1362-1. Instrumentenpaneel
Toyota Parking Assist-sensor
aan/uit
Hiermee kan de Toyota Parking Assist-
sensor worden in- of uitgeschakeld.
“Volume”
Hiermee kunt u het volume van de zoemer
die bij het bedienen van de Toyota Parking
Assist-sensor klinkt instellen.
■RCTA (Rear Crossing Traffic
Alert) (indien aanwezig)
(
→Blz. 380)
RCTA (Rear Crossing Traffic Alert)
aan/uit
Hiermee kunt u het RCTA-systeem in- of
uitschakelen.
“Volume”
Hiermee kunt u het volume van de RCTA-
zoemer wijzigen.
■ PKSB (Parking Support
Brake System) (indien aanwezig)
(
→Blz. 403)
Hiermee kunt u de Parking Support
Brake-functie in- of uitschakelen.
■ RSA (Road Sign Assist)
(indien aanwezig) (
→Blz. 347)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
Road Sign Assist aan/uit
Hiermee kunt u het RSA-systeem in- of uit-
schakelen.
“Notification method” (meldingsme-
thode)
Hiermee kunt u elke meldingsmethode die
wordt gebruikt om de bestuurder te waar-
schuwen wanneer het systeem een te
hoge snelheid, een verkeersbord voor een
inhaalverbod of een verkeersbord voor ver-
boden in te rijden signaleert, wijzigen.
“Notification Level” (meldingsni-
veau)
Hiermee kunt u elk meldingsniveau dat
wordt gebruikt om de bestuurder te waar-
schuwen wanneer het systeem een verkeersbord met een snelheidslimiet sig-
naleert, wijzigen.
■DRCC (RSA) (indien aanwezig)
(
→Blz. 360)
Hiermee kunt u de Dynamic Radar
Cruise Control met Road Sign Assist
in- of uitschakelen.
■ Voertuiginstellingen
PBD (elektrisch bedienbare
achterklep) (indien aanwezig)
(
→Blz. 178)*1
Hiermee kunt u de volgende zaken instel-
len.
• Systeeminstellingen
Hiermee kan de functie elektrisch bedien-
bare achterklep word en in- of uitgescha-
keld.
• “Kick Sensor” (sensor regeling voetbe-
diening)
*2
Hiermee kunt u de sensor regeling voetbe-
diening in- of uitschakelen.
• “Opening Adjustment” (aanpassen ope-ning)
Selecteer de positie openen wanneer de
elektrisch bedienbare achterklep geheel is
geopend.
•“Volume”
Hiermee kunt u het volume van de zoemer
die klinkt wanneer de elektrisch bedienbare
achterklep in werking is instellen.
*1: Auto's met elektrisch bedienbare ach- terklep
*2: Auto's met handsfree elektrisch bedien-bare achterklep
(Stop & Start) (indien aanwe-
zig) (
→Blz. 417)
Hiermee kunt u de we rkingsduur van het
Stop & Start-systeem i nstellen als de air-
conditioning is ingeschakeld met de airco-
schakelaar.
“TPWS” (bandenspanningswaar-
schuwingssysteem) (indien aanwe-
zig) (
→Blz. 557)
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 136 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
4
251
4
Rijden
Rijden
4-1. Voordat u gaat rijdenRijden met de auto ........... 253
Lading en bagage ............. 260
Rijden met een aanhangwagen (Armenië, Azerbeidzjan,
Georgië, Tadzjikistan en Turk-
menistan) ........................ 262
Rijden met een aanhangwagen (behalve Armenië, Azerbei-
dzjan, Georgië, Tadzjikistan
en Turkmenistan) ............ 262
4-2. Rijprocedures Contactslot (auto's zonder Smart entry-systeem en start-
knop) .............................. 272
Startknop (auto's met Smart entry-systeem
en startknop) .................. 274
Automatische transmissie ..................... 278
Multidrive CVT .................. 282
Handgeschakelde transmissie ..................... 287
Richtingaanwijzer- schakelaar ...................... 290
Parkeerrem ....................... 291
Brake Hold ........................ 2944-3. Bedienen van verlichting
en ruitenwissers
Lichtschakelaar ................. 296
Automatic High Beam ....... 299
Schakelaar mistlampen ....302
Ruitenwissers en -sproeiers........................ 303
Achterruitenwisser en -sproeier ......................... 306
4-4. Tanken
Openen van de tankdop ...308
4-5. Gebruik van de ondersteunende
systemen
Toyota Safety Sense ......... 310
PCS (Pre-Crash Safety-systeem).............. 322
LTA (Lane Tracing Assist) . 330
LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling) .. 339
RSA (Road Sign Assist) ....347
Dynamic Radar Cruise Control met volledig
snelheidsbereik............... 352
Dynamic Radar Cruise Control ............................ 364
Cruise control.................... 375
Snelheidsbegrenzer .......... 378
BSM (Blind Spot Monitor) . 380
Toyota Parking Assist-sensor .................. 395
PKSB (Parking Support Brake) ............... 403
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 251 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
263
4
4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden
■Informatie over banden
●Verhoog de bandenspanning met
20,0 kPa (0,2 kg/cm2 of bar, 3 psi) als
er een aanhangwagen getrokken
wordt. ( →Blz. 665)
●Verhoog de bandenspanning van de
aanhangwagen tot de waarde die de
fabrikant van de aanhangwagen
opgeeft voor de combinatie van aan-
hangwagengewicht en belading.
■Veiligheidscontroles voor het rij-
den met een aanhangwagen
●Controleer of de maximale kogeldruk
voor de trekhaak/trekhaak met
afneembare kogel niet overschreden
wordt. Houd er rekening mee dat het
gewicht van de aanhangwagen moet
worden opgeteld bij het gewicht van
de auto. Controleer ook of het totale
gewicht van de auto binnen het maxi-
maal toegestane gewicht blijft.
(→Blz. 264)
●Controleer of de lading op de aan-
hangwagen goed vastgezet is.
●Maak, indien u het achteropkomend
verkeer niet goed kunt zien met de
standaard buitenspiegels, gebruik van
extra buitenspiegels. Stel de armen
van deze extra spiegels aan beide zij-
den zo af dat ze altijd maximaal zicht
bieden op de weg achter u.
Controleer het maximaal toelaat-
bare aanhangwagengewicht, het
maximaal toelaatbare voertuigge-
wicht (GVW), de maximale asbe-
lasting (MPAC), en de maximaal
toelaatbare kogeldruk voordat u
met een aanhangwagen gaat rij-
den. ( →Blz. 654)
WAARSCHUWING
Volg alle aanwijzingen in dit hoofd-
stuk op. Anders kunnen zich ongeval-
len voordoen die tot ernstig letsel
kunnen leiden.
■Voorzorgsmaatregelen bij het rij-
den met een aanhangwagen
Controleer bij het rijden met een aan-
hangwagen of de maximaal toege-
stane gewichten niet worden
overschreden. ( →Blz. 264)
■Voorkomen van een ongeval of
letsel
●Auto's met een compact reserve-
wiel: Rijd niet met een aanhangwa-
gen wanneer het compacte
reservewiel onder uw auto is
gemonteerd.
●Auto's met bandenreparatieset:
Rijd niet met een aanhangwagen
wanneer een band is gemonteerd
die is gerepareerd met de banden-
reparatieset.
●Gebruik het Dyna mic Radar Cruise
Control-systeem (indien aanwezig)
of de cruise control (indien aanwe-
zig) niet wanneer u met een aan-
hangwagen rijdt.
■Rijsnelheid bij het rijden met een
aanhangwagen
Overschrijd de maximum snelheid
voor het rijden met een aanhangwa-
gen niet.
■Voor het afrijden van een lange
helling
Minder snelheid en schakel terug.
Schakel bij het afdalen van een lange
of steile helling echter niet plotseling
terug.
■Werking van het rempedaal
Trap het rempedaal niet veelvuldig of
gedurende een lang ere periode ach-
tereen in.
Anders kan het remsysteem overver-
hit raken of kan de remwerking terug-
lopen.
Maximale gewichten
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 263 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
2784-2. Rijprocedures
*: Indien aanwezig
*1: In stand D kiest het systeem de voor
de rijomstandigheden meest geschikte
versnelling. Bij nor maal rijden wordt
stand D aangeraden.
*2: Alleen auto's met paddle shift-schake- laars: door het selecteren van schakel-
bereiken in stand D kan er passend op
de motor geremd worden. (
→Blz. 280)
*3: Het selecteren van een schakelpro-gramma in stand S verlaagt het maxi-
male toerental in de verschillende
versnellingen, beïnv loedt het afrem-
men op de motor en voorkomt onnodig
opschakelen.
■Wanneer er wordt gereden met inge-
schakelde Dynamic Radar Cruise
Control met volledig snelheidsbereik,
Dynamic Radar Cruise Control of
cruise control (indien aanwezig)
Ook wanneer de volgende handelingen
worden uitgevoerd met als doel op de motor af te remmen, w
ordt er niet op de
motor afgeremd omdat de Dynamic Radar
Cruise Control met volledig snelheidsbe-
reik, Dynamic Radar C ruise Control of
cruise control niet wordt uitgeschakeld.
●Als er tijdens het rijden in stand D* of S
wordt teruggeschakeld naar 7, 6, 5 of 4.
(
→Blz. 280, 281)
●Als de sportmodus wordt ingeschakeld
tijdens het rij den in stand D.
(
→Blz. 425)*: Alleen auto's met paddle shift-schake-
laars
■Als “High Transmission Fluid Temp
See Owner’s Manual” (temperatuur
transmissievloeistof hoog, raad-
pleeg handleiding) wordt weergege-
ven op het multi-informatiedisplay
(AWD-uitvoeringen)
Schakel stand D in* en laat het gaspedaal
los om de rijsnelheid te verlagen. Breng de
auto op een veilige plaat s tot stilstand, zet
de selectiehendel in stand P en laat de
motor stationair draai en totdat de waar-
schuwingsmelding verdwijnt.
*: Zet de selectiehende l tijdens het rijden
in de normale stand D (
→Blz. 280) als
er in stand D een schak elbereik is gese-
lecteerd. (alleen auto's met paddle shift-
schakelaars)
Wanneer de waarschuwingsmelding is
verdwenen, kunt u weer gaan rijden.
Laat de auto cont roleren door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige
wanneer de waarschuwi ngsmelding niet
verdwijnt na enige tijd.
■Beperken plotseling wegrijden (weg-
rijregeling)
→Blz. 255
■AI-SHIFT
De AI-SHIFT-functie schakelt automatisch
de passende versnelling in, in overeen-
stemming met de handelingen van de
bestuurder en de rijomstandigheden.
Automatische
transmissie*
Selecteer de schakelstand op
basis van uw doel en de situatie.
Doel en functie van de
schakelstanden
Schakel- stand Doel of functie
PParkeren van de auto/star- ten van de motor
RAchteruit
NNeutraalstand
DNormale rijmodus*1, 2
SRijden in S-modus*3
(→Blz. 281)
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 278 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
283
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
voert failsafe-regelingen uit zoals een
beperking van het
schakelbereik of van
de regeling van de overbrengingsver-
houding. In dat geval gaat het motorcon-
trolelampje branden.
■Wanneer er wordt gereden met
ingeschakelde Dynamic Radar
Cruise Control met volledig snel-
heidsbereik, Dynamic Radar Cruise
Control of cruise control (indien
aanwezig)
Ook wanneer tijdens het rijden in stand
D de sportmodus wordt ingeschakeld
met als doel op de mo tor af te remmen,
wordt er niet op d e motor afgeremd
omdat de Dynamic Radar Cruise Con-
trol met volledig snelheidsbereik (indien
aanwezig), Dynamic Radar Cruise Con-
trol of cruise control niet wordt uitge-
schakeld. ( →Blz. 425)
■Als “Transmission Oil Temp. High
Stop in a Safe Place See Owner’s
Manual” (temperatuur transmissie-
vloeistof te hoog. Breng auto op
veilige plaats tot stilstand. Raad-
pleeg handleiding) wordt weerge-
geven op het multi-
informatiedisplay
Schakel stand D in
* en laat het gaspe-
daal los om de rijsnelheid te verlagen.
Breng de auto op een veilige plaats tot
stilstand, zet de selectiehendel in stand
P en laat de motor stat ionair draaien tot-
dat de waarschuwingsmelding verdwijnt.
*: Zet de selectiehendel tijdens het rij-
den in de normale stand D
(→Blz. 285) als er in stand D een ver-
snelling is geselecteerd. (alleen auto's
met paddle shift-schakelaars)
Wanneer de waarschuwingsmelding is
verdwenen, kunt u weer gaan rijden.
Laat de auto cont roleren door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige wanneer de waarschu-
wingsmelding niet verdwijnt na enige
tijd.
■Beperken plotseling wegrijden
(wegrijregeling)
→Blz. 255
■G AI-SHIFT
De G AI-SHIFT-functie schakelt automa-
tisch een passende versnelling in voor
sportief rijden over eenkomstig de han-
delingen van de bestu urder en de rijom-
standigheden. De G AI-SHIFT-functie
werkt automatisch w anneer de selectie-
hendel in stand D st aat en de sportmo-
dus is geselecteerd als rijmodus. (De
functie wordt uitgeschakeld als de nor-
male modus wordt g eselecteerd of de
selectiehendel in stand M wordt gezet.)
WAARSCHUWING
■Rijden op glad wegdek
Niet abrupt accelereren of schakelen.
Door plotseling afremmen op de
motor kan de auto in een slip raken,
wat kan leiden tot een ongeval.
Bedienen van de
selectiehendel
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 283 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
3304-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
*: Indien aanwezig
LTA (Lane Tracing
Assist)*
Als wordt gereden op autowe-
gen en snelwegen met witte
(gele) rijstrookmarkeringen,
waarschuwt deze functie de
bestuurder als de auto de rij-
strook of rijbaan
* dreigt te ver-
laten en helpt h ij om de auto
op de rijstrook of rijbaan
* te
houden door het stuurwiel te
bedienen. Daarnaast biedt het
systeem stuurassistentie om
de auto in de rijstrook te hou-
den als de Dynamic Radar
Cruise Control met volledig
snelheidsbereik is ingescha-
keld.
Het LTA-systeem herkent witte
(gele) rijstrookmarkeringen of
de rijbaan
* met behulp van de
camera voor. Het detecteert
ook voorliggers met behulp
van de camera voor en de
radar.
*: De grens tussen as falt en de kant
van de weg, zoals gras, grond of
een stoeprand
WAARSCHUWING
■Voordat u het LTA-systeem
gebruikt
●Vertrouw niet uitsluitend op het
LTA-systeem. Het LTA-systeem is
geen systeem dat de auto automa-
tisch bestuurt of de hoeveelheid
aandacht die moet worden besteed
aan het gebied v óór de auto
beperkt. De bestuurder dient altijd
volledige verantwoordelijkheid te
nemen voor een veilig rijgedrag
door de omgeving steeds goed in
de gaten te houden en het stuurwiel
te bedienen om de rijrichting van de
auto te corrigeren. De bestuurder
moet ook zorgen voor voldoende
pauzes als hij moe is, bijvoorbeeld
als hij langere ti jd heeft gereden.
●Als u niet op de j uiste manier rijdt
en niet goed oplet, kunt u een
ongeval veroorzaken, waardoor
ernstig letsel kan ontstaan.
●Als u het LTA-systeem niet
gebruikt, zet het systeem dan uit
met de toets LTA.
■Situaties die ni et geschikt zijn
voor gebruik van het LTA-sys-
teem
Gebruik in de vo lgende gevallen de
toets LTA om het systeem uit te scha-
kelen. Als u dat wel doet, kan dat lei-
den tot een ongeval, met ernstig letsel
tot gevolg.
●Er wordt gereden op een wegdek
dat glad is door regenachtig weer,
sneeuwval, vorst, enz.
●Er wordt gerede n op een met
sneeuw bedekte weg.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 330 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
3344-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
weergegeven op het multi-informatiedis-
play en wordt de functie tijdelijk uitge-
schakeld.
Auto's met Blind Spot Monitor: Wanneer
het systeem vaststelt dat de auto de rij-
strook dreigt te verlaten en dat de kans
op een aanrijding met een inhalende auto
in de naastgelegen rijstrook groot is,
treedt de stuurassistentie in werking, zelfs
wanneer de richtingaanw ijzers zijn inge-
schakeld.
*: De grens tussen asfalt en de kant van de weg, zoals gras, grond of een stoep-
rand
■Waarschuwingsfunctie slinge-
ren auto
Wanneer de auto in een rijstrook slin-
gert, klinkt er een zoemer en wordt er
een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay om de
bestuurder te waarschuwen.
■Lane Centering-functie
Deze functie is gekoppeld aan het
Dynamic Radar Cruise Control-sys-
teem met volledig snelheidsbereik en
levert de benodigde assistentie door
het stuurwiel te bedienen om de auto
op zijn huidige rijstrook te houden.
De Lane Centering-functie werkt niet als
het Dynamic Radar Cruise Control-sys-
teem met volledig s nelheidsbereik niet is
ingeschakeld.
In gevallen waarin de witte (gele) rij-
strookmarkeringen niet (goed) zichtbaar
zijn, bijvoorbeeld wanneer u in een file
staat, treedt deze functie in werking om te
helpen een voorligger te volgen door de
positie van die voor ligger in de gaten te
houden.
Als het systeem signaleert dat het stuur-
wiel een bepaalde periode niet bediend is
of dat het stuurwiel n iet stevig wordt vast-
gehouden, wordt een waarschuwing
weergegeven op het multi-informatiedis-
play en wordt de func tie tijdelijk uitge-
schakeld.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 334 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
337
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
*1: De functie werkt zelfs als de rijsnelheid
lager is dan ongeveer 50 km/h terwijl
de Lane Centering-functie in werking is.
*2: De grens tussen asfalt en de kant van de weg, zoals gras, grond of een stoep-
rand
●Stuurassistentiefunctie
Deze functie werkt wanneer niet alleen
aan alle werkingsvoorwaarden voor de
Lane Departure Alert-functie wordt vol-
daan, maar ook aan alle onderstaande
voorwaarden.
• De instelling voor “Steering Assist”
(stuurassistentie ) op het scherm
van het multi-infor matiedisplay is ON
(aan). (
→Blz. 129)
• Er wordt niet in een vastgestelde mate
of sneller geaccelereerd of gedecele-
reerd.
• Het stuurwiel wordt niet bediend met een stuurkracht die geschikt is voor het
veranderen van rijstrook.
• Het ABS, de VSC, de TRC en het PCS werken niet.
• De TRC of VSC is niet uitgeschakeld.
• De waarschuwing handen van het stuur- wiel wordt niet weergegeven.
(
→Blz. 338)
●Waarschuwingsfunc tie slingeren auto
Deze functie werkt wanneer aan alle
onderstaande voorwaarden wordt vol-
daan.
• De instelling voor “Sway Warning”
(waarschuwing voor slingeren) in
van het multi-infor matiedisplay is ON
(aan). (
→Blz. 129)
• De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of hoger.
• De breedte van de rijstrook is ten minste
ongeveer 3 m.
• Er worden geen systeemstoringen gesignaleerd. (
→Blz. 339)
●Lane Centering-functie
Deze functie werkt wanneer aan alle
onderstaande voorwaarden wordt vol-
daan.
• LTA is ingeschakeld. • De instelling voor “Steering Assist”
(stuurassistentie ) en “Lane Center”
(midden rijstrook) in van het multi-
informatiedispla y is ON (aan).
(
→Blz. 129)
• Deze functie herkent witte (gele) rij-
strookmarkeringen of de positie van een
voorligger (behalve bij kleine voorlig-
gers, zoals een motorfiets).
• De Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsber eik werkt in de
afstandsregelmodus.
• De breedte van de rijstrook is ongeveer
3 - 4 m.
• De richtingaanwijzerschakelaar wordt niet bediend.
• Er wordt niet gereden in een scherpe bocht.
• Er worden geen systeemstoringen
gesignaleerd. (
→Blz. 339)
• Er wordt niet in ee n vastgestelde mate
of sneller geaccelereerd of gedecele-
reerd.
• Het stuurwiel wordt niet bediend met een stuurkracht die geschikt is voor het
veranderen van rijstrook.
• Het ABS, de VSC, de TRC en het PCS werken niet.
• De TRC of VSC is niet uitgeschakeld.
• De waarschuwing handen van het stuur- wiel wordt nie t weergegeven.
(
→Blz. 338)
• De auto rijdt in het midden van een rij-
strook.
• Stuurassistentiefunc tie is niet in wer-
king.
■Tijdelijk uitschakelen van functies
●Als niet langer aan de werkingsvoor-
waarden wordt voldaan, wordt een func-
tie mogelijk ti jdelijk uitgeschakeld. Als
echter weer aan de werkingsvoorwaar-
den wordt voldaan, w ordt de werking
van de functie automatisch hervat.
(
→Blz. 336)
●Als niet langer aan de werkingsvoor-
waarden (
→Blz. 336) wordt voldaan ter-
wijl de Lane Centering-functie in
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 337 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM