Page 489 of 784

4894-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)
OPMERKING
●Als er kuilen of hellingen in de weg zitten, kan de beoogde parkeerplaats niet goed
worden ingesteld. Daardoor wordt de auto mogelijk schuin of deels buiten de par-
keerplaats geparkeerd. Gebruik in deze gevallen de Parallel Parking Assist-modus
niet.
● Wanneer zich aan de binnenzijde van de parkeerplaats een muur of ander obstakel
bevindt of wanneer een andere geparkeerde auto deels op de weg staat, wordt de
beoogde parkeerplaats ingesteld op een positie waarbij de auto iets uitsteekt op de
weg.
● Afhankelijk van de omgeving, zoals andere geparkeerde auto's, wordt de auto
mogelijk schuin of deels buiten de parkeerplaats geparkeerd. Pas de positie van de
auto indien nodig handmatig aan.
● Het systeem helpt de auto te begeleiden op basis van de positie van nabij gepar-
keerde auto's, zelfs wanneer zich obstakels, hobbels, kuilen of stoepranden op, in
of naast de parkeerplaats bevinden.
Als het lijkt alsof de auto iets zal raken, breng de auto dan tot stilstand door het
rempedaal in te trappen en druk op de S-IPA-schakelaar om het systeem uit te
schakelen.
● Mogelijk kunnen objecten die zich dicht bij de grond bevinden niet worden gesigna-
leerd. Controleer of het gebied rondom uw auto veilig is en breng de auto tot stil-
stand door het rempedaal in te trappen als het lijkt alsof de auto mogelijk iets zal
raken.
●Als de geparkeerde auto waarachter u wilt
parkeren erg smal is, of zeer dicht tegen de
stoeprand aan geparkeerd staat, begeleidt
de ondersteuningsregeling uw auto ook naar
een positie dicht tegen de stoeprand aan.
Als de kans bestaat dat de auto de stoep-
rand of een ander obstakel zal raken of als
de kans bestaat dat de stand van de wielen
afwijkt van de beoogde parkeerplaats, breng
de auto dan tot stilstand door het rempedaal
in te trappen en druk op de S-IPA-schake-
laar om het systeem uit te schakelen.
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 489 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 490 of 784

4904-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)■
Overzicht van functies
Selecteer bij het wegrijden van een parkeerplaats na het fileparkeren de
richting waarin u wilt wegrijden. De ondersteuningsregeling voor de bedie-
ning van het stuurwiel helpt om de auto naar een positie te begeleiden van
waaruit u kunt wegrijden.
Druk, terwijl de selectiehendel in
stand P staat, op de S-IPA-scha-
kelaar, selecteer de modus par-
keerplaats fileparkeren verlaten
en bedien de richtingaanwijzer-
schakelaar om de gewenste uit-
rijrichting te selecteren.
De automatische bediening van
het stuurwiel begint wanneer de
schakelstand wordt gewijzigd
overeenkomstig de door het
systeem geleverde begeleiding.
Er is een geluid te horen en er wordt een display weergegeven om u te
laten weten wanneer de auto de positie bereikt van waaruit kan worden
weggereden.
Afhankelijk van de conditie van de parkeerplaats worden de begeleiding voor de
beginpunten voor naar voren rijden en achteruitrijden en de automatische bedie-
ning van het stuurwiel telkens wanneer meerdere keermanoeuvres nodig zijn,
herhaald vanaf het moment dat de automatische bediening van het stuurwiel
begint in stap tot het moment dat de auto een positie bereikt van waaruit kan
worden weggereden.
Wegrijden van een parkeerplaats na het fileparkeren (modus parkeer-
plaats fileparkeren verlaten)
1
2
3
2
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 490 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 491 of 784

4914-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)■
Gebruik van de modus parkeerplaats fileparkeren verlaten om weg te
rijden
Druk, terwijl de selectiehendel in stand P staat, op de S-IPA-schakelaar
en controleer of het display op het multi-informatiedisplay terugkeert
naar “Exit Parallel Parking” (parkeerplaats fileparkeren verlaten).
Bedien de richtingaanwijzerschakelaar ( →Blz. 331) om te selecteren of
u linksaf of rechtsaf wilt wegrijden.
Als zich in de richting waarin u wegrijdt obstakels bevinden, bepaalt het systeem
dat wegrijden niet mogelijk is en wordt de ondersteuningsregeling uitgescha-
keld.
Als de selectiehendel in stand R (of D) wordt gezet overeenkomstig het
advies op het scherm ( →Blz. 481), klinkt er een hoog piepsignaal en
start de ondersteuningsregeling.
De procedure vanaf stap is voor het geval het advies “Shift to [R]” (schakel
stand R in) op het scherm wordt weergegeven nadat de richtingaanwijzerscha-
kelaar is bediend om een wegrijrichting te selecteren.
● Wanneer de automatische bediening van het stuurwiel begint, wor-
den de weergave van de automatische bediening van het stuurwiel
(→Blz. 481) en de indicator die de mate van assistentie aangeeft
( →Blz. 481) op het display weergegeven.
● Druk op de S-IPA-schakelaar om de ondersteuningsregeling te stop-
pen.
Neem een normale zithouding voor achteruitrijden aan, laat uw handen
lichtjes en zonder kracht te gebruiken op het stuurwiel rusten, controleer
of het gebied achter en rondom de auto veilig is en rijd langzaam ach-
teruit terwijl u de rijsnelheid regelt met het rempedaal.
● Wanneer u te snel achteruitrijdt, klinkt er een schril piepsignaal en
stopt de ondersteuningsregeling. ( →Blz. 482)
1
2
3
4
4
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 491 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 492 of 784
4924-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)
Breng de auto tot stilstand wan-
neer een piepsignaal te horen is
en de stopweergave (→Blz. 481)
op het display wordt weergege-
ven.
Zet de selectiehendel in stand D.
Neem een normale zithouding aan, laat uw handen lichtjes en zonder
kracht te gebruiken op het stuurwiel rusten, controleer of het gebied
voor en rondom de auto veilig is en rijd langzaam vooruit terwijl u de rij-
snelheid regelt met het rempedaal.
● Wanneer er niet in één keer kan worden weggereden en er meerdere
keermanoeuvres nodig zijn, ga dan naar stap .
● Wanneer er niet meerdere keermanoeuvres nodig zijn, ga dan naar
stap ( →Blz. 494).
Breng de auto tot stilstand wan-
neer een piepsignaal te horen is
en de stopweergave ( →Blz. 481)
op het display wordt weergege-
ven.
Zet de selectiehendel in stand R.5
6
7
8
14
8
9
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 492 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 493 of 784
4934-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)
Neem een normale zithouding voor achteruitrijden aan, laat uw handen
lichtjes en zonder kracht te gebruiken op het stuurwiel rusten, controleer
of het gebied achter en rondom de auto veilig is en rijd langzaam ach-
teruit terwijl u de rijsnelheid regelt met het rempedaal.
Afhankelijk van de conditie van de parkeerplaats moeten de stappen tot
mogelijk worden herhaald.
Breng de auto tot stilstand wan-
neer een piepsignaal te horen is
en de stopweergave (→Blz. 481)
op het display wordt weergege-
ven.
Zet de selectiehendel in stand D.
Neem een normale zithouding aan, laat uw handen lichtjes en zonder
kracht te gebruiken op het stuurwiel rusten, controleer of het gebied
voor en rondom de auto veilig is en rijd langzaam vooruit terwijl u de rij-
snelheid regelt met het rempedaal.
10
510
11
12
13
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 493 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 494 of 784

4944-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)
Wanneer de auto bijna het punt
voor wegrijden heeft bereikt,
klinkt er een hoog piepsignaal
en wordt de ondersteuningsre-
geling beëindigd. Pak vervol-
gens het stuurwiel vast en rijd
naar voren.
■Modus parkeerplaats fileparkeren verlaten
●Als tijdens de ondersteuningsregeling de bestuurder bepaalt dat hij/zij zich op een
positie bevindt van waaruit kan worden weggereden en hij/zij het stuurwiel bedient,
wordt de ondersteuningsregeling op die positie gestopt.
● De ondersteuningsregeling kan niet worden gebruikt als er geen auto's geparkeerd
staan vóór de auto of als er te veel ruimte zit tussen de voorzijde van uw auto en de
auto die vóór u geparkeerd staat.
● Bij het gebruik van de modus parkeerplaats fileparkeren verlaten werkt afhankelijk
van de omgeving de ondersteuningsmodus mogelijk niet.
14
OPMERKING
●Het detectiebereik van de sensoren ( →Blz. 457) is beperkt. Controleer of het
gebied rondom uw auto veilig is. Breng, als de kans bestaat dat er iets wordt
geraakt, de auto tot stilstand door het rempedaal in te trappen.
● Mogelijk kunnen objecten die zich dicht bij de grond bevinden niet worden gesigna-
leerd. Controleer of het gebied rondom uw auto veilig is en breng de auto tot stil-
stand door het rempedaal in te trappen als het lijkt alsof de auto mogelijk iets zal
raken.
● Controleer bij het wegrijden of het gebied rondom uw auto veilig is.
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 494 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 495 of 784

