255
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Het systeem wordt in de volgende situ-
aties automatisch ingeschakeld:
Als de selectiehendel in stand R
wordt gezet bij draaiende motor.
Afhankelijk van de uitvoering: bij het
naderen van gedetecteerde objec-
ten, als de snelheid lager is dan
ongeveer 4 km/h. De activeringsaf-
stand is afhankelijk van de situatie.
Automatische inschakeling bij het sig-
naleren van obstakels kan worden in-
en uitgeschakeld.
Via Toyota Supra Command:
1 “My vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Parking” (parkeren)
4 Indien van toepassing: “Automatic
Parking Sensors activation” (auto-
matisch inschakelen Parking Sen-
sors)
5 “Automatic Parking Sensors active.”
(automatisch inschakelen Parking
Sensors actief)
De instelling wordt opgeslagen voor het
op dat moment gebr uikte bestuurders-
profiel.
Afhankelijk van de uitvoering wordt ook
de weergave van de desbetreffende
camera ingeschakeld. Het systeem wordt uitgeschakeld zodra
een bepaalde afstand of snelheid wordt
overschreden.
Schakel het systeem indien nodig
opnieuw in.
Aan: de led gaat branden
Uit: de led gaat uit.
De beelden van de achteruitrijcamera
worden weergegeven als de achteruit-
versnelling is ingeschakeld en op de
toets van het Parking Assist-systeem
wordt gedrukt.
Afhankelijk van de uitrusting kan het
systeem niet handmatig worden uitge-
schakeld wanneer de achteruitversnel-
ling is ingeschakeld.
■Algemeen
Bij het naderen van een object wordt de
positie daarvan door een onderbroken
geluidssignaal aangegeven. Als bijvoor-
beeld een object links achter de auto
wordt genaderd, klinkt het geluidssig-
naal vanuit de luidspreker links achter.
Hoe kleiner de afstand tot het object
wordt, hoe korter de intervallen tussen
de pieptonen worden.
In-/uitschakelen
Automatisch inschakelen
Automatisch uitschakelen bij vooruitrij-
den
Handmatig in-/uitschakelen
Druk op de toets van het Parking
Assist-systeem.
Waarschuwing
Geluidssignalen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 255 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
2563-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Zodra de afstand tot een gedetecteerd
object korter is dan ongeveer 20 cm,
klinkt het geluidssignaal ononderbro-
ken.
Als zich gelijktijdig zowel voor als ach-
ter de auto objecten op een afstand van
minder dan ongeveer 20 cm bevinden,
klinkt een afwisselend ononderbroken
geluidssignaal.
Het onderbroken of ononderbroken
geluidssignaal stopt als de selectiehen-
del in stand P wordt gezet.
Als de auto stilstaat, stopt het onderbro-
ken geluid na korte tijd.
■Volumeregeling
Het volume van het geluidssignaal van
Parking Sensors kan worden ingesteld.
Via Toyota Supra Command:
1 “My vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Sounds” (geluiden)
4 “Volume settings” (volume-instellin-
gen)
5 “Parking Sensor” (Parking Sensors)
6 Stel de gewenste waarde in.
De instelling wordt opgeslagen voor het
op dat moment gebr uikte bestuurders-
profiel.
De nadering van een object wordt weer-
gegeven op het regeldisplay. Verder
verwijderde objecten worden al weerge-
geven voordat een geluidssignaal klinkt.
Deze weergave verschijnt zodra
Parking Sensors wordt geactiveerd.
Het detectiegebied van de sensoren
wordt in de kleuren groen, geel en rood
weergegeven als er objecten binnen dit
gebied worden gedetecteerd.
Er worden koerslijnen weergegeven om
het inschatten van de benodigde ruimte
te vergemakkelijken.
Als de beelden van de achteruitrijca-
mera worden weergegeven, kan wor-
den overgeschakeld naar het scherm
van Parking Sensors of, indien nodig,
naar een ander scherm met obstakel-
markeringen:
1Duw de controller indien nodig naar
links.
