Page 57 of 76

machine is uitgerust met optionele
elektrische accessoires.
DWA10760
s s
WAARSCHUWING
●Elektrolyt is giftig en gevaarlijk
omdat het zwavelzuur bevat,
een stof die ernstige brand-
wonden veroorzaakt. Vermijd
contact met de huid, ogen of
kleding en bescherm uw ogen
altijd bij werkzaamheden nabij
accu’s. Voer als volgt EERSTE
HULP uit als er lichamelijk con-
tact is geweest met elektrolyt.
• UITWENDIG: Spoel overvloe-
dig met water.
• INWENDIG: Drink grote hoeve-
elheden water of melk en roep
direct de hulp in van een arts.
• OGEN: Spoel gedurende 15
minuten met water en roep
direct medische hulp in.
●Accu’s produceren het explo-
sieve waterstofgas. Houd daa-
rom vonken, open vuur, siga-
retten e.d. uit de buurt van de
accu en zorg voor voldoende
ventilatie bij acculaden in een
afgesloten ruimte.
●HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S
BUITEN BEREIK VAN KINDE-
REN.
Om de accu op te bergen
1. Verwijder de accu als het voertuig
langer dan een maand niet wordt
gebruikt, laad volledig bij en zet
hem dan weg op een koele en
droge plek.
2. Als de accu langer dan twee
maanden wordt weggeborgen,
moet deze minstens eenmaal per
maand worden gecontroleerd;
laad de accu dan indien nodig
steeds volledig bij.
3. Laad de accu volledig bij alvo-
rens te installeren.
4. Controleer na installatie of de
accukabels correct zijn aangeslo-
ten op de accupolen.
DCA10630
LET OP:
●Zorg dat de accu altijd geladen
blijft. Door een accu in ontla-
den toestand weg te bergen
kan permanente accuschade
ontstaan.
●Om een permanent-dichte
accu (onderhoudsvrij type) teladen, is een speciale accula-
der (met constante laadspan-
ning) vereist. Bij gebruik van
een conventionele acculader
raakt de accu beschadigd.
Wanneer u niet beschikt over
een speciale acculader voor
permanent-dichte accu’s
(onderhoudsvrij type), vraag
dan een Yamaha dealer uw
accu op te laden.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-21
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 57
Page 58 of 76

DAUS1180
Zekering vervangen
De hoofdzekeringhouder bevindt zich
naast de accubehuizing.
Vervang de zekering als volgt als deze
is doorgebrand.
1. Draai de contactsleutel naar “e”
en schakel alle elektrische circuits uit.
2. Verwijder de doorgebrande zeke-
ring en breng een nieuwe zeke-
ring met de voorgeschreven
ampèrewaarde aan.
1. Hoofdzekering
DCA10640
LET OP:
Gebruik geen zekering met een
hoger ampèrage dan is voorgesch-
reven, om ernstige schade aan het
elektrisch systeem en mogelijk
brandgevaar te vermijden.
3. Draai de contactsleutel naar “f”
en schakel de elektrische circuits
in om te zien of de apparatuur
werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw
doorbrandt, vraag dan een
Yamaha dealer het elektrisch
systeem te controleren.
DAUS1431
Vervangen van de
koplampgloeilamp of de
gloeilamp van een voorste
richtingaanwijzer
Vervang een gloeilamp als volgt als
deze is doorgebrand.
DCA10670
LET OP:
Het is aan te bevelen dit werk uit te
laten voeren door een Yamaha dea-
ler.
Koplampgloeilamp
1. Verwijder het stroomlijnpaneel A.
2. Maak de koplampbedrading los,
en maak vervolgens de borging
van de gloeilamphouder los zoals
afgebeeld.
Voorgeschreven zekering:
7,5 A
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-22
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 58
Page 59 of 76

1. Gloeilampstekker
2. Gloeilamphouder
3. Verwijder de gloeilamphouder
door eraan te trekken, en verwij-
der dan de defecte gloeilamp
door deze linksom te draaien.
1. Gloeilamphouder
2. Druk de gloeilamp in en draai deze linksom
3. Verwijder de gloeilamp
4. Koplampgloeilamp
DWA10790
s s
WAARSCHUWING
Koplampgloeilampen worden zeer
heet. Houd daarom brandbare pro-
ducten uit de buurt van een
koplampgloeilamp en raak het
lampglas niet aan zolang dit niet is
afgekoeld.
4. Plaats een nieuwe koplampgloei-
lamp in de gloeilamphouder en
draai de gloeilamp rechtsom.
5. Plaats de gloeilamphouder terug
in zijn oorspronkelijke positie en
zet hem vast met de borging van
de gloeilamphouder, zoals afge-
beeld.
6. Sluit de koplampbedrading aan
en bevestig het stroomlijnpaneel.7. Vraag indien nodig een Yamaha
dealer de koplamplichtbundel af
te stellen.
Gloeilamp linker richtingaanwijzer
1. Verwijder het stroomlijnpaneel A.
2. Verwijder de lampfitting met de
gloeilamp door deze linksom te
draaien.
1. Fitting
3. Verwijder de defecte gloeilamp
uit de fitting door eraan te trek-
ken.
GGYYBB
1 2
3
4
GYB
1
2
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-23
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 59
Page 60 of 76
1. Gloeilamp richtingaanwijzer
4. Plaats een nieuwe gloeilamp in
de fitting.
5. Plaats de lampfitting door deze
rechtsom te draaien.
6. Breng het stroomlijnpaneel aan.
Gloeilamp rechter
richtingaanwijzer
1. Verwijder het stroomlijnpaneel A.
2. Verwijder de lampfitting met de
gloeilamp door deze rechtsom te
draaien.1. Fitting
3. Verwijder de defecte gloeilamp
uit de fitting door eraan te trek-
ken.
4. Plaats een nieuwe gloeilamp in
de fitting.
5. Plaats de lampfitting door deze
linksom te draaien.
6. Breng het stroomlijnpaneel aan.
DAUS1250
Vervangen van gloeilamp
voor remlicht/achterlicht of
van gloeilamp voor achterste
richtingaanwijzer
Gloeilamp remlicht/achterlicht
1. Verwijder de lamplens van het
remlicht/achterlicht door de sch-
roeven los te draaien.
1. Schroef
2. Lamplens achterlicht/remlicht
2. Verwijder de defecte gloeilamp
door deze in te drukken en link-
som te draaien.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-24
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 60
Page 61 of 76

1. Gloeilamp remlicht/achterlicht
3. Breng een nieuwe gloeilamp aan
in de fitting, druk de lamp aan en
draai rechtsom tot hij stuit.
4. Monteer de lamplens door de
schroeven aan te brengen.
Gloeilamp achterste
richtingaanwijzer
1. Verwijder de lamplens van het
remlicht/achterlicht door de sch-
roef los te draaien.
2. Verwijder de lamplens van de
richtingaanwijzer door de schroef
los te draaien.
1. Schroef
2. Lamplens richtingaanwijzer
3. Gloeilamp achterste richtingaanwijzer
3. Verwijder de defecte gloeilamp
door deze in te drukken en link-
som te draaien.
4. Breng een nieuwe gloeilamp aan
in de fitting, druk de lamp aan en
draai rechtsom tot hij stuit.
5. Bevestig de lamplens van de
richtingaanwijzer door de schroef
vast te draaien.
6. Bevestig de lamplens van het
remlicht/achterlicht door de sch-
roef vast te draaien.
DCA10680
LET OP:
Zet de schroeven niet overdreven
strak vast, anders kan de lamplens
breken.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-25
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 61
Page 62 of 76

