Page 465 of 484

27HYbrid4-systeem
200V-tractiebatterij
De 200V-tractiebatterij is bestand tegen het
herhaaldelijk en snel gedeeltelijk opladen en
ontladen.
De tractiebatterij is van het type Ni-MH
(nikkel-metaalhydride) en bevindt zich onder
de vloerplaat van de bagageruimte, vlak bij de
elektromotor.
Laden
De tractiebatterij wordt tijdens het rijden
automatisch opgeladen.
De tractiebatterij wordt opgeladen als de auto
snelheid mindert of afremt op de motor. De
elektromotor fungeert dan als generator en zet
kinetische energie om in elektrische energie
(niet bij snelheden hoger dan 120 km/h).
Door op deze manier energie terug te winnen
wordt "gratis" energie verkregen.
De tractiebatterij kan ook gedeeltelijk, tot
een gemiddeld niveau van 4 of 5 segmenten,
worden opgeladen door de dynamo/star tmotor
(Stop & Start-systeem) van de HDi-dieselmotor.
De tractiebatterij heeft een laadtoestand van
gemiddeld 4 à 5 segmenten, zodat er een
marge overblijft voor het terugwinnen van
energie bij het snelheid minderen of in een
afdaling ("gratis" energie).
Om een lange levensduur van de
tractiebatterij mogelijk te maken komt
de laadtoestand nooit onder de 20%
uit, ook niet als na het rijden in de stand
ZEV
een laadtoestand van 0 segmenten
wordt weergegeven.
Als de tractiebatterij bijna volledig is
geladen, kan het zijn dat de auto bij
het loslaten van het gaspedaal minder
ver traagt.
De tractiebatterij wordt uiterst snel opgeladen.
Nadat de batterij is ontladen (bijvoorbeeld
door langdurig rijden in de stand ZEV
of
onder zware gebruiksomstandigheden) is de
laadtoestand snel (na ongeveer 10 minuten)
weer voldoende voor een volledig gebruik van
de mogelijkheden van de verschillende standen
van het hybridesysteem.
Het is niet mogelijk om de tractiebatterij
via het lichtnet op te laden.
Page 466 of 484

De tractiebatterij mag nooit door middel van
een extern apparaat worden opgeladen.
Laat werkzaamheden aan de tractiebatterij
uitsluitend over aan een gekwalificeerde
technicus van het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Het onoordeelkundig uitvoeren van
werkzaamheden aan de tractiebatterij kan
leiden tot ernstige brandwonden en elektrische
schokken die levensgevaarlijk letsel kunnen
veroorzaken.
Een hoogspanningsbatterij van het type Ni-MH
(nikkel-metaalhydride) dient aan het einde van
de levenscyclus op de voorgeschreven wijze
te worden afgevoerd via de werkplaats, zodat
door de recycling van de batterij het milieu kan
worden ontzien.
Hoogspanning
De elektromotor werkt met een spanning van
150 tot 270 V.
Let op de waarschuwingsstickers die op de
auto zijn aangebracht.
Wees uiterst voorzichtig bij werkzaamheden in
de buurt van onderdelen met hoogspanning en
onderdelen die heet kunnen worden door de
elektrische stroom.
Noodonderbreker
In het geval van een aanrijding worden
de hoogspanning en de voeding van de
brandstofpomp onderbroken door een
noodonderbreker, waardoor uw auto niet meer
gestart kan worden.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk om het
hybridesysteem weer in te schakelen.
Een aantal hoogspanningskabels zijn aan de
onderzijde van de auto bevestigd; zorg er voor
dat deze niet beschadigd raken bij het rijden op
slecht begaanbaar terrein.
Zet alvorens
werkzaamheden uit te
voeren altijd het contact
af (verklikkerlampje
READY
gedoofd).
Waarschuwingen met betrekking tot de tractiebatterij
Hoogspanningskabels
Breng hefsystemen (krik,
tweekolomsbrug, ...) aan onder de
daarvoor bestemde steunpunten
om beschadiging van de kabels te
voorkomen.
Raak onderdelen, oranje kabels en
stekkers van het hoogspanningscircuit
nooit aan, ook niet na een aanrijding.
Page 467 of 484

29HYbrid4-systeem
Dit ventilatiesysteem werkt niet continu. Het
past permanent de mate van ventilatie aan de
koelbehoefte van de tractiebatterij aan.
De werking van het systeem kan hoorbaar zijn,
met name als de auto stilstaat en het Hybrid4-
systeem is uitgeschakeld (nakoeling).
Als deze aanzuigopening verstopt is, kan
de tractiebatterij over verhit en daardoor
beschadigd raken. Dit kan een nadelig effect
hebben op de prestaties van het Hybrid4-
systeem.
Ventilatie van de tractiebatterij
Om er voor te zorgen dat de
tractiebatterij optimaal kan werken, dient
u de volgende veiligheidsvoorschriften in
acht te nemen:
- houd de aanzuigopening vrij van
vreemde voor werpen, zodat de
tractiebatterij niet over verhit kan
raken waardoor de prestaties van
het Hybrid4-systeem afnemen,
- mors geen vloeistof, de
tractiebatterij zou hierdoor
beschadigd kunnen raken
(kortsluiting).
De tractiebatterij is voorzien van een
luchtkoelingssysteem. Dit systeem bestaat uit
een aanzuigopening (aan de zijkant van de
linkerachterstoel) en een ventilator (achter de
bagageruimtebekleding links).
Page 468 of 484
Toegang tot de motorruimte
Ook de dynamo/startmotor van uw hybrideauto
wordt met hoogspanning gevoed.
Wanneer u de motorkap opent zonder eerst het
contact af te zetten, kan het voorkomen dat de
motor plotseling door de dynamo/startmotor
weer wordt gestart.
Zet, voordat u de
motorkap opent,
altijd het contact af
(verklikkerlampje
READY
uit).
Zet om ernstig letsel te voorkomen
het contact af en controleer of het
verklikkerlampje READY
op het
instrumentenpaneel is gedoofd alvorens
werkzaamheden in de motorruimte uit
te voeren.
Aanbevelingen
Page 469 of 484
31Comfort
Voorzieningen in de bagageruimte
1.
Hoedenplank
Deze kan worden ver wijderd zodat grotere
voorwerpen vervoerd kunnen worden.
2.
Haken (voor tassen)
3.
Riemen voor de gevarendriehoek
4.
Uitneembare vloerplaat in de
bagageruimte
Trek de vloerplaat aan de handgreep
omhoog en beweeg deze langs de
geleiders.
Page 470 of 484

Autowasstraat
Bij sommige autowasstraten (waar de auto op een transportband doorheen wordt gevoerd) mag de parkeerrem tijdens het autowassen niet zijn
aangetrokken.
Als het hybridesysteem is ingeschakeld, het verklikkerlampje R
EADY
brandt en de parkeerrem is vrijgezet:
- Zet de selectiehendel in de stand N
.
- Zet de motor af (druk op de knop " START/STOP
"). De
parkeerrem wordt automatisch aangetrokken en het
verklikkerlampje READY
op het instrumentenpaneel dooft.
-
Zet het contact weer aan (druk op de knop " START/STOP
")
zonder het rempedaal in te trappen. Het verklikkerlampje READY
gaat niet branden.
- Zet de parkeerrem vrij met de hendel op de middenconsole,
ter wijl u het rempedaal ingetrapt houdt.
- Zet het contact af (druk op de knop " START/STOP
" zonder
het rempedaal in te trappen) en controleer of de parkeerrem
vrijgezet blijft.
Als de HDi-dieselmotor op dat moment niet draait, wordt hij
onmiddellijk gestart.
Als de HDi-dieselmotor op dat moment draait, blijft hij onbeperkt
draaien.
Als het hybridesysteem is ingeschakeld, het verklikkerlampje
READY
brandt en de parkeerrem is vrijgezet:
- Zet de selectiehendel in de stand N
(stand AUTO
).
- Houd het rempedaal ingetrapt en druk vervolgens op de toets
" ECO OFF
".
Autowasstraten waarin de HDi-dieselmotor moet
zijn afgezet.
Autowasstraten waarin de HDi-dieselmotor niet
mag worden afgezet.
Schakel, indien mogelijk, de automatische werking van de parkeerrem uit via het menu voor het configureren van de uitrusting van de auto.
Page 471 of 484

33Praktische informatie
Bandenreparatieset
Deze set bestaat uit een compressor en een flacon met afdichtmiddel.
Hiermee kunt u de band tijdelijk repareren
.
U kunt ver volgens naar de dichtstbijzijnde garage rijden.
Met deze set kunnen de meeste lekke
banden worden gerepareerd, als het
lek zich in het loopvlak of de hiel van de
band bevindt.
Met de compressor kunt u de
bandenspanning controleren en
aanpassen.
Zie voor meer informatie over het
gebruik van deze bandenreparatieset
de desbetreffende rubriek in het
instructieboekje van de auto.
Toegang tot de set
Overzicht gereedschap
Al het gereedschap is specifiek bestemd voor
uw auto.
Gebruik het niet voor andere doeleinden.
1.
12V- c ompressor.
De compressor bevat een
afdichtingsproduct voor het tijdelijk
repareren van een band. Bovendien kan
hiermee de bandenspanning worden
aangepast.
2.
Wielblok.
Voor het blokkeren van de wielen, zodat de
auto niet weg kan rollen.
3.
Sleutel voor sierdoppen van wielbouten.
Voor het ver wijderen van de sierdoppen
van de wielbouten van lichtmetalen velgen.
4.
Wieldopsleutel.
Voor het ver wijderen van de wieldoppen
van lichtmetalen velgen.
5.
Afneembaar sleepoog.
Deze set bevindt zich in de opbergbak onder de
vloerplaat van de bagageruimte.
Page 472 of 484

Slepen - bergen van de auto met een bergingsauto
Sleep de auto nooit met twee of vier wielen op de grond: kans op beschadiging van de aandrijving.
Maar als de auto moeilijk bereikbaar is, kan de auto over een afstand van enkele tientallen meters
met een snelheid van minder dan 10 km/h met de wielen op de grond worden verplaatst.
Gebruik het sleepoog uitsluitend
om de auto wanneer deze
moeilijk bereikbaar is over enkele meters te verplaatsen of
om de auto op een bergingsauto te ver voeren.
Voordat u werkzaamheden uitvoert: trap het rempedaal in ter wijl het contact aanstaat, zet de
selectiehendel in de stand N
en schakel ver volgens het Hybrid4-systeem uit (verklikkerlampje READY
uit).
Roep altijd de hulp in van een professioneel bergingsbedrijf om uw auto met een bergingsauto of trailer te
bergen.
Sneeuwkettingen
Voor schr if t en
Er mogen alleen sneeuwkettingen op de
voorwielen worden gemonteerd.
De keuzeschakelaar moet in de stand 4WD
staan.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek in
het instructieboekje van de auto om te
zien of de banden van uw auto geschikt
zijn voor sneeuwkettingen. Hier vindt u
ook montageadviezen.