259
4 4-6. Gebruik van overige rijsystemen
Rijden
WAARSCHUWING
■Het ABS werkt niet effectief als
●De maximale grip van de banden over-
schreden wordt (bijvoorbeeld versleten
banden op een weg die bedekt is met
sneeuw).
●Er sprake is van aquaplaning bij hoge
snelheid op een nat of glad wegdek.
■De remweg met ABS in werking kan
langer zijn dan onder normale
omstandigheden
Het ABS is niet ontworpen om de remweg
van de auto te verkorten. Houd altijd vol-
doende afstand tot uw voorligger, met
name in de volgende gevallen:
●Als wordt gereden op wegen met grind,
zand en dergelijke, of op besneeuwde
wegen
●Als wordt gereden met sneeuwkettingen
●Als wordt gereden op slechte wegen
●Als wordt gereden over wegen met
diepe gaten of andere grote oneffenhe-
den
■De TRC werkt mogelijk niet effectief
als
Het insturen van de juiste richting en het
overbrengen van de aandrijfkracht kunnen
op een gladde weg niet onder alle omstan-
digheden gerealiseerd worden, zelfs niet
als het TRC-systeem in werking is. Rijd
niet met de auto onder omstandigheden
waarbij de stabiliteit en de aandrijfkracht
verloren kunnen gaan.
■Wanneer de VSC en/of de remfunctie
voor het differentieel met beperkte
slip is ingeschakeld
Het controlelampje Traction Control knip-
pert. Rijd altijd voorzichtig. Roekeloos rij-
gedrag kan leiden tot ongevallen. Wees
bijzonder voorzichtig als het controle-
lampje knippert.
■Als de TRC/VSC is uitgeschakeld
Wees zeer voorzichtig en pas uw snelheid
aan de conditie van het wegdek aan.
Schakel de TRC en de VSC alleen in
geval van nood uit, aangezien deze syste-
men zorgdragen voor de voertuigstabiliteit
en het aandrijfvermogen.
■Vervangen van banden
Controleer of alle banden dezelfde maat
hebben, van hetzelfde merk zijn en het-
zelfde profiel en draagvermogen hebben.
Controleer verder of alle banden de aan-
bevolen spanning hebben.
Het ABS-, TRC- en VSC-systeem werken
niet goed als er verschillende banden
onder de auto gemonteerd zijn.
Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige voor meer infor-
matie over het vervangen van de wielen of
banden.
■Omgaan met banden en wielop-
hanging
Problemen met de banden of wijzigingen
aan de wielophanging hebben een nega-
tief effect op de ondersteunende systemen
en kunnen een storing veroorzaken.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 259 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
337
7 7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) SRS
■Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) ABS
■Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) elektrische stuurbekrachti-
ging
Waarschuwings-
lampjeDetails/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
Het SRS-airbagsysteem; of
Het gordelspannersysteem
→Blz. 53
Waarschuwings-
lampjeDetails/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
Het ABS; of
Het Brake Assist-systeem
→Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwings-
lampjeDetails/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in de elektrische stuurbekrachtiging (EPS)
→Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 337 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
343
7 7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Detectiesensor voorpassagier, contro-
lelampje veiligheidsgordel en waar-
schuwingszoemer
●Als er bagage wordt geplaatst op de pas-
sagiersstoel kan de detectiesensor het
controlelampje laten knipperen en de
waarschuwingszoemer laten klinken, ook
al zit er niemand op de passagiersstoel.
●Als er op de stoel een kussen wordt
geplaatst, werkt de sensor wellicht niet
goed, waardoor ook het waarschuwings-
lampje niet goed werkt.
■Als het motorcontrolelampje tijdens het
rijden gaat branden
Het motorcontrolelampje gaat branden als de
brandstoftank volledig leeg raakt. Vul de
brandstoftank onmiddellijk als deze leeg is.
Het motorcontrolelampje gaat na enkele rit-
ten weer uit.
Neem zo snel mogelijk contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige als het
motorcontrolelampje niet uitgaat.
■Waarschuwingslampje (waarschu-
wingszoemer) elektrische stuurbe-
krachtiging
Als de laadtoestand van de accu laag wordt
of de spanning tijdelijk daalt, kan het waar-
schuwingslampje van de elektrische stuurbe-
krachtiging gaan branden en kan er een
waarschuwingszoemer klinken.
■Als het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning gaat branden
Controleer de bandenspanning en breng hem
op het juiste niveau. Het lampje gaat niet uit
als op de resetknop van het bandenspan-
ningswaarschuwingssysteem wordt gedrukt.
■Het waarschuwingslampje lage banden-
spanning gaat mogelijk branden door
een natuurlijke oorzaak
Het waarschuwingslampje lage bandenspan-
ning gaat mogelijk branden door een natuur-
lijke oorzaak, zoals het onvermijdelijke span-
ningsverlies dat op den duur optreedt of een
veranderde bandenspanning die veroorzaakt
wordt door temperatuurveranderingen. In dat
geval zal het waarschuwingslampje na een
paar minuten uitgaan als de banden weer op
de juiste spanning gebracht zijn.
■Omstandigheden waaronder het ban-
denspanningswaarschuwingssysteem
mogelijk niet juist werkt
→Blz. 304
■Als het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning regelmatig gaat branden
nadat het gedurende 1 minuut heeft
geknipperd
Als het waarschuwingslampje lage banden-
spanning regelmatig gaat branden nadat het
gedurende 1 minuut geknipperd heeft wan-
neer het contact AAN wordt gezet, laat het
systeem dan controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
■Waarschuwingszoemer
In sommige gevallen is de zoemer niet hoor-
baar door omgevingsgeluiden of geluid van
het audiosysteem.
WAARSCHUWING
■Als de waarschuwingslampjes van
het ABS en het remsysteem blijven
branden
Breng de auto onmiddellijk op een veilige
plaats tot stilstand en neem contact op met
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
De auto kan tijdens het remmen extreem
onstabiel worden en het ABS-systeem
treedt mogelijk niet in werking. Dit kan lei-
den tot een ongeval met dodelijk of ernstig
letsel tot gevolg.
■Als het waarschuwingslampje elektri-
sche stuurbekrachtiging gaat bran-
den
De besturing kan extreem zwaar aanvoe-
len. Als het stuurwiel zwaarder werkt dan
gebruikelijk, houd het dan stevig vast en
oefen meer kracht uit dan anders.
■Als het waarschuwingslampje lage
bandenspanning gaat branden
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht. Als u dat niet doet, kunt u de
macht over het stuur verliezen. Dit kan lei-
den tot een ongeval met dodelijk of ernstig
letsel tot gevolg.
●Zet de auto zo snel mogelijk stil op een
veilige plaats. Breng de banden meteen
op spanning.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 343 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
345
7 7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Als “Check Owner’s Manual” (raad-
pleeg handleiding) wordt weergegeven
●Als de onderstaande berichten worden
weergegeven, volg dan de desbetreffende
instructies.
• “High Coolant Temperature” (hoge koel-
vloeistoftemperatuur) (→Blz. 362)
• “Transmission Oil Temperature” (tempera-
tuur transmissievloeistof) (→Blz. 143)
●Als een van de onderstaande meldingen
wordt weergegeven op het multi-informa-
tiedisplay, kan dit duiden op een storing.
Laat de auto onmiddellijk nakijken door
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
• “EyeSight OFF” (EyeSight UIT)
• “Headlights Disabled” (koplampen uitge-
schakeld)
• “ABS”
• “Steering System” (stuurinrichting)
• “Vehicle Stability Control”
• “Transmission” (transmissie)
• “Low Tire Pressure” (lage bandenspan-
ning)
• “RAB Disabled” (RAB uitgeschakeld)
• “BSD/RCTA Disabled” (BSD/RCTA uitge-
schakeld)
• “Keyless Access System Disabled”
(Keyless Entry-systeem uitgeschakeld)
• “Auto Headlight Leveler Disabled” (auto-
matische koplampverstelling uitgescha-
keld)
• “SRH Disabled” (SRH uitgeschakeld)
• “Gasoline Particulate Filter” (benzineroetfil-
ter)
●Als een van de onderstaande meldingen
wordt weergegeven op het multi-informa-
tiedisplay, kan dit duiden op een storing.
Breng de auto onmiddellijk tot stilstand en
neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
• “Brake System” (remsysteem)
• “Check Engine” (controleer motor)
• “SRS Airbag System” (SRS-airbagsys-
teem)
Breng de auto tot stilstand op een
veilige plaats en een stevige, vlakke
ondergrond.
Activeer de parkeerrem.
Zet de selectiehendel in stand P
(automatische transmissie) of in de
achteruitversnelling (handgescha-
kelde transmissie).
Zet de motor af.
Schakel de alarmknipperlichten in.
(→Blz. 326)
Controleer de mate waarin de band
beschadigd is.
Een band mag alleen met de bandenre-
paratieset worden gerepareerd indien
de beschadiging te wijten is aan perfo-
ratie van het loopvlak door een spijker
of schroef.
Als uw auto een lekke band
heeft
Uw auto is niet uitgerust met een
reservewiel, maar wel met een
bandenreparatieset.
Een lekke band met perforatie-
schade door een spijker of schroef
kan voorlopig worden gerepareerd
met de bandenreparatieset.
WAARSCHUWING
■Als uw auto een lekke band heeft
Rijd niet door met een lekke band.
Zelfs als er over een korte afstand met een
lekke band wordt doorgereden, kunnen
band en velg zodanig beschadigd worden
dat reparatie niet meer mogelijk is. Door
het rijden met een lekke band kan er op de
wang rondom een groef ontstaan. In zo'n
geval kan de band bij het gebruik van de
bandenreparatieset exploderen, waardoor
dodelijk of ernstig letsel kan ontstaan.
Voordat u de band repareert
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 345 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
389Alfabetische index
Alfabetische index
A
Aan audiosysteem gekoppelde
weergave .............................................. 97
Aan navigatiesysteem gekoppelde
weergave .............................................. 97
ABS (antiblokkeersysteem) ................. 256
Waarschuwingslampje ...................... 337
Accessoireaansluitingen ..................... 279
Accu
Accu controleren ............................... 298
Als de accu ontladen is ..................... 359
Voorbereidingen en controles
bij rijden in de winter ....................... 260
Waarschuwingslampje ...................... 336
Achterklep ............................................. 106
Afstandsbediening............................. 108
Bagageruimteverlichting .................... 108
Ontgrendelschakelaar achterklep ..... 108
Smart entry-systeem
met startknop .................................. 108
Voorzieningen bagageruimte ............ 276
Achterlichten
Lampen vervangen ........................... 321
Lichtschakelaar ................................. 153
Vermogen .......................................... 375
Achterruitverwarming .......................... 266
Achterstoelen ....................................... 119
Achteruitrijcamera................................ 244
Achteruitrijlicht
Lampen vervangen ........................... 321
Vermogen .......................................... 375
Actieradius .............................................. 94
Active Sound Control (ASC)................ 152
Actueel brandstofverbruik..................... 94
Adaptive Cruise Control ...................... 185
Waarschuwingsmelding .................... 344
Afgelegde afstand .................................. 94
Afmetingen............................................ 368
Afstandsbediening
Batterij vervangen ............................. 316
Energiebesparende functie ............... 110
Vergrendelen/ontgrendelen ............... 101
Airbags
Airbags ................................................ 32
De juiste houding achter het stuur ...... 27
Plaats van airbags............................... 33
Waarschuwingslampje SRS .............. 337Airconditioning
Automatische airconditioning ............ 264
Interieurfilter ...................................... 314
Alarm ....................................................... 81
Waarschuwingszoemer..................... 335
Alarmknipperlichten
Noodstopsignaal ............................... 256
Antennes (Smart entry-systeem
met startknop) ................................... 109
Antiblokkeersysteem (ABS) ................ 256
Waarschuwingslampje ...................... 337
Antidiefstalsysteem
Alarm .................................................. 81
Startblokkering .................................... 79
Supervergrendeling ............................ 80
ASC (Active Sound Control) ............... 152
Automatische airconditioning ............ 264
Automatische transmissie .................. 143
Handgeschakelde modus ................. 146
Paddle shift-schakelaars........... 145, 146
Automatische verlichting .................... 153
Automatische verticale
koplampverstelling............................ 154
B
Baby- en kinderzitjes
Kinderzitjes, definitie ........................... 56
Kinderzitjes, plaatsen.......................... 65
Met een bevestigingspunt voor
de bovenste gordel ........................... 68
Rijden met kinderen in de auto ........... 56
Vastgezet met een onderste
ISOfix-bevestigingspunt ................... 67
Bagageruimteverlichting ..................... 108
Banden
Als uw auto een lekke band heeft ..... 345
Bandenmaat ..................................... 375
Bandenreparatieset .......................... 345
Bandenspanning ............................... 312
Bandenspannings-
waarschuwingssysteem ................. 303
Bandenspanningsweergavefunctie ... 303
Controle ............................................ 301
Sneeuwkettingen .............................. 262
Vervangen......................................... 308
Waarschuwingslampje ...................... 342
Winterbanden ................................... 260
Wisselen van banden ....................... 303
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 389 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
397Alfabetische index
W
Waarschuwingslampjes ....................... 335
ABS ................................................... 337
ATF-temperatuur ............................... 338
Bandenspanning ............................... 342
Centraal waarschuwingslampje ........ 341
Controlelampje conventionele
cruise control .................................. 340
Controlelampje Traction Control........ 338
Controlelampje
veiligheidsgordel ..................... 339, 339
Elektrische stuurbekrachtiging .......... 337
Hoge koelvloeistoftemperatuur ......... 336
Laadsysteem ..................................... 336
Laag brandstofniveau ........................ 339
Lage motoroliedruk ........................... 336
Motorcontrolelampje .......................... 336
Remsysteem ..................................... 335
SRS ................................................... 337
Waarschuwingslampje
automatische verticale
koplampverstelling .......................... 341
Waarschuwingslampje
benzineroetfiltersysteem ................. 342
Waarschuwingslampje BSD/RCTA.... 340
Waarschuwingslampje EyeSight ....... 341
Waarschuwingslampje
led-koplamp .................................... 340
Waarschuwingslampje RAB .............. 340
Waarschuwingslampje SRH .............. 340
Waarschuwingssignaal
open portier..................................... 338
Waarschuwingsmeldingen .................. 344
Waarschuwingszoemers
Elektrische stuurbekrachtiging .......... 337
Hoge koelvloeistoftemperatuur ......... 336
Lage motoroliedruk ........................... 336
Open portier/achterklep ..................... 104
Terugschakelen ......................... 146, 147
Veiligheidsgordel ....................... 339, 339
Wassen en in de was zetten ................ 282
Weergave
Multi-informatiedisplay ........................ 92
Rij-informatie ....................................... 94Weergave kilometerteller
en dagteller
Knop wijzigen weergave ..................... 90
Onderwerpen die worden
weergegeven .................................... 91
Weergave rij-informatie ......................... 94
Winterbanden ....................................... 260
Z
Zekeringen ............................................ 319
Zijruiten ................................................. 126
Zonnekleppen....................................... 279
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 397 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM