Ontgrendelen door eenmaal te drukken op desleutelhouder
Wanneer de optie Unlock Driver Door Only On
1st Press is geselecteerd, wordt alleen het bestuur-
dersportier ontgrendeld bij de eerste druk op de toets
UNLOCK van de afstandsbediening. Als u Driver Door
1st Press selecteert, moet u twee keer op de ontgren-
deltoets van de afstandsbediening drukken om de an-
dere portieren te ontgrendelen. Wanneer u All Doors
1st Press selecteert, ontgrendelen alle portieren bij
de eerste keer indrukken op de UNLOCK-toets op de
afstandsbediening. OPMERKING: Wanneer het voertuig is uitgerust
met het "Enter-N-Go-systeem" voor sleutelloze toe-
gang en het EVIC is geprogrammeerd om alle portieren
na eenmaal drukken te ontgrendelen, dan zullen alle
portieren worden ontgrendeld, ongeacht welke por-
tierhandgreep wordt vastgepakt. Als "Driver Door 1st
Press" (Ontgrendel bestuurdersportier na één keer
drukken) is geprogrammeerd, wordt alleen het be-
stuurdersportier ontgrendeld wanneer dit wordt vast-
gepakt. Wanneer bij Passive Entry de functie "Driver
Door 1st Press" (Ontgrendel bestuurdersportier na
één keer drukken) is geprogrammeerd en de hand-
greep meer dan één keer wordt aangeraakt, wordt het
bestuurdersportier geopend. Wanneer de functie
"Ontgrendel bestuurdersportier na één keer drukken"
is geselecteerd en het bestuurdersportier is geopend,
dan kunnen de overige portieren ontgrendeld worden
met behulp van de ontgrendel-/vergrendelschakelaar in
het voertuig (of gebruik de afstandsbediening). Passive Entry
Met deze functie kunt u de portieren van uw auto
vergrendelen en ontgrendelen zonder dat de
vergrendel- of ontgrendeltoets op de RKE-
afstandsbediening hoeft te worden ingedrukt. Druk,
om uw keuze te maken, op de schermtoets Passive
Entry. Druk vervolgens op de schermtoets met de pijl
naar links. Raadpleeg “Keyless Enter-N-Go” in “Uw
auto”.
Opties bij stilstaande motor
Stoel met Easy Exit-functie
Deze functie zorgt ervoor dat de bestuurder makkelij-
ker kan in- en uitstappen. Druk, om uw keuze te
maken, op de schermtoets Easy Exit Seats en kies ON
of OFF. Druk vervolgens op de schermtoets met de pijl
naar links.
Stroom bij stilstaande motor
Als deze functie is geselecteerd, blijven de elektrisch
bedienbare ruiten, de radio, het Uconnect™ phone
systeem (indien aanwezig), het dvd-videosysteem (in-
dien aanwezig), het elektrisch bedienbare schuifdak
(indien aanwezig) en de aansluitcontacten nog maxi-
maal 10 minuten werken nadat de contactschakelaar in
de stand OFF is gezet. Door het openen van een
voorportier wordt deze functie uitgeschakeld. Druk,
om de status van de Engine Off Power Delay functie te
veranderen, op de schermtoets 0 seconden, 45 secon-
den, 5 minuten of 10 minuten. Druk daarna op de
schermtoets met de pijl naar links.
39
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
STOELEN
De stoelen vormen een belangrijk onderdeel van het
veiligheidssysteem voor inzittenden van deze auto.
WAARSCHUWING!
Het is gevaarlijk om tijdens het rijden
personen te vervoeren in de bagage-
ruimte, zowel binnen als buiten de auto. Bij een
aanrijding lopen personen in de bagageruimte
een groter risico om ernstig of zelfs dodelijk
gewond te raken.
Vervoer geen personen in een ruimte van de
auto die niet is voorzien van stoelen en autogor-
dels. Bij een aanrijding lopen personen in de
bagageruimte een groter risico om ernstig of zelfs
dodelijk gewond te raken.
Zorg dat iedereen in uw auto een stoel heeft en
de autogordel op de juiste wijze heeft omgedaan.
ELEKTRISCH VERSTELBARE
BESTUURDERSSTOEL — INDIENAANWEZIG
De schakelaar voor de elektrische stoelverstelling be-
vindt zich onder aan de zijkant van de zitting, aan
portierzijde. Met deze schakelaar schuift u de stoel
omhoog, omlaag, naar voren of naar achteren of kunt u
de stoel kantelen. (afb. 16) De stoel naar voren of naar achteren
verstellen
De stoel kan zowel naar voren als naar achteren wor-
den versteld. Druk de stoelschakelaar naar voren of
naar achteren om de stoel in de richting van de scha-
kelaar te verstellen. Laat de schakelaar los zodra de
gewenste stand is bereikt.
De stoel omhoog of omlaag verstellen
De stoelhoogte kan omhoog of omlaag worden ver-
steld. Trek de stoelschakelaar omhoog of druk deze
omlaag om de stoel in de richting van de schakelaar te
verstellen. Laat de schakelaar los zodra de gewenste
stand is bereikt.
De stoel omhoog of omlaag kantelen
De hoek van de zitting kan in vier richtingen worden
versteld. Trek de voorzijde van de stoelschakelaar om-
hoog of druk de achterzijde van de stoelschakelaar
(afb. 16)
Schakelaar elektrische stoelverstelling
42
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
omlaag om het voorste of achterste gedeelte van de
zitting in de richting van de schakelaar te verstellen.
Laat de schakelaar los zodra de gewenste stand is
bereikt.
WAARSCHUWING!
Het verstellen van een stoel tijdens het
rijden kan gevaarlijk zijn. Het verstellen
van een stoel tijdens het rijden kan ertoe leiden
dat u de macht over het stuur verliest en een
botsing met ernstig of dodelijk letsel veroor-
zaakt .
Het verstellen van de stoelen moet plaatsvin-
den voordat de veiligheidsgordels zijn vastge-
gespt en terwijl de auto is geparkeerd. Een slecht
afgestelde veiligheidsgordel kan ernstig of dode-
lijk letsel tot gevolg hebben.
Rij nooit met de rugleuning zo schuin ingesteld
dat de schoudergordel niet meer tegen uw borst-
kas rust . Tijdens een botsing bestaat het gevaar
dat u onder de veiligheidsgordel door schuift ,
waardoor ernstig of dodelijk letsel kan ontstaan.Plaats geen voorwerpen onder een elek-
trisch verstelbare stoel en zorg dat deze
altijd vrij kan bewegen. Anders kan de
stoelbediening worden beschadigd. De stoel kan
niet vrij bewegen als deze wordt gehinderd door
obstakels. ELEKTRISCHE LENDENSTEUN — INDIEN AANWEZIG
De schakelaar voor de elektrisch verstelbare lenden-
steun bevindt zich aan de buitenzijde van de bestuur-
dersstoel. Druk de schakelaar naar voren voor meer
lendensteun. Druk de schakelaar naar achteren voor
minder lendensteun. Druk de schakelaar omhoog of
omlaag om de positie van de lendensteun te verhogen
of te verlagen. (afb. 17)
STOELVERWARMING — INDIEN AANWEZIG
Bij sommige modellen zijn de bestuurders- en voorpas-
sagiersstoel uitgerust met verwarmingselementen in
zowel de zittingen als de rugleuningen. De verwarm-
bare stoelen worden bediend m.b.v. het Uconnect
Touch™ systeem.
(afb. 17)
Schakelaar voor de elektrische lendensteun 43
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
naar LO. Het lage niveau wordt automatisch na 45
uitgeschakeld (OFF).
WAARSCHUWING!
Personen die geen pijn op de huid
kunnen voelen als gevolg van ouderdom,
chronische ziekte, diabetes, rugletsel, medicatie,
alcoholgebruik, uitputting of een andere licha-
melijke conditie, moeten voorzichtig zijn bij het
gebruik van de stoelverwarming. Deze kan zelfs
bij lage temperaturen brandwonden veroorza-
ken, met name als de verwarming langdurig
wordt gebruikt .