4954-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)■
Overzicht van functies
Stop op het punt waarbij het midden van de beoogde parkeerplaats vrijwel
haaks op de auto staat. Als de parkeerplaats kan worden gesignaleerd,
kan de begeleidingsfunctie voor vooruitrijden worden gebruikt. Bovendien
wordt er afhankelijk van de parkeerplaats en andere omstandigheden en
indien nodig ondersteuning verleend bij het maken van meerdere keerma-
noeuvres.
Stop op het punt waarbij het
midden van de beoogde par-
keerplaats vrijwel haaks op de
auto staat. Druk vervolgens 2
keer op de S-IPA-schakelaar om
de modus automatisch achter-
uit inparkeren te selecteren.
De automatische bediening van
het stuurwiel begint wanneer de
auto begint te rijden.
Er is een geluid te horen en er
wordt een display weergegeven
om u te laten weten wanneer de
auto de positie bereikt van waar-
uit achteruit kan worden gere-
den.
Als de gesignaleerde parkeerplaats
of de weg (afstand tot de rand van
de weg tegenover de parkeerplaats)
smal is of als er zich obstakels voor
de auto bevinden, wordt er geen
begeleiding gegeven.
Het parkeren is voltooid
Hiermee is de ondersteuningsmodus voltooid.
Afhankelijk van de conditie van de parkeerplaats worden de begeleiding voor de
beginpunten voor naar voren rijden en achteruitrijden en de automatische bedie-
ning van het stuurwiel telkens wanneer meerdere keermanoeuvres nodig zijn,
herhaald. Hierbij wordt stap gevolgd vanaf het moment dat de auto achteruit
begint te rijden totdat het parkeren is voltooid.
Naast andere auto's parkeren (modus automatisch achteruit
inparkeren)
1
2
3
4
3
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 495 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 496 of 784

4964-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)■
Parkeren
Stop op het punt waarbij het
midden van de beoogde par-
keerplaats vrijwel haaks op de
auto staat. Druk vervolgens 2
keer op de S-IPA-schakelaar en
controleer of het display op het
multi-informatiedisplay terug-
keert naar “Back-in Parking”
(achteruit inparkeren).
●Controleer het gebied in de
richting van de pijl die de rich-
ting van de automatische
bediening van het stuurwiel
en de beoogde parkeer-
plaats op het display aan-
geeft visueel.
● Iedere keer dat er op de S-
IPA-schakelaar wordt
gedrukt, wijzigt de modus.
(→Blz. 480)
● Wanneer de selectiehendel niet in stand D of B staat, zal niet worden
overgeschakeld naar de weergave “Back-in Parking” (achteruit inpa\
r-
keren).
● Als de rijsnelheid is gesignaleerd, schakelt het scherm over op de
weergave “Back-in Parking” (achteruit inparkeren). Breng de auto
volledig tot stilstand en druk nogmaals op de S-IPA-schakelaar om
over te schakelen naar de weergave “Back-in Parking” (achteruit
inparkeren).
● De richtingaanwijzerschakelaar ( →Blz. 331) kan worden bediend om
te selecteren of u linksaf of rechtsaf wilt parkeren.
● Het systeem kan niet worden gebruikt wanneer de parkeerplaats
smal is of wanneer de ondersteuningsregeling onvoldoende ruimte
heeft om te werken. Raadpleeg de informatie op het multi-informatie-
display om naar een andere parkeerplaats te gaan.
1 m
1
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 496 Monday, July 6, 2020 1:18 PM