Page 105 of 187

103
Starten
Laat de motor niet warmdraaien bij
stilstaande auto, noch met stationair
toerental noch met een hoog
toerental: zo warmt de motor veel
langzamer op en nemen het verbruik
en de uitstoot van uitlaatgassen toe.
Het is beter om meteen rustig weg
te rijden en hoge toerentallen te
vermijden: op deze manier warmt de
motor sneller op.
Overbodige handelingen
Trap het gaspedaal niet in wanneer
men voor een stoplicht stil staat of
alvorens de motor af te zetten.
Deze handeling heeft evenals
“double-clutchen” geen enkel nut en
verhoogt het brandstofverbruik en
de vervuiling.
Keuze van de versnellingen
Schakel een hogere versnelling in
zodra de verkeers- en
wegomstandigheden dit toelaten.
Snel accelereren met een lage
versnelling verhoogt het
brandstofverbruik.Het oneigenlijk gebruik van een hoge
versnelling doet het verbruik en de
uitstoot van schadelijke uitlaatgassen
toenemen en veroorzaakt
motorslijtage.
Maximum snelheid
Bij een hogere snelheid neemt het
brandstofverbruik fors toe. Rijd dus
zoveel mogelijk met een constante
snelheid, vermijd overbodig remmen
en optrekken. Dit kost alleen
brandstof en verhoogt tevens de
uitstoot van schadelijke uitlaatgassen.
Acceleratie
Bruusk optrekken kost veel
brandstof en verhoogt de uitstoot
van schadelijke uitlaatgassen: geef
geleidelijk aan gas.
GEBRUIKSOMSTANDIGHEDEN
Hier volgt een overzicht van de
voornaamste gebruikscondities die
het brandstofverbruik vergroten.Koude start
Bij korte ritten en regelmatig koud
starten kan de motor niet de
optimale bedrijfstemperatuur
bereiken.
Hierdoor neemt zowel het
brandstofverbruik (van +15% tot
+30% in stadsverkeer) als de
uitstoot van schadelijke uitlaatgassen
toe.
Verkeerssituatie en conditie van
het wegdek
Op drukke wegen, bijvoorbeeld bij
filerijden waarbij vooral lage
versnellingen worden gebruikt, of in
de stad waar zich veel
verkeerslichten bevinden, zal het
brandstofverbruik aanmerkelijk
hoger zijn. Bochtige trajecten zoals
bergwegen en een slecht wegdek
verhogen eveneens het
brandstofverbruik.
Stilstaan in het verkeer
Bij langere stilstanden
(bijv. spoorwegovergangen) is het
raadzaam de motor af te zetten.
095-106 STRADA LUM NL 1ed 10-01-2012 15:17 Pagina 103
Page 106 of 187

104
AANHANGERS
TREKKEN
BELANGRIJK
Voor het trekken van aanhangers
moet het voertuig zijn voorzien van
een goedgekeurde trekhaak en een
geschikte elektrische installatie.
Monteer eventuele speciale en/of
extra achteruitkijkspiegels conform
de wegenverkeerswetgeving.
Vergeet niet dat het klimvermogen
van de auto door het gewicht van
een aanhanger wordt gereduceerd.
Ook de remafstand wordt langer en
er is meer tijd nodig om in te halen.
Schakel een lage versnelling in bij een
helling omlaag om een continu
gebruik van de rem te voorkomen.
Op de trekhaak rust het gewicht van
de aanhanger waardoor het
laadvermogen van het voertuig
proportioneel wordt gereduceerd.
Om er zeker van te zijn dat het
maximum toelaatbaar getrokken
gewicht niet wordt overschreden,
dient men in acht te nemen dat deze
waarde betrekking heeft op het
toelaatbare gewicht van een
volgeladen aanhangwagen, inclusief
accessoires en bagage.Neem de snelheidsbeperkingen van
het land waar u bent voor auto’s
met aanhanger in acht. Rijd in geen
geval harder dan 80 km/h.
Het ABS heeft geen
inwerking op het
remsysteem van de aanhanger.
Wees bijzonder voorzichtig op
gladde wegen.
WAARSCHUWING
Probeer nooit de
remwerking van de
aanhanger te beïnvloeden door
wijzigingen aan het
remsysteem van het voertuig
uit te voeren. Het remsysteem
van de aanhanger moet
volledig onafhankelijk zijn van
het hydraulisch systeem van
het voertuig.
WAARSCHUWING
SNEEUWKETTINGEN
Het gebruik van de sneeuwkettingen
wordt geregeld door de
wegenverkeers-wetgeving van het
land waar u rijdt.
De sneeuwkettingen mogen alleen
op de voorwielen gemonteerd
worden (aangedreven wielen).
Gebruik sneeuwkettingen van het
"spider"-type met beperkte grootte.
Beperk de
snelheid als
sneeuwkettingen
gemonteerd zijn; rijd niet harder
dan 50 km/h. Vermijd kuilen,
trottoirbanden en stoepen en
rijd geen lange stukken op
sneeuwvrije wegen om de auto
en het wegdek niet te
beschadigen.
095-106 STRADA LUM NL 1ed 10-01-2012 15:17 Pagina 104
Page 107 of 187

105
LANGDURIGE
STILSTAND
Tref de volgende voorzorgen als het
voertuig langer dan een maand niet
gebruikt zal worden:
– Zet de auto in een overdekte,
droge en indien mogelijk goed
geventileerde ruimte.
– Schakel een versnelling in.
– Controleer of de handrem niet is
aangetrokken.
– Maak de minklem van de accu los
en controleer de lading (zie
paragraaf “Accu” in het hoofdstuk
“Onderhoud en zorg”)
– Maak de met lak gespoten delen
schoon en behandel ze met een
beschermende was.– Reinig en bescherm de glanzende
metalen delen met speciale
middelen die in de handel
verkrijgbaar zijn.
– Bestrooi de wisserrubbers van de
ruitenwissers met talkpoeder en
til ze van de ruit op.
– Zet de ruiten iets open.
– Dek het voertuig af met een doek
of een geperforeerde kunststof
hoes. Gebruik geen dichte plastic
hoezen, omdat het op de
carrosserie aanwezige vocht dan
niet kan verdampen.– Pomp de banden 0,5 bar boven de
voorgeschreven spanning op en
controleer de spanning met
regelmatige tussenpozen.
– Tap het koelsysteem van de
motor niet af.
095-106 STRADA LUM NL 1ed 10-01-2012 15:17 Pagina 105
Page 108 of 187
pagina opzettelijk blanco gelaten
095-106 STRADA LUM NL 1ed 10-01-2012 15:17 Pagina 106
Page 109 of 187

107
NOODGEVALLEN
Wij adviseren om in een noodsituatie het gratis telefoonnummer te bellen dat in het garantieboekje is vermeld.
U kunt zich ook verbinden met de site www.fiat.com om de dichtstbijzijnde dealer
van het Fiat Servicenetwerk te zoeken.
DE MOTOR STARTEN
NOODSTART
Als de accu leeg is, kan de motor
gestart worden met een hulpaccu
met dezelfde of een iets hogere
capaciteit dan de lege accu.
fig. 109
F0X0090m
Ga als volgt te werk om de auto te
starten fig. 109:
– verbind de plusklemmen (+ teken
bij de klem) van de beide accu’s
met een startkabel;
– sluit met een tweede startkabel de
minklem (–) van de hulpaccu aan
op een massapunt
Eop de motor
of de versnellingsbak van de auto
die gestart moet worden;
– start de motor;
– maak als de motor gestart is, de
kabels in de omgekeerde volgorde
los.Als de motor na enkele pogingen
niet start, blijf dan niet proberen
maar neem contact op met het Fiat
Servicenetwerk.
BELANGRIJK Verbind de
minklemmen van de twee accu’s niet
rechtstreeks met elkaar: eventuele
vonken kunnen het explosieve gas
ontsteken dat uit de accu kan
ontsnappen. Als de hulpaccu in een
andere auto is geïnstalleerd, moet
accidenteel contact tussen de
metalen delen van beide auto’s
vermeden worden.
107-132 STRADA LUM NL 1ed 10-01-2012 15:18 Pagina 107
Page 110 of 187

108
ROLLEND STARTEN
Probeer de motor nooit te starten
door het voertuig te duwen, te
slepen of van een helling af te laten
rijden.
Hierdoor kan brandstof in de
katalysator terechtkomen die
hierdoor onherstelbaar beschadigd
wordt.
BELANGRIJK De rembekrachtiging
en de elektrische stuurbekrachtiging
werken niet zolang de motor niet is
gestart; om die reden is meer kracht
benodigd voor de bediening van het
rempedaal en het stuur.LEKKE BAND
Algemene instructies
Voor een correct gebruik
van de krik en het
noodreservewiel moeten de
volgende voorzorgsmaatregelen in
acht worden genomen.
Gebruik nooit een
accusnellader om de
motor te starten,
aangezien deze de elektronische
systemen kan beschadigen, met
name de regeleenheden van de
ontsteking en de inspuiting.
Door de krik niet juist te
plaatsen, kan de auto
van de krik vallen. Gebruik de
krik niet voor zwaardere lasten
dan is aangegeven op het plaatje
op de krik. Gebruik de krik
uitsluitend voor het verwisselen
van een wiel van de auto waarbij
de krik geleverd is. Gebruik de
krik niet voor andere doeleinden,
zoals het opkrikken van andere
auto’s. Gebruik de krik nooit om
werkzaamheden onder het
voertuig te verrichten. Smeer de
schroefdraad van de wielbouten
niet met vet alvorens het wiel te
monteren: de bouten zouden
kunnen loskomen.
WAARSCHUWING
Deze procedure moet
door ervaren personeel
verricht worden, aangezien
verkeerde handelingen
elektrische ontladingen van
aanzienlijke kracht kunnen
veroorzaken. Bovendien is
accuvloeistof giftig en
corrosief: vermijd contact met
huid en ogen. Houd open vuur
en brandende sigaretten uit de
buurt van de accu. Veroorzaak
geen vonken.
WAARSCHUWING
107-132 STRADA LUM NL 1ed 10-01-2012 15:18 Pagina 108
Page 111 of 187

109
Indien men de stalen
velgen laat vervangen
door lichtmetalen
velgen, dan is het aanbevolen
om de 4 originele wielbouten te
bewaren. Risico op beschadiging
van de wieldeksels.
Waarschuw de andere
weggebruikers voor de
stilstaande auto conform de
plaatselijke wettelijke voorschriften:
alarmknipperlichten,
gevarendriehoek enz. Alle
inzittenden moeten de auto
verlaten en uit de buurt van
gevaarlijk verkeer wachten tot de
reparatie is uitgevoerd. Blokkeer de
wielen met wiggen of ander geschikt
materiaal als de auto op oneffen
wegdek of op een helling staat.
WAARSCHUWINGEEN WIEL VERVANGEN
Onthoud dat:
– de krik weegt 2,9 kg;
– de krik behoeft geen afstelling;
– de krik niet kan worden
gerepareerd. Indien beschadigd,
moet hij vervangen worden door
een nieuw exemplaar;
– afgezien van de slinger die in dit
hoofdstuk is aangegeven, mag geen
enkel ander gereedschap op de
krik gemonteerd worden.
Start de motor nooit
wanneer de auto is
opgekrikt. Als een aanhanger
aanwezig is, koppel dan eerst
de aanhanger los alvorens het
voertuig op te krikken.
WAARSCHUWING
107-132 STRADA LUM NL 1ed 10-01-2012 15:18 Pagina 109
Page 112 of 187
110
TOEGANG TOT
GEREEDSCHAPPEN, KRIK
EN RESERVEWIEL
Fiat Strada, Korte of
Lange cabine
De gereedschapstas bevindt zich
achter de bestuurdersstoel.
Afhankelijk van de versie, kan de
gereedschapstas met elastische
lussen of klittenbandsluitingen zijn
voorzien.
Het reservewiel kan uitwendig in de
houder worden opgeborgen.Fiat Strada Adventure met
dubbele cabine
Om toegang te krijgen tot de
gereedschapstas, trek aan de
middelste hendel en klap het
achterste zitkussen naar voren.
Het reservewiel is uitwendig in de
houder opgeborgen.
1) Verwijder de krik en de slinger.
2) Neem de sleutel en, afhankelijk
van de versie, de antidiefstalbout.3) Verwijder het afdekzeil van het
reservewiel en draai de ringmoer
A-fig. 112-113 helemaal los m.b.v.
(indien nodig) de antidiefstalbout
B-fig. 113.
fig. 113
F0X0094m
fig. 112
F0X0093m
fig. 110
F0X0091m
fig. 111
F0X0092m
107-132 STRADA LUM NL 1ed 10-01-2012 15:18 Pagina 110