Page 65 of 100

DWA10570
Laat sterk versleten banden door
een Yamaha dealer vervangen. Rij-
den op een motor met versleten
banden is niet alleen verboden,
maar dit heeft ook een averechts
effect op de rijstabiliteit, waardoor
u de macht over het stuur zou kun-
nen verliezen.
De vervanging van onderdelen van
wielen en remmen, inclusief ban-den, dient te worden overgelaten
aan een Yamaha dealer, die over
de nodige vakkundige kennis en
ervaring beschikt.
Het is sterk af te raden een lekke
binnenband te plakken. Als het
niet anders kan, moet de band
zeer zorgvuldig worden geplakt en
dan zo snel mogelijk worden ver-
vangen door een nieuwe band van
goede kwaliteit.
DAU21942
SpaakwielenDWA10610
De wielen van dit model zijn niet ont-
worpen voor gebruik met tubeless ban-
den. Gebruik geen tubeless banden
voor dit model.
Let ten aanzien van de voorgeschreven
wielen op het volgende voor een optimale
prestatie, levensduur en veilige werking
van uw motorfiets.
Voor elke rit moeten de velgranden
worden gecontroleerd op scheurtjes,
verbuiging of kromheid en de spaken
op losheid. Laat in geval van schade
het wiel door een Yamaha dealer ver-
vangen. Probeer het wiel nooit zelf te
repareren, hoe klein de reparatie ook
is. Vervang een wiel dat vervormd is
of haarscheurtjes vertoont.
Na het vervangen van een wiel of
band moet het wiel worden uitgeba-
lanceerd. Een niet uitgebalanceerd
wiel zal mogelijk slecht functioneren
of kan een slechte wegligging en een
verkorte levensduur van de banden
tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Voorband:
Maat:
XT660Z 90/90-21M/C 54S
XT660Z 90/90-21M/C 54T
XT660ZA 90/90-21M/C 54S
Fabrikant/model:
XT660Z METZELER/TOURANCE
XT660Z MICHELIN/SIRAC
XT660Z PIRELLI/SOCRPION
TRAIL
Achterband:
Maat:
XT660Z 130/80-17M/C 65S
XT660Z 130/80-17M/C 65T
XT660ZA 130/80-17M/C 65S
Fabrikant/model:
XT660Z METZELER/TOURANCE
XT660Z MICHELIN/SIRAC
XT660Z PIRELLI/SOCRPION
TRAIL
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-19
6
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 65
Page 66 of 100

DAU22043
Vrije slag van koppelingshendel
afstellen
De vrije slag van de koppelingshendel
dient 10,0-15,0 mm (0,39-0,59 in) te
bedragen, zoals weergegeven. Controleer
de vrije slag van de koppelingshendel
regelmatig en stel indien nodig als volgt
af.
1. Schuif de rubber afdekking terug
naar de koppelingshendel.
2. Draai de borgmoer los.
3. Draai de stelbout richting (a) voor
meer vrije slag van de koppelings-
hendel. Draai de stelbout richting (b)
voor minder vrije slag van de koppe-
lingshendel.
1. Borgmoer (koppelingshendel)
2. Stelbout voor vrije slag koppelingshendel
3. Vrije slag van koppelingshendel
OPMERKING
Als de voorgeschreven vrije slag van de
koppelingshendel wordt gehaald, zoals
hierboven beschreven, kunt u de stappen
4–7 overslaan.
4. Draai de stelbout bij de koppelings-
hendel richting (a) om de koppelings-
kabel losser te stellen.
5. Draai de borgmoer bij het carter los.
6. Draai de stelmoer richting (a) voor
meer vrije slag van de koppelings-
hendel. Draai de stelmoer richting (b)
voor minder vrije slag van de koppe-
lingshendel.
1. Borgmoer (carter)
2. Stelmoer voor vrije slag remhendel (carter)
7. Draai de borgmoer bij het carter vast.8. Draai de borgmoer bij de koppelings-
hendel vast en schuif de rubber
afdekking weer naar de oorspronke-
lijke positie.
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-20
6
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 66
Page 67 of 100

