Page 86 of 818
841-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E■
Geschiktheid van elke zitpositie bij een baby- of kinderzitje
*1, 2, 3
*3
*3
*4
Geschikt voor een “universeel” baby- of kinderzitje vastgezet
met een veiligheidsgordel.
Geschikt voor een baby- of kinderzitje dat is vermeld in de tabel
m.b.t. geschiktheid en aanbevolen baby- en kinderzitjes
(
Blz. 88).
Geschikt voor i-Size- en ISOfix-baby- of kinderzitjes.
Met een bevestigingspunt voor de bovenste gordel.
Niet geschikt voor baby- of kinderzitjes.
Gebruik nooit een tegen de rijrichting in geplaatst baby- of kin-
derzitje op de voorpassagiersstoel als de aan/uit-schakelaar
voor de airbag in stand ON staat.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 84 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
Page 87 of 818
851-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
1
Veiligheid en beveiliging
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E
*1: Schuif de voorstoel helemaal naar achteren. Als de hoogte van de passagiers-stoel kan worden versteld, dan moet deze in de hoogste positie staan.
*2: Zet de rugleuning zo veel mogelijkrechtop.
Indien er bij het plaatsen van een in
de rijrichting geplaatst kinderzitje een
opening aanwezig is tussen het kin-
derzitje en de rugleuning, stel de rug-
leuning dan af totdat het zitje en de
rugleuning goed contact maken.
*3: Verwijder indien mogelijk de hoofdsteun indien deze de werking van het baby- of
kinderzitje hindert.
Zet anders de hoofdsteun in de hoogste stand.
*4: Gebruik alleen een in de rijrichting geplaatst baby- of kinderzitje als de aan/uit-schakelaar voor de airbag in stand ON staat.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 85 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
Page 88 of 818
861-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E■
Meer informatie over het plaat
sen van baby- en kinderzitjes
Zitpositie
StoelpositienummerAan/uit-schakelaar airbag
ONOFF
Zitpositie geschikt voor uni-
verseel zitje vastgezet met
gordel (Ja/Nee)Ja
Alleen in de rijrichting
JaJaJa
Zitpositie i-Size (Ja/Nee)NeeNeeJaJa
Zitpositie geschikt voor zij-
waarts geplaatst zitje
(L1/L2/Nee)
NeeNeeNeeNee
Geschikte bevestiging voor
tegen de rijrichting in
geplaatst zitje
(R1/R2X/R2/R3/Nee)
NeeNeeR1, R2X,
R2R1, R2X, R2
Geschikte bevestiging voor in
de rijrichting geplaatst zitje
(F2X/F2/F3/Nee)NeeNeeF2X, F2, F3F2X, F2, F3
Geschikte bevestiging voor
zitkussen (B2/B3/Nee)NeeNeeB2, B3B2, B3
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 86 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
Page 90 of 818

881-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E■
Tabel m.b.t. geschiktheid en aan
bevolen baby- en kinderzitjes
De in de tabel genoemde baby- en kinderzitjes zijn mogelijk niet verkrijgbaar
buiten Latijns-Amerika.
Bij het vastzetten van sommige typen baby- of kinderzitjes op de achterstoel
kunnen de veiligheidsgordels op de plaatsen naast het zitje mogelijk niet
goed worden gebruikt en komen ze mogelijk in aanraking met het zitje. Ook
kan de werking van de veiligheids gordel negatief worden beïnvloed. Draag
uw veiligheidsgordel goed aansluitend over uw schouder en laag over uw
heupen. Wanneer dit niet het geval is of wanneer hij in aanraking komt met
het zitje, ga dan ergens anders zitten. Het niet in acht nemen van de voor-
zorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot gevolg hebben.
Gewichts- groepenAanbevolen
baby- of kinderzitje
Zitpositie
Aan/uit-schakelaar
airbag
ONOFF
0, 0+
Minder dan
13 kgMIDI 2 (Ja/Nee)NeeNeeJaJa
I
9 - 18 kgMIDI 2 (Ja/Nee)NeeNeeJaJa
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 88 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
Page 100 of 818

981-3. Noodoproep
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E■
Automatische noodoproepen
Als een airbag wordt geactiveerd, belt het systeem automatisch het eCall-
controlecentrum.* De medewerker van het controlecentrum ontvangt de
locatie van de auto, het tijdstip waarop het ongeval plaatsvond en het VIN
van de auto, en probeert de inzittenden van de auto te spreken om de
ernst van de situatie te beoordelen. Als de inzittenden niet in staat zijn om
te communiceren, behandelt de medewerker de oproep als een noodge-
val, neemt hij of zij contact op met de dichtstbijzijnde hulpdiensten (112,
enz.) en verzoekt hij of zij om assistentie ter plaatse.
*: In sommige gevallen kan er geen oproep worden verzonden. (
Blz. 113)
■
Handmatige noodoproepen
Druk in een noodsituatie op de
toets SOS om het eCall-controle-
centrum te bellen.* De medewer-
ker van het controlecentrum zal de
locatie van uw auto bepalen, de
situatie beoordelen en de beno-
digde hulpdiensten sturen.
Open de afdekking voordat u op de
toets SOS drukt.
Als u per ongeluk op de toets SOS hebt gedrukt, zeg dan tegen de medewerker
dat er geen sprake is van een noodgeval.
*: In sommige gevallen kan er geen oproep worden verzonden. ( Blz. 113)
Noodoproepdiensten
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 98 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
Page 116 of 818

