Page 17 of 87

FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
3-3
3
DAU00138
Motorstop-schakelaar
De motorstop-schakelaar is een veilig-
heids-schakelaar voor gebruik onder
noodomstandigheden, zoals wanneer de
motorfiets is omgevallen of bij problemen
met de gasklep. Draai de schakelaar naar
“ ” als u de motor wilt starten. In noodge-
vallen draait u de schakelaar naar “ ”.
DAU00134
Lichtschakelaar
Door de lichtschakelaar naar “ ” te
draaien zal het dimlicht, de meterverlichting
en de achterverlichting ingeschakeld wor-
den. Door de lichtschakelaar naar “ ” te
draaien zal de koplamp ook ingeschakeld
worden.
DAU00143
Startschakelaar “ ”
Als u de startschakelaar indrukt zal de start-
motor de motor doen ronddraaien.
DC000005
LET OP:@ Zie, alvorens de motor te starten, de pa-
ragraaf met aanwijzingen over het star-
ten. @
DAU00149
Brandstof (reserve)-schakelaar “FUEL”
Laat deze schakelaar normaal op “ON”
staan, als u rijdt. Als u tijdens het rijden zon-
der benzine komt, draait u de schakelaar
naar “RES”. Stop bij het eerstkomende
benzinestation om bij te tanken en zet daar-
na de schakelaar weer op “ON”.OPMERKING:@ Als de hendel naar reserve “RES” wordt ge-
draaid, blijft er ongeveer 2,5 L benzine in de
tank over. @
DAU00152
KoppelingshendelDe koppelingshendel is bevestigd aan het
linkerhandvat van het stuur, en het ontste-
kingsblokkeersysteem is ingebouwd in het
koppelingshendel-handvat. Om te ontkop-
pelen, trekt u de koppelingshendel in. Om
de koppeling weer te laten opkomen laat u
de koppelingshendel weer langzaam van
het stuur weg gaan. Voor een soepele be-
diening is het het beste om de koppe-
lingshendel snel in te trekken en langzaam
te laten opkomen. (Zie de paragraaf met de
aanwijzingen over het starten, voor een be-
schrijving van het circuit van het ontste-
kingsblokkeersysteem).
1. Motorstop-schakelaar
2. Lichtschakelaar
3. Startschakelaar “ ”
4. Brandstof (reserve)-schakelaar “FUEL”
1. Koppelingshendel
D_3bt_Functions.fm Page 3 Friday, July 2, 1999 11:52 AM
Page 18 of 87
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
3-4
3
DAU00157
VersnellingspedaalDeze motorfiets is uitgerust met een 5-ver-
snellingsbak met konstante aangrijping.
Het versnellingspedaal bevindt zich links
van het motorblok. Schakel nooit op of te-
rug, zonder de koppeling te gebruiken.
DAU00158
VoorremhendelDe voorremhendel is bevestigd aan het
rechterhandvat van het stuur. Trek de hen-
del in om te remmen.
DAU00162
AchterrempedaalHet achterrempedaal bevindt zich rechts
van het motorblok. Trap het pedaal in om te
remmen.
1. Versnellingspedaal
1. Voorremhendel
1. Achterrempedaal
D_3bt_Functions.fm Page 4 Friday, July 2, 1999 11:52 AM
Page 19 of 87

FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
3-5
3
DAU00167
BenzinetankdopOpenen
Steek de sleutel in het sleutelgat en draai
deze 1/4 slag rechtsom. De dop is nu van
het slot gehaald en kan verwijderd worden.
Sluiten
Plaats de benzinetankdop weer op de juiste
plaats, met de sleutel er nog steeds inge-
stoken. Draai de sleutel linksom en verwij-
der deze.
OPMERKING:@ De benzinetankdop kan niet op de tank ge-
draaid worden als de sleutel niet in het sleu-
telgat steekt. Als de benzinetankdop niet
goed is gesloten, kan de sleutel er niet uit
verwijderd worden. @
DW000023
WAARSCHUWING
@ Kontroleer altijd of de benzinetankdop
goed op de bezinetank zit, alvorens weg
te rijden. @
DAU01183
BenzineKontroleer of er zich voldoende benzine in
de benzinetank bevindt. Vul de brandstof-
tank tot onderaan de vulhals, zoals in de af-
beelding aangegeven.
DW000130
WAARSCHUWING
@ Zorg dat de benzinetank niet al te vol is.
Let tevens op dat er geen benzine op
een heet motorblok wordt gemorst. Vul
de tank nooit verder dan tot onderaan de
vulhals, anders bestaat de kans dat de
benzinetank overloopt, als de benzine
door verwarming uitzet. @
1. Openen
1. Vulslang
2. Brandstofpeil
D_3bt_Functions.fm Page 5 Friday, July 2, 1999 11:52 AM
Page 20 of 87

FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
3-6
3
DAU00185
LET OP:@ Als er benzine wordt gemorst, veeg deze
dan onmiddellijk weg met een droge,
zachte doek. Benzine kan geverfde op-
pervlakken en plastic afwerking aantas-
ten. @
DAU00191
OPMERKING:@ Als de motor klopt of pingelt, probeer dan
een verschillend merk benzine of benzine
met een hoger oktaangehalte. @
DAU02976
Chokeknop (choke) “ ”Het starten van een koude motor vereist
een rijker mengsel (meer benzine/minder
lucht). Een gescheiden choke-startcircuit
zorgt voor de toevoer van dit verrijkte
mengsel.
Draai in de
a richting om de choke in te
schakelen (choke).
Draai in de
b richting om de choke uit te
schakelen (choke).
DAU02934
StuurslotHet stuur op slot zetten
Draai het stuur helemaal naar rechts en
open het dekseltje van het stuurslot.
Steek de sleutel in het slot en draai deze
een 1/8 slag naar links. Druk vervolgens de
sleutel in terwijl u het stuur iets terug naar
links draait en draai de sleutel nu 1/8 slag
rechtsom.
Controleer of het stuur vergrendeld is, trek
de sleutel uit het slot en plaats het dekseltje
terug over het slot.
Het stuur van het slot halen
Steek de sleutel in het slot, druk hem in en
draai hem een 1/8 slag naar links zodat hij
omhoogkomt. Dan is het stuur ontgrendeld
en kunt u de sleutel verwijderen. Aanbevolen brandstof:
Normale, loodvrije benzine met een
oktaangehalte van 91 ron of hoger
(oktaangehalte zoals door onderzoek
bepaald).
Inhoud benzinetank:
Totaal:
13,5 L
Reserve:
2,5 L
1. Chokeknop (choke) “ ”
1. Stuurslot
D_3bt_Functions.fm Page 6 Friday, July 2, 1999 11:52 AM
Page 21 of 87
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
3-7
3
DAU02940
ZadelAchterzadel
Voor het verwijderenSteekt u de sleutel in het slot en draait u
deze rechtsom.Voor het weer aanbrengen
Dient u te zorgen dat het uitsteeksel aan de
achterkant in de daarvoor bestemde uitspa-
ring in het frame past. Vervolgens duwt u
het zadel op zijn plaats.Voorzadel
Voor het verwijderen
Verwijdert u eerst het achterzadel en dan
de twee voorzadelbouten.
1. Zadelslot
2. Openen
1. Uitsteeksel
2. Houder
1. Bout (´ 2)
D_3bt_Functions.fm Page 7 Friday, July 2, 1999 11:52 AM
Page 22 of 87
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
3-8
3
Voor het weer aanbrengenDient u te zorgen dat de uitsteeksels aan de
voorkant van het zadel in de daarvoor be-
stemde uitsparingen van het frame passen
en dan draait u de bouten aan. Vervolgens
kunt u ook het achterzadel weer aanbren-
gen.OPMERKING:@ Kontroleer, alvorens te gaan rijden, of het
zadel goed vast zit. @
DAU00260
HelmhouderOm de helmhouder te openen, steekt u de
sleutel in het slot en draait u deze in de aan-
gegeven richting. Om de helmhouder te
sluiten, drukt u deze weer terug naar de
normale stand.
DW000030
WAARSCHUWING
@ Ga nooit rijden terwijl er zich een helm in
de helmhouder bevindt. De helm zou er-
gens tegenaan kunnen stoten, waardoor
u uw evenwicht zou kunnen verliezen
met als gevolg een ongeluk. @
1. Houder (´ 2)
2. Uitsteeksel (´ 2)
1. Openen
D_3bt_Functions.fm Page 8 Friday, July 2, 1999 11:52 AM
Page 23 of 87

FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
3-9
3
DAU00300
Afstelling van de
achterschokbrekerElke schokbreker is uitgerust met een af-
stelring voor de voorbelasting. Stel de voor-
belasting als volgt in. Draai de afstelring in
de
a richting om de voorbelasting te verho-
gen en draai de afstelring in de
b richting
om de voorbelasting te verlagen. Zorg dat
de juiste inkeping in de instelring recht te-
genover de positiemarkering op de achter-
schokbreker staat.
CI-15D
DW000040
WAARSCHUWING
@ Stel de twee schokbrekers altijd hetzelf-
de af. Als de schokbrekers verschillend
zijn afgesteld, zal dit leiden tot moeilijker
bediening van de motorfiets en verlies
aan wegligging. @
DAU00330
ZijstandaardDit model is uitgerust met een onderbre-
kingscircuit voor de onsteking. Rijd nooit
met de motorfiets terwijl de zijstandaard is
uitgeklapt. De zijstandaard bevindt zich aan
de linkerkant. (Zie blz. 5-1 voor een uitleg
van dit onderbrekingscircuit).
DW000044
WAARSCHUWING
@ Rijd nooit met deze motorfiets terwijl de
zijstandaard is uitgeklapt. Als de zijstan-
daard niet volledig is opgeklapt, kan het
gebeuren dat deze de grond raakt waar-
door u uw balans zou kunnen verliezen
met als gevolg een zeer ernstig ongeluk.
Yamaha heeft in deze motorfiets een on-
derbrekingscircuit voor de ontsteking
ingebouwd om ongelukken door een
niet goed ingeklapte zijstandaard te ver-
mijden. Voer de hieronder beschreven
procedure regelmatig uit, om te kontro-
leren of het onderbrekingscircuit juist
funktioneert. Mocht er iets mis zijn met
het onderbrekingscircuit, raadpleeg dan
onmiddellijk een Yamaha dealer. @
1. Veervoorbelastings-instelring
2. Positie-indicator
Zacht Standaard Stug
Stand
afsteller1 2 345
D_3bt_Functions.fm Page 9 Friday, July 2, 1999 11:52 AM
Page 24 of 87
FUNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
3-10
3
DAU00331
Kontrole van de zijstandaard/
koppelings-
onderbrekingsschakelaarKontroleer, aan de hand van de onder-
staande informatie, de zijstandaard-onder-
brekingsschakelaar en de koppelings-
onderbrekingsschakelaar op een juiste
werking.CD-11D
CD-11D
DW000045
WAARSCHUWING
@ Mocht er iets mis zijn met het onderbre-
kingscircuit, raadpleeg dan onmiddellijk
een Yamaha dealer. @
DRAAI DE KONTAKTSLOT-SCHAKE-
LAAR NAAR “ON” EN DE
MOTORSTOPSCHAKELAAR NAAR
“”.ER IS EEN VERSNELLING INGE-
SCHAKELD EN DE ZIJSTANDAARD IS
OPGEKLAPT.TREK DE KOPPELINGSHENDEL IN
EN DRUK OP DE
STARTSCHAKELAAR.DE MOTOR START.
DE MOTOR SLAAT AF.KLAP DE ZIJSTANDAARD UIT.DE KOPPELING-ONDERBREKINGS-
SCHAKELAAR IS IN ORDE.DE ZIJSTANDAARD-ONDERBRE-
KINGSSCHAKELAAR IS IN ORDE.
D_3bt_Functions.fm Page 10 Friday, July 2, 1999 11:52 AM