2Bijvoorbeeld “Parking sensors”
(Parking Sensors)
RCTA-functie (Rear Cr oss Traffic Alert),
zie blz.
262: afhankelijk van de uitrus-
ting wordt in de weergave voor Parking
Sensors ook gewaarschuwd voor voer-
tuigen die voor of achter de auto vanaf
de zijkant naderen.
Visuele waarschuwing
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 256 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
257
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
De noodremfunctie van Parking Sen-
sors voert bij een dreigende aanrijding
een noodstop uit.
Vanwege de beperkingen van het sys-
teem kan een aanrijding niet onder alle
omstandigheden worden voorkomen.
De functie is beschikbaar wanneer
langzamer dan stapvoets achteruit
wordt gereden of gerold.
De remingreep kan worden onderbro-
ken door het gaspedaal in te trappen.
Nadat de auto door de noodremfunctie
tot stilstand is gebracht, is het mogelijk
om langzaam verder te rijden richting
het obstakel. Trap daarvoor het gaspe-
daal voorzichtig in.
Als het gaspedaal dieper wordt inge-
trapt, trekt de auto op de normale
manier op. U kunt op elk moment zelf
remmen.
Het systeem maakt gebruik van de
ultrasoonsensoren van Parking Sen-
sors en het Parking Assist-systeem. Via Toyota Supra Command:
1
“My vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Parking” (parkeren)
4 “Active PDC emergency interven-
tion” (noodremfunctie parkeerhul-
psysteem actief)
5 “Active PDC emergency interv.”
(noodremfunctie parkeerhulpsys-
teem actief)
De instelling wordt opgeslagen voor het
op dat moment gebruikte bestuurders-
profiel.
Het systeem waarschuwt voor obsta-
kels aan de zijkant van de auto.
Het systeem maakt gebruik van de
ultrasoonsensoren van Parking Sen-
sors en het Parking Assist-systeem.
Afhankelijk van de uitvoering:
noodremfunctie, Parking Sen-
sors met noodremfunctie
Principe
Algemeen
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Dit systeem ontneemt u niet de verant-
woordelijkheid om de verkeerssituatie
goed in te schatten. Er bestaat een risico
op een ongeval. Pas uw rijstijl aan de
omstandigheden op de weg aan. Houd
altijd de verkeerssituatie en de omgeving
van de auto in de gaten en grijp in als de
situatie dit vereist.
Inschakelen/uitschakelen van het
systeem
Afhankelijk van de uitvoering:
zijdelingse parkeerhulp
Principe
Algemeen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 257 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
2583-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Er worden obstakelmarkeringen weer-
gegeven aan de zijkanten van de auto
ter bescherming van de flanken.
Gekleurde markeringen: waarschu-
wing voor gedetecteerde obstakels.
Grijze markeringen, gearceerd vlak:
er zijn geen obstakels gedetecteerd.
Geen markeringen, zwart vlak: de
omgeving van de auto is nog niet
gescand.
Het systeem toont alleen stilstaande
obstakels die bij het langsrijden al zijn
gedetecteerd door de sensoren.
Als een obstakel vervolgens van plaats
verandert, wordt dit niet gedetecteerd
door het systeem. Als de auto enige tijd
stilstaat, worden de markeringen zwart.
Het gebied naast de auto moet dan
opnieuw worden gescand. Voor meer informatie:
• Ultrasoonsensoren, zie blz. 52.
Bepaalde omstandigheden en objecten
kunnen de ultrasone metingen bemoei-
lijken, zoals:
Obstakels en personen aan de rand
van de rijstrook.
Reeds aangegeven lage objecten,
zoals stoepranden, kunnen in het
blinde bereik van de sensoren
terechtkomen voordat of nadat een
ononderbroken geluidssignaal klinkt.
Als het systeem zijn limiet nadert, kan
zich een vals alarm voordoen.
Schakel om vals alarm te voorkomen
(bijvoorbeeld in een automatische was-
straat, zie blz. 52), het automatisch
activeren van Parking Sensors bij
detectie van obstakels uit.
Display
Beperkingen van de zijdelingse
parkeerhulp
Beperkingen van het systeem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Door werkingslimieten van het systeem
kan het voorkomen dat het systeem hele-
maal niet, te laat, onjuist of ten onrechte
reageert. Er bestaat een risico op een
ongeval. Pas uw rijstijl aan de omstandig-
heden op de weg aan. Houd altijd de ver-
keerssituatie en de omgeving van de auto
in de gaten en grijp in als de situatie dit
vereist.
Systeembeperkingen van de
sensoren
Beperkingen van de ultrasone
metingen
Vals alarm
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 258 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
259
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Er wordt een voertuigmelding weerge-
geven.
Er is een storing opgetreden in Parking
Sensors. Laat he
t systeem nakijken
door een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
De achteruitrijcamera helpt bij het ach-
teruit inparkeren en bij het manoeuvre-
ren. Hiertoe worden de beelden van de
omgeving achter de auto op het regel-
display weergegeven.
Assistentiefuncties, bijvoorbeeld hulplij-
nen, kunnen ook worden weergegeven
op het display. Het systeem wordt geregeld door de
volgende sensoren:
• Achteruitrijcamera.
Voor meer informatie:
Sensoren van de auto, zie blz. 50.
Het systeem wordt automatisch inge-
schakeld als de selectiehendel in stand
R wordt gezet bij draaiende motor.
Het systeem wordt uitgeschakeld zodra
een bepaalde afstand of snelheid wordt
overschreden.
Schakel het systeem indien nodig
opnieuw in.
Storing
Er wordt een wit symbool weer-
gegeven en het detectiegebied
van de sensoren wordt donker
weergegeven op het regel-
display.
Achteruitrijcamera
Principe
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Dit systeem ontneemt u niet de verant-
woordelijkheid om de verkeerssituatie
goed in te schatten. Er bestaat een kans
op ongevallen. Pas uw rijstijl aan de
omstandigheden op de weg aan. Houd
altijd de verkeerssituatie en de omgeving
van de auto in de gaten en grijp in als de
situatie dit vereist.
Overzicht
Afhankelijk van de uitrusting: toets in
de auto
Toets Parking Assist-systeem
Sensoren
In-/uitschakelen
Automatisch inschakelen
Automatisch uitschakelen bij
vooruitrijden
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 259 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
2603-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Aan: de led gaat branden
Uit: de led gaat uit.
De parkeerhulpfuncties worden weer-
gegeven op het regeldisplay.
Als de beelden van de achteruitrijca-
mera niet worden weergegeven, wijzig
dan de weergave via Toyota Supra
Command:
1 Kantel de controller indien nodig
naar links of rechts.
2 “Rear view camera ” (achteruitrij-
camera)
De beelden van de achteruitrijcamera
worden weergegeven.
De achteruitrijcamera is ingescha-
keld.
Houd het detectiegebied van de
camera vrij. Uitstekende ladingen of
dragersystemen die niet zijn aange-
sloten op een trekhaakaansluiting
kunnen het detectiebereik van de
camera beperken. Een aantal assistentiefuncties kan
gelijktijdig actief zijn.
De assistentiefuncties kunnen handma-
tig worden geactiveerd.
1
Kantel de controller indien nodig
naar links.
2 Afhankelijk van de uitrusting:
“Camera picture” (camerabeeld)
3
“Parking guide lines” (parkeerrijlij-
nen).
De koerslijnen en dr aaicirkellijnen worden
weergegeven, zie blz.
260.
“Obstacle marking” (obstakelmar-
kering).
Afhankelijk van de uitrusting worden de door
Parking Sensors gedetecteerde obstakels
weergegeven door middel van markeringen,
zie blz.
261.
■Koerslijnen
Aan de hand van de koerslijnen kunt u
de benodigde ruimte bij het parkeren en
manoeuvreren op een vlak wegdek
inschatten.
Afhankelijk van de uitrusting:
handmatig in-/uitschakelen
Druk op de toets van het Parking
Assist-systeem.
De weergave inschakelen via Toyota
Supra Command
Voorwaarden voor werking
Weergave op het regeldisplay
Algemeen
Parkeerhulplijnen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 260 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
261
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
De koerslijnen zijn afhankelijk van de
stuurhoek en bewegen met het ver-
draaien van het stuurwiel mee.
■Draaicirkellijnen
De draaicirkellijnen kunnen alleen
samen met de koerslijnen in het came-
rabeeld worden geprojecteerd.
De draaicirkellijnen geven het verloop
van de kleinst mogelijke draaicirkel op
een vlak wegdek aan.
Als het stuurwiel verder dan een
bepaalde hoek is gedraaid, wordt
slechts één draaicirkellijn weergege-
ven.
■Inparkeren met behulp van koers-
lijnen en draaicirkellijnen
1 Stel de auto zodanig op dat de rode
draaicirkellijn binnen de grenzen
van het parkeervak uitkomt.
2 Draai het stuurwiel zo dat de groene
koerslijn samenvalt met de desbe-
treffende draaicirkellijn. Afhankelijk van de uitrusting kunnen
obstakels achter de auto worden gede-
tecteerd door Parking Sensors.
Er kunnen obstakelmarkeringen wor-
den weergeven in het beeld van de
achteruitrijcamera.
Het kleurpatroon hiervan komt overeen
met de markeringen van Parking Sen-
sors.
Bij ingeschakelde achteruitrijcamera:
1
Kantel de controller indien nodig
naar links.
2 “Camera picture” (camerabeeld)
3
“Brightness” (helderheid)
“Contrast” (contrast)
4 Stel de gewenste waarde in.
Obstakelmarkeringen
Helderheid en contrast instellen
via Toyota Supra Command
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 261 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
2623-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Voor meer informatie:
• Camera's, zie blz. 50.
Als de camera is uitgeschakeld, bijvoor-
beeld als de achterklep is geopend,
wordt het camerabeeld grijs gearceerd.
Zeer lage obstakels en uitstekende
objecten die zich hoger bevinden, zoals
uitstekende randen, kunnen niet door
het systeem worden gedetecteerd.
Afhankelijk van de uitrusting kunnen
ook andere assistentiefuncties gebruik-
maken van gegevens van Parking Sen-
sors.
Houd u aan de aanwijzingen in het
hoofdstuk over Parking Sensors.
De op het regeldisplay weergegeven
objecten kunnen dichterbij zijn dan ze
lijken te zijn. Schat de afstand tot de
objecten niet in op basis van de weer-
gave op het display.
*: indien aanwezig
Bij een onoverzichtelijke uitrit of bij het
verlaten van een parkeervak haaks op
de rijbaan kan di t systeem weggebrui-
kers die van links of rechts naderen
eerder waarnemen dan mogelijk is
vanaf de bestuurdersstoel.
Twee radarsensoren in de achterbum-
per bewaken het gebied achter de auto.
Het systeem geeft het naderen van
andere weggebruikers aan.
Beperkingen van het systeem
Systeembeperkingen van de
sensoren
Camera uitgeschakeld
Detectie van objecten
RCTA (Rear Cross Traffic
Alert)*
Principe
Algemeen
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Het systeem ontslaat u niet van uw per-
soonlijke verantwoordelijkheid om de
zichtbaarheid en verkeerssituatie goed in
te schatten. Er bestaat een kans op onge-
vallen. Pas uw rijstijl aan de omstandighe-
den op de weg aan. Houd de
verkeerssituatie in de gaten en grijp in als
de situatie dit vereist.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 262 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM