Geachte klant,
Wij feliciteren u met uw aankoop en bedanken u dat u voor een LANCIA heeft gekozen.
Wij hebben dit boekje samengesteld om u de kwaliteiten van deze auto volledig te laten benutten.
Wij raden u aan alle hoofdstukken door te lezen voordat u voor de eerste keer met de auto gaat rij-
den.
Dit instructieboekje bevat informatie, tips en aanwijzingen die u zullen helpen de technische kwa-
liteiten van uw LANCIA volledig te benutten. U zult niet alleen de bijzondere eigenschappen ontdek-
ken van uw LANCIA maar ook belangrijke aanwijzingen vinden voor de verzorging, het onderhoud,
de rijveiligheid en het geprogrammeerd onderhoud.
In de bijgevoegde „Service- en garantiehandleiding” vindt u de extra service van LANCIA:
• het garantiecertificaat en de bijbehorende voorwaarden
• een overzicht van de speciale aanvullende service voor de klanten van LANCIA.
Wij zijn ervan overtuigd, dat u met behulp van dit instructieboekje spoedig met uw auto vertrouwd
zult raken en dat uw nieuwe auto en de ondersteuning van de LANCIA-organisatie u volledig tevre-
den zullen stellen.
Veel leesplezier en goede reis!
Hoewel in dit instructieboekje alle uitvoeringen van de LANCIA PHEDRA beschreven
worden, dient u zich aan de informatie te houden met betrekking tot de uitrusting,
de motoruitvoering en het model van de auto die u gekocht hebt.
001-065 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:26 Pagina 1
VEILIG EN MILIEUBEWUST RIJDEN
Veiligheid en respect voor het milieu zijn de uitgangspunten geweest bij het ontwerpen van de
LANCIA
PHEDRA.
Dankzij deze opvatting kon de LANCIA PHEDRA strenge veiligheidstests het hoofd bieden en de
eisen van die tests overstijgen. De auto voldoet aan de strengste eisen in zijn klasse. En is, naar alle
waarschijnlijkheid, al voorbereid op de toekomstige normen.
Daarnaast is de LANCIA PHEDRA, door het doorlopende onderzoek naar nieuwe en doeltreffende
bijdragen aan het behoud van het milieu, een voorbeeld voor andere merken.
Alle uitvoeringen zijn uitgerust met emissiereductiesystemen die bijdragen aan de bescherming van
het milieu. Hierdoor is de uitstoot van schadelijke uitlaatgassen lager dan de nu geldende normen.
001-065 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:26 Pagina 4
13
1)Luchtroosters aan de zijkanten
2)Linker hendel: bedieningsorganen buitenverlichting
3)Claxon
4)Instrumentenpaneel: kilometertellerdisplay en waar-
schuwings-/controlelampjes
5)Rechter hendel: bedieningsorganen ruitenwissers voor/
achter en tripcomputer
6)Versnellingspook
7)Luchtroosters in het midden
8)Snelheidsmeter
9)Display van infotelematica-systeem CONNECT Nav+
10)Toerenteller
11)Digitaal display: brandstofmeter met waarschuwings-
lampje brandstofreserve en koelvloeistoftemperatuur-
meter met waarschuwingslampje voor te hoge koel-
vloeistoftemperatuur
12)Infotelematica-systeem CONNECT Nav+
13)Bedieningsorganen automatische klimaatregeling
14)Passagiersairbag
15)Dashboardkastje16)Schakelaar waarschuwingsknipperlichten
17)Joystick van infotelematica-systeem CONNECT Nav+
18)Aansteker
19)Middenconsole
20)Asbak en opbergvak
21)Sleutel en start-/contactslot
22)Bedieningshendel autoradio bij het stuurwiel
23)Documentenvak
24)Bestuurdersairbag
25)Bedieningshendel cruisecontrol
26)Koplampverstelling (niet bij uitvoeringen met xenon-
lampen)
27)Uit-/inschakelen ESP.
001-065 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:26 Pagina 13
39
Met schakelaar Bkan de spiegel die
versteld moet worden (
¯links of
rechts
˙), worden geselecteerd.
De spiegels zijn voorzien van ver-
warming; deze verwarming wordt in-
geschakeld als de achterruitverwar-
ming wordt ingeschakeld; deze functie
werkt met een tijdregeling en wordt
automatisch na enige minuten uitge-
schakeld.
Elektrisch inklappen (fig. 51)
De spiegels kunnen alleen worden
ingeklapt als het contactslot in stand
Mstaat.
Druk om de spiegels in te klappen
op schakelaar Bop de plaats van pijl
O. Als de portieren worden vergren-
deld, klappen de buitenspiegels auto-matisch in; als de portieren worden
ontgrendeld, klappen de buitenspie-
gels automatisch uit.
Als de buitenspiegels worden inge-
klapt door op schakelaar Bte druk-
ken voordat de portieren worden ver-
grendeld, klappen de spiegels niet
automatisch uit als de portieren wor-
den ontgrendeld. Om de spiegels uit
te klappen moet opnieuw op schake-
laarBworden gedrukt.
VEILIGHEIDS-
GORDELS
GEBRUIK VAN DE
VEILIGHEIDSGORDELS
VOOR EN OP DE TWEEDE RIJ
Ga goed rechtop zitten, steun tegen
de rugleuning en leg de gordel om.
Maak de gordels vast door gesp A
(fig. 52) in sluiting Bte plaatsen, tot-
dat wordt waargenomen dat de gesp
blokkeert.
Als tijdens het uittrekken van de
gordel de rolautomaat blokkeert, laat
dan de gordel een stukje teruglopen
en trek de gordel vervolgens weer ge-
leidelijk uit.
fig. 50
L0B0040b
fig. 51
L0B0228b
Tijdens de beweging mo-
gen de spiegel en de spie-
gelsteun niet worden aan-
geraakt, om beklemming van de
vingers te voorkomen.
001-065 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:27 Pagina 39
41
Controleer na het afstel-
len altijd of de knop in een
van de vaste standen is ge-
blokkeerd. Trek, als de handgreep
is losgelaten, nogmaals aan de gor-
del; hierdoor blokkeert de gordel-
bevestiging in een vaste stand, als
dit nog niet heeft plaatsgevonden.GEBRUIK VAN DE
VEILIGHEIDSGORDEL AAN
DE ZIJKANT OP DE DERDE RIJ
Ga goed rechtop zitten, steun tegen
de rugleuning en leg de gordel om.
Deze gordels zijn voorzien van een
dubbele gesp.
Gordel omleggen: trek rustig de gor-
del uit de oprolautomaat, waarbij de
gordel moet worden begeleid, zodat
de gordel niet verdraait; plaats ver-
volgens de gesp A(fig. 54) in de slui-
tingB(m.b.v. de bijbehorende ver-
grendeling), zodat de gordel goed
vastzit. Trek de riem nogmaals uit en
plaats de gesp Cin vergrendeling D.Gordel afdoen: druk op knop Eom
gespClos te maken; geleid de gordel
tot aan sluiting Ben maak de ver-
grendeling los van gesp A. Plaats de
gordel in de bevestiging, zoals in af-
beelding (fig. 55) is aangegeven.
Druk tijdens de rit niet
op de knop E.
fig. 54
L0B0231b
fig. 55
L0B0232b
001-065 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:27 Pagina 41
56
dit is normaal en vindt tijdens de nor-
male werking plaats, bijvoorbeeld als
u de airconditioning of de elektroven-
tilator inschakelt. Een langzame wij-
ziging van het toerental zorgt voor het
behoud van de acculading.
KOELVLOEISTOFTEMPE-
RATUURMETER – D (fig. 72-73)
Tijdens de normale werking geeft de
temperatuurmeter de waarden in het
midden van de schaalverdeling aan.
Als hoge waarden worden aangege-
ven, betekent dit dat de motor zwaar
wordt belast en moeten de gevraagde
prestaties worden verminderd.
Als het lampje
ugaat branden,
geeft dit een te hoge koelvloeistoftem-
peratuur aan.
Ook als zeer langzaam wordt gere-
den onder zeer warme omstandighe-
den, kan een hoge temperatuur wor-
den bereikt. Stop in dat geval en zet
de motor uit. Start vervolgens de mo-
tor opnieuw en geef rustig gas.BRANDSTOFNIVEAUMETER – C
(fig. 72-73)
Het instrument geeft een indicatie
van de hoeveelheid brandstof in de
brandstoftank.
Als het controlelampje van de
brandstofreserve
Kbrandt, is er nog
ongeveer 8 liter brandstof in de tank
aanwezig en moet dus zo snel moge-
lijk getankt worden.
Rijd niet met een bijna lege brand-
stoftank: door een eventueel wisse-
lende toevoer van brandstof kan de
katalysator worden beschadigd.
MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY
(als een autoradio aanwezig is)
fig. 73a
A– knop voor toegang tot het hoofd-
menu
B– knoppen voor de navigatie door
het hoofdmenu
C– knop om de gekozen functie of
ingevoerde waarde te bevestigen
D– knop om de functie te wissen/
terug te keren naar het vorige scherm
E– keuzeknop voor de weer te geven
informatie rechts op het display (da-
tum, autoradio – cd, tripcomputer).Hoofdmenu
Druk op knop Aom toegang te krij-
gen tot het hoofdmenu; de volgende
functies worden weergegeven:
–Radio/cd(zie voor de bijbeho-
rende functies het bijgeleverde sup-
plement „Autoradio”);
–Tripcomputer: hiermee kan in-
formatie worden weergegeven over de
mogelijk nog af te leggen afstand (ac-
tieradius), het huidige verbruik, de af-
gelegde afstand, het gemiddelde ver-
bruik en de gemiddelde snelheid;
bovendien kan informatie worden
weergegeven over de status van func-
ties zoals: automatische inschakeling
buitenverlichting, ESP, regensensor.
fig. 73a
L0B0434b
001-065 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:27 Pagina 56
57
Druk lang op de knop op het uiteinde
van de rechter hendel fig. 73bom de
in de boordcomputer opgeslagen gege-
vens op nul te zetten (resetten);
–Instellingenmenu: hiermee kan
de functie voor het elektrisch sperren
van de achterwielen, de achterruiten-
wisser en de automatische werking
van de buitenverlichting worden in-
/uitgeschakeld en kunnen de datum,
de tijd, de lichtintensiteit van het dis-
play, de eenheden en de taal worden
ingevoerd.
MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY
(als het infotelematica-systeem
Connect Nav+ aanwezig is) fig. 73c
A– knop voor toegang tot het hoofd-
menuB– knoppen voor de navigatie door
het hoofdmenu
C– knop om de gekozen functie of
ingevoerde waarde te bevestigen
D– knop om de functie te wissen/
terug te keren naar het vorige scherm
E– keuzeknop voor de weer te geven
informatie rechts op het display (da-
tum, autoradio – cd, tripcomputer).
Hoofdmenu
Druk op knop Aom toegang te krij-
gen tot het hoofdmenu dat de functies
van de volgende systemen weergeeft:
–Navigatie
–Audio
–Tripcomputer: hiermee kan in-
formatie worden weergegeven over de
mogelijk nog af te leggen afstand (ac-
tieradius), het huidige verbruik, de af-
gelegde afstand, het gemiddelde ver-
bruik en de gemiddelde snelheid;
bovendien kan informatie worden
weergegeven over de status van func-
ties zoals: automatische inschakeling
buitenverlichting, ESP, regensensor.
Druk lang op de knop op het uiteinde
van de rechter hendel fig. 73bom de
in de boordcomputer opgeslagen ge-
gevens op nul te zetten (resetten);
–Rubriek
–Instellingenmenu: hiermee kan
de functie voor het elektrisch sperren
van de achterwielen, de achterruiten-
wisser en de automatische werking
van de buitenverlichting worden in-/
uitgeschakeld en kunnen de datum,
de tijd, de lichtintensiteit van het dis-
play, de eenheden en de taal worden
ingevoerd.
–Kaart
–Video
Zie voor de functies van het naviga-
tiesysteem, audio, rubriek, telematica,
kaart en video het bijgeleverde sup-
plement „Connect Nav+”.
fig. 73b
L0B0435b
fig. 73c
L0B0433b
001-065 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:27 Pagina 57
60
– als het gewenste onderhoudsinter-
val wordt weergegeven op de onder-
houdsindicatie, druk dan op knop C
en houd de knop ingedrukt; het in-
terval knippert gedurende ongeveer
10 seconden, waarna de stand niet-
knipperend wordt weergegeven;
– laat de knop los om de instelling
op te slaan.
OP NUL ZETTEN(RESETTEN)
Ga voor het resetten als volgt te
werk:
– draai het contactslot in de stand S;
– druk knop Cin en houd de knop
ingedrukt;
– draai het contactslot in stand M;
de onderhoudsindicatie gaat loopt ge-
leidelijk terug totdat 0wordt weerge-
geven;
– laat de knop Clos; symbool A
dooft om aan te geven dat de functie
is gereset.
De Lancia-dealer voert deze han-
deling uit na alle in het Gepro-
grammeerd Onderhoud aangegeven
controle- en onderhoudsbeurten.
CONNECT Nav+
(voor bepaalde
uitvoeringen/markten)
Sommige uitvoeringen zijn uitgerust
met het infotelematica-systeem CON-
NECT Nav+ dat bestaat uit een auto-
radio met cd-speler, een mobiele gsm-
telefoon, een navigatiesysteem en een
boordcomputer; het systeem is aan-
gepast aan het interieur en de vorm-
geving van het dashboard.
Het systeem is ergonomisch geplaatst
voor de bestuurder en de voorpassa-
gier en m.b.v. het display kan snel
worden vastgesteld welke bedienings-
organen bediend kunnen worden.
Volg voor het gebruik van het
systeem zorgvuldig de instructies
en de waarschuwingen voor het
gebruik en de verkeersveiligheid
op, die zijn aangegeven in het bij
het Instructieboekje geleverde
supplement.Het navigatiesysteem is
een hulp voor de bestuur-
der tijdens de rit en infor-
meert m.b.v. gesproken en visuele
informatie over de optimale route
om de ingevoerde bestemming te
bereiken. De door het navigatiesys-
teem verstrekte aanbevelingen ont-
heffen de bestuurder niet van zijn
verantwoordelijkheid voor de han-
delingen die hij tijdens het rijden
met de auto in het verkeer uitvoert;
de bestuurder moet altijd de voor-
schriften van de wegenverkeerswet
in acht nemen; ook de andere voor-
schriften die op dit gebied van
kracht zijn, moeten gerespecteerd
worden. De verantwoordelijkheid
voor de verkeersveiligheid ligt al-
tijd en overal bij de bestuurder van
de auto.
001-065 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:27 Pagina 60