuurd systeem 31
Sproeiervloeistof 111
Stabiliteitsregelsyste‐ men 172
Stadslicht 135
Start/stop-knop 102
Start- en stopautomaat 103
Starten van de motor bij sto‐ ring 55
Starten van de motor, zie Rij‐ den-stand-by 102
Starten, zie Rijden-stand- by 102
Startfunctie bij storing 55
Starthulp 312
Starthulp, zie DSC 172
Stationair draaien van de mo‐ tor tijdens het rijden, uitrol‐
len 266
Stationair uitrollen 266
Statusinformatie, iDrive 26
Status, voertuig 131
Steptronic Sport-versnel‐ lingsbak, zie Steptronic-ver‐
snellingsbak 111
Steptronic versnellings‐ bak 111
Stoelen 78
Stoelen, achterin 80
Stoelen, voor 78
Stoelinstelling oproepen 69
Stoel-, spiegel- en stuurko‐ lomgeheugen 90
Stoelventilatie 94
Stoelverwarming 93
Storingsmeldingen, zie Check-Control 119
Stroomonderbreking 309
Stuur- en spoorassistent incl. file-assistent 189
Stuurkolom, geheugen 90 Stuurwielinstelling oproe‐
pen 69
Stuurwiel, verstellen 89
Stuurwielverwarming 89
Surround View 199
Symbolen 6
Symbolen in het status‐ veld 26
SYNC-programma, aircondi‐ tioning 223
T Taal, op het Control Dis‐ play 36
Tablet 0
Tafel 240
Tankdop 272
Tankdopklep 272
Tanken 272
Tapijt, verzorging 320
Technische gegevens 324
Technische wijzigingen, zie Eigen veiligheid 7
Tekstmelding, aanvul‐ lend 122
Telefoon 6
Telefoonhoorn, claxon 12
Telefoon koppelen 39
Telefoon verbinden 39
Temperatuur, automatische airconditioning 221
Temperatuur, motorolie 123
Temperatuurweergave, bui‐ tentemperatuur 123
Thuiskomertje, zie Reserve‐ wiel 306
Thuiskomverlichting 136
Thuiskomverlichting via af‐ standsbediening 63
Toegestaan totaalgewicht bij trekken van een aanhan‐
ger 330
Toegestane asbelasting 325
Toerenteller 123 Toeristenfunctie, zie Rechts-/
linksrijdend verkeer 140
Toestandweergave, ban‐ den 288
Toets AUTO H, zie Automatic Hold 105
Toetsen op het stuurwiel 12
Toevoegingen, olie 299
Totaalgewicht 325
Totaalgewicht, toege‐ staan 325
Touch Command 0
Touchpad 24
Touchscreen 23
Tractiecontrole 173
TRACTION, rijdynamiek 173
Trekhaak 259
Trekken van een aanhan‐ ger 257
Trekken van een aanhanger, gegevens 330
U
Uitgeklapte stand, ruitenwis‐ ser 110
Uitlaatsysteem 253
Uitrollen 266
Uitrollen bij stationair draaien 266
Uitrusting, interieur 233
Uitrusting van de auto 7
Uitvalmelding, zie Check- Control 119
Universele afstandsbedie‐ ning 233
Unlock-toets, Steptronic ver‐ snellingsbak 111
USB-aansluiting, plaats in de auto 239
USB-verbinding 42
V Variabele besturing, integraal- actieve besturing 174 Seite 345Alles van A tot ZOpzoeken345
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15