92
Noodremassistentie (BAS)
Dit systeem zorgt er voor dat in noodgevallen
de optimale remdruk sneller wordt bereikt,
zodat de remafstand kleiner wordt.
Het systeem wordt ingeschakeld als het
rempedaal snel wordt ingetrapt en zorgt er voor
dat de benodigde bedieningskracht wordt
verminderd en de effectiviteit van het remmen
wordt vergroot.
Antispinregeling (ASR)
Dit systeem past de aandrijfkracht aan om
het doorspinnen van de wielen te voorkomen
via de remmen van de aangedreven wielen
en de motor. De ASR zorgt ook voor meer
koersstabiliteit bij het accelereren.
Dynamische stabiliteitscontrole
(DSC)
Dit systeem houdt de vier wielen in de gaten
en grijpt, als de koers van de auto afwijkt van
de door de bestuurder gewenste richting,
automatisch in via de remmen van een of
meerdere wielen en het motorkoppel om de
auto voor zover mogelijk weer in de juiste koers
te brengen.
Aanhangerstabiliteitscontrole
(TSM)
Dit systeem helpt de auto onder controle te
houden bij het trekken van een aanhanger, om
de kans op slingeren te verkleinen.
Antiblokkeersysteem
(ABS) en elektronische
remdrukregelaar (EBD)
Als dit lampje blijft branden, duidt dit
op een storing in het ABS.
Als dit lampje en de lampjes
STOP en ABS gaan branden in
combinatie met een melding en
een geluidssignaal, duidt dit op
een storing in de elektronische
remdrukregelaar (EBD). Als het antiblokkeersysteem ingrijpt, kunt
u
trillingen in het rempedaal voelen; dit is
normaal.
Trap het rempedaal bij een noodstop
krachtig en volledig in en laat het niet
los.
Zorg er bij ver vanging van de wielen (banden
en velgen) voor dat wielen worden gemonteerd
die voor uw auto zijn gehomologeerd.
Laat de systemen na een aanrijding
controleren door het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Intelligent Traction Control
De normale remwerking blijft behouden. Rijd wel
voorzichtig en matig uw snelheid.
Neem zo snel mogelijk contact op met het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Stop zo snel mogelijk op een veilige plaats.
Neem contact op met het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Afhankelijk van de uitvoering is uw auto uitgerust
met een systeem dat zorgt voor extra tractie op
besneeuwde wegen: Intelligent Traction Control .
Deze functie detecteert situaties met weinig grip,
zoals wegrijden en voortbewegen van de auto
in verse en diepe sneeuw of over platgereden
sneeuw.
In dergelijke omstandigheden regelt de Intelligent
Traction Control het doorslippen van de
voor wielen om voor een optimale grip te zorgen.
Zo worden de aandrijving en de bestuurbaarheid
verbeterd.
Veiligheid