Page 73 of 85

Telefoon73
schermpje. Open de vervolgkeu‐zelijst, zoek naar het verbindings-/
contactenlijstverzoek en accep‐
teer het.
7. Koppel extra telefoons op de‐ zelfde manier.
Alle gekoppelde en verbonden
telefoons/apparaten in een lijst
weergeven
1. Druk op de CONFIG-toets.
2. Selecteer Telefooninstelling .
3. Selecteer Apparatenlijst .
Een gekoppeld(e) telefoon/apparaat
wissen
1. Druk op de CONFIG-toets.
2. Selecteer Telefooninstelling .
3. Selecteer Apparatenlijst .
4. Selecteer de te verwijderen tele‐ foon en volg de aanwijzingen op
het scherm.
Verbinden met andere telefoon
Als u wilt verbinden met een andere
telefoon, moet de nieuwe telefoon
zich in de auto bevinden en gereedzijn om verbonden te worden met het
Bluetooth-systeem voordat het pro‐
ces wordt gestart.
1. Druk op de CONFIG-toets.
2. Selecteer Telefooninstelling .
3. Selecteer Apparatenlijst .
4. Selecteer de nieuwe te verbinden
telefoon en volg de aanwijzingen
op het scherm.
Koppelen met stemherkenning Een mobiele telefoon waarbij Blue‐tooth is ingeschakeld moet worden
gekoppeld en dan verbonden met de
auto voordat deze kan worden ge‐
bruikt. Raadpleeg de gebruikers‐
handleiding van de fabrikant van de
mobiele telefoon voor Bluetooth-func‐
ties voordat u de mobiele telefoon
koppelt.
Een telefoon koppelen 1. Druk op :. Het systeem rea‐
geert met " Geef een commando. ",
gevolgd door een toon.
2. Zeg " Apparaat koppelen ". Het
systeem reageert met " Zoek op
uw telefoon naar Bluetoothapparaten. Selecteer … en voer
het pinnummer in dat op het
scherm wordt gegeven. "
3. Start het koppelingsproces op de telefoon die moet worden gekop‐
peld.
4. Zoek naar en selecteer het appa‐ raat achter het merk en model vande auto in de lijst op de mobiele
telefoon. Ga bij het invoeren van
het PIN of het bevestigen van de
zescijferige codecombinaties te
werk volgens de instructies op de
mobiele telefoon. Het systeem re‐
ageert met " Succesvol gekoppeld
met … ".
5. Herhaal stappen 1-4 om andere telefoons te koppelen.
Alle gekoppelde en verbonden
telefoons in een lijst weergeven
Het systeem kan alle mobiele tele‐
foons die eraan gekoppeld zijn in een lijst weergeven. Als een gekoppelde
mobiele telefoon ook aan de auto ge‐ koppeld is, reageert het systeem met
" is verbonden " achter de naam van
die telefoon.
Page 74 of 85

74Telefoon
1. Druk op :. Het systeem rea‐
geert met " Geef een commando. ",
gevolgd door een toon.
2. Zeg Apparatenlijst .
Gekoppelde telefoon verwijderen
Zie als de naam van de te wissen te‐
lefoon onbekend is "Alle gekoppelde
en verbonden telefoons in een lijst
weergeven".
1. Druk op :. Het systeem rea‐
geert met " Geef een commando. ",
gevolgd door een toon.
2. Zeg Apparatenlijst .
3. Zeg " Apparaat wissen ".
4. Het systeem reageert met: " Om
een apparaat te selecteren, raakt
u de naam aan op het scherm. "
Annuleer dit commando door op
x /n op de stuurbedieningsknoppen
of de toets 9 BACK op het Infotain‐
mentsysteem te drukken.
Verbinden met andere telefoon
Bij het verbinden met een andere mo‐
biele telefoon zoekt het systeem naar
de volgende beschikbare mobiele te‐lefoon. Afhankelijk van de te verbin‐
den mobiele telefoon moet dit com‐
mando wellicht worden herhaald.
1. Druk op :. Het systeem rea‐
geert met " Geef een commando. ",
gevolgd door een toon.
2. Zeg " Toestel kiezen | Toestel
selecteren | Apparaat kiezen |
Apparaat selecteren ".
◆ Selecteer een apparaat door op
het display op de naam ervan te
drukken.
◆ Als er geen andere mobiele te‐ lefoon wordt gevonden, blijft de
oorspronkelijke telefoon ver‐
bonden.
Gesprek voeren met
contactenlijst en
bedieningsorganen
Infotainment
Bij mobiele telefoons met contacten‐
lijstfunctie kan het Bluetooth-systeem de contactpersonen op de mobiele te‐
lefoon gebruiken om gesprekken te
voeren. Raadpleeg de gebruikshand‐
leiding van de fabrikant van de mo‐biele telefoon of neem contact op met
de draadloze provider om te zien of
deze functie wordt ondersteund.
Wanneer een mobiele telefoon on‐
dersteuning biedt voor de telefoon‐
boekfunctie, worden de menu's
Telefoonboek en Gesprekslijsten au‐
tomatisch beschikbaar.
Met het menu Telefoonboek kunt u
het telefoonboek op uw mobiele tele‐ foon gebruiken om een gesprek te
voeren.
Via het menu Gesprekslijsten hebt u
toegang tot de telefoonnummers van‐ uit de verschillende gesprekslijstme‐
nu's op de mobiele telefoon om te
kunnen bellen.
Het Infotainmentsysteem toont de
eerste 1.000 contactpersonen en de
telefoonnummers voor elke contact‐
persoon inclusief thuis, op het werk ,
op cel en op overige .
Page 75 of 85

Telefoon75
Een gesprek voeren met het menu
Telefoonboek :
1. Druk één keer op : op het In‐
fotainmentsysteem de radio of de
schermtoets Telefoon.
2. Selecteer Telefoonboek .
3. Selecteer de lettergroep van de contactenlijstvermelding om door
de lijst met namen/nummers te
scrollen.
4. Selecteer de naam. 5. Selecteer het te bellen nummer.
Een gesprek voeren met het menu
Gesprekslijsten :
1. Druk één keer op : op het In‐
fotainmentsysteem de radio of de
schermtoets Telefoon.
2. Selecteer Gesprekslijsten .
3. Selecteer de gesprekslijst die u wilt openen.
4. Selecteer de naam of het nummer
voor de oproep.Gesprek voeren met de
bedieningsorganen van
Infotainment
Een gesprek voeren:
1. Druk één keer op : op het In‐
fotainmentsysteem de radio of de
schermtoets Telefoon.
2. Nummer invoeren indrukken.
3. Voer het telefoonnummer in.
4. Selecteer de naam of het nummer
voor de oproep.
5. Selecteer OK om het nummer te
bellen.
Selecteer Bellen om verbinding te
maken.
Een gesprek aanvaarden of
weigeren Wanneer u een inkomend gesprek
ontvangt, wordt het geluid van het In‐
fotainmentsysteem onderdrukt en
hoort u een beltoon in de auto.De Infotainmentbedieningsorganen
gebruiken
Draai aan de knop TUNE/MENU om
te Aannemen of te Weigeren en druk
op de knop TUNE/MENU of druk op
het scherm op Accepteren of
Weigeren .
Met de stuurbedieningsknoppen Druk op : om de oproep te beant‐
woorden of x/n om deze te weige‐
ren.
Gesprek in wachtstand met de bedieningsorganen vanInfotainment Gesprek in wachtstand moet worden
ondersteund door de Bluetooth-tele‐
foon en moet door de draadloze aan‐
bieder ingeschakeld zijn, opdat deze
functie werkt.
Wisselgesprek (alleen bij gesprekken in wachtstand)
Voor een wisselgesprek aan knop TUNE/MENU draaien en deze indruk‐
ken en Gesprekken wisselen |
Gesprekken veranderen | Oproepen
veranderen of Gesprekken wisselen |
Page 76 of 85

76Telefoon
Gesprekken veranderen | Oproepen
veranderen op het scherm selecte‐
ren.
Gesprek in wachtstand met de
stuurbedieningsknoppen Gesprek in wachtstand moet worden
ondersteund door de mobiele tele‐ foon en moet door de draadloze aan‐
bieder ingeschakeld zijn.
■ Druk op : voor het beantwoor‐
den van een binnenkomende op‐
roep wanneer een andere oproep
actief is. De oorspronkelijke oproep
wordt in de wacht gezet.
■ Druk opnieuw op : om terug
naar de oorspronkelijke oproep te
gaan.
■ Druk voor het weigeren van de bin‐
nenkomende oproep op Weigeren
op het scherm of doe niets.
■ Druk op x/n om te wisselen van
het huidige gesprek naar het ge‐ sprek in de wachtstand.Conferentiegesprek met de
bedieningsorganen van
Infotainment
Conferentiegesprek en drierichtings‐
gesprek moeten worden ondersteund door de Bluetooth-telefoon en moe‐
ten door de draadloze aanbieder in‐
geschakeld zijn, opdat deze functies werken. Deze functie wordt alleen on‐
dersteund wanneer de auto stil staat.
Een conferentiegesprek starten tij‐
dens een gesprek:
1. Draai aan en druk op de knop TUNE/MENU en selecteer
Nummer invoeren .
2. Voer het telefoonnummer in en selecteer OK.
3. Na het bellen draait u aan de knop
TUNE/MENU en kiest u Confe‐
rentiegesprek .
4. Als u meer bellers wilt toevoegen aan het conferentiegesprek, her‐
haalt u de stappen 1-3. Het aantal
bellers dat kan worden toege‐
voegd, is beperkt door uw draad‐
loze aanbieder.Een gesprek beëindigen
De Infotainmentbedieningsorganen
gebruiken
Draai aan en druk op de knop
TUNE/MENU en selecteer
Ophangen of druk op het scherm op
Ophangen .
Met de stuurbedieningsknoppen
Druk op x / n .
Geluid van een gesprek
onderdrukken
Tijdens een gesprek kunnen alle ge‐ luiden in de auto worden stilgescha‐
keld, zodat de gesprekspartner deze
niet kan horen.
De Infotainmentbedieningsorganen gebruiken
Draai aan en druk op de knop
TUNE/MENU en selecteer Microfoon
uit . Druk opnieuw hierop om het stil‐
schakelen te annuleren.
Page 77 of 85

Telefoon77
Een gesprek overschakelenU kunt het geluid tussen het Blue‐tooth-systeem en de mobiele telefoon overschakelen.
Vóór het overschakelen van een ge‐ sprek moet de mobiele telefoon aan
het Bluetooth-systeem gekoppeld zijn
en ermee verbonden zijn.
Ga als volgt te werk om het geluid van
het Bluetooth-systeem over te
schakelen naar een mobiele telefoon
Druk tijdens een gesprek met het ge‐ luid in de auto op de schermtoetsGesprek doorverbinden of houd de
knop 3 op het stuurwiel ingedrukt.
Ga als volgt te werk om het geluid van
een mobiele telefoon over te
schakelen naar het Bluetooth-
systeem
Gebruik de geluidsoverschakelfunc‐
tie op de mobiele telefoon. Raad‐
pleeg de gebruikershandleiding van de fabrikant van uw mobiele telefoon
voor meer informatie. Druk op de
schermtoets Gesprek doorverbinden
of houd de knop 3 op het stuurwiel
ingedrukt.DTMF-tonen (Dual Tone Multi-
Frequency-tonen)
Het Bluetooth-systeem in de auto kan tijdens een gesprek nummers verzen‐
den. Dit wordt gebruikt bij het bellen
naar een menugestuurd telefoonsys‐
teem.
De Infotainmentbedieningsorganen gebruiken
1. Draai aan en druk op de knop TUNE/MENU en selecteer
Nummer invoeren .
2. Voer het telefoonnummer in of se‐
lecteer Nummer invoeren op het
scherm en toets cijfers in en druk op OK .
Telefoon met handsfreefunctie Bluetooth-stemherkenning gebruiken
Druk voor stemherkenning op de
knop 3 op het stuurwiel. Gebruik
de onderstaande commando's voor
de diverse functies met stemherken‐
ning. Zeg voor extra informatie " Help"
wanneer u in een stemherkennings‐
menu staat.Een gesprek voeren
U kunt met de volgende commando's
gesprekken voeren:
Bellen | Kiezen : u kunt deze comman‐
do's door elkaar gebruiken om een
telefoonnummer te kiezen.
Cijfer voor cijfer kiezen : Met dit com‐
mando kunt u cijfer voor cijfer een te‐
lefoonnummer kiezen.
Opnieuw bellen | Laatste nummer
opnieuw kiezen | Nogmaals kiezen |
Laatste nummer opnieuw bellen |
Opnieuw kiezen | Nogmaals bellen |
Nog een keer bellen | Bel opnieuw :
met dit commando kiest u het laatste
nummer dat op de mobiele telefoon
gebruikt is.
Page 78 of 85

78Telefoon
Commando "Bellen | Kiezen"
gebruiken
Een nummer bellen:
1. Druk op :. Het systeem rea‐
geert met " Geef een commando. ",
gevolgd door een toon.
2. Zeg " Bellen | Kiezen ".
3. Noem het gehele nummer in één keer, gevolgd door " Bellen |
Kiezen ".
Bij verbinding hoort u de gespreks‐ partner door de luidsprekers van de
auto.
Bellen met een naamplaatje: 1. Druk op :. Het systeem rea‐
geert met " Geef een commando. ",
gevolgd door een toon.
2. Zeg " Bellen | Kiezen " gevolgd
door het naamplaatje. Bijvoor‐
beeld " Bel Jan op het werk ".
Bij verbinding hoort u de gespreks‐
partner door de audioluidsprekers.
Commando "Cijfer voor cijfer kiezen"
gebruiken
Hiermee kunt u cijfer voor cijfer een
telefoonnummer kiezen.1. Druk op :. Het systeem rea‐
geert met " Geef een commando. ",
gevolgd door een toon.
2. Zeg " Cijfer voor cijfer kiezen ".
3. Spreek de cijfers achter elkaar uit.
Steeds na het invoeren van een
cijfer herhaalt het systeem het ge‐ hoorde cijfer, gevolgd door een
pieptoon. Zeg na het invoeren van het laatste nummer " Bellen |
Kiezen ".
Zeg bij het herhalen van een onge‐
wenst nummer " Wissen |
Verwijderen " om het laatste nummer
te wissen.
Bij verbinding hoort u de gespreks‐ partner door de luidsprekers van de
auto.
Commando
"Opnieuw bellen | Laatste nummer
opnieuw kiezen | Nogmaals kiezen |
Laatste nummer opnieuw bellen |Opnieuw kiezen | Nogmaals bellen |
Nog een keer bellen | Bel opnieuw" gebruiken
1. Druk op :. Het systeem rea‐
geert met " Geef een commando. ",
gevolgd door een toon.
2. Zeg na de toon " Opnieuw bellen |
Laatste nummer opnieuw kiezen |
Nogmaals kiezen | Laatste
nummer opnieuw bellen |
Opnieuw kiezen | Nogmaals
bellen | Nog een keer bellen | Bel
opnieuw ". Het systeem kiest het
laatste nummer dat vanaf de ver‐ bonden mobiele telefoon is ge‐
beld.
Bij verbinding hoort u de gespreks‐
partner door de luidsprekers van de
auto.
Het systeem wissen Informatie blijft in het Bluetooth-sys‐
teem in de auto bewaard, tenzij deze
wordt gewist. Dit betreft ook informa‐
tie over gekoppelde telefoons. Zie
voor instructies voor het wissen van
deze informatie "Een gekoppeld(e)
telefoon/apparaat wissen".
Page 79 of 85

Telefoon79TekstberichtenBij auto's met Bluetooth-functionali‐
teit kan het systeem tekstberichten
weergeven, een bericht via het audio‐
systeem laten klinken en een voorge‐
programmeerd bericht verzenden.
Niet alle telefoons ondersteunen alle
functies en werken met Bluetooth.
Het Infotainmentsysteem onder‐
steunt de ontvangst van SMS-berich‐
ten. Wellicht moet er voor het active‐
ren van tekstberichten op de telefoon een verzoek worden geaccepteerd of
moeten er sommige telefooninstellin‐
gen worden gewijzigd. Raadpleeg de gebruikershandleiding van de tele‐
foon.
De functie Tekstberichten kan ook via
stemherkenning worden geïnitieerd.Tekstberichten gebruiken
1. Druk op de knop Messages op de
Startpagina of selecteer
Tekstberichten vanuit het hoofd‐
scherm Telefoon . Totdat alle
tekstberichten zijn opgehaald,
blijft het pictogram Startpagina
grijs en verdwijnt de optie hoofd‐
scherm Telefoon . Deze functie
wordt uitgeschakeld als het ge‐
koppelde Bluetooth-apparaat
geen SMS-berichten ondersteunt.
2. Na het ophalen van alle berichten
verschijnt het Postvak In voor
tekstberichten. Selecteer een be‐
richt om te bekijken. Bekijken van
berichten is alleen mogelijk terwijl de auto stilstaat.
3. Bekijk het bericht en selecteer
Luisteren om het bericht via stem‐
herkenning te beluisteren. Het
scherm voor bekijken van berich‐
ten werkt onderweg niet.
■ Selecteer Bellen om het nummer
van de contactpersoon of het num‐
mer bij de tekst te kiezen. Bij niet
alle telefoons kunt u de afzender
van het bericht bellen en is er geen optie Bellen .
Page 80 of 85

80Telefoon
■ Selecteer Antwoord om een bin‐
nenkomend tekstbericht te beant‐
woorden. Bij niet alle telefoons kun‐
nen berichten worden verzonden.
■ Selecteer het gewenste bericht uit het schermpje conceptberichten
om het als antwoord te verzenden.
■ Selecteer Zenden om het bericht te
verzenden.
■ Selecteer Terug om te annuleren
en terug naar het vorige scherm te
gaan.
Nieuw sms-bericht
Er verschijnt een pop-upscherm wan‐
neer er een Nieuw sms-bericht is. De
pop-up blijft op het scherm totdat
Verwerpen wordt geselecteerd.
■ Selecteer Luisteren om het bericht
via stemherkenning te beluisteren.
■ Selecteer Bekijken om het bericht
te bekijken. Bekijken is onderweg
niet mogelijk.
■ Selecteer Antwoord om het bericht
met een conceptbericht te beant‐
woorden.
■ Selecteer Bellen om het nummer
van de contactpersoon of het num‐
mer bij de tekst te kiezen.
■ Selecteer Verwerpen om het pop-
upscherm voor het binnenkomende bericht te sluiten.
Instellingen tekstberichten
U kunt tekstberichten Instellingen in
het Postvak In voor tekstberichten
zien.