1141-3. Noodoproep
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E
WAARSCHUWING
■Voor uw veiligheid
● Rijd voorzichtig.
De functie van dit systeem is om u te helpen bij het plaatsen van een noodoproep
bij ongevallen, zoals een verkeersongeval of een plotseling medisch noodgeval.
Het systeem biedt de bestuurder en de passagiers op geen enkele wijze bescher-
ming. Rijd voorzichtig en doe voor uw veiligheid altijd uw veiligheidsgordel om.
● Geef bij noodgevallen uw leven en de levens van anderen topprioriteit.
● Wanneer u een branderige lucht of anderszins een vreemde lucht ruikt, verlaat dan
de auto en zoek onmiddellijk een veilige plek op.
● Als de airbags worden geactiveerd terwijl het systeem normaal werkt, verzendt het
systeem een noodoproep. Het systeem verze ndt ook een noodoproep als de auto
van achteren wordt aangereden of als de auto over de kop slaat, zelfs als de air-
bags niet worden geactiveerd.
● Plaats om veiligheidsredenen geen noodoproep tijdens het rijden.
Wanneer u tijdens het rijden belt, kan het zijn dat u het stuurwiel niet goed kunt
bedienen, waardoor er een ongeval kan ontstaan.
Breng de auto tot stilstand en controleer of de omgeving veilig is alvorens een
noodoproep te plaatsen.
● Vervang zekeringen altijd door de voorgeschreven zekeringen. Als u andere zeke-
ringen gebruikt, kan er kortsluiting in het circuit optreden en kan er brand ontstaan.
● Wanneer u het systeem gebruikt terwijl er rook is of sprake is van een ongewone
geur, kan er brand ontstaan. Stop onmiddellijk met het gebruik van het systeem en
neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 11 4 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
Page 592 of 818

5906-1. Onderhoud en verzorging
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E
WAARSCHUWING
■Voorkomen van schade aan de auto of een autobrand
● Mors geen vloeistof in de auto, zoals op de vloer, in de ventilatieopeningen van het
batterijpakket (tractiebatterij) of in de bagageruimte.
Anders kunnen het batterijpakket (tractiebatterij), elektrische onderdelen en derge-
lijke defect raken of vlam vatten.
● Voorkom dat onderdelen of de bedrading van het airbagsysteem in het interieur nat
worden. ( Blz. 42)
Een elektrische storing kan ervoor zorgen dat de airbags worden geactiveerd of
niet op de juiste wijze werken, waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
● Auto's met nanoe™: Zorg er bij het gebruik van brandbare sprays (zoals reinigings-
middelen, luchtverfrissers of smeermiddelen) in de auto voor dat deze niet op elek-
trische onderdelen terechtkomen. Anders kan schade of brand ontstaan.
■ Reinigen van het interieur (met name het dashboard)
Gebruik geen autowas of lakcleaner. Het dashboard kan in de voorruit worden weer-
kaatst; hierdoor kan het gezichtsveld van de bestuurder worden belemmerd wat een
ernstig ongeval tot gevolg kan hebben.
OPMERKING
■Reinigingsmiddelen
● Gebruik de volgende reinigingsmiddelen niet, omdat ze verkleuring van het interi-
eur of strepen en beschadigingen van gelakte oppervlakken kunnen veroorzaken:
• Behalve de stoelen: Organische reinigingsmiddelen zoals wasbenzine en ter-
pentine, alkalische of zuurhoudende middelen, textielverf en bleekmiddel
• Stoelen: Alkalische en zuurhoudende middelen, zoals thinner, wasbenzine en alcohol
● Gebruik geen autowas of lakcleaner. Het dashboard of andere gelakte delen van
het interieur kunnen beschadigd raken.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 59 0 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
Page 685 of 818

6837-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E
7
Bij problemen
Motorcontrolelampje (waarschuwingszoemer)
Geeft aan dat er een storing is in:
• Het hybridesysteem;
• Het elektronische motorregelsysteem; of
• De elektronische smoorklepregeling.
Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een an dere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje SRS
Geeft aan dat er een storing is in:
• Het SRS-airbagsysteem; of
• Het gordelspannersysteem.
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje ABS
Geeft aan dat er een storing is in:
• Het ABS; of
• Het Brake Assist-systeem.
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
(Rood/geel)
Waarschuwingslampje (waarschu wingszoemer) elektrische
stuurbekrachtiging Geeft aan dat er een storing is in de elektrische stuurbekrachti-
ging (EPS)
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 68 3 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM