Page 49 of 76

OPMERKING:
De slijtagelimiet voor bandprofieldiep-
te is voor diverse landen verschillend.
Neem altijd de lokale voorschriften in
acht.
Bandeninformatie
Dit model is uitgerust met tubeless
banden.
DWA10470
s s
WAARSCHUWING
●Laat sterk versleten banden
door een Yamaha dealer ver-
vangen. Rijden op een machine
met versleten banden is niet
alleen verboden, maar dit heeft
ook een averechts effect op de
rijstabiliteit, waardoor u de
macht over het stuur zou kun-
nen verliezen.
●De vervanging van onderdelen
van wielen en remmen, inclu-
sief banden, dient te worden
overgelaten aan een Yamaha
dealer, die over de nodige vak-
kundige kennis en ervaring
beschikt.
DAU21960
Gietwielen
Let ten aanzien van de voorgeschre-
ven wielen op het volgende voor een
optimale prestatie, levensduur en vei-
lige werking van uw voertuig.
●Controleer de velgen voor iedere
rit op scheurtjes, verbuiging of
kromtrekken. Laat ingeval van
schade het wiel door een Yama-
ha dealer vervangen. Probeer het
wiel nooit zelf te repareren, hoe
klein de reparatie ook is. Vervang
een wiel dat vervormd is of
haarscheurtjes vertoont.
●Na het vervangen van een wiel of
band moet het wiel worden uitge-
balanceerd. Een niet uitgebalan-
ceerd wiel zal mogelijk slecht
functioneren, of kan een slechte
wegligging en een verkorte
levensduur van de banden tot
gevolg hebben.
●Rijd niet te snel direct na het ver-
wisselen van een band. Het ban-
doppervlak dient eerst te zijn
ingereden voordat het zijn opti-
male eigenschappen verkrijgt.
Voorband:
Maat:
110/70-12 47L
Fabrikant/model:
CHENG SHIN TIRE/C922
Achterband:
Maat:
120/70-12 51L
Fabrikant/model:
CHENG SHIN TIRE/C922
Minimale bandprofieldiepte (voor
en achter):
1,6 mm (0,06 in)
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-13
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 49
Page 50 of 76
DAUT1220
Vrije slag van voorremhendel
controleren
1. Vrije slag voorremhendel
De vrije slag van de remhendel dient 2
~ 5 mm (0,08 ~ 0,20 in) te bedragen,
zoals weergegeven. Controleer de vri-
je slag van de remhendel regelmatig
en laat indien nodig een Yamaha dea-
ler het remsysteem controleren.
DWA10640
s s
WAARSCHUWING
Als de vrije slag van de remhendel
niet normaal is, wijst dat op een
serieus defect in het remsysteem.
Laat het remsysteem vóór gebruik
van de motorfiets nakijken of repa-
reren door een Yamaha dealer.
DAU22170
Vrije slag van
achterremhendel afstellen
1. Vrije slag achterremhendel
De vrije slag van de remhendel dient 5
~ 10 mm (0,20 ~ 0,40 in) te bedragen,
zoals weergegeven. Controleer de vri-
je slag van de remhendel regelmatig
en stel deze indien nodig als volgt af.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-14
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 50
Page 51 of 76
1. Stelmoer
Draai de stelmoer op de remankerpla-
at richting (a) voor meer vrije slag van
de remhendel. Draai de stelmoer rich-
ting (b) voor minder vrije slag van de
remhendel.
DWA10650
s s
WAARSCHUWING
Vraag een Yamaha dealer de afste-
lling te doen als de juiste afstelling
niet haalbaar is volgens de besch-
reven werkwijze.
DAU22380
Controleren van
voorremblokken en
achterremschoenen
De voorremblokken en achterrems-
choenen moeten worden gecontrole-
erd op slijtage volgens de intervalpe-
rioden voorgeschreven in het
periodieke smeer- en onderhoudss-
chema.
DAU22400
Remblokken voorrem
1. Inspectieplug1. Remvoeringdikte
Controleer elk voorremblok op scha-
de en meet de remvoeringsdikte. Als
een remblok beschadigd is of als de
remvoeringsdikte minder is dan 3,1
mm (0,12 in), vraag dan een Yamaha
dealer de remblokken als set te ver-
vangen.
(a)
(b)
1
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-15
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 51
Page 52 of 76

DAU22540
Remschoenen achterrem
1. Slijtage-indicator
2. Slijtagelimiet
De achterrem heeft een slijtage-indi-
cator zodat de remschoenslijtage kan
worden gecontroleerd zonder de rem
te hoeven demonteren. Bekrachtig de
rem en let op de stand van de slijtage-
indicator om de remschoenslijtage te
controleren. Wanneer een remschoen
zover is afgesleten dat de slijtage-
indicator bij de slijtagelimiet komt,
vraag dan een Yamaha dealer de rem-
blokken als set te vervangen.
DAU32344
Controleren van
remvloeistofniveau
1. Merkstreep minimumniveau
Bij een tekort aan remvloeistof kan
lucht het remsysteem binnendringen,
waarna de remwerking mogelijk min-
der effectief is.
Controleer alvorens te gaan rijden of
de remvloeistof boven de merkstreep
voor minimumniveau staat en vul
indien nodig bij. Een laag remvloeis-
tofniveau wijst mogelijk op verregaan-
de remblokslijtage en/of lekkage in
het remsysteem. Als het remvloeistof-
niveau laag is, controleer dan de rem-
blokken op slijtage en het remsyste-
em op lekkage.Neem de volgende voorzorgsmaatre-
gelen in acht:
●Zorg bij het controleren van het
remvloeistofniveau dat de boven-
zijde van de hoofdremcilinder
horizontaal is door het stuur te
draaien.
●Gebruik uitsluitend de voor-
geschreven kwaliteit remvloeis-
tof, anders kunnen de rubber
afdichtingen verslechteren en zo
lekkage en slechte remwerking
teweegbrengen.
●Vul bij met hetzelfde type remvlo-
eistof. Bij vermengen van vers-
chillende typen remvloeistof kun-
nen schadelijke chemische
reacties optreden en kan de rem-
werking verslechteren.
●Pas op en zorg dat tijdens bijvu-
llen geen water de hoofdremcilin-
der kan binnendringen. Water zal
het kookpunt van de remvloeistof
aanzienlijk verlagen zodat damp-
belvorming kan optreden.
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-16
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 52
Page 53 of 76