DAUS1410
Vervangen van een
parkeerlichtgloeilamp
Dit model is voorzien van twee parke-
erlichten. Vervang een parkeerlicht-
gloeilamp als volgt als deze is door-
gebrand.
1. Verwijder het stroomlijnpaneel A.
Zie pagina 6-5.
2. Verwijder de parkeerlichtlampfit-
ting met de gloeilamp door de
lampfitting van zijn plaats te trek-
ken.
1. Fitting parkeerlichtgloeilamp
3. Verwijder de defecte gloeilamp
door deze uit te trekken.
1. Gloeilamp parkeerlicht
4. Plaats een nieuwe gloeilamp in
de fitting.
5. Bevestig de parkeerlichtlampfit-
ting met de gloeilamp door de
lampfitting op zijn plaats te druk-
ken.
6. Breng het stroomlijnpaneel aan.
DAU25880
Problemen oplossen
Yamaha scooters ondergaan een
grondige inspectie voordat ze vanaf
de fabriek op transport gaan, maar tij-
dens gebruik kunnen toch storingen
optreden. Problemen in de brandstof-
, compressie- of ontstekingssyste-
men kunnen bijvoorbeeld de oorzaak
zijn van slecht starten of een afname
in motorvermogen.
In de volgende storingzoekschema’s is
een snelle en gemakkelijke werkwijze
weergegeven om deze vitale systemen
zelf te kunnen controleren. Ga met uw
scooter echter wel naar een Yamaha
dealer als reparaties nodig zijn, hier zijn
vakkundige monteurs aanwezig die
beschikken over het benodigde gere-
edschap en de ervaring en vakkennis
om het nodige onderhoud aan de
machine correct te verrichten.
Gebruik uitsluitend originele Yamaha
vervangingsonderdelen. Niet-originele
onderdelen lijken misschien op Yama-
ha onderdelen maar zijn toch vaak van
mindere kwaliteit en hebben een kor-
tere levensduur, zodat dan later moge-
lijk toch dure reparaties nodig zijn.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-26
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 62
Page 63 of 76

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-27
6
DAU25921
Storingzoekschema’s
Startproblemen of slechte werking van de motorDWA10840
s s
WAARSCHUWING
Houd open vuur uit de buurt en rook niet terwijl het brandstofsysteem wordt getest of hieraan wordt gewerkt.
Controleer het
brandstofniveau in de
brandstoftank.
1. BrandstofEr is voldoende brandstof aanwezig.
Er is geen brandstof aanwezig.Controleer de compressie.
Vul brandstof bij.
De motor start niet.
Controleer de compressie.
Bedien de elektrische
startknop.
2. CompressieEr is compressie.
Er is geen compressie.Controleer de ontsteking.
Vraag een Yamaha dealer de
machine te controleren.
Verwijder de bougie en
controleer de elektroden.
3. OntstekingSchoonvegen met een droge doek. Stel de
elektrodenafstand van de bougie af of vervang de bougie.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.
De motor start niet. Vraag een
Yamaha dealer de machine te
controleren.
De motor start niet. Controleer de accu.
Bedien de elektrische
startknop.
4. AccuDe motor draait snel rond.
De motor draait langzaam rond.De accu is in orde.
Controleer de aansluitingen van de
accukabels en laad de accu indien nodig.
Droog
NatDraai de gasgreep tot halverwege open
en bedien de elektrische startknop.
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 63
Page 64 of 76

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-28
6Oververhitte motor (Voor CS50Z)
DWA10400
s s
WAARSCHUWING
●Verwijder de koelvloeistofradiatorvuldop niet terwijl de motor en de koelvloeistofradiator nog heet zijn. Hete
vloeistof en stoom kan naar buiten spuiten en zo ernstige brandwonden veroorzaken. Wacht tot de motor
is afgekoeld.
●Breng na verwijderen van de borgbout voor de radiatorvuldop een dikke doek, bijvoorbeeld een handdoek,
aan over de radiatorvuldop en draai deze dan langzaam linksom tegen de aanslag zodat de nog aanwezige
druk kan ontsnappen. Druk de dop omlaag zodra het sisgeluid stopt en draai deze linksom en verwijder de
dop.
Wacht tot de
motor is afgekoeld.Controleer het
koelvloeistofniveau in het
reservoir en in de radiator.
Het koelvloeistofniveau is
in orde. Het koelvloeistofniveau is
laag. Controleer het
koelsysteem op lekkage.
Vraag een Yamaha dealer het
koelsysteem te controleren en te
repareren.
Vul koelvloeistof bij.
(Zie OPMERKING.)
Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het koelsysteem
te controleren en te repareren als de motor opnieuw
oververhit raakt.
Er is lekkage.
Er is geen
lekkage.
OPMERKING:
Als geen koelvloeistof beschikbaar is, kan tijdelijk leidingwater worden gebruikt, maar dit moet wel zo snel mogelijk door
de voorgeschreven koelvloeistof worden vervangen.
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 64