Page 89 of 174

Bandenspanningscon-
trole RDC
SU
WerkingIn elke band bevindt zich een
sensor die de temperatuur en
de spanning in de band meet
en deze informatie naar de
regeleenheid stuurt.
De sensoren zijn voorzien van
een centrifugaalkrachtregelaar
die het overbrengen van de
meetwaarden pas vanaf een
snelheid van circa 30 km/h
vrijgeeft. Voordat voor het
eerst de bandenspanning
wordt ontvangen, wordt op
het display voor elke band
--
weergegeven. Nadat de mo-
torfiets stilstaat worden de
meetwaarden nog geduren-
de circa 15 minuten door de
sensoren doorgegeven.
De regeleenheid kan vier
sensoren verwerken,
daardoor kunnen twee setswielen met RDC-sensoren
worden gebruikt. Als
een RDC-regeleenheid is
gemonteerd zonder dat
de wielen zijn voorzien
van sensoren, wordt een
storingsmelding gegeven.
Temperatuurcompensa-
tieDe bandenspanningen wor-
den op het multifunctioneel
display gecompenseerd voor
de temperatuur weergegeven,
ze gelden voor een banden-
temperatuur van 20 °C. Om-
dat de bandenspanningsme-
ters op het tankstations een
temperatuurafhankelijke ban-
denspanning weergeven, zal
deze in de meeste gevallen
niet overeenkomen met de op
het multifunctioneel display
weergegeven waarde.
BandenspanningsbereikDe RDC-regeleenheid maakt
onderscheidt tussen drie op
de motorfiets afgestemde
bandenspanningsbereiken:
Bandenspanning binnen de
toelaatbare tolerantie.
Bandenspanning in het
grensgebied van de
toelaatbare tolerantie.
Bandenspanning buiten de
toelaatbare tolerantie.Remsysteem
algemeenPasafdalingen
Indien bij pasafdalingen
uitsluitend achter wordt
geremd, bestaat het gevaar
van remkrachtverlies. Onder
extreme omstandigheden kan
dit tot onherstelbare schade
aan de remmen door overver-
hitting leiden.
Voor- en achterwielrem be-
587zRijden
Page 90 of 174

dienen en motorremwerking
gebruiken.Natte remmen
Na het wassen van de
motorfiets, na het rijden
door water of bij regen kun-
nen de remmen door vochtige
remschijven en remblokken
later aangrijpen.
Vroegtijdig remmen, tot de
remmen zijn opgedroogd of
drooggeremd.
Wegenzoutaanslag op de
remmen
Bij het rijden op wegen
waarop wegenzout is ge-
strooid, kunnen de remmen
later aangrijpen als geduren-
de langere tijd niet wordt ge-
remd.
Vroegtijdig remmen,
tot de zoutlaag op de remschijven en remblokken is
weggeremd.
Olie of vet op de remmen
Olie en vet op remschij-
ven en -blokken beïn-
vloeden de remwerking zeer
negatief.
Vooral na reparatie- en on-
derhoudswerkzaamheden er-
op letten dat remschijven en
remblokken vrij van olie en vet
zijn.
Vervuilde remmen
Bij het rijden op onver-
harde, stoffige of mod-
derige wegen kunnen de rem-
men door de vervuilde rem-
schijven en remblokken later
aangrijpen.
Vroeg remmen, tot de rem-
men zijn schoongeremd.
Remsysteem met
BMW Motorrad
Integral ABSGedeeltelijk integraal
remsysteemUw motorfiets is voorzien van
een gedeeltelijk integraal rem-
systeem. Bij dit remsysteem
worden met de remhendel de
voor- en achterrem bediend.
Het rempedaal werkt alleen
op de achterrem.
Het BMW Motorrad Integral
ABS past de remkrachtver-
deling tussen voor- en ach-
terwielrem tijdens de regeling
aan de belading van de mo-
torfiets aan.
Het doordraaien van het
achterwiel bij bediende
voorwielrem (burnout) wordt
door de Integralfunctie dui-
delijk bemoeilijkt. Als gevolg
hiervan kan schade aan de
588zRijden
Page 91 of 174

achterwielrem en aan de kop-
peling optreden.
Geen burnouts uitvoeren.Hoe werkt het ABS?De maximumremkracht die
op het wegdek kan worden
overgebracht is onder an-
dere afhankelijk van de wrij-
vingswaarde van het weg-
dekoppervlak. Grind, ijzel
en sneeuw, evenals een nat
wegdek, zorgen voor een
aanzienlijk slechtere wrijvings-
waarde dan een droge en
schone asfaltlaag. Hoe slech-
ter de wrijvingswaarde van
het wegdek, hoe langer de
remweg.
Als door een verhoging van
de remdruk door de berijder
de maximumremkracht op het
wegdek wordt overschreden,
dan beginnen de wielen te
blokkeren en gaat de rijsta-
biliteit verloren; een val kanhet gevolg zijn. Het ABS grijpt
echter in voordat deze situa-
tie zich kan voordoen en past
de remdruk aan de maximaal
mogelijke remvertraging aan,
zodat de wielen blijven draai-
en en de rijstabiliteit gehand-
haafd blijft, ongeacht de weg-
omstandigheden.
Wat gebeurt er bij
oneffenheden in het
wegdek?Door oneffenheden in het
wegdek kan kortstondig con-
tactverlies tussen band en
wegdek ontstaan en wordt
de overdraagbare remkracht
tot nul gereduceerd. Indien in
deze situatie wordt geremd,
moet het ABS de remdruk re-
duceren om de rijstabiliteit bij
het herstel van het contact
met het wegdek te garande-
ren. Op dit moment moet het
BMW Motorrad Integral ABSvan extreem lage wrijvings-
waarden uitgaan (grind, ijs,
sneeuw), zodat de wielen al-
tijd blijven draaien en hiermee
de rijstabiliteit is gegaran-
deerd. Na het herkennen van
de actuele omstandigheden
zorgt het systeem ervoor dat
de optimale remdruk wordt
geregeld.
Hoe kan het BMW
Motorrad Integral ABS
door de berijder worden
opgemerkt?Als het ABS-systeem van-
wege de hierboven beschre-
ven omstandigheden de rem-
kracht moet verminderen, dan
is dit door trillingen aan de
handremhendel voelbaar.
Bij het bedienen van de hand-
remhendel wordt via de Inte-
gralfunctie ook bij de achter-
wiel remdruk opgebouwd. Als
het voetrempedaal pas daar-
589zRijden
Page 92 of 174

na wordt bediend, dan is de
reeds opgebouwde remdruk
eerder als tegendruk merk-
baar dan wanneer het voet-
rempedaal vóór of gelijk met
de handremhendel wordt be-
diend.Hoe wordt de kortste
remweg bereikt?Bij het remmen verandert de
dynamische belastingverde-
ling tussen het voor- en het
achterwiel. Hoe krachtiger
wordt geremd, hoe zwaar-
der het voorwiel wordt belast.
Hoe hoger de belasting van
het wiel, des te hoger de rem-
kracht die kan worden over-
gedragen.
Om de kortste remweg te
bereiken moet de voorwiel-
rem vlot en met toenemende
kracht worden bediend. Daar-
door wordt de dynamische
belastingverhoging op hetvoorwiel optimaal benut. Te-
gelijkertijd moet ook de kop-
peling worden bediend. Bij
de vaak geïnstrueerde "Vol-
remming", waarbij de remdruk
zo snel mogelijk en met vol-
le kracht wordt opgebouwd,
kan de dynamische belasting-
verdeling de vertragingsop-
bouw niet volgen, zodat de
remkracht niet volledig op het
wegdek wordt overgebracht.
Om te zorgen dat het voor-
wiel niet blokkeert moet het
ABS ingrijpen en de remdruk
verlagen; hierdoor wordt de
remweg langer.
Omhoogkomen van het
achterwielBij een goede grip tussen
banden en wegdek blokkeert
het voorwiel pas laat of zelfs
helemaal niet als fors wordt
geremd. Zodoende hoeft het
ABS pas zeer laat of helemaal
niet in te grijpen. In deze si-
tuatie kan het achterwiel van
de grond loskomen, wat tot
het over de kop slaan van de
motorfiets kan leiden.
Sterk afremmen kan er-
toe leiden dat het ach-
terwiel van het wegdek los-
komt.
Bij het remmen er rekening
mee houden dat de ABS-re-
geling niet in alle gevallen kan
voorkomen dat het achterwiel
van de grond loskomt.
Voor welke doeleinden
is het BMW Motorrad
Integral ABS ontworpen?Het BMW Motorrad Integral
ABS waarborgt binnen de
grenzen van de natuurkun-
dige wetten de rijstabiliteit op
elke ondergrond. Het sys-
teem is niet ontworpen voor
speciale eisen zoals die gel-
590zRijden
Page 93 of 174

den voor wedstrijdgebruik in
het terrein of op het circuit.Bijzondere situatiesVoor het herkennen van de
blokkeerneiging worden o.a.
de toerentallen van het voor-
en achterwiel vergeleken. In-
dien over een langere periode
niet aannemelijke waarden
worden herkend, wordt om
veiligheidsredenen de ABS-
functie uitgeschakeld en een
ABS-storing weergegeven.
Voorwaarde voor een sto-
ringsmelding is een afgeslo-
ten zelfdiagnose.
Naast problemen aan het
BMW Motorrad Integral ABS
kunnen ook ongebruikelijke
rijsituaties tot een storings-
melding leiden.
Ongebruikelijke rijsituaties:Warmdraaien op de
midden- of hulpstandaard
met ingeschakelde neu- traalstand of ingeschakelde
versnelling.
Gedurende langere tijd rij-
den een door de motorrem-
werking blokkerend achter-
wiel, bijv. bij het heuvelaf-
waarts rijden in het terrein.
Indien vanwege een van de
hierboven beschreven rijsi-
tuaties een storingsmelding
ontstaat, kan de ABS-functie
door het uit- en inschakelen
van het contact weer worden
geactiveerd.
Welke rol speelt
regelmatig onderhoud?
Elk technisch systeem is
slechts zo goed als de
staat van onderhoud.
Om er zeker van te zijn, dat
het BMW Motorrad Integral
ABS optimaal onderhouden
is, moeten de voorgeschreven onderhoudsintervallen beslist
worden aangehouden.
VeiligheidsreservesHet BMW Motorrad Integral
ABS mag door het vertrouwen
op een kortere remweg, voor
de berijder geen aanleiding
zijn om risico's te nemen. Het
is in eerste instantie een vei-
ligheidsreserve voor noodsitu-
aties.
Wees voorzichtig in bochten!
Het remmen in een bocht is
onderworpen aan bijzondere
natuurkundige wetmatigheden
die ook het BMW Motorrad
Integral ABS niet buiten spel
kan zetten.
591zRijden
Page 94 of 174

Motorregeling met
BMW Motorrad ASC
SU
Hoe werkt het BMW
Motorrad ASC?Het BMW Motorrad ASC ver-
gelijkt de wielsnelheden van
het voor- en achterwiel. Uit
het snelheidsverschil worden
de slip en daarmee de stabi-
teitsreserves aan het achter-
wiel berekend. Als een be-
paalde sliplimiet wordt over-
schreden, wordt het motor-
koppel door de motorregeling
aangepast.Voor welke doeleinden is
het BMW Motorrad ASC
bestemd?Het BMW Motorrad ASC is
een hulpsysteem voor de be-
rijder en is voor gebruik op de
openbare weg ontworpen.
Vooral in het grensgebied
van de rijfysica heeft de be-rijder duidelijk invloed op de
regelmogelijkheden van het
ASC (gewichtsverplaatsing
in bochten, losse bagage).
Het systeem is niet ontwor-
pen voor speciale eisen zoals
die gelden voor wedstrijdge-
bruik in het terrein of op het
circuit. In deze gevallen kan
het BMW Motorrad ASC wor-
den uitgeschakeld.
Bijzondere situatiesBij toenemende scheefstand
wordt het acceleratievermo-
gen overeenkomstig de na-
tuurkundige wetten steeds
verder ingeperkt. Daardoor is
het mogelijk dat vanuit scher-
pe bochten vertraagd wordt
geaccelereerd.
Voor het herkennen van de
blokkeerneiging worden o.a.
de toerentallen van het voor-
en achterwiel vergeleken. In-
dien over een langere periodeniet aannemelijke waarden
worden herkend, wordt om
veiligheidsredenen de ASC-
functie uitgeschakeld en een
ASC-storing weergegeven.
Voorwaarde voor een sto-
ringsmelding is een afgeslo-
ten zelfdiagnose.
Bij de volgende bijzondere
rijomstandigheden is het mo-
gelijk dat de BMW Motorrad
ASC automatisch wordt uitge-
schakeld.
Ongebruikelijke rijsituaties:
Gedurende langere tijd op
het achterwiel rijden (whee-
lie).
Het achterwiel laten draaien
bij bediende voorwielrem
(burnout).
Warmdraaien op de
midden- of hulpstandaard
met ingeschakelde neu-
traalstand of ingeschakelde
versnelling.
592zRijden
Page 95 of 174
Door het contact uit- en in te
schakelen en vervolgens met
een snelheid van meer dan
10 km/h te rijden wordt de
ASC weer geactiveerd.
Als het voorwiel bij een ex-
treme acceleratie het contact
met de weg verliest, vermin-
dert de ASC het motorkoppel,
tot het voorwiel weer de weg
raakt.
BMW Motorrad raadt in dit
geval de gashendel iets terug
te draaien, om zo snel moge-
lijk weer een stabiele rijtoe-
stand te bereiken.
Op een gladde ondergrond
moet de gashendel nooit plot-
seling volledig worden terug-
gedraaid, zonder tegelijker-
tijd de koppeling te bedienen.
Het motorremkoppel kan tot
een blokkerend achterwiel en
hiermee tot een instabiele rij-
toestand leiden. Dit kan doorde BWM Motorrad ASC niet
gecontroleerd worden.
593zRijden
Page 96 of 174