DAU22392
Controleren van voor- en
achterremblokken
De remblokken in de voor- en achterrem
moeten worden gecontroleerd op slijtage
volgens de intervalperioden voorgeschre-
ven in het periodieke smeer- en onder-
houdsschema.
DAU22420
Remblokken voorrem
1. Slijtage-indicatorgroef
Elk voorremblok heeft een eigen slijtage-
indicatorgroef, zodat het remblok kan
worden gecontroleerd zonder de rem te
demonteren. Let op de slijtage-indicator-
groef om de remblokslijtage te controle-
ren. Wanneer een remblok zover is afge-
sleten dat de slijtage-indicatorgroef vrijwel
is verdwenen, vraag dan een Yamaha-dealer de remblokken als set te vervan-
gen.
DAU22500
Remblokken achterrem
1. Remvoeringdikte
Controleer elk achterremblok op schade
en meet de remvoeringsdikte. Als een
remblok beschadigd is of als de remvoe-
ringsdikte minder is dan 10 mm (0,04 in),
vraag dan een Yamaha dealer de rem-
blokken als set te vervangen.
DAU38640
Controleren van
remvloeistofniveau
Voorrem
1. Merkstreep minimumniveau
Achterrem (voor XT660Z)
1. Merkstreep minimumniveau
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-21
6
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 67
Page 68 of 100

Achterrem (voor XT660ZA)
1. Merkstreep minimumniveau
Bij een tekort aan remvloeistof kan lucht het
remsysteem binnendringen, waarna de rem-
werking mogelijk minder effectief is.
Controleer alvorens te gaan rijden of de
remvloeistof boven de merkstreep voor
minimumniveau staat en vul indien nodig
bij. Een laag remvloeistofniveau wijst
mogelijk op verregaande remblokslijtage
en/of lekkage in het remsysteem. Als het
remvloeistofniveau laag is, controleer dan
de remblokken op slijtage en het remsys-
teem op lekkage.
OPMERKING
Bij model XT660ZA bevindt zich het rem-
vloeistofreservoir voor de achterrem
onder het zadel. (Zie pagina 3-16).
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht:
Bij het controleren van het remvloei-
stofniveau moet het bovenvlak van
het remvloeistofreservoir horizontaal
staan.
Gebruik uitsluitend de voorgeschre-
ven kwaliteit remvloeistof, anders
kunnen de rubber afdichtingen ver-
slechteren en zo lekkage en slechte
remwerking teweegbrengen.
Vul bij met hetzelfde type remvloei-
stof. Bij vermengen van verschillende
typen remvloeistof kunnen schadelij-
ke chemische reacties optreden en
kan de remwerking verslechteren.
Pas op en zorg dat tijdens het bijvul-
len geen water of stof het remvloei-
stofreservoir binnendringen. Water
zal het kookpunt van de remvloeistof
aanzienlijk verlagen zodat dampbel-
vorming kan optreden en vuil de
hydraulisch bediende kleppen van
de ABS eenheid kan verstoppen.
Remvloeistof kan gelakte of kunst-
stof onderdelen aantasten. Veeg
gemorste remvloeistof steeds direct
af.
Naarmate de remblokken afslijten,
zal het remvloeistofniveau geleidelijk
verder dalen. Vraag echter wel een
Yamaha dealer om een inspectie als
het remvloeistofniveau plotseling
sterk is gedaald.
DAU22731
Remvloeistof verversen
Vraag een Yamaha dealer de remvloeistof
te verversen volgens de intervalperioden
voorgeschreven onder OPMERKING in
het periodieke smeer- en onderhouds-
schema. Laat bovendien de oliekeerrin-
gen van de hoofdremcilinders, de rem-
klauwen en de remslangen vervangen
volgens de intervalperioden of wanneer ze
lek of beschadigd zijn.
Vloeistofafdichtingen: Vervang elke
twee jaar.
Remslangen: Vervang elke vier jaar.
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-22
6
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 68
Page 69 of 100

DAU22760
Spanning aandrijfketting
De spanning van de aandrijfketting moet
voorafgaand aan elke rit worden gecon-
troleerd en indien nodig worden bijge-
steld.
DAU22783
Aandrijfketting controleren op
spanning
1. Spanning aandrijfketting
1. Zet de motorfiets op de zijstandaard.
OPMERKING
Bij het controleren en instellen van de
spanning van de aandrijfketting mag er
geen gewicht op de motorfiets rusten.
2. Schakel de versnellingsbak in de vrij-
stand.3. Draai het achterwiel door de motor-
fiets te duwen en vind zo het strakste
gedeelte in de aandrijfketting; meet
nu de spanning van de ketting zoals
afgebeeld.
4. Stel de spanning van de ketting als
volgt bij als deze niet correct is.
OPMERKING
Bij het controleren van de spanning van
de aandrijfketting mag de kettingspanner
de aandrijfketting niet raken.
DAU34316
Om de spanning van de aandrijfketting
af te stellen
1. Draai de wielasmoer los en draai dan
de borgmoeren los aan beide zijden
van de achterbrug.
1. Wielas
2. Stelbout spanning aandrijfketting
3. Borgmoer
4. Uitlijnmerktekens
2. Draai om de aandrijfketting strakker
te stellen de stelbout aan beide uit-
einden van de achterbrug in de rich-
ting (a). Stel de ketting losser door de
stelbout aan beide uiteinden van de
achterbrug in de richting (b) te draai-
en en dan het achterwiel naar voren
te drukken. LET OP: Een onjuiste
kettingspanning leidt tot overbe-
lasting van de motor en andere
essentiëIe onderdelen van de
machine en kan resulteren in over-
slaan of breken van de ketting.
Houd om dit te voorkomen de ket-
tingspanning binnen de gespecifi-
ceerde waarden.
[DCA10571]
Spanning aandrijfketting:
XT660Z 50,0-60,0 mm
(1,96-2,36 in)
XT660ZA 40,0-55,0 mm
(1,57-2,17 in)
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-23
6
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 69
Page 70 of 100

