
345
7 7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Als “Check Owner’s Manual” (raad-
pleeg handleiding) wordt weergegeven
●Als de onderstaande berichten worden
weergegeven, volg dan de desbetreffende
instructies.
• “High Coolant Temperature” (hoge koel-
vloeistoftemperatuur) (→Blz. 362)
• “Transmission Oil Temperature” (tempera-
tuur transmissievloeistof) (→Blz. 143)
●Als een van de onderstaande meldingen
wordt weergegeven op het multi-informa-
tiedisplay, kan dit duiden op een storing.
Laat de auto onmiddellijk nakijken door
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
• “EyeSight OFF” (EyeSight UIT)
• “Headlights Disabled” (koplampen uitge-
schakeld)
• “ABS”
• “Steering System” (stuurinrichting)
• “Vehicle Stability Control”
• “Transmission” (transmissie)
• “Low Tire Pressure” (lage bandenspan-
ning)
• “RAB Disabled” (RAB uitgeschakeld)
• “BSD/RCTA Disabled” (BSD/RCTA uitge-
schakeld)
• “Keyless Access System Disabled”
(Keyless Entry-systeem uitgeschakeld)
• “Auto Headlight Leveler Disabled” (auto-
matische koplampverstelling uitgescha-
keld)
• “SRH Disabled” (SRH uitgeschakeld)
• “Gasoline Particulate Filter” (benzineroetfil-
ter)
●Als een van de onderstaande meldingen
wordt weergegeven op het multi-informa-
tiedisplay, kan dit duiden op een storing.
Breng de auto onmiddellijk tot stilstand en
neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
• “Brake System” (remsysteem)
• “Check Engine” (controleer motor)
• “SRS Airbag System” (SRS-airbagsys-
teem)
Breng de auto tot stilstand op een
veilige plaats en een stevige, vlakke
ondergrond.
Activeer de parkeerrem.
Zet de selectiehendel in stand P
(automatische transmissie) of in de
achteruitversnelling (handgescha-
kelde transmissie).
Zet de motor af.
Schakel de alarmknipperlichten in.
(→Blz. 326)
Controleer de mate waarin de band
beschadigd is.
Een band mag alleen met de bandenre-
paratieset worden gerepareerd indien
de beschadiging te wijten is aan perfo-
ratie van het loopvlak door een spijker
of schroef.
Als uw auto een lekke band
heeft
Uw auto is niet uitgerust met een
reservewiel, maar wel met een
bandenreparatieset.
Een lekke band met perforatie-
schade door een spijker of schroef
kan voorlopig worden gerepareerd
met de bandenreparatieset.
WAARSCHUWING
■Als uw auto een lekke band heeft
Rijd niet door met een lekke band.
Zelfs als er over een korte afstand met een
lekke band wordt doorgereden, kunnen
band en velg zodanig beschadigd worden
dat reparatie niet meer mogelijk is. Door
het rijden met een lekke band kan er op de
wang rondom een groef ontstaan. In zo'n
geval kan de band bij het gebruik van de
bandenreparatieset exploderen, waardoor
dodelijk of ernstig letsel kan ontstaan.
Voordat u de band repareert
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 345 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM

3587-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
■Ontgrendelen van het portier
Gebruik de mechanische sleutel
(→Blz. 100) om de volgende handelin-
gen uit te voeren:
1Ontgrendelen van alle portieren
2Vergrendelen van alle portieren
1Auto's met een automatische trans-
missie: zorg ervoor dat de selectie-
hendel in stand P staat en trap het
rempedaal in.
Auto's met handgeschakelde trans-
missie: Zet de selectiehendel in
stand N en trap het koppelingspe-
daal in.
2Houd de elektronische sleutel met
de achterzijde van de vergrendel-
toets en ontgrendeltoets tegen de
startknop.
Wanneer de elektronische sleutel wordt
gesignaleerd, klinkt er een zoemer en wordt
het contact AAN gezet.Wanneer het Smart entry-systeem met start-
knop is uitgeschakeld via de persoonlijke
voorkeursinstellingen, wordt het contact in
stand ACC gezet.
3Trap het rempedaal (automatische
transmissie) of koppelingspedaal
(handgeschakelde transmissie) ste-
vig in en controleer of op het
multi-informatiedisplay wordt
weergegeven.
4Druk op de startknop.
Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige als de
motor nog steeds niet kan worden
gestart.
■Uitzetten van de motor
Auto's met een automatische transmissie:
Zet de selectiehendel in stand P en druk op
de startknop zoals u normaal doet bij het
afzetten van de motor.
Auto's met een handgeschakelde transmis-
sie: Zet de selectiehendel in stand N en druk
op de startknop zoals u normaal doet bij het
afzetten van de motor.
■Batterij elektronische sleutel
Omdat deze procedure een noodmaatregel
is, wordt geadviseerd de batterij van de elek-
tronische sleutel zo snel mogelijk te laten ver-
vangen als deze ontladen is. (→Blz. 316)
Vergrendelen en ontgrendelen
van de portieren
Starten van de motor
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 358 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM

3627-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
1Breng de auto op een veilige plaats
tot stilstand, schakel de airconditio-
ning uit en zet vervolgens de motor
af.
2Als er stoom te zien is: Open, nadat
de stoom is verdwenen, voorzichtig
de motorkap.
Als er geen stoom te zien is: Open
voorzichtig de motorkap.
WAARSCHUWING
●Was accuvloeistof, die op de huid of in
de ogen terecht is gekomen, direct weg
met water en raadpleeg een arts. Bedek
de plaats waar de accuvloeistof op
terechtgekomen is met een natte spons
of doek totdat er medische hulp kan
worden verkregen.
●Was altijd uw handen nadat u de accu-
drager, de accupolen en andere
accu-gerelateerde onderdelen hebt
aangeraakt.
●Houd kinderen uit de buurt van de accu.
■Voorkomen van beschadigingen aan
de auto
Probeer de auto niet aan te duwen of aan
te slepen omdat hierdoor de driewegkata-
lysator te heet kan worden en er brand kan
ontstaan.
OPMERKING
■Omgaan met startkabels
Let er op dat de startkabels niet in aanra-
king kunnen komen met de koelventilato-
ren of met een van de aandrijfriemen bij
het aansluiten of losnemen van de kabels.
■Bij het sluiten van de portieren
Sluit langzaam het portier terwijl u de por-
tierruit naar de binnenzijde van de auto
drukt.
Omdat de aan de portieren gekoppelde
functie openen en sluiten van de ruiten
niet werkt, raakt de ruit mogelijk de carros-
serie, waardoor er krassen in de carrosse-
rie en ruit kunnen komen en de ruit zelfs
kan barsten.
Als uw auto over verhit
raakt
Het volgende kan erop duiden dat
de auto oververhit raakt.
De koelvloeistoftemperatuurme-
ter (→Blz. 88) komt in het rode
gebied of u merkt dat de motor
minder vermogen levert. (De auto
accelereert bijvoorbeeld niet als
het gaspedaal wordt ingetrapt.)
“High Coolant Temperature Check
Owner's Manual” (hoge koelvloei-
stoftemperatuur, raadpleeg hand-
leiding) wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Er komt stoom onder de motorkap
uit.
Correctieprocedures
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 362 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM

377
8 8-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
Voertuigspecificaties
8-2.Persoonlijke voorkeursinstellingen
■Wijzigen met behulp van het
scherm van het multimediasys-
teem
1Druk op .
2Selecteer of .
Als is geselecteerd
3Selecteer “General” (algemeen) of
“Car” (auto).
4Selecteer het gewenste menu.
Raadpleeg de handleiding voor het
multimediasysteem voor meer informa-
tie over het multimediasysteem.
■Wijzigen met de bedieningstoet-
sen van het instrumentenpaneel
1Druk op of van de bedie-
ningstoetsen van het instrumenten-
paneel om of te selecteren.
2Druk op of van de bedie-
ningstoetsen van het instrumenten-
paneel om het item te selecteren
dat u aan uw persoonlijke voorkeur
wilt aanpassen.
3Druk op .Systemen met
mogelijkheden voor
persoonlijke
voorkeursinstellingen
Uw auto is voorzien van verschil-
lende elektronische functies die
naargelang uw persoonlijke voor-
keur kunnen worden ingesteld. De
instellingen van deze functies kun-
nen worden gewijzigd met behulp
van het multi-informatiedisplay,
het scherm van het multimedia-
systeem of bij een erkende
Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
Functies van de auto
aanpassen aan de
persoonlijke voorkeur
WAARSCHUWING
■Tijdens het aanpassen van de per-
soonlijke voorkeursinstellingen
Aangezien de motor tijdens het aanpassen
moet draaien, dient de auto te worden
geparkeerd op een plaats met voldoende
ventilatie. In een afgesloten ruimte, zoals
een garage, kunnen uitlaatgassen die het
schadelijke koolmonoxide (CO) bevatten,
zich ophopen en in de auto terechtkomen.
Dit kan leiden tot de dood of zeer schade-
lijk zijn voor de gezondheid.
OPMERKING
■Tijdens het aanpassen van de per-
soonlijke voorkeursinstellingen
Om te voorkomen dat de accu leegraakt,
dient de motor te draaien terwijl de per-
soonlijke voorkeursinstellingen worden
aangepast.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 377 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM

3788-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
Sommige voorkeursinstellingen zijn van invloed op de instellingen van andere func-
ties. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Instellingen die u met behulp van het scherm van het multimediasysteem kunt
wijzigen
Instellingen die u met de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel kunt
wijzigen
Instellingen die door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige kunnen worden
gewijzigd
Definitie van symbolen: O = beschikbaar, — = niet beschikbaar
■eCall (→Blz. 70)
■Alarm* (→Blz. 81)
*: Indien aanwezig
■Meters, tellers en multi-informatiedisplay (→Blz. 84, 88, 92)
Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke
voorkeursinstellingen
A
C
FunctieStandaardinstellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
Automatische noodoproepenAanUit——O
ABC
FunctieStandaardinstellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
Werking als de portieren met
de mechanische sleutel wor-
den ontgrendeld
UitAan——O
Functie*1StandaardinstellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
Ta a lEngels
De taal van het dis-
play hangt af van het
verkoopland
O——
Eenhedenkm, km/h, l/100 kmmijl, MPH, MPG*2OO*3—
Klok12H24HO——
BeginschermAanUitOO—
ToerentalindicatorUitAanOO—
ABC
ABC
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 378 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM

3848-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
■Persoonlijke voorkeursinstellingen auto
Als de portieren niet worden geopend nadat
de portieren zijn ontgrendeld en de functie
automatisch opnieuw vergrendelen wordt
geactiveerd, worden er signalen gegenereerd
overeenkomstig de instellingen van de bedie-
ningssignaalfunctie (zoemer en alarmknip-
perlichten).
■In de volgende situaties wordt het
instelscherm waarop de instellingen via
het multi-informatiedisplay kunnen wor-
den gewijzigd, automatisch uitgescha-
keld.
●Er verschijnt een waarschuwingsmelding
nadat het instelscherm wordt weergege-
ven.
●Het contact wordt UIT gezet.
●De auto begint te rijden terwijl het instel-
scherm wordt weergegeven.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 384 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM

388
Het controlelampje van de veilig-
heidsgordel knippert
Dragen de bestuurder en de passagiers hun
veiligheidsgordel? (→Blz. 339)
Het waarschuwingslampje van het
remsysteem brandt
Is de parkeerrem gedeactiveerd?
(→Blz. 151)
Afhankelijk van de situatie klinken er
mogelijk ook andere soorten waarschu-
wingszoemers. (→Blz. 335, 344)
Heeft iemand een portier geopend
tijdens het instellen van het alarm?
De sensor signaleert dit en laat het alarm
klinken. (→Blz. 81)
Deactiveer of schakel het alarm uit vol-
gens een van de onderstaande manie-
ren:
Ontgrendel de portieren of open de
achterklep met de instapfunctie of de
afstandsbediening.
Open de achterklep met de instap-
functie of de afstandsbediening.
Zet het contact in stand ACC of AAN
of start de motor.Wordt de melding weergegeven op
het multi-informatiedisplay?
Controleer de melding op het multi-informa-
tiedisplay. (→Blz. 344)
Wanneer een waarschuwings-
lampje gaat branden of een waar-
schuwingsmelding wordt weergege-
ven, raadpleeg dan Blz. 335, 344.
Breng de auto op een veilige plaats
tot stilstand en repareer de lekke
band met de bandenreparatieset.
(→Blz. 345)
Voer de procedure uit voor als de
auto vastzit in modder, vuil of
sneeuw. (→Blz. 364)
Tijdens het rijden klinkt een
waarschuwingszoemer
Er wordt een alarm geactiveerd
en de claxon klinkt (indien aan-
wezig)Bij het verlaten van de auto
klinkt een waarschuwingszoe-
mer
Er gaat een waarschuwings-
lampje branden of er wordt een
waarschuwingsmelding weerge-
geven
Wanneer zich een probleem
heeft voorgedaan
Als uw auto een lekke band
heeft
De auto zit vast
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 388 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM

390Alfabetische index
Bandenreparatieset .............................. 345
Bandenspanning
Bandenspanningsweergavefunctie ... 303
Onderhoudsgegevens ....................... 375
Waarschuwingslampje ...................... 342
Bandenspannings-
waarschuwingssysteem
Functie .............................................. 303
Initialisatie ......................................... 305
Plaatsen van
bandenspanningssensoren
en -zenders ..................................... 304
Registreren van identificatiecodes .... 307
Waarschuwingslampje ...................... 342
Bekerhouders ....................................... 275
Bevestigingspunten bovenste
gordel .................................................... 64
Binnenspiegel ....................................... 123
Black box .................................................. 6
Blind Spot Detection (BSD) ................. 226
Blokkeerschakelaar ruitbediening ...... 127
Bovenste gordel ..................................... 68
Brake Assist .......................................... 256
Brandstof
Brandstofmeter.................................... 88
Informatie .......................................... 376
Inhoud ............................................... 370
Tanken ............................................... 162
Type .................................................. 370
Uitschakelsysteem
brandstofpomp ................................ 334
Waarschuwingslampje ...................... 339
Brandstofmeter....................................... 88
BSD (Blind Spot Detection) ................. 226
Buitenspiegels
Afstellen ............................................ 124
BSD (Blind Spot Detection) ............... 226
Buitenspiegelverwarming .................. 266
Inklappen ........................................... 125
RCTA ................................................. 226
Buitentemperatuur ................................. 88
C
Camera
High Beam Assist-systeem ............... 156
Centraal waarschuwingslampje ......... 341
Claxon ................................................... 122
Condensor ............................................ 298
Consolevak ........................................... 274
Contact (startknop) .............................. 139
Als uw auto in geval van nood tot
stilstand moet worden gebracht ..... 326
Auto power off-functie ....................... 142
Wijzigen van de standen van
het contact ...................................... 142
Controlelampje
veiligheidsgordel ....................... 339, 339
Controlelampjes ..................................... 86
Conventionele cruise control ..... 201, 248
Cruise control
Adaptive Cruise Control .................... 185
Conventionele cruise control .... 201, 248
Curtain airbags....................................... 32
D
Dagrijverlichting
Lampen vervangen ........................... 321
Dagrijverlichting................................... 153
Dagtellers................................................ 90
Dashboardkastje .................................. 274
Derde remlicht
Lampen vervangen ........................... 321
Dimmer dashboardverlichting .............. 91
Display bandenspanning .................... 303
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 390 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM