Page 41 of 257

1
39
Controle tijdens het rijden
ingeschakeld en dit menu is geselecteerd, kunt u bellen en de verschillende telefoonindexenraadplegen.
Raadplee
g voor meer informatie over de
telefoon het gedeelte Autoradio / Bluetooth vanhet hoofdstuk "Audio en telematica".
Menu "Telefoon"
Via dit menu kunt u informatie met betrekking
tot de status van de auto raadplegen.
Logboek waarschuwingsmeldingen
Deze functie geeft een overzicht van de status- en waarschuwingsmeldingen door
ze achtereenvolgens op het multifunctionele display te laten verschijnen.
) Druk op de toets "MENU"om hethoofdmenu weer te geven. )
Druk op de dubbele pijlen en vervolgens
op de centrale toets om het menu"Boordcomputer"te selecteren. )
Selecteer in het menu"Boordcomputer"de regel "Logboek
waarschuwingsmeldingen" en bevestig.
Als uw Autoradio / Bluetooth-systeem is
ingeschakeld en dit menu is geselecteerd,
kunnen de functies van de radio, de CD-speler
of de MP3 -speler (USB-/Jack-aansluiting)worden geactiveerd of gedeactiveerd.
Raadpleeg voor meer informatie over de functie Multimedia het gedeelte Autoradio / Bluetooth
van het hoofdstuk "Audio en telematica".
Menu "Multimedia"Menu
"Boordcomputer"
Page 42 of 257
40
Controle tijdens het rijden
Menu "Bluetooth
verbinding"
Als uw Autoradio / Bluetooth-systeem is
ingeschakeld en dit menu is geselecteerd, kunt
u een extern Bluetooth apparaat (telefoon,mediaspeler) verbinden of loskoppen en de
wi
jze van verbinding bepalen (handsfree set,afspelen audiobestanden).
Raadpleeg voor meer informatie over de Bluetooth verbinding het gedeelteAutoradio / Bluetooth van het hoofdstuk "Audio en telematica". Als dit menu is geselecteerd, kunnen de
vol
gende functies worden geselecteerd:
- "Parameters van de auto",
- "Taalkeuze",
- "Confi
guratie van het display".
Menu "Persoonlijke
instellingen -
configuratie"
Parameters van de auto instellen
Via dit menu kunnen verschillende systemen
van de auto geactiveerd of uitgeschakeld
worden:
- "Hulp bij het rijden",
- "Verlichting tijdens het rijden",
- "Comfortverlichting".
Page 43 of 257
1
41
Controle tijdens het rijden
In verband met de veiligheid mag debestuurder de instellingen aan hetmultifunctionele display alleen bijstilstaande auto verrichten.
Ta a l k e u z e
Als dit menu is geselecteerd, kan de taal van
de weergave van het display, volgens een
vast
gestelde lijst, worden gewijzigd.
Confi guratie display
Als dit menu is geselecteerd, kunnen de
volgende parameters worden geselecteerd:
- "Kiezen van eenheden".
- "Instellen datum en tijd",
- "Parameters weergave",
- "Lichtsterkte".
Page 44 of 257

42
Toegang tot de auto
U kunt om de auto te ontgrendelen of vergrendelen de centrale vergrendeling bedienen met de sleutel in het por tierslot of met de afstandsbediening. Desleutel met afstandsbediening dient tevens voor de lokalisering en het starten van de auto en maakt deel uit van de diefstalbeveiliging.
Sleutel met afstandsbediening
Uitklappen / inklappen van
de sleutel
Openen van de auto
Ontgrendelen met de sleutel
)
Draai de sleutel in het slot van het
bestuurdersportier richting de voorzijde
van de auto om deze te ontgrendelen.
Ontgrendelen met de
afstandsbediening
)Druk op het geopende hangslot
om de auto te ontgrendelen.
Het ontgrendelen wordt bevestigddoor het gedurende ongeveer 2 seconden snel knipperen van de richtingaanwijzers.
)Druk op deze knop om de sleutel uit of in te klappen.
Ontgrendelen en het op een kier
zetten van de achterklep
) Houd deze knop langer dan een seconde ingedrukt om de
achterklep te ontgrendelen. Deze
wordt op een kleine kier gezet.
Bij deze handeling wordt eerst de
auto ontgrendeld.
Page 45 of 257

43
2
Toegang tot de auto
Als één van de portieren of deachterklep geopend is, werkt de centrale vergrendeling niet; de autowordt vergrendeld en meteen weer ontgrendeld, hetgeen gepaard gaat meteen speciaal geluid. Als de auto is vergrendeld en per ongeluk wordt ontgrendeld zonder dat binnen 30 seconden een van de portieren of de achterklep wordt geopend, wordt de auto automatischweer vergrendeld.
Vergrendeling met deafstandsbediening
)Druk op het gesloten hangslot
om de auto te vergrendelen.
Sluiten van de auto
Het vergrendelen wordt bevestigd door hetgedurende ongeveer 2 seconden branden van
de richtingaanwijzers.
Vergrendeling met de sleutel
)Draai de sleutel in het slot van het
bestuurdersportier naar de achterzijde van
de auto om deze te vergrendelen.Met deze
functie kunt u uw auto op afstandlokaliseren, wat vooral praktisch is bij weinig licht. De auto dient hiervoor wel vergrendeld te zijn.
Lokaliseren van de autoDiefstalbeveiliging
Elektronische startblokkering
In de sleutel is een chip aangebracht die over een specifieke code beschikt. Om te kunnenstarten, moet bij het aanzetten van het contactde code van de sleutel worden herkend door destartblokkering.
Deze elektronische startblokkering blokkeerthet motormanagementsysteem zodra het contact wordt afgezet en voorkomt zo hetstarten van de motor bij een inbraak.
Bi
j een storing in het systeem wordt u gewaarschuwd door dit verklikkerlampje in combinatie met eengeluidssignaal en een melding op het display.
De auto kan dan niet gestart worden.
Raadpleeg zo snel mogelijk het CITROËN-netwerk.
Bewaar zorgvuldig de sticker die u bij de
aflevering van uw auto samen met de sleutels
is overhandigd.
) Druk op het gesloten hangslot op
de afstandsbediening.
Hierna zullen
gedurende enkele seconden
de plafonniers gaan branden en derichtingaanwijzers gaan knipperen.
Controleer of de portieren en de
achterklep goed zijn gesloten.
Page 46 of 257

44
Toegang tot de auto
CITROËN-netwerk als de storing niet is verholpen.
Als de batterij van de
afstandsbediening leeg is,
wordt u gewaarschuwd door dit
verklikkerlampje, een geluidssignaal en een melding op het display.
Batterij ver vangen
)Ver wijder de lege batterij. )Plaats een nieuwe batterij in de juisterichting in de houder. )Druk het deksel op de afstandbediening
vast.
Bij een storing in de afstandsbediening kan
de auto niet meer met de afstandsbedieningontgrendeld, vergrendeld en gelokaliseerd
worden. )Ontgrendel of vergrendel de auto eerst met de sleutel in het slot. )Synchroniseer vervolgens deafstandsbediening.
Storing in de
afstandsbediening
Synchroniseren
)Zet het contact af en neem de sleutel uithet contactslot. )Druk direct daarna gedurende enkele
seconden op het vergrendelknopje (gesloten hangslot) van deafstandsbediening. )Zet de sleutel in de stand 2 (Contact). )Zet het contact af en ver wijder de sleutel uit
het contactslot.
De afstandsbediening werkt nu weer. Batterij re
f.: CR2032/3 V.
)
Wip het deksel met een kleineschroevendraaier bij het oog. )
Ver wijder het deksel.
Page 47 of 257

45
2
Toegang tot de auto
Sleutels verloren
Ga met het kentekenbewijs van de auto, uw legitimatiebewijs en indien mogelijk de sticker met de sleutelcode naar het CITROËN-netwerk. Het CITROËN-netwerk kan de speciale code van de sleutel en de transponder opzoeken envoor nieuwe sleutels zorgen.
Afstandsbediening
De radiografische afstandsbediening is een systeem met een groot bereik. Het is raadzaamom niet met de knop van de afstandsbediening te spelen, om te voorkomen dat de portieren per ongeluk ontgrendeld worden. Druk nooit op de knoppen van uw afstandsbediening buiten het bereik en het zicht van uwauto. De afstandsbediening kan dan onbruikbaar worden en moet in dat geval opnieuw worden gesynchroniseerd.Geen enkele afstandsbediening kan functioneren als de sleutel in het contactslot zit, zelfs als het contact uitstaat, behalve voor het synchroniseren.
Vergrendelen van de auto
Het rijden met vergrendelde por tieren kan in geval van nood de toegang tot het interieur belemmeren.De portieren worden echter automatisch ontgrendeld bij een aanrijding waarbij de airbagsworden geactiveerd.
Laat uit veiligheidsoverwegingen geen kinderen alleen achter in de auto.Neem in alle gevallen de sleutel mee als u de auto verlaat.
Diefstalbeveiliging
Breng geen wijzigingen aan in de elektronische star tblokkering; dit kan tot storingen leiden.
Bij het aanschaffen van een gebruikte auto
Laat door het CITROËN-netwerk controleren of alle in uw bezit zijnde sleutels met uw autozijn gelinkt, zodat u er zeker van kunt zijn dat deze sleutels de enige zijn waarmee uw auto
ontgrendeld en gestart kan worden.
Gooi de lege batterijen van de afstandsbediening niet weg: ze bevattenmetalen die schadelijk zijn voor het milieu.
Lever lege batterijen in bij een speciaal verzamelpunt.
Page 48 of 257

46
Toegang tot de auto
Dit systeem beveiligt uw auto tegen inbraak en
diefstal en bestaat uit een omtrekbeveiliging en een automatische beveiliging.
Alarm
Omtrekbeveiliging
Dit systeem houdt de te openen carrosseriedelen van de auto in de gaten.
Het alarm gaat af als iemand een por tier, deachterklep of de motorkap probeer t te openen.
Automatische beveiligingsfunctie
Dit systeem treedt in werking als iemandprobeert het alarm te saboteren. Het alarm gaat af als iemand probeert de accu, de bedieningseenheid of dekabels van de sirene uit te schakelen of te beschadigen.
Vergrendelen van de auto met
inschakelen van het alarm
Inschakelen
)Zet het contact af en verlaat de auto.
)
Druk op de vergrendelknop van
de afstandsbediening.
De omtrekbeveili
ging wordt 5 seconden nadat
de vergrendelknop van de afstandsbediening is
ingedrukt, geactiveerd.
Indien een portier of de achterklep niet goed isgesloten, wordt de auto niet vergrendeld, maar
wordt het alarm wel ingeschakeld.
)
Druk op de ontgrendelknop van
de afstandsbediening.
Uitschakelen
Het alarm wordt uitgeschakeld; het
verklikkerlampje gaat uit. Het alarm wordt
geactiveerd: een
verklikkerlampje op de rij schakelaars links van het stuurwiel zal één keer
per seconde knipperen.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats alvorens wijzigingen aan het alarmsysteem aan tebrengen.