OPMERKING
Gebruik voor een goede wieluitlijning de
uitlijnmerktekens aan beide zijden van de
achterbrug om zeker te zijn dat beide ket-
tingspanners dezelfde positie hebben.
3. Trek de asmoer en daarna de borg-
moeren aan met de voorgeschreven
aanhaalmomenten.
DAU23025
Aandrijfketting reinigen en
smeren
De aandrijfketting moet worden gereinigd
en gesmeerd volgens de intervalperioden
zoals voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema, anders zal
de ketting snel slijten, met name in voch-
tige of stoffige gebieden. Onderhoud de
ketting als volgt.
DCA10583
De aandrijfketting moet worden
gesmeerd nadat de motorfiets is
gewassen of ermee in de regen of in
vochtige gebieden is gereden.
1. Reinig de aandrijfketting met petro-
leum en een zacht borsteltje. LET
OP: Reinig de aandrijfketting niet
met stoomreinigers, hogedrukrei-
nigers of ongeschikte oplosmidde-
len om schade aan de O-ringen te
voorkomen.
[DCA11121]
2. Wrijf de aandrijfketting droog.
3. Smeer de aandrijfketting grondig met
speciale smering voor o-ringkettin-
gen. LET OP: Breng geen motorolie
of andere smeermiddelen aan op
de aandrijfketting, deze kunnenstoffen bevatten die de O-ringen
kunnen beschadigen.
[DCA11111]
LET OP
Aanhaalmomenten:
Wielasmoer:
16 Nm (1,6 m·kgf, 11 ft·lbf)
Borgmoer:
105 Nm (10,5 m·kgf, 75 ft·lbf)
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-24
6
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 70
Page 71 of 100

DAU23093
Kabels controleren en smeren
De werking van alle bedieningskabels en
de conditie van alle kabels moet vooraf-
gaand aan elke rit worden gecontroleerd
en de kabel en kabeleinden moeten indien
nodig worden gesmeerd. Vraag een
Yamaha dealer een kabel te controleren of
te vervangen wanneer deze is beschadigd
of niet soepel beweegt.
DWA10711
Schade aan de buitenbehuizing van
kabels kan leiden tot interne roestvor-
ming en storing veroorzaken met de
beweging van kabels. Vervang bescha-
digde kabels zo snel mogelijk om
onveilige omstandigheden te voorko-
men.
DAU23142
Controleren en smeren van
rem- en koppelingshendels
Remhendel
Koppelingshendel
De werking van de rem- en de koppe-
lingshendel moet voorafgaand aan elke rit
worden gecontroleerd en de hendelschar-
nierpunten moeten indien nodig worden
gesmeerd.
Aanbevolen smeermiddelen:
Remhendel:
Siliconenvet
Koppelingshendel:
Lithiumvet
Aanbevolen smeermiddel:
Yamaha Chain and Cable Lube of
motorolie
WAARSCHUWING
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-25
6
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 71
Page 72 of 100
DAU23182
Rempedaal controleren en
smeren
De werking van het rempedaal moet voor-
afgaand aan elke rit worden gecontroleerd
en het pedaalscharnierpunt moet indien
nodig worden gesmeerd.
DAU23202
Zijstandaard controleren en
smeren
De werking van de zijstandaard moet
voorafgaand aan elke rit worden gecon-
troleerd en het scharnierpunt en de
metaal-op-metaal contactvlakken moeten
indien nodig worden gesmeerd.
DWA10731
Als de zijstandaard niet soepel omhoog
en omlaag beweegt, vraag dan een
Yamaha dealer deze te controleren of
te repareren. Een slecht functionerende
zijstandaard kan het wegdek raken en
u afleiden, waardoor u de controle over
de machine kunt verliezen.
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet
WAARSCHUWING
Aanbevolen smeermiddel:
Siliconenvet
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-26
6
56P-F819D-D0 30/6/10 15:51 Página 72