REMSYSTEEM
Om altijd optimale remprestaties te waarborgen, moe-
ten alle onderdelen van het remsysteem regelmatig
worden gecontroleerd. Raadpleeg het hoofdstuk "On-
derhoudsschema" voor de juiste onderhouds-
intervallen.
WAARSCHUWING!
Rijden met uw voet op het rempedaal is
g
evaarlijk en kan leiden tot ongevallen.
Rijden met uw voet op het rempedaal veroor-
zaakt abnormaal hoge remtemperaturen, ver-
hoogt de slijtage van de remvoering en kan leiden
tot schade aan het remsysteem. U beschikt dan in
noodgevallen niet over het volledige remvermo-
gen.Laat het onderhoud van uw auto over
aan een FIAT-dealer. Voor routine-
onderhoud en klein onderhoud dat u zelf
wilt uitvoeren, raden wij u aan om het juiste
gereedschap, originele reserveonderdelen van
FIAT en de vereiste vloeistoffen te gebruiken.Voer
geen onderhoud uit als u geen ervaring hebt . Hoofdremcilinder – controle van
remvloeistofpeil
Controleer onmiddellijk het vloeistofpeil in de hoofd-
remcilinder als het waarschuwingslampje van het rem-
systeem gaat branden.
Controleer het vloeistofpeil telkens wanneer u werk-
zaamheden onder de motorkap uitvoert.
Maak de bovenzijde van de hoofdremcilinder schoon
voordat u de dop verwijdert. Vul indien nodig vloeistof
bij tot aan het vereiste merkteken op het remoliereser-
voir.
Overvullen van remvloeistof moet worden voorko-
men, omdat de vloeistof dan naar het remsysteem kan
weglekken.
Het vloeistofpeil daalt naarmate de remblokken slijten.
Controleer het remvloeistofpeil wanneer de remblok-
ken worden vervangen. Een laag vloeistofpeil kan ech-
ter ook worden veroorzaakt door lekkage en controle
kan noodzakelijk zijn.
Gebruik uitsluitend door de fabrikant aanbevolen rem-
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
335
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
mogen geen chemicaliën door de versnellingsbak wor-
den gespoeld; uitsluitend het goedgekeurde smeermid-
del mag worden gebruikt.
Speciale additieven
De fabrikant raadt het gebruik van speciale additieven
in de transmissievloeistof ten zeerste af. Automatische
transmissievloeistof (ATF) is een geavanceerd en hoog-
waardig product waarvan de prestaties door additieven
nadelig kunnen worden beïnvloed. Daarom raden we u
aan geen additieven aan de transmissievloeistof toe te
voegen. De enige uitzondering op deze regel vormt het
toevoegen van speciale kleurstof om lekkage op te
sporen. Gebruik geen vloeibare afdichtmiddelen, aan-
gezien deze juist schade aan afdichtingen kunnen toe-
brengen.
Spoel de versnellingsbak niet met chemi-
caliën, omdat deze de versnellingsbak
kunnen beschadigen. Dergelijke schade
wordt niet gedekt door de standaardgarantie van
een nieuwe auto.
Vloeistofpeil controleren - Zestraps
automatische transmissie
De vloeistof is in de fabriek op het juiste peil gebracht
en vereist onder normale gebruiksomstandigheden
geen aanpassingen. Het is niet nodig om het vloeistof-
peil regelmatig te controleren, en om die reden is geen peilstok aanwezig. Uw erkende dealer kan het vloei-
stofpeil in uw automatische transmissie controleren
met behulp van een speciale peilstok. Als u merkt dat
er sprake is van vloeistoflekkage of een defect in de
versnellingsbak, neemt u onmiddellijk contact op met
een erkende dealer om het transmissievloeistofpeil te
laten controleren. Als het voertuig wordt gebruikt met
een verkeerd vloeistofpeil, kan ernstige schade aan de
automatische versnellingsbak worden toegebracht.
Laat het onderhoud van uw auto over
aan een FIAT-dealer. Voor routine-
onderhoud en klein onderhoud dat u zelf
wilt uitvoeren, raden wij u aan om het juiste
gereedschap, originele reserveonderdelen van
FIAT en de vereiste vloeistoffen te gebruiken.Voer
geen onderhoud uit als u geen ervaring hebt .
Vloeistof verversen en filter vervangen
Raadpleeg het hoofdstuk "Onderhoudsschema" voor
de juiste onderhoudsintervallen.
Ververs de vloeistof en vervang het filter ook als de
versnellingsbak om welke reden dan ook wordt gede-
monteerd.
337
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK
(voor bepaalde uitvoeringen/landen)
Vloeistofpeil controleren
Inspecteer de handgeschakelde versnellingsbak op lek-
kage iedere keer wanneer de olie wordt ververst.
Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld tot aan
het juiste niveau.
Controleer het vloeistofpeil door de vuldop te verwij-
deren. Het vloeistofniveau moet liggen tussen de on-
derkant van de vulopening tot maximaal 4,7 mm daar-
onder.
Keuze van smeermiddel
Gebruik alleen transmissievloeistof goedgekeurd door
de fabrikant. Geen andere stoffen toevoegen (behalve
kleurstoffen om lekken op te sporen). Raadpleeg
"Vloeistoffen, smeermiddelen en originele onderdelen"
in "Technische gegevens" voor meer informatie.
Verversingsinterval vloeistoffen
Ververs de vloeistof van de handgeschakelde versnel-
lingsbak volgens de intervallen die staan vermeld in het
"Onderhoudsschema" in deze handleiding.ACHTERDIFFERENTIEEL (RDA) – ALLEEN
UITVOERINGEN MET AWD
Keuze van smeermiddel
Gebruik uitsluitend de door de fabrikant aanbevolen
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
Vloeistofpeil controleren
Controleer de unit visueel na iedere olieverversing op
lekkage. Indien u lekkage ziet, controleer dan het vloei-
stofniveau door de vuldop te verwijderen. Het vloei-
stofniveau moet gehandhaafd worden tussen de bodem
van de vulopening tot 4 mm onder de vulopening.
Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld tot aan
het juiste niveau.
Verversingsinterval vloeistoffen
Raadpleeg het hoofdstuk "Onderhoudsschema" voor
de juiste onderhoudsintervallen.
VERDEELBAK (PTU) – ALLEEN
UITVOERINGEN MET AWD
Keuze van smeermiddel
Gebruik uitsluitend de door de fabrikant aanbevolen
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
338
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Vloeistofpeil controleren
Controleer de unit visueel na iedere olieverversing op
lekkage. Indien u lekkage ziet, controleer dan het vloei-
stofniveau door de vuldop te verwijderen. Het vloei-
stofniveau moet gehandhaafd worden tussen de bodem
van de vulopening tot 4 mm onder de vulopening.
Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld tot aan
het juiste niveau.
Verversingsinterval vloeistoffen
Raadpleeg het hoofdstuk "Onderhoudsschema" voor
de juiste onderhoudsintervallen.
VERZORGING VAN DE AUTO EN
BESCHERMING TEGEN ROEST
Carrosserie en lak beschermen tegen roest
De aandacht die aan de carrosserie moet worden
besteed is sterk afhankelijk van de weersinvloeden en
het gebruik van de auto. Strooizout in de winter en
chemische producten die in andere seizoenen op bo-
men en in wegbermen gespoten worden, hebben een
sterk corrosieve invloed op de carrosserie. Buiten
parkeren en blootstelling aan schadelijke stoffen in de
atmosfeer en op de wegen, extreem warm of koud
weer en andere extreme omstandigheden kunnen de
lak, de sierlijsten en de beschermende laag aan de
onderzijde van de auto aantasten.De onderstaande onderhoudsadviezen helpen om de
carrosserie van uw auto gedurende lange tijd in opti-
male conditie te houden.