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-17
6
●Remvloeistof kan gelakte of
kunststof onderdelen aantasten.
Veeg gemorste remvloeistof ste-
eds direct af.
●Naarmate de remblokken afslij-
ten, zal het remvloeistofniveau
geleidelijk verder dalen. Vraag
echter wel een Yamaha dealer
om een inspectie als het remvlo-
eistofniveau plotseling sterk is
gedaald.
DAU22720
Verversen van remvloeistof
Vraag een Yamaha dealer de remvlo-
eistof te verversen volgens de inter-
valperioden voorgeschreven onder
OPMERKING in het periodieke sme-
er- en onderhoudsschema. Laat
bovendien de oliekeerringen van de
hoofdremcilinder, de remklauwen en
de remslang vervangen volgens de
intervalperioden of wanneer ze lekken
of zijn beschadigd.
●Oliekeerringen: Vervang elke
twee jaar.
●Remslang: Vervang elke vier jaar.
DAU23111
Controleren en smeren van
gasgreep en gaskabel
De werking van de gasgreep hoort
voorafgaand aan elke rit te worden
gecontroleerd. Smeer ook de gaska-
bel volgens de intervaltijden gespeci-
ficeerd in het periodiek onderhoudss-
chema.
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 53
Page 54 of 76
DAU43640
Smeren van voor- en
achterremhendels
De scharnierpunten van de voor- en
achterremhendels moeten worden
gesmeerd volgens de intervalperio-
den voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema.
DAU23191
Controleren en smeren van
de middenbok
1. Middenbok
De werking van de middenbok moet
voorafgaand aan elke rit worden
gecontroleerd en de scharnierpunten
en de metaal-op-metaal contactvlak-
ken moeten indien nodig worden ges-
meerd.
DWA11300
s s
WAARSCHUWING
Als de middenbok niet soepel
omhoog en omlaag beweegt, vraag
dan een Yamaha dealer deze te
controleren of te repareren.
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet (universeel vet)
Aanbevolen smeermiddelen:
Voorremhendel:
Siliconenvet
Achterremhendel:
Lithiumvet (universeel vet)
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6
6-18
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 54
Page 55 of 76

DAU23271
Voorvork controleren
De conditie en de werking van de
voorvork moeten als volgt worden
gecontroleerd volgens de intervalpe-
rioden voorgeschreven in het perio-
dieke smeer- en onderhoudsschema.
Om de conditie te controleren
DWA10750
s s
WAARSCHUWING
Zorg dat de machine veilig wordt
ondersteund, zodat hij niet kan
omvallen.
Controleer de binnenste vorkbuizen
op krassen, beschadigingen en over-
matige olielekkage.
Om de werking te controleren
1. Zet de machine op een vlakke
ondergrond en houd deze rech-
top.
2. Bekrachtig de voorrem en druk
het stuur een paar keer stevig
naar beneden om te controleren
of de voorvork soepel in- en uit-
veert.
DCA10590
LET OP:
Als schade wordt gevonden of de
voorvork niet soepel beweegt, vra-
ag dan een Yamaha dealer te repa-
reren of te controleren.
DAU23280
Controle van stuursysteem
Losse of versleten balhoofdlagers
kunnen gevaarlijk zijn. De werking van
het stuur moet als volgt worden
gecontroleerd volgens de intervalpe-
rioden voorgeschreven in het perio-
dieke smeer- en onderhoudsschema.
1. Plaats een standaard onder de
motor zodat het voorwiel los is
van de grond.
DWA10750
s s
WAARSCHUWING
Zorg dat de machine veilig wordt
ondersteund, zodat hij niet kan
omvallen.
2. Houd de voorvorkpoten beet bij
het ondereinde en probeer ze
naar voren en achteren te bewe-
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-19
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 55
Page 56 of 76
gen. Als speling kan worden
gevoeld, vraag dan een Yamaha
dealer het stuursysteem te tes-
ten.DAU23290
Controleren van wiellagers
De voor- en achterwiellagers moeten
worden gecontroleerd volgens de
intervalperioden voorgeschreven in
het periodieke smeer- en onder-
houdsschema. Als de wielnaaf spe-
ling vertoont of het wiel niet soepel
draait, vraag dan een Yamaha dealer
de wiellagers te controleren.
DAU23390
Accu
1. Accu
De accu bevindt zich achter paneel A.
(Zie pagina 6-5.)
Dit model is uitgerust met een perma-
nent-dichte accu (onderhoudsvrij
type) waarvoor geen onderhoud
vereist is. De elektrolyt hoeft niet te
worden gecontroleerd en er hoeft
geen gedistilleerd water te worden
bijgevuld.
Om de accu op te laden
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha
dealer de accu te laden als deze
ontladen lijkt te zijn. Vergeet niet dat
de accu sneller ontladen raakt als de
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-20
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 56