bandenspanning dooft en er wordt
een voltooiingsmelding weergegeven
op het multi-informatiedisplay.
Als het wijzigen na ongeveer
4 minuten niet is voltooid, wordt er
een melding weergegeven die
aangeeft dat het wijzigen niet kon
worden voltooid.
Controleer welke wielenset is
gemonteerd en voer de
wijzigingsprocedure nogmaals vanaf
het begin uit.
A“Setting Pressure Wait a
Moment” (Spanning wordt ingesteld,
even geduld a.u.b.)
10. Als de voorgeschreven
bandenspanning van de gemonteerde
wielenset verschilt van die van de
vorige set, moet de procedure voor
het instellen van de bandenspanning
van het
bandenspanningswaarschuwingssysteem
worden uitgevoerd.
Als de voorgeschreven
bandenspanning hetzelfde is, hoeft de
procedure voor het instellen van de
bandenspanning niet te worden
uitgevoerd.
11. Registreer de positie van elk wiel.
7.3.6 Vervangen van een band
Leg de benodigde gereedschappen en
een krik klaar als u banden zelf gaat
vervangen.
Deze auto is voorzien van wielbouten.
Als u banden gebruikt waarmee de auto af
fabriek was uitgerust, dan moeten
speciale originele Toyota-wielbouten
worden gebruikt.
Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige als het
vervangen van de band moeilijk gaat.
Voor het opkrikken van de auto
• Breng de auto tot stilstand op een
veilige plaats en een stevige, vlakke
ondergrond.
• Activeer de parkeerrem.
• Selecteer stand P.
• Schakel de inbraaksensor en
hellingsensor uit (indien aanwezig)
(→blz. 61)
• Zet het EV-systeem uit.
• Auto's met elektrisch bedienbare
achterklep: Schakel de elektrisch
bedienbare achterklep uit.
(→Blz. 161)
Gereedschap
Uw auto is voorzien van een
bandenreparatieset. Daarom is uw auto
niet uitgerust met de onderstaande
gereedschappen voor het vervangen van
een band. U kunt deze aanschaffen bij
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
• Krik
• Krikslinger
• Geleidepen
• Wielmoerdop
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
418
of professioneel bergingsbedrijf, en
daarbij gebruik te maken van een
lepelwagen of een autoambulance.
Gebruik een stevige sleepkabel en neem
de wettelijke voorschriften in acht.
Situaties waarbij het niet mogelijk is
om door een ander voertuig te worden
gesleept
In de volgende gevallen kan de auto niet
door een andere auto worden gesleept
met behulp van kabels of kettingen,
doordat de voorwielen mogelijk worden
geblokkeerd door de parkeerblokkering.
Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur,
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige of een
professioneel bergingsbedrijf.
• Er is een storing aanwezig in de
schakelregeling. (→Blz. 200, blz. 454)
• Er is een storing aanwezig in de
startblokkering. (→Blz. 58)
• Er is een storing aanwezig in het
Smart entry-systeem met startknop.
(→Blz. 468)
• De 12V-accu is ontladen. (→Blz. 469)
Omstandigheden waaronder u vóór het
slepen contact dient op te nemen met
de dealer
Het volgende kan duiden op een
probleem in de transmissie. Neem vóór
het slepen contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur,
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige of een
professioneel bergingsbedrijf.
• De waarschuwingsmelding voor het
EV-systeem wordt weergegeven op
het multi-informatiedisplay en de
auto komt niet in beweging.
• De auto maakt een abnormaal geluid.Slepen met een lepelwagen
Aan de voorzijde (2WD-uitvoeringen)
Deactiveer de parkeerrem.
Schakel de automatische modus uit.
(→Blz. 209)
Aan de voorzijde (AWD-uitvoeringen)
Gebruik een dolly onder de achterwielen.
Aan de achterzijde
Gebruik een dolly onder de voorwielen.
8.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
438
8.2.3 Als een waarschuwingslampje gaat branden of een
waarschuwingszoemer klinkt
Voer op rustige wijze onderstaande handelingen uit als een van de waarschuwingslampjes
gaat branden of knipperen. Als een van de lampjes gaat branden of knipperen en daarna
weer uitgaat, is er niet noodzakelijkerwijs een defect in het systeem aanwezig. Als deze
situatie echter blijft voortduren, laat dan uw auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Acties behorende bij de waarschuwingslampjes of -zoemers
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) remsysteem
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Rood)Geeft het volgende aan:
■Het remvloeistofniveau is te laag; of
■Er zit een storing in het remsysteem
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot
stilstand en neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Doorrijden met de auto kan gevaarlijk zijn.
Waarschuwingslampje remsysteem
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Geel)Geeft aan dat er een storing is in:
■Het regeneratieve remsysteem;
■Het elektronisch geregelde remsysteem; of
■Het parkeerremsysteem
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Laadstroomcontrolelampje*
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het laadsysteem
van de auto
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stil-
stand en neem contact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwali-
ficeerde en uitgeruste deskundige.
*Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay en er wordt een melding weergegeven.
8.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
442
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) SRS
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
■Het SRS-airbagsysteem; of
■Het gordelspannersysteem
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje ABS
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
■Het ABS; of
■Het Brake Assist-systeem
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje onjuiste bediening pedaal*(waarschuwingszoemer)
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Wanneer er een zoemer klinkt:
Geeft aan dat er een storing is in:
■Het Brake Override-systeem;
■De wegrijregeling
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Geeft aan dat de schakelstand is gewijzigd en de
wegrijregeling is geactiveerd terwijl het gaspedaal werd
ingetrapt.
Laat het gaspedaal even los.
Wanneer er geen zoemer klinkt:
Geeft aan dat het gaspedaal en rempedaal gelijktijdig worden
ingetrapt en het Brake Override-systeem in werking is.
Laat het gaspedaal los en trap het rempedaal in.
*Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay en er wordt een melding weergegeven.
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) elektrische stuurbekrachtiging
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Rood)
of
(Geel)Geeft aan dat er een storing is in de elektrische stuurbekrach-
tiging (EPS)
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
8.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
443
8
Bij problemen
Waarschuwingslampje lage bandenspanning
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Als het lampje gaat branden nadat het gedurende ongeveer
1 minuut geknipperd heeft (er klinkt geen zoemer):
Storing in het bandenspanningswaarschuwingssysteem
Laat het systeem nakijken door een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
Als het lampje gaat branden (er klinkt een zoemer):
Lage bandenspanning door een natuurlijke oorzaak
Controleer de bandenspanning voor iedere band nadat de
banden voldoende zijn afgekoeld en breng de banden op de
voorgeschreven spanning. (→Blz. 442)
Lage bandenspanning door een lekke band
Breng onmiddellijk de auto op een veilige plaats tot stil-
stand en voer de benodigde handelingen uit. (→Blz. 447)
Controlelampje (waarschuwingszoemer) LDA
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Oranje)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in de LDA (Lane De-
parture Alert).
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Controlelampje (waarschuwingszoemer) LTA
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Oranje)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in de LTA (Lane Tra-
cing Assist).
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Controlelampje Driving Assist-informatie
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat er een storing zit in een van de volgende syste-
men.
■PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
■LDA (Lane Departure Alert)
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Geeft aan dat er een storing zit in een van de volgende
systemen of dat een van de volgende systemen is
uitgeschakeld:
■PKSB (Parking Support Brake) (indien aanwezig)
■RCD (Rear Camera Detection) (indien aanwezig)
■BSM (Blind Spot Monitor) (indien aanwezig)
■SEA (Safe Exit Assist) (indien aanwezig)
■RCTA (Rear Crossing Traffic Alert) (indien aanwezig)
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
8.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
445
8
Bij problemen
Controlelampje (waarschuwingszoemer) Toyota Parking Assist-sensor OFF
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Knippert)
(indien aanwezig)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in de Toyota Parking
Assist-sensor
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Dit geeft aan dat het systeem tijdelijk niet beschikbaar is,
doordat een sensor mogelijk vuil is of is bedekt met bijvoor-
beeld ijs.
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Controlelampje (waarschuwingszoemer) cruise control
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Oranje)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het cruise control-
systeem.
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Controlelampje (waarschuwingszoemer) Dynamic Radar Cruise Control
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Oranje)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het Dynamic Radar
Cruise Control-systeem.
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Controlelampje (waarschuwingszoemer) snelheidsbegrenzer
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Oranje)
(indien aanwezig)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het snelheidsbe-
grenzersysteem.
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) PCS
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Knippert of brandt)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het PCS (Pre-Crash
Safety-systeem).
Volg de instructies die worden weergegeven op het multi-
informatiedisplay.
Gaat branden wanneer de PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
of de VSC (Vehicle Stability Control-systeem) wordt
uitgeschakeld.
8.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
446
WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Als, nadat de banden op spanning
zijn gebracht, het
waarschuwingslampje lage
bandenspanning opnieuw gaat
branden, kan dit erop duiden dat er
een band lek is. Controleer de
banden. Repareer een lekke band
met de bandenreparatieset.
• Vermijd plotselinge
stuurbewegingen en hard remmen.
De banden kunnen beschadigd
raken, waardoor u de controle over
het stuurwiel of de remmen kunt
verliezen.
Als u een klapband krijgt of als er
plotseling een lek ontstaat
Het kan zijn dat het bandenspannings-
waarschuwingssysteem niet meteen in
werking treedt.
OPMERKING
Ervoor zorgen dat het
bandenspannings-
waarschuwingssysteem goed werkt
Monteer geen banden met verschillende
specificaties of van verschillende
merken, anders werkt het
bandenspanningswaarschuwings-
systeem mogelijk niet goed.
8.2.4 Als er een
waarschuwingsmelding wordt
weergegeven
Het multi-informatiedisplay waarschuwt
bij systeemstoringen en onjuist
uitgevoerde handelingen, of geeft
meldingen over noodzakelijk onderhoud
weer. Voer de juiste herstelprocedure uit
wanneer er een melding verschijnt.
Als een waarschuwingsmelding weer
wordt weergegeven na het uitvoeren van
de volgende handelingen, neem dan
contact op met een erkendeToyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
Als tevens een waarschuwingslampje
gaat branden of knippert terwijl er een
waarschuwingsmelding wordt
weergegeven, tref dan corrigerende
maatregelen overeenkomstig het
waarschuwingslampje. (→Blz. 442)
Waarschuwingsmeldingen
De hieronder uitgelegde
waarschuwingsmeldingen verschillen
mogelijk van de werkelijke meldingen
overeenkomstig de bedrijfscondities en
voertuigspecificaties.
Waarschuwingszoemer
In sommige gevallen is de zoemer niet
hoorbaar door omgevingsgeluiden of
geluid van het audiosysteem.
Als “EV system stopped Steering power
low” (EV-systeem uitgeschakeld.
Weinig stuurbekrachtiging) wordt
weergegeven
Deze melding wordt weergegeven als het
EV-systeem wordt uitgeschakeld tijdens
het rijden.
Als het stuurwiel zwaarder werkt dan
gebruikelijk, houd het dan stevig vast en
oefen meer kracht uit dan anders.
Als “EV system overheated Output
power reduced” (EV-systeem
oververhit. Gereduceerd
uitgangsvermogen) wordt
weergegeven
Deze melding wordt mogelijk
weergegeven tijdens het rijden onder
zware omstandigheden. (Bijvoorbeeld
wanneer u een lange steile helling op
rijdt.) Oplossing:→blz. 473
8.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
449
8
Bij problemen
Als “System Stopped Driver Monitor
Out of Temperature” (Systeem
uitgeschakeld. Bestuurderscamera
buiten temperatuurbereik) wordt
weergegeven
Geeft aan dat een van de volgende
systemen is uitgeschakeld:
• Bestuurderscamera
De temperatuur van de
bestuurderscamera ligt buiten het
werkingsgebied. Wacht totdat de
temperatuur normaal is.
Als er een melding wordt weergegeven
dat u naar een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige moet gaan
Het systeem of onderdeel dat op het
multi-informatiedisplay wordt
weergegeven, is defect. Laat de auto
onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Als er een melding wordt weergegeven
dat de draaiknop van de transmissie
moet worden bediend
Om te voorkomen dat de draaiknop van
de transmissie in de verkeerde stand
wordt gezet of dat de auto onverwachts
in beweging komt, kan op het
multi-informatiedisplay een melding
worden weergegeven die u verzoekt om
de draaiknop in een andere stand te
zetten. Volg in dat geval de instructie
van de melding en zet de transmissie in
de aangegeven stand.
Als er een melding wordt weergegeven
dat de handleiding moet worden
geraadpleegd
• Als een van de onderstaande
meldingen wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay, volg dan de
instructies op.– “Battery Low” (batterij bijna leeg)
(→blz. 469)
– “Check Charging System Close
Charging Port Lid” (Controleer
laadsysteem. Sluit klep
laadaansluiting) (→blz. 120)
– “Charging system malfunction”
(storing laadsysteem) (→blz. 120)
– “Charging stopped High energy
use” (laden gestopt, hoog
energieverbruik) (→blz. 120)
• Als een van de onderstaande
meldingen wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay, kan dit
duiden op een storing. Laat de auto
onmiddellijk nakijken door een
erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
– “Entry & Start System Malfunction”
(storing in Smart entry-systeem
met startknop)
– “Traction battery system
malfunction” (systeemstoring
tractiebatterij)
– “Accelerator system malfunction”
(systeemstoring gaspedaal)
– “Plug-in Charging System
Malfunction” (storing
plugin-laadsysteem)
– “EV system malfunction” (storing in
EV-systeem)
– “Shift System Malfunction Apply
Parking Brake Securely When
Parking See Owner’s Manual”
(Storing in schakelsysteem.
Activeer parkeerrem goed bij het
parkeren. Zie handleiding)
– “Shift System Malfunction See
Owner’s Manual” (Storing in
schakelsysteem. Zie handleiding)
– “Shift System Malfunction Stop in a
Safe Place See Owner’s Manual”
(Storing in schakelsysteem. Breng
auto op veilige plaats tot stilstand.
Zie handleiding)
8.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
454