Page 161 of 211

GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDSSCHEMA
De controles vermeld in het Geprogrammeerd Onderhoudsschema moeten, na het bereiken van 120.000 km/8 jaar, cyclisch
herhaald worden te beginnen vanaf het eerste interval, daarna dezelfde intervallen aanhouden als daarvoor.
km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren 12345678910
Conditie/slijtage banden controleren en bandenspanning,
indien nodig, herstellen; vervaldatum lading “Fix&Go
Automatic” kit controleren (voor bepaalde versies/markten)●●●●●●●●●●
Werking verlichtingssysteem (koplampen,
richtingaanwijzers, alarmknipperlichten, bagageruimte,
interieur, dashboardkastje, lampjes instrumentenpaneel,
enz.) controleren●●●●●●●●●●
Vloeistofniveaus controleren en eventueel bijvullen
(motorkoelvloeistof, remmen/hydraulische koppeling,
ruitensproeiers, accu enz.)●●●●●●●●●●
Uitlaatgasemissie/roetuitstoot controleren●●●●●●●●●●
De diagnosestekker gebruiken om de werking van het
brandstoftoevoer-/motormanagementsysteem en de
emissie te controleren; en voor bepaalde versies/markten,
de verslechtering van de motorolie●●●●●●●●●●
Visueel de toestand controleren van: buitenzijde van
carrosserie, bodemplaatbescherming, slangen en
leidingen (uitlaat, brandstof- en remsysteem) en rubber
elementen (hoezen, balgen, bussen enz.)●●●●●
Stand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers voor/
achter controleren●●●●●
157
Page 162 of 211
km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren 12345678910
Werking van het ruitenwisser/-sproeiersysteem controleren
en zo nodig de sproeiers afstellen●●●●●
Slot van motorkap en achterklep op aanwezigheid van vuil
controleren, schoonmaken en mechanismen smeren●●●●●
Werking cabriodak tijdens sluiten en openen controleren;
pakkingen en smering van geleiders canvasdoek
controleren (alleen versies met cabriodak)●●●●●●●●●●
Slag van handrem controleren en zo nodig afstellen●●●●●
Conditie en slijtage remblokken van schijfremmen voor en
achter visueel controleren en de werking van
remblokslijtagesensor controleren (voor bepaalde versies/
markten)●●●●●●●●●●
Conditie van aandrijfriem(en) hulporganen visueel
controleren●
Spanning aandrijfriem(en) hulporganen controleren en
indien nodig afstellen●●
Conditie getande distributieriem visueel controleren●
Motorolie verversen en oliefilter vervangen●●●●●●●●●●
158
ONDERHOUD EN ZORG
Page 163 of 211

km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren 12345678910
Bougies vervangen (1)●●●●●
De getande distributieriem vervangen(2)
Aandrijfriem(en) hulporganen vervangen(2)
(1) De volgende zaken zijn van essentieel belang om de correcte werking te garanderen en ernstige schade aan de motor te voorkomen: gebruik uitsluitend bougies
van hetzelfde merk en type die speciaal gecertificeerd zijn voor 1.4 Turbo benzine Abarth motoren (zie de informatie in de paragraaf "Motor"); houd u strikt aan
het vervangingsinterval van de bougies dat vermeld is in het Geprogrammeerde Onderhoudsschema; geadviseerd wordt contact op te nemen met het Abarth
Servicenetwerk om de bougies te laten vervangen.
(2) Voor gebieden waar weinig stof is wordt een maximale kilometerstand van 120.000 km aanbevolen. Ongeacht de kilometerstand moet de riem om de 6 jaar
vervangen worden.
In stoffige omgevingen en/of gebruik van het voertuig onder zware omstandigheden (koude klimaten, gebruik in de stad, periodes van langdurig stationair lopen):
wordt een maximale kilometerstand van 60.000 km aanbevolen. Ongeacht de kilometerstand, moet de riem om de 4 jaar vervangen worden.
159
Page 164 of 211
km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren 12345678910
Het luchtfilterelement vervangen (3)●●●●●
Remvloeistof verversen●●●●●
Interieurfilter vervangen (3) (O) (●)O●O●O●O●O●
(3) As het voertuig gebruikt wordt in stoffige omgevingen, moet dit filter om de 15.000 km vervangen worden.
(O) Aanbevolen werkzaamheden
(●) Verplichte werkzaamheden
160
ONDERHOUD EN ZORG
Page 165 of 211

PERIODIEKE
CONTROLES
Elke 1.000 km of vóór een lange reis
controleren en eventueel bijvullen:
❒niveau motorkoelvloeistof;
❒remvloeistofniveau;
❒vloeistofniveau ruitensproeier;
❒conditie en spanning banden;
❒werking verlichting (koplampen,
richtingaanwijzers,
alarmknipperlichten, enz..);
❒werking ruitenwissers/-sproeiers en
stand/slijtage wisserbladen
voor/achter.
Elke 3.000 km controleren en eventueel
bijvullen: motorolieniveau.
Het gebruik van PETRONAS
LUBRICANTS producten wordt
aanbevolen, omdat deze speciaal voor
Abarth auto's zijn ontworpen en
geproduceerd (zie tabel “Inhouden” in
het hoofdstuk “Technische gegevens”).
INTENSIEF GEBRUIK
VAN DE AUTO
Als vooral een intensief gebruik van de
auto wordt gemaakt, zoals:
❒het trekken van aanhangers of
caravans;
❒het rijden op stoffige wegen;
❒talrijke korte ritten (minder dan 7-8
km) en bij buitentemperaturen onder
het vriespunt;
❒de motor vaak stationair draait of
lange afstanden worden gereden
bij lage snelheden of als de auto lang
niet wordt gebruikt;
dienen de volgende controles vaker te
worden uitgevoerd dan aangegeven
in het Geprogrammeerd
onderhoudsschema:
❒remblokken van schijfremmen voor
op conditie en slijtage controleren;
❒sloten van motorkap en achterklep
op aanwezigheid van vuil controleren,
mechanismen reinigen en smeren;
❒visueel de toestand controleren van:
motor, versnellingsbak, transmissie,
slangen en leidingen (uitlaat,
brandstof- en remsysteem) en rubber
elementen (hoezen, balgen, bussen
enz.);❒laadtoestand accu en niveau
accuvloeistof (elektrolyt) controleren;
❒conditie van aandrijfriemen van
hulporganen visueel controleren;
❒motorolie en oliefilter controleren en
zo nodig vervangen;
❒pollenfilter controleren en zo nodig
vervangen;
❒luchtfilter controleren en zo nodig
vervangen.
161
Page 166 of 211
NIVEAUS CONTROLEREN
29)
130) 131).
A. Vulopening motorolie – B. Motoroliepeilstok – C. Motorkoelvloeistof – D. Ruitensproeiervloeistof – E. Remvloeistof – F. Accu
128AB0A0110
162
ONDERHOUD EN ZORG
Page 167 of 211

MOTOROLIE
30)
3)
Controleer ongeveer enkele minuten
(ongeveer 5) na het uitzetten van de
motor het oliepeil met de auto op een
horizontale ondergrond.
Neem de oliepeilstok B uit, maak hem
schoon met een niet pluizende doek en
breng hem weer in. Neem de
motoroliepeilstok weer uit en controleer
of het peil tussen het MIN- en
MAX-teken op de peilstok staat.
Het verschil tussen het MIN en
MAX-teken komt overeen met ongeveer
1 liter olie.
Wanneer het olieniveau dichtbij of onder
het MIN-teken komt, moet olie worden
bijgevuld via de vulopening A tot aan
het MAX-teken.
Het olieniveau mag nooit boven het
MAX-teken komen.
Motorolieverbruik
Gewoonlijk ligt het maximaal
motorolieverbruik op 400 gram per
1000 km.
Wanneer de auto nieuw is, moet de
motor ingereden worden. Daarom is het
motorolieverbruik pas stabiel na de
eerste 5.000 - 6.000 km.BELANGRIJK Het motorolieverbruik
hangt af van de rijstijl en de
omstandigheden waaronder het
voertuig wordt gebruikt.
BELANGRIJK Laat na het bijvullen of
het verversen van motorolie de motor
enkele seconden draaien alvorens
de motor uit te zetten en wacht enkele
minuten alvorens het oliepeil te
controleren.
MOTORKOELVLOEISTOF
Controleer het koelvloeistofniveau bij
koude motor. Het niveau moet tussen
het MIN- en MAX teken op het reservoir
staan.
Als het niveau te laag is, maak de
reservoirdop C fig. 128 los en vul de
vloeistof bij zoals vermeld in het
hoofdstuk "Technische gegevens".
31)
132)
VLOEISTOF VOOR
RUITENSPROEIERS/
ACHTERRUITSPROEIER
Controleer het vloeistofniveau in het
reservoir.
Als het niveau te laag is, maak de
reservoirdop D fig. 128 los en vul de
vloeistof bij zoals vermeld in het
hoofdstuk "Technische gegevens".Na het bijvullen, dop D dichtdraaien,
controleren of hij goed vastzit.
REMVLOEISTOF
Controleer of het vloeistofniveau op het
maximum peil staat (het niveau mag
nooit boven het MAX-teken komen).
Als het vloeistofniveau te laag is, draai
de reservoirdop E fig. 128 los en vul de
vloeistof bij zoals vermeld in het
hoofdstuk "Technische gegevens".
134) 135)
32)
BELANGRIJK Reinig zorgvuldig de
reservoirdop en het omliggende
oppervlak van de vulopening.
Zorg er goed voor dat er geen
verontreinigingen in het reservoir
terechtkomen als de dop geopend
wordt.
Gebruik voor het bijvullen altijd een
trechter met fijne zeef van maximaal
0,12 mm.
163
Page 168 of 211

BELANGRIJK Remvloeistof is
hygroscopisch (d.w.z. trekt water aan).
Daarom moet, als de auto voornamelijk
gebruikt wordt in gebieden met hoge
luchtvochtigheid, de vloeistof vaker
worden vervangen dan is aangegeven
in het “Geprogrammeerd
Onderhoudsschema”.
BELANGRIJK
29) Wees voorzichtig bij het bijvullen
en meng nooit verschillende
soorten vloeistoffen: alle
vloeistoffen zijn specifiek en het
mengen ervan kan het voertuig
ernstig beschadigen.
30) Vul geen olie bij met andere
kenmerken dan de olie waarmee
de motor is gevuld. Het
motorkoelsysteem moet worden
gevuld met31) PARAFLU
UPantivries. Vul
koelvloeistof bij met dezelfde
kenmerken als de koelvloeistof
waarmee het koelsysteem reeds is
gevuld. PARAFLU
UPmag niet
met andere typen vloeistoffen
worden gemengd. Mocht dit toch
gebeuren, start de motor dan in
geen geval en neem contact op
met het Abarth Servicenetwerk.
32) Vermijd dat remvloeistof, die
uiterst corrosief is, in contact
komt met gelakte zones. Spoel bij
contact onmiddellijk af met water.
BELANGRIJK
3) Gebruikte motorolie en oliefilters
bevatten stoffen die schadelijk
zijn voor het milieu. Geadviseerd
wordt naar een werkplaats van
het Abarth Servicenetwerk te
gaan om de olie en het oliefilter te
laten vervangen.
BELANGRIJK
130) Rook nooit tijdens het uitvoeren
van werkzaamheden in de
motorruimte: er kunnen
ontvlambare gassen en dampen
vrijkomen die brand kunnen
veroorzaken.
131) Wees erg voorzichtig bij het
uitvoeren van werkzaamheden
in de motorruimte wanneer de
motor nog warm is: gevaar voor
brandwonden. Vergeet niet dat bij
een warme motor de ventilator
onverwacht kan inschakelen: kans
op verwonding. Sjaals, dassen of
loszittende kledingstukken
kunnen door de bewegende
onderdelen worden vastgegrepen.
132) Het koelsysteem staat onder
druk. Vervang indien nodig de
dop alleen door een origineel
exemplaar om de werking van het
systeem niet negatief te
beïnvloeden. Draai bij warme
motor de dop van het reservoir
niet los: gevaar voor
brandwonden.
164
ONDERHOUD EN ZORG