Page 89 of 118

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-38
6
DC000102
LET OP:_ l
Zorg dat de accu altijd geladen
blijft. Door een accu in ontladen
toestand weg te bergen kan perma-
nente accuschade ontstaan.
l
Om een permanent-dichte accu
(onderhoudsvrij type) te laden, is
een speciale acculader (met con-
stante laadspanning) vereist. Bij
gebruik van een conventionele ac-
culader raakt de accu beschadigd.
Wanneer u niet beschikt over een
speciale acculader voor perma-
nent-dichte accu’s (onderhoudsvrij
type), vraag dan een Yamaha dealer
uw accu op te laden.
_
DAU01754
Zekeringen vervangen Het zekeringenkastje bevindt zich onder
het rijderzadel. (Zie pagina 3-13 voor in-
structies over verwijderen en aanbrengen
van het rijderzadel.)
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.
1. Draai de contactsleutel naar “OFF” en
schakel het betreffende elektrische
circuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering aan
met de voorgeschreven ampèrewaar-
de.1. Koplampzekering
2. Zekering radiatorkoelvin
3. Zekering ontstekingssysteem
4. Zekering signaleringssysteem
5. Zekering kilometerteller
6. Reservezekering (´ 3)
1. Hoofdzekering
2. ReservehoofdzekeringVoorgeschreven zekeringen:
Hoofdzekering: 30 A
Koplampzekering: 20 A
Zekering signaleringssysteem: 15 A
Zekering radiatorkoelvin: 7,5 A
Zekering ontstekingssysteem: 15 A
Zekering kilometerteller: 7,5 A
D_5mt.book Page 38 Tuesday, September 12, 2000 5:03 PM
Page 90 of 118

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-39
6
DC000103
LET OP:_ Gebruik geen zekering met een hoger
ampèrage dan is voorgeschreven, om
ernstige schade aan het elektrisch sys-
teem en mogelijk brandgevaar te vermij-
den. _3. Draai de contactsleutel in “ON” en
schakel het betreffende elektrische
circuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te testen.
DAU01822
Koplampgloeilamp vervangen De koplamp op deze motorfiets heeft een
halogeen gloeilamp. Vervang de koplamp-
gloeilamp als volgt als deze is doorgebrand.1. Verwijder het paneel C. (Zie pagina 6-8
voor het verwijderen en aanbrengen
van het paneel).2. Maak de koplampstekker los en ver-
wijder dan de kap over de koplamp-
gloeilamp.3. Haak de gloeilamphouder los en ver-
wijder dan de defecte gloeilamp.
DW000119
WAARSCHUWING
_ Koplampgloeilampen worden zeer heet.
Houd daarom brandbare producten uit
de buurt van een koplampgloeilamp en
raak het lampglas niet aan zolang dit
niet is afgekoeld. _4. Breng een nieuwe gloeilamp aan en
zet deze dan vast met de gloeilamp-
houder.
1. Stekker koplampbedrading
2. Kap van koplampgloeilamp
1. Gloeilamphouder
D_5mt.book Page 39 Tuesday, September 12, 2000 5:03 PM
Page 91 of 118

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-40
6
DC000104
LET OP:_ Pas op en zorg dat de volgende onder-
delen niet worden beschadigd:l
Koplampgloeilamp
Raak het glas van de koplampgloeilamp
niet aan zodat dit vetvrij blijft, anders
kan de doorzichtigheid van het glas, de
lichtintensiteit en de levensduur nadelig
worden beïnvloed. Wrijf eventuele ver-
ontreinigingen en vingerafdrukken op
het gloeilampglas weg met een doekje
gedrenkt in alcohol of thinner.
l
Koplamplens
• Plak geen kleurfolie of stickers
op de koplamplens.
• Gebruik geen koplampgloeilamp
met een hoger wattage dan is
voorgeschreven.
_5. Breng de gloeilampkap aan en sluit
dan de stekker aan.
6. Monteer het paneel.
7. Vraag zo nodig een Yamaha dealer de
koplamplichtbundel af te stellen.
DAU03730
Remlicht/achterlicht Deze motorfiets is uitgerust met een LED
type remlicht/achterlicht.
Als het remlicht/achterlicht niet gaat bran-
den, vraag dan een Yamaha dealer het
elektrisch circuit te testen.
DAU03497
Gloeilamp in richtingaanwijzer
vervangen 1. Verwijder de lamplens van de richtin-
gaanwijzer door de schroeven los te
halen.
2. Verwijder de defecte gloeilamp door
deze in te drukken en linksom te
draaien.
3. Breng een nieuwe gloeilamp aan in de
fitting, druk de lamp aan en draai
rechtsom tot hij stuit.
4. Monteer de lamplens door de schroef
aan te brengen.
DCA00065
LET OP:_ Zet de schroef niet overdreven strak
vast, anders kan de lamplens breken. _1. Schroef
D_5mt.book Page 40 Tuesday, September 12, 2000 5:03 PM
Page 92 of 118

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-41
6
DAU01579
Ondersteunen van de motorfiets Dit model is niet voorzien van een midden-
bok, neem daarom de volgende voorzorgs-
maatregelen in acht bij het verwijderen van
het voor- en achterwiel of bij het uitvoeren
van ander onderhoud waarbij de motorfiets
rechtop moet staan. Controleer of de mo-
torfiets stabiel en horizontaal staat alvorens
onderhoud te verrichten. Onder het motor-
blok kan een stevige houten kist gezet wor-
den voor extra stabiliteit.
Onderhoud aan het voorwiel
1. Stabiliseer de achterzijde van de mo-
torfiets met een motorstandaard of, als
geen andere standaard voorhanden
is, door een krik te plaatsen onder het
frame aan de voorzijde van het achter-
wiel.
2. Breng het voorwiel los van de grond
met gebruik van een motorfietsstan-
daard.Verwijderen van het achterwiel
Breng het achterwiel los van de grond met
een motorfietsstandaard of, als deze niet
voorhanden is, door een krik te plaatsen
onder beide zijden van het frame aan de
voorzijde van het achterwiel, of onder beide
uiteinden van de swingarm.
DAU01617
Voorwiel Verwijderen van het voorwiel
DW000122
WAARSCHUWING
_ l
Het is aan te bevelen om onder-
houd aan het wiel uit te laten voe-
ren door een Yamaha dealer.
l
Zorg dat de motorfiets veilig wordt
ondersteund, zodat er geen risico
is op omvallen.
_1. Draai de klembout op de voorwielas
los en verwijder dan de remklauwbou-
ten.
2. Draai de wielas los met een 19-mm
zeskantsleutel.1. Wielas
2. Klembout voorwielas
D_5mt.book Page 41 Tuesday, September 12, 2000 5:03 PM
Page 93 of 118

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-42
6
3. Licht het voorwiel van de grond vol-
gens de werkwijze op pagina 6-41.
4. Verwijder de remslanghouders door
de bouten los te halen.
5. Verwijder de remklauwen door de
bouten los te halen.
6. Trek de wielas uit en verwijder dan het
wiel.
DCA00046
LET OP:_ Bekrachtig de rem niet terwijl de rem-
klauwen zijn losgehaald, anders worden
de remblokken tegen elkaar vastge-
klemd. _
DAU01638
Aanbrengen van het voorwiel
1. Breng het wiel omhoog tussen de
vorkpoten.
2. Steek de wielas naar binnen.
3. Laat het voorwiel zakken zodat dit op
de grond rust.
4. Duw het stuur enkele malen stevig op
en neer om te controleren of de voor-
vork correct werkt.
5. Monteer de remklauwen door de bou-
ten aan te brengen.OPMERKING:_ Kijk of er voldoende afstand tussen de rem-
blokken is voordat de remklauwen over de
remschijven worden gemonteerd. _6. Monteer de remslanghouders door de
bouten aan te brengen.
7. Breng de voorwielasklembout aan en
zet dan de wielas, de klembout en de
remklauwbouten vast met het voorge-
schreven aanhaalmoment.
1. Bout (´ 3)
2. Remslanghouder
3. Voorremklauw
Aanhaalmomenten:
Wielas:
72 Nm (7,2 m·kg)
Klembout voorwielas:
20 Nm (2,0 m·kg)
Remklauwbout:
40 Nm (4,0 m·kg)
D_5mt.book Page 42 Tuesday, September 12, 2000 5:03 PM
Page 94 of 118

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-43
6
DAU03537
Achterwiel Verwijderen van het achterwiel
DW000122
WAARSCHUWING
_ l
Het is aan te bevelen om onder-
houd aan het wiel uit te laten voe-
ren door een Yamaha dealer.
l
Zorg dat de motorfiets veilig wordt
ondersteund, zodat er geen risico
is op omvallen.
_1. Draai de wielasmoer en de remklauw-
bouten los.
2. Licht het achterwiel van de grond vol-
gens de werkwijze op pagina 6-41.3. Verwijder de wielasmoer en haal dan
de remklauw los door de bouten te
verwijderen.
4. Draai de borgmoer los aan beide zij-
den van de swingarm.
5. Draai de stelbouten voor de aandrijf-
ketting helemaal richting
a.6. Druk het wiel naar voren en haal dan
de aandrijfketting van het achtertand-
wiel.
OPMERKING:_ De aandrijfketting hoeft niet te worden ge-
demonteerd om het achterwiel te verwijde-
ren en aan te brengen. _7. Trek de wielas uit en verwijder dan het
wiel.
DCA00048
LET OP:_ Bekrachtig de rem niet terwijl het wiel
samen met de remschijf is verwijderd,
anders worden de remblokken tegen el-
kaar vastgeklemd. _
1. Wielasmoer
2. Stelbout spanning aandrijfketting
3. Borgmoer
1. Bout (´ 2)
2. Achterremklauw
D_5mt.book Page 43 Tuesday, September 12, 2000 5:03 PM
Page 95 of 118

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-44
6
DAU03538
Aanbrengen van het achterwiel
1. Monteer het wiel door de wielas vanaf
de linkerzijde in te steken.
2. Breng de aandrijfketting aan over het
achtertandwiel en stel dan de aandrijf-
ketting strak. (Zie pagina 6-31 voor de
werkwijze bij spannen van de aandrijf-
ketting.)
3. Breng de wielasmoer aan en laat het
achterwiel dan zakken zodat dit op de
grond rust.
4. Monteer de remklauw door de bouten
aan te brengen.OPMERKING:_ Kijk of er voldoende afstand tussen de rem-
blokken is voordat de remklauw over de
remschijf wordt gemonteerd. _5. Zet de wielasmoer en de remklauw-
bouten vast met de voorgeschreven
aanhaalmomenten.
DAU03087
Storingzoeken Yamaha motorfietsen ondergaan een gron-
dige inspectie voordat ze vanaf de fabriek
op transport gaan, maar tijdens gebruik
kunnen toch storingen optreden. Proble-
men in de brandstof-, compressie- of ont-
stekingssystemen kunnen bijvoorbeeld de
oorzaak zijn van slecht starten of een afna-
me in motorvermogen.
In de volgende storingzoekschema’s is een
snelle en gemakkelijke werkwijze weerge-
geven om deze vitale systemen zelf te kun-
nen controleren. Ga met uw motorfiets
echter wel naar een Yamaha dealer als re-
paraties nodig zijn, hier zijn vakkundige
monteurs aanwezig die beschikken over
het benodigde gereedschap en de ervaring
en vakkennis om het nodige onderhoud
aan de machine correct te verrichten.
Gebruik uitsluitend originele Yamaha ver-
vangingsonderdelen. Niet-originele onder-
delen lijken misschien op Yamaha
onderdelen maar zijn toch vaak van minde-
re kwaliteit en hebben een kortere levens-
duur, zodat dan later mogelijk toch dure
reparaties nodig zijn. Aanhaalmomenten:
Wielasmoer:
150 Nm (15,0 m·kg)
Remklauwbout:
40 Nm (4,0 m·kg)
D_5mt.book Page 44 Tuesday, September 12, 2000 5:03 PM
Page 96 of 118

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-45
6
DAU02990
Storingzoekschema’s Startproblemen of slechte werking van de motor
DW000125
WAARSCHUWING
_ Houd open vuur uit de buurt en rook niet terwijl het brandstofsysteem wordt getest of hieraan wordt gewerkt. _
2. Compressie
3. Ontbranding
4. Accu1. BrandstofControleer het brandstofpeil
in de benzinetank.Voldoende benzine.
Te weinig benzine.Controleer de compressie.
Benzine bijvullen. De motor start niet: Controleer de compressie.
Laat de motor ronddraaien
met de startmotor.Er is compressie.
Er is geen compressie.Controleer de ontsteking.
Verzoek een Yamaha dealer om inspectie.
Verwijder de bougies en
controleer de elektroden.Nat
DroogVeeg de bougies schoon met een droge doek en stel
de elektrodenafstand bij of vervang de bougies.
Verzoek een Yamaha dealer om inspectie.Draai de gasgreep half open en
start de motor.
De motor start niet:
Controleer de accu.
Laat de motor ronddraaien
met de startmotor.De motor draait snel rond.
De motor draait
langzaam rond.De accu is in orde.
Controleer de accuklemmen en laad
indien nodig de accu op.
De motor start niet:
Verzoek een Yamaha
dealer om inspectie.
D_5mt.book Page 45 Tuesday, September 12, 2000 5:03 PM