Plaats geen voorwerpen op de stoel die
warmte-isolerend werken, zoals een deken of
kussen. Hierdoor kan de stoelverwarming over-
verhit raken. Gaan zitten op een zitting die over-
verhit is kan leiden tot ernstige brandwonden als
gevolg van de verhoogde oppervlaktetempera-
tuur van de zitting.
VOORSTOELEN HANDMATIG VERSTELLEN
Voor uitvoeringen met handmatig verstelbare stoelen
kunnen de bestuurdersstoel en de passagiersstoel naar
voren en naar achteren worden versteld m.b.v. de stang
vóór de zitting bij de vloer. (afb. 20)
Trek, terwijl u op de stoel zit, de stang omhoog en
beweeg de stoel voor- of achterwaarts. Laat de stang
los zodra de gewenste stand is bereikt. Beweeg vervol-
gens met lichaamsdruk voorwaarts en achterwaarts op de stoel om er zeker van te zijn dat het stoelverstel-
mechanisme is vergrendeld.
WAARSCHUWING!
Het verstellen van een stoel tijdens het
rijden kan gevaarlijk zijn. Het verstellen
van een stoel tijdens het rijden kan ertoe leiden
dat u de macht over het stuur verliest en een
botsing met ernstig of dodelijk letsel veroor-
zaakt .
Het verstellen van de stoelen moet plaatsvin-
den voordat de veiligheidsgordels zijn vastge-
gespt en terwijl de auto is geparkeerd. Een slecht
afgestelde veiligheidsgordel kan ernstig of dode-
lijk letsel tot gevolg hebben.
(afb. 20) Handmatig verstelbare stoelen 45
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
NEERKLAPBARE VOORSTOEL
PASSAGIERSZIJDE — INDIEN AANWEZIG
Met deze functie wordt de laadruimte uitgebreid. Als
de stoel wordt neergeklapt, vormt hij een verlenging
van het laadvloeroppervlak (zodat langwerpige voor-
werpen van de achterklep tot aan het instrumentenpa-
neel in de auto passen.) De neerklapbare rugleuning
heeft ook een hard oppervlak dat u kunt gebruiken als
uw werkvlak als de stoel wordt neergeklapt en het
voertuig niet in beweging is. (afb. 23)
Trek de hendel van de rugleuning omhoog om de stoel
neer of op te klappen.
WAARSCHUWING!
Het is gevaarlijk om tijdens het rijden
een stoel in te stellen. Door een plotse-
linge beweging van de stoel zou u de controle
over de auto kunnen verliezen. Stel de stoel al-
leen in als de auto geparkeerd staat .
HOOFDSTEUNEN
Hoofdsteunen zijn ontworpen om het risico van letsel
te verlagen door de bewegingsvrijheid van het hoofd te
beperken tijdens aanrijdingen van achteren. De hoofd-
steunen moeten zodanig worden afgesteld, dat de bo-
venkant van uw oor zich onder de bovenkant van de
hoofdsteun bevindt.
(afb. 22) Hoogteverstellingshendel van stoel
(afb. 23) Neerklapbare stoel 47
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Raadpleeg, indien een actieve hoofdsteun is geacti-
veerd, de rubriek "Veiligheidsgordelsystemen/Actieve
hoofdsteunen (AHR)/Opnieuw instellen van de actievehoofdsteunen (AHR)" in "Veiligheid" voor meer
informatie.
WAARSCHUWING!
Plaats geen voorwerpen zoals jassen,
stoelhoezen of draagbare dvd-spelers
over de bovenkant van de hoofdsteunen. Deze
voorwerpen kunnen bij botsingen de werking van
de actieve hoofdsteunen belemmeren en leiden
tot ernstig of dodelijk letsel.
Actieve hoofdsteunen kunnen geactiveerd wor-
den als ze geraakt worden door objecten zoals
een hand, voet of losliggende voorwerpen. Om
ongewild activeren van de actieve hoofdsteunen
te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat alle
voorwerpen vastliggen, aangezien losliggende
voorwerpen tijdens plotseling remmen in contact
kunnen komen met de actieve hoofdsteunen. Als
aan deze waarschuwing geen gehoor wordt gege-
ven, kan persoonlijk letsel het gevolg zijn als de
actieve hoofdsteun geactiveerd wordt .
(afb. 25) Actieve hoofdsteun (normale positie)(afb. 26) Actieve hoofdsteun (gekanteld) 49
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Hoofdsteunen — stoelen van de tweede zitrij
De achterstoelen zijn uitgerust met verstelbare hoofd-
steunen. Trek aan de hoofdsteunen om ze hoger af te
stellen. Als u de hoofdsteun lager wilt afstellen, drukt u
op de stelknop onder aan de hoofdsteun en duwt u
vervolgens de hoofdsteun naar beneden. (afb. 27) OPMERKING:
De hoofdsteunen mogen alleen door een erkend
mecanicien verwijderd worden en alleen voor onder-
houdswerkzaamheden. Als een van de hoofdsteunen
moet worden verwijderd, moet u contact opnemen
met een erkende dealer.
Raadpleeg "Veiligheidsgordelsystemen" in "Veilig-
heid" voor de correcte bevestiging van de gordel bij
gebruik van een kinderzitje.
WAARSCHUWING!
Rijden in een voertuig zonder hoofdsteu-
nen of met hoofdsteunen die niet goed
zijn afgesteld kan leiden tot ernstig letsel of de
dood in geval van een botsing. Voor u in het
voertuig gaat rijden moet u altijd de hoofdsteu-
nen controleren. De hoofdsteunen mogen nooit
worden afgesteld in een rijdende auto.
DERDE ZITRIJ — UITVOERINGEN VOOR
ZEVEN PASSAGIERS
Deze hoofdsteunen zijn niet verstelbaar en kunnen niet
worden verwijderd. Ze kunnen echter wel naar voren
worden geklapt als ze niet in gebruik zijn.
WAARSCHUWING!
Laat nooit iemand meerijden op de
derde zitrij, tenzij de hoofdsteun is opge-
klapt en vergrendeld. Als aan deze waarschuwing
geen gehoor wordt gegeven, kan dit bij een onge-
val lichamelijk letsel tot gevolg hebben.
60/40-GEDEELDE ACHTERBANK VAN DE
TWEEDE ZITRIJ
Voor extra opbergruimte kunnen alle stoelen op de
tweede zitrij worden neergeklapt. Hierdoor wordt
extra laadruimte gecreëerd en blijft er zo nodig vol-
doende zitruimte over.
(afb. 27) Stelknop
50
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
Stoel opklappen
Klap de rugleuning op en zorg dat deze vergrendeld is.
WAARSCHUWING!
Controleer of de rugleuning stevig is ver-
grendeld. Anders is de zitting niet vol-
doende stabiel voor kinderzitjes en/of de andere
inzittenden. Een slecht vastgezette zitting kan
ernstig letsel veroorzaken.
Naar achteren en naar voren verstellen
De regelhendel bevindt zich aan de portierzijde van de
stoel. Licht de hendel op om de stoel naar voren of naar
achteren te verplaatsen. Laat de hendel los zodra de
stoel zich in de gewenste stand bevindt. Beweeg ver-
volgens met lichaamsdruk voorwaarts en achterwaarts
op de stoel om er zeker van te zijn dat het stoelver-
stelmechanisme is vergrendeld. (afb. 29)
WAARSCHUWING!
Het is gevaarlijk om tijdens het rijden
een stoel in te stellen. Door een plotse-
linge beweging van de stoel zou u de controle
over de auto kunnen verliezen. De autogordel is
wellicht niet correct ingesteld en u kunt zo letsel
oplopen. Stel de stoel alleen in als de auto gepar-
keerd staat . Rugleuning verstellen
De verstelhendel bevindt zich aan de buitenzijde van de
stoel. Om de rugleuning naar achteren te verplaatsen
leunt u naar achteren, trek de hendel omhoog, zet de
rugleuning in de gewenste stand en laat dan de hendel
los. Om de rugleuning in de normale verticale stand
terug te zetten leunt u eerst naar achteren en licht de
hendel op en dan leunt u naar voren en laat de hendel
los zodra de rugleuning in de verticale stand staat.
(afb. 30)
(afb. 29)
Handmatig verstelbare stoelen
52
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD