ONDERHOUD VAN CD/DVD-
SCHIJFJES
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om
uw cd’s en dvd’s in goede conditie te houden:
1. Houd de cd aan de rand vast en zorg dat u
het oppervlak niet aanraakt.
2. Als er vlekken op de cd zijn, moet u het
oppervlak met een zachte doek schoonmaken
en vegen van het midden naar de richting van
de rand.
3. Geen papier of plakband op de cd aanbren-
gen; krassen van de cd vermijden.
4. Gebruik geen oplosmiddelen, zoals ben-
zine, terpentijn, schoonmaakmiddelen of anti-
statische sprays.
5. Bewaar de cd in de houder na het afspelen.
6. De cd niet aan direct zonlicht blootstellen.
7. De cd niet bewaren op een plaats waar het
te heet kan worden.
OPMERKING:
Als u op problemen stuit bij het afspelen van
een bepaalde disc, kan er sprake zijn van
een beschadiging (bijvoorbeeld krassen, ge-deeltelijke verwijdering van de reflecterende
laag, een haar, vocht of dauw op de disc). De
disc kan echter ook te groot zijn of een
beveiligingscode hebben. Probeer eerst een
goede disc af te spelen, voordat u de cd-
speler ter reparatie aanbiedt.
RADIOWEERGAVE EN MOBIELE
TELEFOONS
Onder bepaalde omstandigheden kan een in-
geschakelde mobiele telefoon in uw auto de
radio storen. Deze situatie kunt u verhelpen
door de antenne van de mobiele telefoon te
verplaatsen. Dit probleem is niet schadelijk
voor de radio. Wanneer de radio nog steeds
niet naar tevredenheid werkt nadat de antenne
is verplaatst, is het raadzaam de radio zachter
of uit te zetten wanneer de mobiele telefoon in
gebruik is en niet gebruik wordt gemaakt van
Uconnect™ (indien aanwezig).
KLIMAATREGELINGHet systeem voor airconditioning en verwar-
ming is ontworpen voor een optimaal interieur-
comfort onder alle weersomstandigheden.
Handbediend systeem voor
verwarming en airconditioning
De handmatige temperatuurregeling bestaat
uit een reeks draairingen aan de buitenkant en
drukknoppen aan de binnenkant.
Aanjagerknop
Met deze knop regelt u de
hoeveelheid lucht die
door het ventilatiesysteem
wordt geleid bij alle stan-
den. De aanjagersnelheid
wordt verhoogd door,
vanuit de standO(Uit),
de knop verder rechtsom
te draaien. Er zijn zeven
aanjagerstanden.
149
•het rempedaal daalt iets of kan iets verder
ingetrapt worden nadat de auto tot stilstand
is gekomen.
Dit zijn normale eigenschappen van het ABS-
systeem.
WAARSCHUWING!
Het ABS-systeem bevat geavanceerde elek-
tronische apparatuur die vatbaar is voor sto-
ringen door verkeerd gemonteerde of zeer
sterke radiozendapparatuur. Dergelijke storin-
gen kunnen zorgen dat de ABS-werking ge-
heel wegvalt. Dergelijke apparatuur mag uit-
sluitend door bevoegde vakmensen worden
geïnstalleerd.
Alle wielen en banden van de auto moeten van
dezelfde maat en hetzelfde type zijn en de
bandenspanning moet correct zijn, zodat de
regeleenheid correcte signalen ontvangt.
ELEKTRONISCH REMSYSTEEMUw auto kan optioneel zijn voorzien van een
geavanceerd elektronisch remsysteem, be-
staande uit een anti-blokkeersysteem (ABS),een rembekrachtigingssysteem (BAS), een
tractieregelsysteem (TCS), een elektronische
kantelbeveiliging (ERM), een starthulp op hel-
lingen (HSA) en een elektronisch stabiliteitspro-
gramma (ESC). Gecombineerd zorgen deze
systemen voor betere stabiliteit en bestuur-
baarheid van het voertuig onder diverse rijom-
standigheden. Ze worden samen ook wel ESC
genoemd.
Antiblokkeersysteem (Anti-Lock
Brake System, ABS)
Dit systeem helpt de bestuurder het voertuig
onder controle te houden in ongunstige re-
momstandigheden. Het systeem regelt de hy-
draulische remdruk om het blokkeren van de
wielen te voorkomen. Bovendien helpt het bij
het voorkomen van slippen tijdens het remmen
op een glad wegoppervlak. RaadpleegAnti-
blokkeersysteeminStarten en rijdenvoor
meer informatie.
Remassistent (Brake Assist System,
BAS)
Het BAS-systeem is ontworpen om de remca-
paciteit van een voertuig te optimaliseren tij-
dens noodremsituaties. Het systeem detecteerteen noodremsituatie door de mate van remmen
af te lezen en past vervolgens de optimale druk
toe op de remmen. Dit systeem kan helpen om
de remweg in te korten. BAS vormt een aanvul-
ling op ABS. Wanneer u heel snel op het
rempedaal trapt, is de assistentie van BAS
optimaal. Om van het systeem te profiteren
moet uaanhoudendremdruk uitoefenen tij-
dens het stoppen (nietpompendremmen).
Verminder de druk op het rempedaal niet, tenzij
u niet langer hoeft te remmen. Zodra u het
rempedaal loslaat, wordt het BAS uitgescha-
keld.
WAARSCHUWING!
•Het rembekrachtigingssysteem (BAS) kan
de werking van de natuurwetten op het
voertuig niet voorkomen of de tractie van
de gangbare wegomstandigheden verbete-
ren.
(Vervolgd)
175
WAARSCHUWING!
•Pas op voor de radiatorventilator wanneer
de motorkap omhoog staat. Deze kan op
elk ogenblik aanslaan wanneer het contact
ingeschakeld is. Er bestaat gevaar voor
verwonding door draaiende ventilatorbla-
den.
•Verwijder alle metalen sieraden zoals hor-
loges of armbanden die onbedoeld elek-
trisch contact kunnen maken. U kunt ern-
stig gewond raken.
•Accu’s bevatten zwavelzuur dat in uw huid
en ogen kan branden en ze produceren
waterstofgas dat ontvlambaar en explosief
is. Houd open vuur of vonken daarom altijd
uit de buurt van de accu.
1. Trek de handrem aan, zet de automatische
transmissie in de stand PARK (parkeren) en zet
de contactschakelaar in de stand LOCK (ver-
grendelen).
2. Schakel de verwarming, de radio en alle
overbodige stroomverbruikers uit.3. Wanneer u een ander voertuig auto gebruikt
voor het starten met behulp van startkabels,
parkeer dit voertuig dan zo dat accu met de
startkabels bereikbaar is, trek de handrem aan
en zorg ervoor dat de contactschakelaar in de
stand OFF staat.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat beide voertuigen geen con-
tact kunnen maken. Hierdoor kan een massa-
verbinding ontstaan met mogelijk persoonlijk
letsel als gevolg.
Procedures voor starten met
startkabels
WAARSCHUWING!
Het niet opvolgen van deze procedure kan
door een exploderende accu leiden tot per-
soonlijk letsel of schade aan eigendommen.
LET OP!
Het niet opvolgen van deze procedures kan
leiden tot schade aan het laadsysteem van
het voertuig dat de starthulp biedt, of van het
voertuig met de lege accu.
OPMERKING:
Verwijder de luchtinlaat alvorens verder te
gaan met het starten met startkabels.
1. Sluit het positieve(+)uiteinde van de start-
kabel aan op de pluspool(+)van de lege accu.
2. Sluit het andere einde van de pluskabel(+)
aan op de pluspool(+)van de hulpaccu.
3. Sluit het einde van de massakabel(-)van de
startkabel aan op de minpool(-)van de hul-
paccu.
4. Verbind het andere uiteinde van de nega-
tieve(-)startkabel met een goede motormassa-
aansluiting (bijv. een blootliggend metalen on-
derdeel van de motor in de auto met de lege
accu) die zich niet in buurt bevindt van de accu
en het brandstofinjectiesysteem.
209
•Gebruik geen bijtende oplosmiddelen of
enige andere vorm van bescherming op
vlekwerende producten.
Verzorging van het interieur
Gebruik MOPARTotal Clean of een gelijkwaar-
dig middel voor het schoonmaken van de be-
kleding en de vloermatten.
Gebruik MOPARTotal Clean of een gelijkwaar-
dig alternatief voor het schoonmaken van vinyl-
bekleding.
Voor het reinigen van lederen bekleding wordt
MOPARTotal Clean of een soortgelijk product
aanbevolen.
De kwaliteit van lederen bekleding blijft het
best behouden door te reinigen met een zachte
doek die iets vochtig is. Stofdeeltjes of vuil
kunnen een schurend effect hebben en de
lederen bekleding beschadigen; verwijder
daarom direct met een vochtige doek. Hard-
nekkige aanslag kan gemakkelijk worden ver-
wijderd met een zachte doek en MoparTotal
Clean. Voorkom dat lederen bekleding wordt
doordrenkt met welke vloeistof dan ook. Reinig
uw lederen bekleding nooit met polish, olie,
reinigingsvloeistoffen, oplosmiddelen, afwas-middelen of schoonmaakmiddelen op ammoni-
akbasis. Het gebruik van speciale onderhoud-
smiddelen voor leder is niet vereist om de
originele kwaliteit te behouden.
WAARSCHUWING!
Gebruik nooit vluchtige oplosmiddelen om te
reinigen. Dergelijke stoffen zijn vaak ontvlam-
baar en kunnen bij gebruik in afgesloten ruim-
ten ademhalingsproblemen veroorzaken.
Koplampen reinigen
Uw auto is uitgerust met kunststof koplamplen-
zen die lichter en minder gevoelig voor steen-
slag zijn dan glazen koplamplenzen.
Kunststof is minder krasbestendig dan glas, ga
daarom anders te werk bij het reinigen van de
koplamplens.
Om krassen tot een minimum te beperken en
de lichtopbrengst maximaal te houden, mogen
de koplamplenzen niet met een droge doek
worden schoongemaakt. Verwijder vuil met een
sopje van zachte zeep en spoel goed na.Gebruik nooit schurende reinigingsmiddelen,
oplosmiddelen, staalwol of andere bijtende
stoffen om de lenzen te reinigen.
Ruitoppervlakken
Alle glazen oppervlakken moeten regelmatig
worden schoongemaakt met MOPARGlass
Cleaner of een willekeurig reinigingsmiddel
voor glas. Gebruik nooit een reiniger met
schuurmiddelen. Wees voorzichtig bij het reini-
gen van de binnenkant van een achterruit die is
voorzien van achterruitverwarming of de ach-
terzijruit aan de rechterkant die is voorzien van
een radioantenne. Gebruik geen schrapers of
andere scherpe voorwerpen die de verwar-
mingselementen kunnen beschadigen. Wan-
neer u de spiegels schoonmaakt, moet u het
reinigingsmiddel op de gebruikte doek aan-
brengen. Spuit de reinigingsvloeistof niet recht-
streeks op de spiegel.
Dashboardbekleding
De dashboardbekleding heeft een speciale an-
tireflectielaag, zodat er geen hinderlijke spie-
gelingen op de voorruit ontstaan. Gebruik geen
cockpitspray of andere producten die een hin-
236
Loca-
tiePa-
troon-
zeke-
ringMinize-
keringOmschrijving
4 10 amp
RoodContactslot/
Module voor
classificatie van
inzittenden
5 20 amp
GeelMet aanhanger
6 10 amp
RoodElektrisch be-
diende spiegel/
Stuurregeling
satellietradio/
Handsfree tele-
foon
7 30 amp
GroenContact uit
8 30 amp
GroenContact uit
9 40 amp
GroenElektrische stoel-
verstellingLoca-
tiePa-
troon-
zeke-
ringMinize-
keringOmschrijving
10 20 amp
GeelCentrale portier-
vergrendeling/
Interieurverlich-
ting
11 15 amp
Licht-
blauwAansluitcontact
12 20 amp
Geel115V AC omvor-
mer
13 20 amp
GeelAansteker
14 10 amp
RoodInstrumentenpa-
neel
15 40 amp
GroenRadiatorventilator
16 15 amp
Licht-
blauwPlafondlamp/
Schuifdak/Motor
achterruitwisser
17 10 amp
RoodDraadloze regel-
moduleLoca-
tiePa-
troon-
zeke-
ringMinize-
keringOmschrijving
18 40 amp
GroenRelais automati-
sche uitschake-
ling
19 20 amp
GeelRadioversterkers
20 15 amp
Licht-
blauwRadio
21 10 amp
RoodInbraakdetectie-
module/Sirene –
Indien aanwezig
22 10 amp
RoodVerwarming, AC/
Kompas
23 15 amp
Licht-
blauwRelais automati-
sche uitschake-
ling
24 15 amp
Licht-
blauwElektrisch schuif-
dak
238
Aanhangergewicht.............193
Aanhangwagen..............191
Bedrading................196
Gewicht trailer en dissel........194
Minimumvereisten............194
Tips....................198
Tips voor koeling............199
Trekhaak.................199
ABS (antiblokkeersysteem)........173
Accu....................224
Achteraandrijfsysteem...........233
Achteras (differentieel)..........233
Achterklep (sedan).............25
Achterlichten................241
Achtermistlamp..............133
Achterruit, onderdelen...........115
Achterruitontdooiing............116
Achterste mistlampen...........133
Achterste ruitenwisser/sproeier......115
Achteruitkijkspiegels, elektrisch
bediend...................64
Additieven, brandstof...........189
Afstandsbediening
Alarmsysteem...............16
Portiersloten................18
Afstandsbediening autoradio.......148Afstandsbediening autoradio op
stuurwiel..................148
Afstandsbediening deurslot,
programmering...............15
Afstellen, koplampen...........101
Afvalverwijdering
Antivries (motorkoelvloeistof)......229
Motorolie.................223
Airbag..................37,43
Airbag-
waarschuwingslampje....42,43,46,56,126
Airbag, onderhoud.............45
Airbag, ontplooien van...........44
Airbag, raam (zijgordijn).......39,41,43
Airco ....................149
Airco, bediening..............149
Airco, gebruikstips.............158
Airco, koelvloeistof.............225
Airco, onderhoud.............225
Aircofilter..................157
Aircosysteem...........149,152,225
Alarminstallatie van het voertuig
(beveiliging).................16
Alarmlampje................128
Alarmsysteem (beveiliging)........16
Alarmsysteem (diefstalbeveiliging)....16
Algemene informatie..........15,20Antiblokkeersysteem (ABS)........173
Antidiefstalalarm (diefstalbeveiliging) . . . 16
Antivries (motorkoeling).....228,243,244
Afvalverwijdering............229
Capaciteiten...............243
Automatisch dimmen van de spiegel . . . 64
Automatische portiervergrendelingen . . . 22
Automatische temperatuurregeling
(ATC) ....................152
Automatische
versnellingsbak.....13,163,166,204,232
Keuze van de smeervloeistof.....232
Oververhitting..............204
Schakelen................167
Speciale additieven...........232
Vergrendelingssysteem.........167
Vloeistofpeil controleren........233
Autostick..................169
Bagage laden.............111,239
Bagagerek (dakdrager)..........116
Bagageruimte, voorzieningen.......112
Bagageverlichting.............112
Banden.................57,180
Algemene informatie..........180
Bandenspanning............180
280
Elektronische snelheidsregeling
(Cruise Control)..............105
Elektronische stabiliteitsregeling
(ESC)....................178
Filters
Airco ...................157
Luchtfilter..............223,224
Oliefilter...............223,244
Functies van het instrumentenpaneel . . 122
Gasdop (brandstofvuldop) . . . 189,191,220
Gegevensopname, gebeurtenis......46
Geïntegreerde bekrachtigingsmodule
(zekeringen)................237
Geluidssysteem (radio)..........143
Geluidssysteem........Raadpleeg het
geluidssysteemboekje
Gloeilampjes..............57,240
Gordelspanners
Veiligheidsgordels............33
Gordelsystemen.............41,44
Gordelsystemen (sedan).....26,39,41,43
Gordelsystemen, kinderen.......47,53
Gordelverankering, kinderzitje.......52Handgeschakelde
versnellingsbak.........163,165,233
Controle vloeistofpeil........233,234
Keuze van het smeermiddel . . . 233,234
Terugschakelen.............166
Verversingsinterval vloeistof....233,234
Handleiding voor het trekken van een
aanhanger.................193
Handvrije telefoon (uconnect™)......66
Hoofdcilinder (remmen)..........231
Hoofdsteunen................95
Hulpstart helling..............177
Hulpversnellingsbak............234
Immobilisator (Sentry-sleutel)......14,17
Informatiecentrum, voertuig........136
Inleiding....................4
Inrijden van nieuw voertuig,
aanbevelingen................54
Inrijperiode nieuw voertuig.........54
Inschuifbare bagageruimtecover.....113
Instelbare stuurkolom...........104
Instellingen, persoonlijke.........139
Instructieboekje (bedrijfshandboek)....6
Instructies voor het opkrikken......205
Instrumentenpaneel............125Instrumentenpaneel en bedieningen . . . 122
Instrumentenpaneel reinigen.......237
Instrumentenpaneeldeksel........236
Interieur, verzorging en onderhoud . . . 236
Intervalstand ruitenwissers
(intervalschakeling van de
ruitenwissers)...............103
Kaart-/leeslampjes.............102
Kalibreren, kompas..........136,143
Kantelbare rugleuning
bestuurdersstoel..............94
Kilometerteller...............130
Dagteller..............129,130
Kinderbeveiliging..............47
Kinderen beveiligen.........47,48,49
Kinderstoeltje..............51,53
Kinderzitje, gordelverankering.......52
Klantenservice...............270
Klimaatregeling, airco...........149
Kniebescherming..............37
Knipperlichten...............203
Richtingaanwijzers..........57,241
Waarschuwingsknipperlichten.....203
Knipperlichten, richtingaanwijzers . . 57,241
Koelmiddel.................225
282
Persoonlijke instellingen..........139
Portierontgrendeling met
afstandsbediening (sedan).........18
Portiersloten.................20
Portiersloten, automatisch.........22
Programmeerbare elektronische
onderdelen.................139
Radiaalbanden...............182
Radio (geluidssystemen).........143
Radio, bediening.............149
Reinigen
Wielen..................235
Reinigen van glasoppervlakken.....236
Rem, handrem...............172
Rem/versnellingsbak vergrendeling . . . 167
Remhulpsysteem.............175
Remmen................173,231
Remsysteem.............173,231
Antiblokkeersysteem (ABS)....173,175
Handrem.................172
Hoofdremcilinder............231
Waarschuwingslampje.........127
Remvloeistof................245
Reservewiel............182,183,205
Reservewielen...............184Richtingaanwijzer.............101
Richtingaanwijzers........100,126,241
Richtingaanwijzers, bediening....126,241
Rijden....................170
Rijwinddruk.................108
Roestbescherming.............234
Roosters voor zijruitontwaseming
(ontdooiers)................157
Rotatie, banden..............186
Ruiten....................24
Elektrische bediening..........24
Ruitensproeier, reservoir vullen......226
Ruitensproeiers............102,103
Ruitensproeiers voorruit..........103
Ruitenwisser/sproeier achterklep.....115
Ruitenwissers vooraan........102,226
Ruitenwissers, intervalschakeling....103
Ruitontdooiing...........56,151,155
Schakelaar
UCI ....................143
Universeel gebruikersinterface
(UCI)...................143
Schakelen, naar een lagere
versnelling.................166
Schema, onderhoud.........248,260Schone brandstof.............188
Schoudergordel...............27
Schuifdak..................107
Sentry-sleutel (immobilisator)
......14,17
Service, assistentie............270
Side-airbag..............39,41,43
Sjorringen bagage.............114
Sjorringen voor de bagage........114
Sleephaken.................211
Slepen...................191
Aanhangwagen of caravan.......200
Gewicht.................193
Handleiding...............193
Voertuig met pech...........213
Sleutel, programmering...........15
Sleutel, vervanging.............15
Sleutels....................13
Sloten
Elektrische portiersloten.........21
Kinderbeveiliging.............23
Portier...................20
Stuurslot..................14
Smering, koetswerk............226
Sneeuwkettingen..............186
Snelheidsmeter..............125
Snelheidsregeling
(Cruise Control)............105,129
285