INHOUDSOPGAVE4
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E4-5. Gebruik van de ondersteunende
systemen
Toyota Safety Sense............... 351
PCS (Pre-Crash Safety- systeem) ............................... 365
LTA (Lane Tracing Assist) ...... 383
RSA (Road Sign Assist) .......... 398
Dynamic Radar Cruise Control met volledig
snelheidsbereik..................... 406
Cruise control .......................... 423
Rijmodus selecteren ............... 428
Snelheidsbegrenzer ................ 430
BSM (Blind Spot Monitor) ....... 433
Toyota Parking Assist-sensor . 452
RCTA (Rear Crossing Traffic Alert) .......................... 463
PKSB (Parki ng Support
Brake) ................................... 470
Parking Support Brake-functie (voor stilstaande objecten) ... 478
Parking Support Brake-functie (voor voertuigen die
achterlangs rijden) ................ 487
S-IPA (Simple Intelligent Parking Assist-systeem) ....... 494
GPF-systeem (benzineroetfilter).................. 533
Ondersteunende systemen ..... 534
4-6. Rijtips Rijden met een hybrideauto .... 542
Rijden in de winter .................. 545 5-1. Gebruik van de airconditioning
en de achterruitverwarming
Airconditioning .........................550
Stuurwielverwarming/ stoelverwarming ....................559
5-2. Gebruik van de interieurverlichting
Overzicht interieurverlichting ...561 • Interieurverlichting ..............562
• Leeslampjes........................562
5-3. Gebruik van de opbergmogelijkheden
Overzicht van opbergmogelijkheden ............564
• Dashboardkastje .................565
• Consolevak .........................565
• Fleshouders ........................566
• Bekerhouders .....................567
Voorzieningen in de bagageruimte ...................568
5-4. Gebruik van de overige voorzieningen in het interieur
Overige voorzieningen in het interieur .......................576
• Zonnekleppen .....................576
• Make-upspiegels.................576
• Klok .....................................577
• Accessoireaansluiting .........578
• Handgrepen ........................579
5Voorzieningen in het
interieur
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 4 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
16Overzicht
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E
■Dashboard (auto's met linkse besturing)
Startknop. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 301
Starten van het hybridesysteem/wijzigen van de modi . . . . . . . . . . . Blz. 301
Noodstop van het hybridesysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 673
Als het hybridesysteem niet gestart kan worden . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 745
Waarschuwingsmeldingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 693
Selectiehendel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 311
Bedienen van de selectiehendel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 311
Voorzorgsmaatregelen bij slepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 675
Als de selectiehendel niet in een andere stand kan worden gezet . . Blz. 313
Tellers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 164
Aflezen van de tellers/instellen van de helderheid
van de dashboardverlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 164, 171
Waarschuwingslampjes/controlelampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 156
Als de waarschuwingslampjes gaan branden . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 682
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 16 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
24Overzicht
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E
■Dashboard (auto's met rechtse besturing)
Startknop. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 301
Starten van het hybridesysteem/wijzigen van de modi . . . . . . . . . . . Blz. 301
Noodstop van het hybridesysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 673
Als het hybridesysteem niet gestart kan worden . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 745
Waarschuwingsmeldingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 693
Selectiehendel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 311
Bedienen van de selectiehendel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 311
Voorzorgsmaatregelen bij slepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 675
Als de selectiehendel niet in een andere stand kan worden gezet . . Blz. 313
Tellers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 164
Aflezen van de tellers/instellen van de helderheid van
de dashboardverlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 164, 171
Waarschuwingslampjes/controlelampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 156
Als de waarschuwingslampjes gaan branden . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 682
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 24 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
451-1. Voor een veilig gebruik
1
Veiligheid en beveiliging
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen airbags
● De voorpassagiersairbag wordt ook met een aanzienlijke kracht geactiveerd waar-
door ernstig letsel kan ontstaan, vooral w anneer de voorpassagier zich erg dicht bij
de airbag bevindt. De voorpassagiersstoel dient zo ver mogelijk van de airbag af te
staan, met de rugleuning rechtop.
● Kinderen die niet goed op de stoel zitten en/of niet goed vastzitten, kunnen ernstig
letsel oplopen door een geactiveerde airbag. Gebruik de veiligheidsgordels nooit
voor baby's of kleine kinderen, maar zet hen goed vast in een baby- of kinderzitje.
Toyota beveelt ten zeerste aan dat alle kinderen op de achterstoelen plaatsnemen
en op de juiste wijze vastzitten. Achterin zitten kinderen veiliger dan op de voorpas-
sagiersstoel. ( Blz. 59)
● Ga niet op het puntje van de stoel zitten en
leun niet op het dashboard.
● Laat een kind niet op de voorpassagiersstoel
staan of bij een voorpassagier op schoot zit-
ten.
● Sta niet toe dat voorpassagiers voorwerpen
op hun knieën vasthouden.
● Leun niet tegen het portier, de dakzijrail en
de voor-, midden- en achterstijl.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 45 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
461-1. Voor een veilig gebruik
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen airbags
● Laat niemand knielen op de passagiersstoel
in de richting van het portier of hoofd en han-
den buiten de auto steken.
● Auto's zonder knie-airbag voor de bestuur-
der: Bevestig niets aan en laat niets rusten
tegen componenten als het dashboard of
het stuurwielkussen.
Alles wat op deze componenten bevestigd is
of er tegenaan rust, kan als een projectiel
worden gelanceerd als de bestuurdersairbag
en de voorpassagiersairbag geactiveerd
worden.
Auto's met knie-airbag bestuurder:
Bevestig niets aan en laat niets rusten tegen
componenten als het dashboard, het stuur-
wielkussen of het onderste deel van het
dashboard.
Dergelijke items kunnen als een projectiel
worden gelanceerd als de airbag voor de
bestuurder, de airbag voor de voorpassagier
en de knie-airbag voor de bestuurder geacti-
veerd worden.
● Bevestig geen voorwerpen aan onderdelen
van de auto, zoals het portier, de voorruit, de
portierruit, de voor- of achterstijl, de dakzij-
rail en de handgreep. (Behalve het label
voor de snelheidsbeperking Blz. 708)
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 46 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
481-1. Voor een veilig gebruik
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E
WAARSCHUWING
■Wijzigingen aan en af voeren van onderdelen van het airbagsysteem
Voer uw auto niet af en voer geen van onderstaande veranderingen uit zonder eerst
een erkende Toyota-dealer of hersteller /reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige te raadplegen. De airbags kunnen defect
raken of per ongeluk worden geactiveerd, waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
● Plaatsen, verwijderen, demonteren en repareren van de airbags
● Reparatie, aanpassing, verwijdering of vervanging van stuurwiel, instrumentenpa-
neel, dashboard, stoelen of stoelbekleding, voor-, midden- en achterstijlen, dakzij-
rails, voorportierpanelen, voorportierbekl eding of luidsprekers in de voorportieren
● Aanpassing van het voorportierpaneel (bijvoorbeeld een gat erin maken)
● Reparaties of wijzigingen aan het voorspatbord, de voorbumper of de zijkant van
het passagierscompartiment
● Plaatsen van een bullbar, sneeuwploeg of lier
● Wijzigingen aan de wielophanging van de auto
● Plaatsen van elektronische apparatuur al s een mobiele tweewegradio (zend-/ont-
vanginstallatie) of CD-speler
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 48 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
521-1. Voor een veilig gebruik
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E■
Wanneer moet u contact opnemen met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
In de volgende gevallen zal controle en/of reparatie van de auto nodig zijn. Neem zo
snel mogelijk contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
● Nadat een of meer airbags zijn geactiveerd.
● De voorzijde van de auto is beschadigd of
vervormd of de auto was betrokken bij een
ongeval dat niet van zodanige aard was dat
de airbags vóór werden geactiveerd.
● Bij beschadiging of vervorming van een
gedeelte van een portier of het omliggende
gebied, wanneer er een gat in is gemaakt of
bij een ongeval dat niet van zodanige aard
was dat de side airbags en curtain airbags
werden geactiveerd.
● Auto's zonder knie-airbag voor de bestuur-
der:
Bij krassen, scheuren of andere beschadigin-
gen in het middelste deel van het stuurwiel of
het dashboard bij de voorpassagiersairbag.
Auto's met knie-airbag bestuurder:
Bij krassen, scheuren of andere beschadigin-
gen aan het stuurwielkussen of het dash-
board bij de voorpassagiersairbag of het
onderste gedeelte van het instrumentenpa-
neel.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 52 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM
2073-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
3
Bediening van elk onderdeel
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E■
Aanwijzing voor de instapfunctie
●Zelfs als de elektronische sleutel zich binnen het detectiegebied bevindt, werkt het
systeem in de volgende gevallen mogelijk niet juist:
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de ruit of buitenportiergreep, te
dicht bij de grond of te hoog als de portieren worden vergrendeld of ontgrendeld.
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de grond of op een hoge plaats, of te dicht bij het midden van de achterbumper, als de achterklep wordt geopend.
• De elektronische sleutel ligt op het dashboard, op de vloer of in een portiervak of
het dashboardkastje wanneer het hybride systeem wordt gestart of de stand van
het contact wordt gewijzigd.
● Laat de elektronische sleutel niet boven op het dashboard of in de buurt van de por-
tiervakken liggen wanneer u de auto verlaat. Afhankelijk van de ontvangst van de
radiogolven wordt door de antenne mogelijk waargenomen dat de sleutel zich buiten
de auto bevindt en kunnen de portieren worden vergrendeld vanaf de buitenzijde,
waardoor de elektronische sleutel mogelijk in de auto wordt opgesloten.
● Zolang de elektronische sleutel zich binnen het detectiegebied bevindt, kunnen de
portieren door een willekeurige persoon worden vergrendeld en ontgrendeld. De
auto kan echter alleen worden ontgrendeld via de portieren die de elektronische
sleutel signaleren.
● Zelfs als de elektronische sleutel zich buiten de auto bevindt, kan het hybridesys-
teem mogelijk worden gestart als de elektronische sleutel zich in de buurt van de ruit
bevindt.
● Als de sleutel zich binnen het ontvangstgebied bevindt en er een grote hoeveelheid
water op de portiergreep terechtkomt (bijvoorbeeld tijdens een zware regenbui of het
wassen van de auto), kunnen de portieren worden ontgrendeld of vergrendeld. (Als
de portieren niet worden geopend en gesloten, worden deze na ongeveer 30 secon-
den automatisch weer vergrendeld.)
● Als de afstandsbediening wordt gebruikt om de portieren te vergrendelen terwijl de
elektronische sleutel zich in de nabijheid van de auto bevindt, bestaat de mogelijk-
heid dat de portieren niet ontgrendeld worden door de instapfunctie. (Gebruik de
afstandsbediening om de portieren te ontgrendelen.)
● Wanneer u de vergrendelsensor aanraakt terwijl u handschoenen draagt, kan de
reactie van het systeem trager zijn of wo rden de portieren mogelijk niet ontgrendeld.
Trek uw handschoenen uit en raak de vergrendelsensor opnieuw aan.
● Als de portiergreep nat wordt terwijl de elektronische sleutel zich binnen het werk-
zame gebied bevindt, kan het portier herhaaldelijk worden vergrendeld en ontgren-
deld. Volg in dat geval de correctieprocedure hieronder bij het wassen van de auto:
• Plaats de elektronische sleutel op een afstand van ten minste 2 meter van de
auto. (Zorg ervoor dat de sleutel niet gestolen wordt.)
• Schakel de energiebespaarmodus van de elektronische sleutel in om het Smart entry-systeem met startknop uit te schakelen. ( Blz. 205)
C-HR_HV_OM_Europe_OM10566E.book Page 20 7 Tuesday, October 20, 2020 9:44 AM