Page 22 of 76

Kilometerteller- en rittellermodus
Door indrukken van de toets wisselt
de weergave tussen de kilometerte-
llermodus “ODO” en de ritteller
“TRIP”, volgens onderstaande volgor-
de:
ODO
TRIP ODO
1. Kilometerteller
2. Ritteller
Om de ritteller op nul terug te stellen,
selecteert u deze door op de toets te
drukken en houdt u daarna de toets
ten minste twee seconden ingedrukt.
Brandstofniveaumeter
De brandstofniveaumeter geeft aan
hoeveel brandstof in de tank aanwe-
zig is. De displaysegmenten van de
brandstofniveaumeter verdwijnen
richting “E” (leeg) naarmate hetbrandstofniveau daalt. Wanneer er
nog maar één segment naast “E” is
overgebleven, vul dan zo snel moge-
lijk brandstof bij.
Zelfdiagnosesysteem
Dit model is uitgerust met een zelf-
diagnosesysteem voor het brandsto-
felektrische circuit.
Indien het brandstofelektrische circuit
een defect heeft, gaan alle display-
segmenten van de brandstofniveau-
meter knipperen. Als dit zich voordo-
et, vraag dan een Yamaha dealer het
voertuig te controleren.
DAU12347
Stuurschakelaars
1. Dimlichtschakelaar “j/k”
2. Richtingaanwijzerschakelaar “c/d”
3. Claxonschakelaar “a”
1. Startknop “g”
1
Rechts
1
2
3 Links
PRESS
BUTTON
PRESS
BUTTON
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-6
3
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 22
Page 44 of 76

1. Vuldop versnellingsbakolie
2. Olieaftapplug eindoverbrenging
5. Breng de aftapplug voor de vers-
nellingsbakolie aan en zet hem
vast met het voorgeschreven
aanhaalmoment.
6. Voeg de benodigde hoeveelheid
aanbevolen versnellingsbakolie
toe, breng de olievuldop aan en
draai deze vast.
DWA11310
s s
WAARSCHUWING
●Zorg dat er geen verontreini-
gingen het cardanhuis kunnen
binnendringen.
●Zorg dat er geen olie op de
banden of wielen terechtkomt.
7. Controleer de versnellingsbak op
olielekkage. Zoek in geval van
lekkage naar de oorzaak.
DAUS1200
Koelvloeistof (alleen voor
vloeistofgekoelde modellen)
Voor iedere rit moet het koelvloeistof-
niveau worden gecontroleerd. Ook
moet de koelvloeistof worden ver-
verst volgens de intervalperioden ver-
meld in het periodieke smeer- en
onderhoudsschema.
DAUM2101
Controleren van het
koelvloeistofniveau
1. Zet de machine op een vlakke
ondergrond en houd deze rech-
top.
OPMERKING:
●Het koelvloeistofniveau moet
worden gecontroleerd terwijl de
motor koud is, temperatuurvers-
chillen zijn namelijk van invloed
op het niveau.
●Zorg dat de machine rechtop sta-
at bij het controleren van het
koelvloeistofniveau. Wanneer de
machine iets schuin staat, kan
het niveau al foutief worden afge-
lezen.
Aanbevolen versnellingsbakolie:
Zie pagina 8-1.
Oliehoeveelheid:
0,11 L (0,12 US qt) (0,10 Imp.qt)
Aanhaalmoment:
Aftapplug versnellingsbakolie:
18 Nm (1,8 m•kgf, 13,0 ft•lbf)
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-8
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 44
Page 48 of 76

●De bandspanning moet worden
aangepast aan de rijsnelheid
en het totale gewicht van rijder,
passagier, bagage en acces-
soires dat voor dit model is
vastgesteld.DWA11200
s s
WAARSCHUWING
De aanwezigheid van bagage heeft
grote invloed op het weggedrag, de
rem- en rij-eigenschappen en de
veiligheid van uw machine. Neem
daarom de volgende voorzorgsma-
atregelen in acht.
●DE MACHINE NOOIT OVERBE-
LADEN! Rijden met een over-
beladen machine kan leiden tot
beschadiging van de banden,
controleverlies of ernstig let-
sel. Zorg dat het totale gewicht
van de bestuurder, de passa-
gier, de bagage en de gemon-
teerde accessoires nooit het
voorgeschreven maximumla-
adgewicht voor de machine
overschrijdt.
●Vervoer geen los verpakte spu-
llen die tijdens de rit kunnen
gaan schuiven.
●Bevestig de zwaarste spullen
op veilige wijze dicht bij het
midden van de machine en ver-
deel het gewicht over beide zij-
den.
●Pas de luchtdruk in de wielop-
hanging en de bandspanning
aan op het te vervoeren
gewicht.
●Controleer vóór iedere rit de
conditie en spanning van de
banden.
1. Bandprofieldiepte
2. Wang van band
Inspectie van banden
Voor elke rit moeten de banden wor-
den gecontroleerd. Als de bandpro-
fieldiepte op het midden van de band
de vermelde limiet heeft bereikt, de
band spijkers of stukjes glas bevat of
wanneer de wang van de band
scheurtjes vertoont, moet de band
onmiddellijk door een Yamaha dealer
worden vervangen.
1
2
ZAUM0054
Bandspanning (gemeten op koude
banden):
0 ~ 90 kg (0 ~ 198 lb):
Voor:
175 kPa (25 psi) (1,75 kgf/cm
2)
Achter:
200 kPa (28 psi) (2,00 kgf/cm
2)
CS50/CS50M 90 ~ 169 kg (198 ~
373 lb) CS50Z 90 ~ 166 kg (198 ~
366 lb):
Voor:
175 kPa (25 psi) (1,75 kgf/cm
2)
Achter:
225 kPa (32 psi) (2,25 kgf/cm
2)
Maximale belasting*:
CS50/CS50M 169 kg (373 lb)
CS50Z 166 kg (366 lb)
* Totaal gewicht van motorrijder,
passagier, bagage en accessoires
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-12
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 48
Page 56 of 76
gen. Als speling kan worden
gevoeld, vraag dan een Yamaha
dealer het stuursysteem te tes-
ten.DAU23290
Controleren van wiellagers
De voor- en achterwiellagers moeten
worden gecontroleerd volgens de
intervalperioden voorgeschreven in
het periodieke smeer- en onder-
houdsschema. Als de wielnaaf spe-
ling vertoont of het wiel niet soepel
draait, vraag dan een Yamaha dealer
de wiellagers te controleren.
DAU23390
Accu
1. Accu
De accu bevindt zich achter paneel A.
(Zie pagina 6-5.)
Dit model is uitgerust met een perma-
nent-dichte accu (onderhoudsvrij
type) waarvoor geen onderhoud
vereist is. De elektrolyt hoeft niet te
worden gecontroleerd en er hoeft
geen gedistilleerd water te worden
bijgevuld.
Om de accu op te laden
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha
dealer de accu te laden als deze
ontladen lijkt te zijn. Vergeet niet dat
de accu sneller ontladen raakt als de
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-20
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 56