
201-1. AANWIJZINGEN
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
De gegevens met betrekking tot een
verzonden noodoproep worden in de
auto geactiveerd. De gegevens bevat-
ten informatie over de noodoproep, bij-
voorbeeld de plaats en het tijdstip
waarop deze is verzonden.
De alarmcentrale slaat audio-opnamen
van de noodoproep op.
Audio-opnamen van de klant worden
24 uur bewaard, voor het geval de
details van de noodoproep moeten wor-
den geanalyseerd. Daarna worden de
audio-opnames gewist. Audio-opna-
mes van de medewerker van de alarm-
centrale worden 24 uur bewaard voor
kwaliteitswaarborging.
De gegevens die worden verkregen in
het kader van een automatische
noodoproep, worden alleen gebruikt
om de noodoproep te verwerken.
Indien dit wettelijk ve rplicht is, verstrekt
de autofabrikant de gegevens die hij
heeft verwerkt en, indien van toepas-
sing, nog steeds heeft bewaard. De eigenaar van een auto die is voor-
zien van een automatisch noodoproep-
systeem en het wett
elijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem heeft het
recht om het eCall-systeem in de auto
te gebruiken in plaats van de automati-
sche noodoproep.
Neem voor deactiveringsverzoeken
contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Het wettelijk vereiste eCall-noodop-
roepsysteem staa t altijd klaar in aanvul-
ling op het automatische
noodoproepsysteem. Het wettelijk ver-
eiste eCall-noodoproepsysteem neemt
de noodoproepfunctie over als het
automatische noodoproepsysteem om
technische redenen niet functioneert,
bijvoorbeeld als de door de autofabri-
kant aangewezen alarmcentrale niet
kan worden bereikt.
Het wettelijk vereiste eCall-noodop-
roepsysteem maakt gebruik van de
infrastructuur van het openbare alarm-
nummer 112.
Het systeem kan zo worden geconfigu-
reerd dat noodoproepen altijd worden
verzonden via het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem en niet via
het automatische noodoproepsysteem.
Laat de instelling configureren door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Gegevensopslag
Verstrekking van persoonsgegevens
Wettelijk vereist
noodoproepsysteem
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 20 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

583-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Voor sommige menu-items staat een
selectievakje. Dit selectievakje geeft
aan of de functie is ingeschakeld of uit-
geschakeld. U kunt de functie in- of uit-
schakelen door het desbetreffende
menu-item te selecteren of deselecte-
ren.
Functie ingeschakeld.
Functie uitgeschakeld.
■Algemeen
Het statusveld bevindt zich bovenaan
het regeldisplay. De statusinformatie
wordt in de vorm van symbolen weer-
gegeven.
■Symbolen in het statusveld
Telefoon
Entertainment
Overige functies
Functies in-/uitschakelen
Statusinformatie
SymboolBetekenis
Inkomend of uitgaand gesprek.
Gemiste oproep.
Ontvangstniveau van het
mobiele netwerk.
Zoeken naar netwerk.
Geen mobiel netwerk beschik-
baar.
Kritiek laadniveau van de
mobiele telefoon bereikt.
Gegevensoverdracht niet
mogelijk.
Roaming actief.
SMS-bericht ontvangen.
Bericht ontvangen.
Herinnering.
Verzenden niet mogelijk.
Contacten worden geladen.
SymboolBetekenis
Bluetooth-audio.
USB-audio-interface
SymboolBetekenis
Bericht over de auto.
Geluidsweergave uitgescha-
keld.
Actuele locatie auto.
Verkeersinformatie.
SymboolBetekenis
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page
58 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

67
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
■Wissen
■Algemeen
U kunt letters en tekens invoeren met
de controller of via het touchscreen.
De weergave van het toetsenbord ver-
andert automatisch.
■Overzicht van symbolen
Symbolen die niet kunnen worden
geselecteerd, worden grijs weergege-
ven.
De navigatiekaart kan worden ver-
plaatst via het touchscreen. Een aantal functies van Toyota Supra
Command kan worden bediend met de
touchpad van de controller.
Via Toyota Supra Command:
1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Touchpad”
4 Selecteer de gewenste instelling:
• “Write” (schrijven): om letters en cij- fers in te voeren.
• “Map” (kaart): om de kaart te bedie- nen.
• “Search fields” (velden zoeken): om
letters in te voeren zonder het lijst-
veld te selecteren.
• “Audio feedback” (akoestische
terugmelding): het systeem laat de
ingevoerde letters en cijfers via de
luidsprekers horen.
Het invoeren van letters vergt enige
oefening. Let bij het invoeren op het
volgende:
• Het is mogelijk om hoofdletters, kleine letters en cijfers in te voeren.
Het kan nodig zijn om te wisselen
tussen hoofdletters en kleine letters,
cijfers en tekens, zie blz. 64.
• Voer de tekens in zoals ze worden weergegeven op het regeldisplay.
SymboolFunctie
Op het symbool tikken: een let-
ter of cijfer wissen.
Uw vinger op het symbool hou-
den: alle letters of cijfers wis-
sen.
Korea en Taiwan
SymboolFunctie
Wisselen tussen tekens.
Het ingevoerde wissen.
Ingedrukt houden: al het inge-
voerde wordt gewist.
Spaties invoeren.
Bediening van de navigatiekaart
FunctieBediening
Inzoomen/uitzoo-
men op de kaart.Beweeg uw vingers
naar elkaar toe of uit
elkaar.
Touchpad
Algemeen
Functies selecteren
Invoeren van letters en cijfers
(behalve Korea en Taiwan)
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 67 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

71
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Via Toyota Supra Command:
1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Language” (taal)
4 “Voice control:” (spraakbediening:)
5 Selecteer de gewenste instelling.
Het is mogelijk om een nieuw spraak-
commando te geven als het spraak-
commandosysteem nog bezig is met
het verwerken van uw vorige spraak-
commando. Deze functie kan worden
uitgeschakeld als het verwerken van de
spraakcommando's vaker dan gewenst
wordt afgebroken, bijvoorbeeld door
omgevingsgeluiden of gesprekken op
de achtergrond.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Language” (taal)
4 “Speaking during voice output”
(spreken tijdens de spraakweer-
gave)
Online spraakverwerking maakt het
gebruik van de dicteerfunctie mogelijk,
vergemakkelijkt de natuurlijke invoer
van bestemmingen en verbetert de
kwaliteit van spraakherkenning. Om
deze functie te gebruiken worden gege-
vens via een versleutelde verbinding
naar een provider van een dienst
gestuurd en daar lokaal opgeslagen. Via Toyota Supra Command:
1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Language” (taal)
4 “Server speech recognition”
(spraakherkenning via server)
Draai de volumeknop tijdens de
gesproken aanwijzingen totdat het
gewenste volume is bereikt.
• De volume-instelling blijft behouden, zelfs als u het volume van andere
audiobronnen wijzigt.
• De volume-instelling wordt opgesla- gen voor het op dat moment
gebruikte bestuurdersprofiel.
• Bepaalde geluiden kunnen worden gedetecteerd en kunnen tot proble-
men leiden. Houd portieren en ruiten
gesloten.
• Lawaai van passagiers of de achter- bank kan het syst eem hinderen.
Houd achtergrondgeluiden in de
auto gedempt terwijl u spreekt.
• Sterke accenten kunnen voorkomen
dat spraakherkenning correct werkt.
Spreek luid en duidelijk.
Spreken tijdens de spraakweergave
Online spraakverwerking
Regelen van het volume
Beperkingen van het systeem
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 71 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

81
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Dit hoofdstuk beschrijft alle standaard,
landspecifieke en speciale uitrusting
die beschikbaar is voor de modelserie.
Er kan dan ook uitrusting worden
beschreven die niet in uw auto aanwe-
zig is, bijvoorbeeld vanwege de gese-
lecteerde speciale uitrusting of de
landenspecificatie. Dit geldt ook voor
functies en systemen
met betrekking tot
veiligheid. Houd u bij het gebruik van
de bijbehorende functies en systemen
aan de desbetreffende wet- en regelge-
ving.
Er zijn in de auto verschillende vormen
van connectiviteit beschikbaar voor het
gebruik van mobiele apparaten. Het te
selecteren type connectiviteit is afhan-
kelijk van het mobiele apparaat en de
functie die u wilt gebruiken.
In het volgende overzicht ziet u de
mogelijke functies en de daarvoor
beschikbare typen connectiviteit. De
beschikbaarheid van functies is afhan-
kelijk van het mobiele apparaat. Het gebruik van de volgende typen
connectiviteit vereist een eenmalige
koppeling met de auto:
•Bluetooth.
• Apple CarPlay.
• Screen Mirroring.
De gekoppelde apparaten worden ver-
volgens automatisch herkend en ver-
bonden met de auto.
Connectiviteit
Uitrusting
Principe
Algemeen
FunctieType
connectiviteit
Bellen via het hands-
free-systeem.
Bedienen van telefoon-
functies via Toyota Supra
Command.
De agendafuncties van de
smartphone gebruiken.
Bluetooth.
Muziek vanaf een smart-
phone of audiospeler
afspelen.Bluetooth of
USB.
Compatibele apps bedie-
nen via Toyota Supra
Command.Bluetooth of
USB.
USB-opslagmedium:
Exporteren en importeren
van bestuurdersprofielen.
Importeren en exporteren
van opgeslagen routes.
Muziek afspelen.
USB.
Video's vanaf een smart-
phone of USB-apparaat
afspelen.
USB.
Apple CarPlay-apps
bedienen via Toyota Supra
Command en via spraak-
commando's.
Bluetooth en
WLAN.
Screen Mirroring: het
scherm van de smart-
phone weergeven op het
regeldisplay.
WLAN.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page
81 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

83
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Via Toyota Supra Command:
1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Mobile devices” (mobiele appara-
ten)
4 “Connect new device” (verbind
nieuw apparaat)
5 Selecteer de volgende functies:
• “Telephone” (telefoon)
• “Bluetooth audio”
• “Apps”
• “Apple CarPlay”
• “Screen Mirroring”
De Bluetooth-naam van de auto wordt weer-
gegeven op het regeldisplay.
6 Zoek op het mobiele apparaat naar
Bluetooth-apparaten in de omge-
ving.
De Bluetooth-naam van de auto wordt weer-
gegeven op het scherm van het mobiele
apparaat.
Selecteer de Bluetooth-naam van de auto.
7Afhankelijk van het mobiele appa-
raat wordt een controlenummer
weergegeven of moet u zelf het
controlenummer invoeren.
• Vergelijk het controlenummer dat op
het regeldisplay wordt weergegeven
met het controlenummer op het
scherm van het apparaat.
Bevestig het controlenummer op het appa-
raat en op het regeldisplay.
• Voer hetzelfde controlenummer in op het apparaat en via Toyota Supra
Command en bevestig vervolgens.
Het apparaat is verbonden en wordt weerge-
geven in de apparatenlijst, zie blz. 87
Er kunnen zich gevallen voordoen
waarin het mobiele apparaat niet functi-
oneert zoals verwacht, hoewel aan alle
voorwaarden is voldaan en alle nood-
zakelijke stappen in de juiste volgorde
zijn uitgevoerd. Desalniettemin functio-
neert het mobiele apparaat niet zoals
verwacht.
In dergelijke gevallen kan de volgende
uitleg hulp bieden:
Waarom kan de mobiele telefoon niet
worden gekoppeld of verbonden?
• Er zijn te veel Bluetooth-apparaten gekoppeld aan de mobiele telefoon
of de auto.
Verwijder in de auto de Bluetooth-koppelin-
gen met andere apparaten.
Verwijder alle bekende Bluetooth-koppelin-
gen uit de apparatenlijst op de mobiele tele-
foon en laat deze vervolgens naar nieuwe
apparaten zoeken.
• De mobiele telefoon bevindt zich in de energiebesparingsmodus of de
batterij is bijna leeg.
Laad de mobiele telefoon op.
Waarom reageert de mobiele telefoon
niet meer?
• De applicaties op de mobiele tele-foon werken niet meer.
Schakel de mobiele telefoon uit en weer in.
• Omgevingstemperatuur te hoog of te laag om de mobiele telefoon te
bedienen.
Stel de mobiele telefoon niet bloot aan
extreme omgevingsomstandigheden.
Het mobiele apparaat koppelen
aan de autoVeelgestelde vragen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 83 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

843-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Waarom kunnen telefoonfuncties niet
via Toyota Supra Command worden
gebruikt?
• De mobiele telefoon is mogelijk niet correct geconfigureerd (bijvoorbeeld
als een Bluetooth-audioapparaat).
Maak verbinding met de mobiele telefoon via
de functie “Telephone” (telefoon) of “Additio-
nal telephone” (extra telefoon).
Waarom worden telefoonboekcontac-
ten helemaal niet, niet allemaal of
slechts gedeeltelijk weergegeven?
• De overdracht van de telefoonboek-contacten is nog niet voltooid.
• Onder bepaalde omstandigheden worden alleen de in de mobiele tele-
foon of op de simkaart opgeslagen
telefoonboekcontacten overgedra-
gen.
• Mogelijk kunnen telefoonboekcon-
tacten met speciale karakters niet
worden weergegeven.
• De overdracht van contacten van
sociale netwerken is misschien niet
mogelijk.
• Het aantal telefoonboekcontacten
dat moet worden opgeslagen, is te
hoog.
• Het datavolume van het contact is te
groot, bijvoorbeeld vanwege opge-
slagen informatie zoals memo's.
Verklein het datavolume van het contact.
• Een mobiele telefoon kan alleen als audiobron of als telefoon worden
gekoppeld.
Configureer de mobiele telefoon en koppel
deze met de functie “Telephone” (telefoon)
of “Additional telephone” (extra telefoon).
Hoe kan de kwaliteit van de telefoon-
verbinding worden verbeterd?
• Pas de sterkte van het Bluetooth-signaal op de mobiele telefoon aan; de procedure varieert
per mobiele telefoon.
• Pas het volume van de microfoon en de luidspreker afzonderlijk aan in de
geluidsinstellingen.
Neem als alle punten in de lijst zijn
gecontroleerd en de gewenste functie
niet kan worden uitgevoerd contact op
met de klantenservice, een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Op de USB-aansluiting kunnen mobiele
apparaten met een USB-stekker wor-
den aangesloten.
• Audioapparaten zoals MP3-spelers.
• USB-opslagapparatuur.
De gangbare bestandsformaten worden
ondersteund. De formaten FAT32 en exFAT
worden aanbevolen.
Een aangesloten USB-apparaat kan via
de USB-aansluiting worden opgeladen
als het apparaat dit ondersteunt. Houd
rekening met de maximale stroom-
sterkte voor het opladen via de
USB-aansluiting.
Het volgende is mogelijk bij USB-aan-
sluitingen die compatibel zijn met gege-
vensoverdracht:
• Exporteren en importeren van bestuurdersprofielen, zie blz. 77.
• Afspelen van muziekbestanden via
USB audio.
• Videofilms bekijken via USB video.
• Importeren van routes.
USB-verbinding
Algemeen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 84 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

87
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Via Toyota Supra Command:
1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Mobile devices” (mobiele appara-
ten)
4 “Settings” (instellingen)
5 “Vehicle WiFi” (wifi van auto)
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Mobile devices” (mobiele appara-
ten)
4 “Connect new device” (verbind
nieuw apparaat)
5 “Screen Mirroring”
De WLAN-naam van de auto wordt weerge-
geven op het regeldisplay.
6Zoek op de smartphone naar
WLAN-apparaten in de omgeving.
De WLAN-naam van de auto wordt weerge-
geven op het scherm van het apparaat.
Selecteer de WLAN-naam van de auto.
7Bevestig de verbinding via Toyota
Supra Command.
Het apparaat is verbonden en wordt
weergegeven in de apparatenlijst, zie
blz. 87 • Na een eenmalige registratie worden
apparaten automati sch gedetecteerd
en wordt er automatisch verbinding
mee gemaakt als de standby-modus
wordt ingeschakeld.
• De op de simkaart of in de mobiele
telefoon opgeslagen gegevens wor-
den na de detectie naar de auto
overgedragen.
• Bij bepaalde apparaten kunnen spe- cifieke instellingen noodzakelijk zijn,
zoals een autorisatie. Raadpleeg de
handleiding van het apparaat.
In de apparatenlijst worden alle gere-
gistreerde of met de auto verbonden
apparaten weergegeven.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Mobile devices” (mobiele appara-
ten)
Een symbool geeft aan voor welke
functie een apparaat wordt gebruikt.
WLAN inschakelen
De smartphone met Screen
Mirroring registreren
Mobiele apparaten beheren
Algemeen
Apparatenlijst weergeven
SymboolFunctie
“Telephone” (telefoon)
“Additional telephone” (extra
telefoon)
“Bluetooth audio”
“Apps”
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page
87 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM