Page 41 of 102

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-27
3
2. Druk het stroomlijnpaneel in de geslo-
ten stand en breng de snelsluitschroe-
ven weer aan.OPMERKING:Controleer voordat u gaat rijden of destroomlijnpanelen goed vastzitten.
DAU39671
Achteruitkijkspiegels De achteruitkijkspiegels van dit voertuig
kunnen naar voren of naar achteren worden
ingeklapt om het parkeren in smalle ruimten
te vergemakkelijken. Klap de spiegels terug
in hun oorspronkelijke stand voordat u gaat
rijden.
WAARSCHUWING
DWA14371
Vergeet niet de achteruitkijkspiegels in
hun oorspronkelijk stand terug te klap-pen alvorens weg te rijden.
DAU14731
Afstellen van de voorvork Deze voorvork is voorzien van stelbouten
voor veervoorspanning, stelknoppen voor
uitveerdemping en stelschroeven voor in-
veerdemping.
WAARSCHUWING
DWA10180
Geef beide vorkpoten steeds dezelfde
afstelling, anders kan slecht weggedrag
en verminderde rijstabiliteit het gevolgzijn.
Veervoorspanning
Draai om de veervoorspanning te verhogen
en zo de vering stugger te maken de stel-
bout op beide vorkpoten in de richting (a).
1. Snelsluitschroef
1. Gesloten stand
1. Rijstand
2. Parkeerstand
1. Stelbout veervoorspanning
U2D2D2D0.book Page 27 Thursday, October 11, 2007 9:25 AM
Page 42 of 102

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-28
3
Draai om de veervoorspanning te verlagen
en zo de vering zachter te maken de stel-
bout op beide vorkpoten in de richting (b).OPMERKING:Breng de gewenste groef op het stelmecha-
nisme in lijn met het bovenvlak van de vork-plug.Uitveerdemping
Draai om de uitveerdemping te verhogen en
zo de vering stugger te maken de stelknop
op beide vorkpoten in de richting (a). Draai
om de uitveerdemping te verlagen en zo de
vering zachter te maken de stelknop op bei-
de vorkpoten in de richting (b).Inveerdemping
Draai om de inveerdemping te verhogen en
zo de vering stugger te maken de stel-
schroef op beide vorkpoten in de richting
(a). Draai om de inveerdemping te verlagen
en zo de vering zachter te maken de stel-
schroef op beide vorkpoten in de richting
(b).1. Huidige instelling
2. VorkplugAfstelling veervoorspanning:
Minimum (zacht):
6
Standaard:
4
Maximum (hard):
1
1. Stelknop voor uitveerdempingAfstelling uitveerdemping:
Minimum (zacht):
17 klik(ken) in de richting (b)*
Standaard:
12 klik(ken) in de richting (b)*
Maximum (hard):
1 klik(ken) in de richting (b)*
* Met de stelknop volledig gedraaid in
de richting (a)
1. Stelschroef voor inveerdempingAfstelling inveerdemping:
Minimum (zacht):
21 klik(ken) in de richting (b)*
Standaard:
12 klik(ken) in de richting (b)*
Maximum (hard):
1 klik(ken) in de richting (b)*
* Met de stelknop volledig gedraaid in
de richting (a)
U2D2D2D0.book Page 28 Thursday, October 11, 2007 9:25 AM
Page 43 of 102

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-29
3
LET OP:
DCA10100
Probeer nooit een stelmechanisme voor-
bij de maximum- of minimuminstelwaar-den te verdraaien.OPMERKING:Door geringe productie-afwijkingen zal het
totaal aantal klikken van een instelmecha-
nisme voor veerdemping niet altijd exact
met bovenstaande specificaties overeenko-
men; het werkelijke aantal klikken vormt
echter wel altijd het complete afstelbereik.
Voor een precieze afstelling is het aan te ra-
den het aantal klikken van elk veerdem-
pingsinstelmechanisme te controleren en
de specificaties dienovereenkomstig aan tepassen.
DAU14911
Afstellen van de schokdemperu-
nit Deze schokdemperunit is uitgerust met een
stelhefboom voor veervoorspanning en een
stelknop voor uitveerdemping.LET OP:
DCA10100
Probeer nooit een stelmechanisme voor-
bij de maximum- of minimuminstelwaar-den te verdraaien.
Veervoorspanning
Om zonder passagier te rijden, zet u de stel-
hefboom voor veervoorspanning in richting
(b). Om met passagier te rijden, zet u de
stelhefboom voor veervoorspanning in rich-
ting (a).Uitveerdemping
Draai om de uitveerdemping te verhogen en
zo de vering stugger te maken de stelknop
in de richting (a). Draai om de uitveerdem-
ping te verlagen en zo de vering zachter te
maken de stelknop in de richting (b).1. Stelhefboom veervoorspanning
1. Stelknop voor uitveerdemping
Afstelling uitveerdemping:
Minimum (zacht):
20 klik(ken) in de richting (b)*
Standaard:
12 klik(ken) in de richting (b)*
Maximum (hard):
3 klik(ken) in de richting (b)*
* Met de stelknop volledig gedraaid in
de richting (a)
U2D2D2D0.book Page 29 Thursday, October 11, 2007 9:25 AM
Page 44 of 102

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-30
3
WAARSCHUWING
DWA10220
Deze schokdemper is gevuld met stik-
stofgas onder hoge druk. Lees en be-
grijp de volgende informatie alvorens de
schokdemper te gebruiken. De fabrikant
kan niet aansprakelijk worden gesteld
voor schade aan eigendommen of voor
persoonlijk letsel als dit voortvloeit uit
verkeerd gebruik.
Probeer de gascilinder niet te ope-
nen en blijf er verder vanaf.
Stel de schokdemper niet bloot aan
open vuur of aan andere hittebron-
nen, anders kan deze door de op-
lopende druk exploderen.
Vervorm of beschadig de gascilin-
der op geen enkele wijze, de dem-
pende werking zal dan
achteruitgaan.
Laat onderhoud aan de schokdem-
per altijd uitvoeren door eenYamaha dealer.
DAU40501
Knop handvatverwarming Dit voertuig is uitgerust met handvatverwar-
ming, die alleen te gebruiken is als de motor
loopt.
Regel de temperatuur van de handvatten
met de knop handvatverwarming, die zich
bij het toebehorenvak bevindt.
De knop handvatverwarming is in te stellen
tussen de posities “LO” en “HI”. Draai de
knop in richting (a) om de temperatuur te
verhogen. Draai de knop in richting (b) om
de temperatuur te verlagen. Zet het
teken“” op de knop tegenover “OFF” om
de handvatverwarming uit te schakelen.
OPMERKING:Als het voertuig stilstaat of met zeer lage
snelheid rijdt (b.v. in een file), is de tempe-
ratuur van de handvatverwarming lager dantijdens rijden met hogere snelheden.LET OP:
DCA15520
Draag handschoenen wanneer u de
handvatverwarming gebruikt.
Als de omgevingstemperatuur 20
°C (68 °F) of meer bedraagt, zet de
knop handvatverwarming dan niet
in de stand “HI”.
Als het stuurhandvat of de gashen-
del versleten of beschadigd is, ge-
bruik de handvatverwarming dan
niet meer en vervang handvat enhendel.WAARSCHUWING
DWA14510
Draai niet aan de knop handvatverwar-ming terwijl het voertuig in beweging is.
1. Stand “LO” (laag)
2. Stand “OFF” (uit)
3.“”-merkteken
4. Knop handvatverwarming
5. Stand “HI” (hoog)
U2D2D2D0.book Page 30 Thursday, October 11, 2007 9:25 AM
Page 45 of 102

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-31
3
DAU15301
Zijstandaard De zijstandaard bevindt zich aan de linker-
zijde van het frame. Trek of druk de zijstan-
daard met uw voet omhoog of omlaag
terwijl u de machine rechtop houdt.OPMERKING:De ingebouwde sperschakelaar voor de zij-
standaard maakt deel uit van het startsper-
systeem, dat in bepaalde situaties de
werking van het ontstekingssysteem blok-
keert. (Zie hierna voor een nadere uitlegover het startspersysteem.)
WAARSCHUWING
DWA10240
Met de machine mag nooit worden gere-
den terwijl de zijstandaard omlaag staat
of niet behoorlijk kan worden opgetrok-
ken (of niet omhoog blijft), anders kan de
zijstandaard de grond raken en zo de be-
stuurder afleiden, waardoor de machine
mogelijk onbestuurbaar wordt. Het
Yamaha startspersysteem is ontworpen
om de bestuurder te helpen bij zijn ver-
antwoordelijkheid de zijstandaard op te
trekken alvorens weg te rijden. Contro-
leer dit systeem daarom regelmatig zo-
als hierna beschreven en laat het
repareren door een Yamaha dealer alsde werking niet naar behoren is.
DAU40522
Startspersysteem Het startspersysteem (waarvan de zijstan-
daardschakelaar en de remlichtschakelaars
deel uitmaken) heeft de volgende functies:
Het verhindert starten wanneer de zij-
standaard is opgetrokken, terwijl geen
der remmen is bekrachtigd.
Het verhindert starten wanneer een
der remmen is bekrachtigd, terwijl de
zijstandaard nog omlaag staat.
Het schakelt een draaiende motor af
zodra de zijstandaard omlaag bewo-
gen wordt.
Controleer de werking van het startspersys-
teem regelmatig, hanteer daarbij de volgen-
de werkwijze.WAARSCHUWING
DWA10260
Bij deze inspectie moet de machine
op de middenbok worden gezet.
Als zich een storing voordoet,
vraag dan alvorens te gaan rijden
een Yamaha dealer het systeem tecontroleren.
U2D2D2D0.book Page 31 Thursday, October 11, 2007 9:25 AM
Page 46 of 102

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-32
3
Met de motor uit:
1. Beweeg de zijstandaard omlaag.
2. Controleer of de noodstopschakelaar aanstaat.
3. Draai de sleutel naar aan.
4. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand.
5. Knijp de voor- of achterrem in en houd deze vast.
6. Druk op de startknop.
Start de motor?
Met de motor nog aan:
7. Beweeg de zijstandaard omhoog.
8. Knijp de voor- of achterrem in en houd deze vast.
9. Schakel de versnellingsbak in een versnellingsstand.
10. Beweeg de zijstandaard omlaag.
Slaat de motor af?
Als de motor is afgeslagen:
11. Beweeg de zijstandaard omhoog.
12. Laat de rem los.
13. Druk op de startknop.
Start de motor?
Het systeem is in orde. Het voertuig mag worden gebruikt.De vrijstandschakelaar, de remschakelaar of
het YCC-S-systeem is mogelijk defect.
Het voertuig mag niet worden gebruikt
voordat het is nagekeken door een Yamaha
dealer.
De sperschakelaar van de zijstandaard is
mogelijk defect.
Het voertuig mag niet worden gebruikt
voordat het is nagekeken door een Yamaha
dealer.
Mogelijk is een remschakelaar defect.
Het voertuig mag niet worden gebruikt
voordat het is nagekeken door een Yamaha
dealer.
NEE JA JA NEE JA NEE
U2D2D2D0.book Page 32 Thursday, October 11, 2007 9:25 AM
Page 47 of 102

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-33
3
DAU39651
Gelijkstroom aansluitcontact
voor accessoires Dit voertuig is uitgerust met een ge-
lijkstroom aansluitcontact in de accessoire-
box.
Een 12V-accessoire dat is aangesloten op
dit aansluitcontact, kan worden gebruikt
wanneer de sleutel in de stand “ON” staat,
maar mag alleen worden gebruikt wanneer
de motor draait.LET OP:
DCA15430
Het accessoire dat is aangesloten op het
gelijkstroom aansluitcontact voor ac-
cessoires moet niet worden gebruikt ter-
wijl de motor uit staat en de
stroomonttrekking mag niet meer bedra-
gen dan 30 W (2.5 A), anders raakt deaccu mogelijk ontladen.
Gebruiken van het gelijkstroom aansluit-
contact voor accessoires
1. Open het deksel van de accessoire-
box. (Zie pagina 3-25.)
2. Draai de sleutel naar “OFF”.
3. Verwijder het deksel van het aansluit-
contact.4. Plaats de stekker van het accessoire
in het aansluitcontact.
5. Draai de sleutel naar “ON” en start
daarna de motor. (Zie pagina 5-1.)
WAARSCHUWING
DWA14360
Om een elektrische schok of kortsluiting
te voorkomen, dient u te controleren of
de dop op het gelijkstroom aansluitcon-
tact is aangebracht als het contact nietwordt gebruikt.
1. Dop gelijkstroom aansluitcontact
1. Gelijkstroom aansluitcontact voor accessoi-
res
U2D2D2D0.book Page 33 Thursday, October 11, 2007 9:25 AM
Page 48 of 102
CONTROLES VOOR HET STARTEN
4-1
4
DAU15593
De eigenaar is verantwoordelijk voor de conditie van zijn of haar machine. Vitale onderdelen kunnen bijvoorbeeld bij blootstelling aan weer
en wind vrij snel en onverwachts achteruitgaan, ook als de machine niet wordt gebruikt. Eventuele schade, vloeistoflekkage of het weg-
vallen van de bandspanning kan ernstige gevolgen hebben. Het is daarom van belang om voorafgaand aan elke rit een visuele inspectie
uit te voeren en bovendien de volgende punten te controleren.OPMERKING:Voordat de machine wordt gebruikt moet telkens een korte algemene controle worden uitgevoerd. Zo’n inspectie neemt maar weinig tijdin beslag en de hiermee gegarandeerde veiligheid is die tijd alleszins waard.
WAARSCHUWING
DWA11150
Als een onderdeel uit de Controlelijst voor gebruik niet naar behoren werkt, laat het dan controleren en repareren alvorens demachine te gebruiken.U2D2D2D0.book Page 1 Thursday, October 11, 2007 9:25 AM