Oorzaken van corrosie
Corrosie ontstaat als de lak en beschermende coatings
op uw auto zijn aangetast of loslaten.
De meest voorkomende oorzaken zijn:
Strooizout, vuil en achterblijven van vocht.
Steenslag.
Insectenresten, boomvocht en teer.
Zilte lucht in kuststreken.
Zure regen en industriële vervuiling.
Wassen
Was uw auto regelmatig. Was uw auto altijd in de
schaduw en gebruik een milde autoshampoo. Spoel
de auto zorgvuldig af met schoon water.
Gebruiker een hoogwaardige was voor de bescher- ming van uw lakwerk. Zorg dat u geen krassen maakt
op de lak.
Gebruik geen schurende producten en polijstmidde- len die de glans of de dikte van de laklaag kunnen
aantasten.
339
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Elektronische snelheidsregeling (cruisecontrol) . . . . . . .94
Elektronisch remregelsysteem . . . . . . . . . . . . . . . . .130
Elektronisch remregelsysteem,antiblokkeerysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .129
Electronic Roll Mitigation . . . . . . . . . . . . . . . . . .133
elektronisch stabiliteitsprogramma . . . . . . . . . . . .134
rembekrachtiging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .132
tractieregeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .133
Elektronisch stabiliteitsprogramma (ESP) . . . . . . . . . .134
Elektronisch voertuiginformatiecentrum (EVIC) . . .21, 154
Enter-N-Go sleutelloze toegang . . . . . . . . . . . . .116, 224
Ethanol. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .354
Filters, airco . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .82, 325
luchtfilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .322
motorolie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .358
oliefilter afvoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .322
Gebruiksaanwijzing (instructieboekje) . . . . . . . . . . . . . .4
Geluidsinstallatie (radio) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .156
Geluidsinstallaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .156
Gevaar, rijden door stromend, opkomend, of ondiep
stilstaand water . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .246
Gevarenknipperlichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .99
Gordelsystemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .183, 212, 216
Gordelsystemen (sedan). . . . . . . . . . . . . . .209, 212, 215
Gordelverankering, kinderzitje . . . . . . . . . . . . . . . . .203
Grip . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .245, 246
Grootlichtschakelaar/dimlichtschakelaar . . . . . . . . . . . .87 Handgeschakelde versnellingsbak. . . . . . . . . . . . . . . .231
Handgeschakelde versnellingsbak,
keuze van het smeermiddel . . . . . . . . . . . . . . . . .338
verversingsinterval vloeistof . . . . . . . . . . . . . . . .338
vloeistofpeil controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . .338
Handleiding voor het trekken van een aanhangwagen . .251
Handmatige transaxle . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .338
Handmatige transaxle, keuze van smeermiddel . . . . . . . . . . . . . . . . . . .338
vloeistofpeil controleren . . . . . . . . . . . . . . .338, 339
Handrem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .229
Helderheid, interieurverlichting . . . . . . . . . . . . . . . . .87
Helderheid overdag, interieurverlichting . . . . . . . . . . . .88
Hoofdcilinder (remmen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .335
Hoofdsteunen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .56
Indicatielampje, Elektronisch Stabiliteitsprogramma (ESP) . . . . . . . .136
tractiecontrole . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .136
Indicatielampje Olie verversen . . . . . . . . . . . . . . .28, 264
Indicatielampje Olie verversen, resetten . . . . . . . .28, 264
Informatiecentrum, voertuig . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
inklapbare buitenspiegels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .69
Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .1
Inrijden van nieuwe auto, aanbevelingen . . . . . . . . . . .223
Inrijperiode nieuw voertuig . . . . . . . . . . . . . . . . . . .223
Inschuifbare bagageruimtekap . . . . . . . . . . . . . . . . . .125
Instapruimte, verlicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .89
Instapverlichting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .89
Instelbare stuurkolom . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .66
Instructieboekje (gebruiksaanwijzing) . . . . . . . . . . . . . .4
Instructies bij opkrikken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .275
Instrumentengroep . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .262
367
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Instrumentenpaneel en bedieningsinstrumenten . . . . . . .6
Instrumentenpaneel, reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . .342
Interieurverlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .87
Interieur, verzorging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . .341
Interieur, zekeringen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .296
Intervalstand ruitenwissers (intervalschakeling van deruitenwissers) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .89
Intervention Regeneration Strategy . . . . . . . . . . . . . .329
Kaart-/leeslampen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .88
Kantelbare rugleuning passagiersstoel (Easy Entry System) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .63
Keuze van koelvloeistof (antivries) . . . . . . . .331, 332, 358
Keyless Go . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .9
Kilometerteller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .264
Kindersloten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .113
Kinderstoeltje . . . . . . . . . . . . . . . . . .196, 200, 202, 205
Kinderstoeltje, gordelverankering . . . . . . . . . . . .203, 205
Kinderzitje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .196, 199
Kinderzitjes. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .196
Klimaatregeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .70
Knie-airbag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .207
Knipperlichten, richtingaanwijzer . . . . . . . . . . . . . . . . . .86, 222, 263
waarschuwingsknipperlichten . . . . . . . . . . . . . . . .99
Koelmiddel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .325
Koelsysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .330
Koelsysteem, aftappen, spoelen, bijvullen . . . . . . . . . . . . . . . . .331
(antivries) kloelvloeistof bijvullen . . . . . . . . . .332, 333
belangrijke punten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .334
controle . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .334
dieselmotor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .330 dop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .333
inhoud koelvloeistofreservoir . . . . . . . . . . . . . . .357
keuze van de koelvloeistof
(antivries) . . . . . . . . . . . . . . . . . .331, 332, 357, 358
koelvloeistofpeil . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .331, 334
oude koelvloeistof afvoeren . . . . . . . . . . . . . . . .333
radiateurdop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .333
temperatuurmeter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
Koelvloeistof (antivries) bijvullen . . . . . . . . . . . .332, 333
Koelvloeistofdop (radiateurdop) . . . . . . . . . . . . . . . .333
Koolstofmonoxide, waarschuwing . . . . . . . . . . . . . . .219
Koplampen, automatisch . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .84
grootlicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .290
grootlichtschakelaar/dimlichtschakelaar . . . . . . . . . .87
inschakelen met ruitenwissers . . . . . . . . . . . . . . . .84
lichtsignaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .87
lichtverklikker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .85
reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .341
schakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .84
sproeiers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .92
uitschakelvertraging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .85
verstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .88
vertraging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .85
vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .290
Koplampsproeiers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .92
Krachtoverbrenging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .338
Krik, gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .275
Laadvloer, bagageruimte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .123
Laadvloer van de bagageruimte . . . . . . . . . . . . . . . . .123
Lakonderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .339
Lampen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .222, 289
368
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Lampen,vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .290
Lampen, verlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .222, 289
Lampen vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .289, 290
Lampjes Indicatielampje grootlicht . . . . . . . . . . . . . . . . . .263
Lane Change Assist . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .87
LATCH-systeem (Onderste bevestigingspunten en -banden voor kinderzitjes) . . . . . . . . . . . . .203, 205
Lekken, vloeistof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .222
Levensduur van banden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .350
Lichtsignaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .87
Lights (Verlichting). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .84, 222
Loodvrije benzine . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .354
Luchtfilter, motor (luchtreinigingsfilter motor) . . . . . . .322
Make-upspiegeltjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .69
Maximaal toelaatbaar totaalgewicht . . . . . . . . . . . . . .248
Maximaal toelaatbare asbelasting . . . . . . . . . . . . . . . .248
Meters,
brandstof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
koelvloeistoftemperatuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
snelheidsmeter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
toerenteller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
Methanol . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .354
Methanolbrandstof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .354
Mini-boordcomputer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
Mistlampen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .85, 263, 291, 292
Mistlampen, onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . .291, 292
Mobiele telefoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .180
Modificaties/veranderingen, voertuig . . . . . . . . . . . . . . .5 Modus,
brandstofbesparing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
Motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .223, 317, 319
Motor, aanbevelingen voor inrijden . . . . . . . . . . . . . . . . .223
brandstofvereisten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .354
chassisnummer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .318
interval voor olieverversing . . . . . . . . . . .28, 321, 322
keuze van de motorolie . . . . . . . . . . . . . . . . . . .357
koelvloeistof (antivries) . . . . . . . . . . . . . . . .331, 358
luchtfilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .322
motorruimte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .317, 318
oliepeil controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . .320, 321
olievuldop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .317, 319, 322
starten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .223
starten met startkabels . . . . . . . . . . . . . . . . . . .269
temperatuurmeter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
verzopen motor starten . . . . . . . . . . . . . . . . . . .225
waarschuwing uitlaatgassen . . . . . . . . . . . . .122, 219
werking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .223
wil niet starten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .225
Motorkapontgrendeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .126
Motorkoeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .330
Motorolie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .320, 357, 358
Motorolie,
aanbevelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .357
afvoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .322
controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .320, 321
filter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .358
filter afvoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .322
interval verversing . . . . . . . . . . . . . . . . .28, 321, 322
peilstok . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .320, 321
viscositeit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .322, 357
369
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Richtingaanwijzers . . . . . . . . . . . . .86, 222, 263, 290, 293
Rijden,door stromend, opkomend, of ondiep stilstaand
water . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .246
Rijden bij lage temperaturen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .225
Rijden met caravan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .259
Rotatie, banden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .343
Ruitensproeier, reservoir vullen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .328
Ruitensproeiers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .89, 91
Ruitensproeiers,
vloeistof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .328
Ruitensproeiers voorruit . . . . . . . . . . . . . . . .89, 91, 328
Ruitenwisserbladen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .327
Ruitenwisserinterval . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .89
Ruitenwissers, achter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .92
Ruitenwissers, intervalschakeling . . . . . . . . . . . . . . . . .89
Ruitenwisser/sproeier achterruit . . . . . . . . . . . . . . . . .92
Ruitenwissers vóór. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .89
Ruitenwissers, wisbladen vervangen . . . . . . . . . . . . . .327
Ruitontdooier . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .220
Schakelhendel ontgrendelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .301
Schema, onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .309
Schone benzine . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .355
Schone brandstof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .355
Schoudergordelgesp . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .188
Schoudergordels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .184
Sentry Key, programmeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
Sentry Key (startonderbreker) . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
Sentry Key, vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
Sjorrogen voor bagage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .124
Sleepogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .303 Slepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .248
Slepen,
handleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .251
voertuig met pech . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .306
vouwwagen of caravan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .259
Slepen door sleepvoertuig . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .306
Slepen van een voertuig met pech . . . . . . . . . . . . . . .306
Sleutel, programmering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
Sleutels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .9
Sleutels, Sentry Key (startonderbreking) . . . . . . . . . . .12
Sleutel, vervanging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
Slijtagemarkeringen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .350
Sloten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .111
Sloten, automatische portiersloten . . . . . . . . . . . . . . . . .112
automatisch ontgrendelen . . . . . . . . . . . . . . . . . .112
elektrische portiersloten . . . . . . . . . . . . . . . . . .112
Sloten Stuurslot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
Smering, carosserie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .326
Sneeuwkettingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .352
Snelheidsmeter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
Snelheidsregeling (cruisecontrol). . . . . . . . . . . . . . . . .94
Spanriemen bagage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .124
Specificaties, brandstof (benzine) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .358
olie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .358
Spiegels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .67, 98
Spiegels, automatisch dimmen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .67
binnenspiegel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .67
elektrisch bediend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .68
make-upspiegel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .69
371
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD