Page 25 of 174
7Klok ( 49), Weer-
gavegedeelte voor
buddyseatverwarming
SU
( 59), Weergavege-
deelte voor dimmen
display ( 49),
Weergavegedeelte voor
ESA
SU
( 74)
8 Kilometerteller ( 48)
323zAanduidingen
Page 26 of 174
Waarschuwings- en
controlelampen1Controlelamp richting-
aanwijzers, links
2 Controlelamp grootlicht
3 Controlelamp neutraal
4 Waarschuwingslamp
ABS
5 Controlelamp richting-
aanwijzers, rechts
6 Waarschuwings- en con-
trolelamp ASC (SU)
7 Waarschuwingslamp al-
gemeen
8 Remblokslijtage-indicator
Waarschuwingslamp
ABSIn enkele landen is een afwij-
kende weergave van de waar-
schuwingslamp ABS mogelijk.
Mogelijke landvarianten.Controlelamp
snelheidsregeling
SU
1 Controlelamp snelheids-
regeling
FunctieweergavenBenzinevoorraad
De kolom onder het
pompsymbool geeft
de resterende hoeveelheid
benzine aan.
Versnelling
Ingeschakelde versnel-
ling wordt weergegeven.
Als geen versnelling inge-
schakeld is, geeft de versnel-
lingsindicatie N aan, boven-
dien brandt de controlelamp
neutraalstand.
Koelvloeistoftemperatuur
De kolom onder het tem-
peratuursymbool geeft
de hoogte van de koelvloei-
stoftemperatuur aan.
324zAanduidingen
Page 27 of 174
ASC-ingreep (SU)
Waarschuwingslamp
ASC knippert snel.
De ASC heeft een instabiliteit
van het achterwiel herkend
en vermindert het koppel.
De waarschuwingslamp knip-
pert 1 seconde langer dan de
ASC-ingreep duurt. Daarmee
heeft de berijder ook na de
kritieke rijsituatie nog optische
informatie over de uitgevoer-
de regeling.
Algemene
waarschuwingenWeergave
Algemene waarschuwingen
worden door waarschuwings-
lampen of door teksten en
symbolen op het multifuncti-
oneel display weergegeven,
soms brandt bovendien de al-
gemene waarschuwingslamp
rood of geel. Als meerdere waarschuwingen aanwezig
zijn, worden alle betreffende
waarschuwingslampen en -
symbolen weergegeven.
325zAanduidingen
Page 28 of 174
Overzicht waarschuwingsindicaties
Weergave Betekenis
Brandt geelWaarschuwing
EWS
wordt weer-
gegeven. EWS actief ( 28)
Brandt geel Knippert Benzinereserve bereikt ( 28)
Brandt rood Temperatuur- weergave knip-
pert.Koelvloeistoftemperatuur te hoog.
( 28)
Brandt geel Wordt weergege- venMotorelektronica ( 29)
Knippert rood Wordt weergege- venMotoroliedruk te laag ( 29)
Wordt met waar-
schuwing
Oil
weergegeven Motoroliepeil te laag ( 30)
Brandt rood Wordt weergege- venAcculaadstroom onvoldoende
( 30)
Brandt Slijtagelimiet remblokken bereikt
( 30)
326zAanduidingen
Page 29 of 174
WeergaveBetekenis
Brandt geelWordt weergege-
ven Achterlicht defect ( 31)
Wordt weergege-
ven Koplamp defect ( 31)
Brandt geel Wordt weergege-
ven Lampen defect ( 31)
Knippert met
temperatuurweer-
gave Temperatuurwaarschuwing ( 32)
Wordt met de
melding
DWA
aangegeven DWA-accu (SU) zwak ( 32)
Brandt geel Wordt met de melding
DWA
aangegevenDWA-accu (SU) leeg ( 32)
327zAanduidingen
Page 30 of 174

EWS actiefWaarschuwingslamp al-
gemeen brandt geel.
Waarschuwing
EWS
wordt
weergegeven.
De gebruikte sleutel is niet
bevoegd als startsleutel of de
communicatie tussen sleutel
en motorelektronica heeft een
storing.
Reservesleutels van de ge-
bruikte startsleutel verwijde-
ren.
Reservesleutel gebruiken.
De defecte sleutel het best
bij een BMW Motorrad dea-
ler laten vervangen.
Benzinereserve bereikt Waarschuwingslamp al-
gemeen brandt geel.
Symbool brandstofreser-
ve knippert. Benzinegebrek kan tot
een overslaande ver-
branding en het onverwacht
afslaan van de motor leiden.
Een overslaande verbranding
kan de katalysator beschadi-
gen, het onverwacht afslaan
van de motor kan ongevallen
veroorzaken.
De benzinetank niet
leegrijden.
De verwachte actieradius
wordt weergegeven.
In de benzinetank bevindt
zich ten hoogste nog de re-
servevoorraad benzine. Reservehoeveelheid
4l
Tanken ( 85) Koelvloeistoftemperatuur te
hoog.
Waarschuwingslamp al-
gemeen brandt rood.
De temperatuurweergave
knippert.
Verder rijden met een
oververhitte motor kan
schade aan de motor veroor-
zaken.
Beslist de hieronder vermelde
punten in acht nemen.
De koelvloeistoftemperatuur is
te hoog.
Zo mogelijk de motor in
deellast laten draaien om
hem af te koelen.
In een file de motor uitscha-
kelen, echter het contact
aanlaten, zodat de koelven-
tilateur blijft werken.
Als de koelvloeistoftem-
peratuur vaker te hoog is,
de storing zo snel mogelijk
328zAanduidingen
Page 31 of 174

laten verhelpen door een
specialist, bij voorkeur een
BMW Motorrad dealer.
Motorelektronica Waarschuwingslamp al-
gemeen brandt geel.
Symbool motorelektroni-
ca wordt weergegeven.
De motor draait in de
noodloopfunctie. Moge-
lijk is slechts een verminderd
motorvermogen beschikbaar,
wat vooral bij inhaalmanoue-
vres tot gevaarlijke rijsituatie
kan leiden.
De rijstijl aan het mogelijk ver-
minderde motorvermogen
aanpassen.
De motorelektronica-
regeleenheid heeft een
storing opgemerkt. In
uitzonderingsgevallen
slaat de motor af en kan
niet meer worden gestart. Anders draait de motor in de
noodloopfunctie.
Verder rijden mogelijk, het
motorvermogen staat echter
niet zoals gewend ter be-
schikking.
Storingen zo snel mogelijk
door een specialist laten
verhelpen, bij voorkeur een
BMW Motorrad dealer.
Motoroliedruk te laag Algemene waarschu-
wingslamp knippert
rood.
Symbool motoroliedruk
wordt weergegeven.
De druk in het motoroliecir-
cuit is te laag. Als de waar-
schuwingslamp gaat branden
direct stoppen en de motor
uitzetten. De waarschuwing onvol-
doende motoroliedruk
heeft niet de functie van een oliepeilcontrole. Het correc-
te motoroliepeil kan alleen via
de oliepeilindicatie worden
gecontroleerd.
Een oorzaak voor de waar-
schuwing "Onvoldoende mo-
toroliedruk" kan een te laag
motoroliepeil zijn.
Motoroliepeil controleren
( 105)
Als het oliepeil te laag is: Motorolie bijvullen ( 107)
Bij de waarschuwing "Onvol-
doende motoroliedruk" on-
danks een correct motorolie-
peil: Naast een te laag motor-
oliepeil kunnen ook an-
dere problemen in de motor
de waarschuwing onvoldoen-
de motoroliedruk tot gevolg
hebben. Doorrijden kan in dit
geval tot motorschade leiden.
Als deze waarschuwing ver-
329zAanduidingen
Page 32 of 174

schijnt niet verder rijden, ook
bij een correct motoroliepeil.Niet verder rijden.
Storingen zo snel mogelijk
door een specialist laten
verhelpen, bij voorkeur een
BMW Motorrad dealer.
Motoroliepeil te laag Wordt met waarschu-
wing
Oil
weergegeven
De elektronische oliepeilsen-
sor heeft een te laag motor-
oliepeil geconstateerd.
Het juiste motoroliepeil kan
alleen worden vastgesteld
door een controle met de
oliepeilstaaf. Bij de volgende
tankstop:
Motoroliepeil controleren
( 105)
Als het oliepeil te laag is: Motorolie bijvullen ( 107) Als op het display de melding
"Oliepeil controleren" ver-
schijnt, hoewel met de olie-
peilstaaf een correct oliepeil
wordt gemeten, is mogelijker-
wijs de oliepeilsensor defect.
Neem contact op met een
specialist, bij voorkeur een
BMW Motorrad dealer.
Acculaadstroom
onvoldoende Waarschuwingslamp al-
gemeen brandt rood.
Symbool accu-
laadstroom wordt
weergegeven
Een ontladen accu kan
het onverwacht afslaan
van de motor en daarmee ge-
vaarlijke rijsituaties tot gevolg
hebben.
Storingen zo snel mogelijk
laten verhelpen. Als de accu niet meer
wordt opgeladen, kan
doorrijden tot het volledig ont-
laden en daardoor onherstel-
baar beschadigen van de ac-
cu leiden.
Indien mogelijk niet
doorrijden.
De accu wordt niet opgela-
den.
Verder rijden mogelijk tot de
accu leeg is. De motor kan
echter onverwacht afslaan
en de accu kan volledig ont-
laden en daardoor defect
raken.
Storingen zo snel mogelijk
door een specialist laten
verhelpen, bij voorkeur een
BMW Motorrad dealer.
Slijtagelimiet remblokken
bereikt Waarschuwingslamp
remblokslijtage brandt
330zAanduidingen