Zekeringenblok (Linkerzijde)
Nr.ZEKERING-
CAPACITEITBEVEILIGD ONDERDEEL
F1ŠŠ
F2ŠŠ
F3ŠŠ
F4 15 A Centrale portiervergrendeling (bestuurder)
F5 15 A Centrale portiervergrendeling (passagier)
F6ŠŠ
F7 25 A
Elektrisch bediende achterklep
*
F8ŠŠ
F9 30 A Elektrisch bediende ruiten (bestuurder)
F10 30 A Elektrisch bediende ruiten (passagier)
F11 30 A
Elektrische zittingafstelling (bestuurder)
*
F12ŠŠ
F13 15 A Audio
F14ŠŠ
F15 15 A Achterklepvergrendeling
Onderhoud en verzorging
Zelf uit te voeren onderhoud
6-58*Bepaalde modellen.
7Als er zich een probleem voordoet
Nuttige informatie over wat u kunt doen als er zich een
probleem voordoet met de auto.
Noodoproepsysteem................. 7-2
Noodoproepsysteem
*............ 7-2
Mazda ERA-GLONASS............. 7-14
Mazda ERA-GLONASS
*........ 7-14
Parkeren in noodgevallen......... 7-26
Parkeren in noodgevallen......7-26
Bevestigingsriem voor
gevarendriehoek
*................. 7-27
Lekke band............................ 7-28
Opbergplaatsen van reservewiel
en gereedschapsset.............. 7-28
Lekke band noodreparatieset
*......
.......................................... 7-31
Verwisselen van een lekke band
(Met reservewiel).................7-39
Accu is uitgeput...................... 7-46
Starten met een hulpaccu..... 7-46
Starten in noodgevallen........... 7-49
Starten van een verzopen motor
(SKYACTIV-G 2.0, SKYACTIV-G
2.5 en
SKYACTIV-X 2.0)....... 7-49
Starten door aanduwen........ 7-49
Leegraken van de brandstoftank
(SKYACTIV-D 1.8)................7-50
Oververhitting........................ 7-51
Oververhitting..................... 7-51
Slepen in noodgevallen............7-53
Sleepmethoden................... 7-53
Sleephaken......................... 7-55
Waarschuwings-/indicatielampjes
en waarschuwingszoemers....... 7-57
Als een waarschuwingslampje
gaat branden of knipperen...........
.......................................... 7-57
Berichten die verschijnen op de
multi-informatiedisplay........ 7-73
Waarschuwingszoemer wordt
geactiveerd......................... 7-77
Wanneer de achterklep niet
geopend kan worden.............. 7-84
Wanneer de achterklep niet
geopend kan worden........... 7-84
Active Driving Display functioneert
niet....................................... 7-85
Als de Active Driving Display niet
functioneert........................ 7-85
Voorruitenwissers werken op hoge
snelheid.................................7-86
Voorruitenwissers werken op
hoge snelheid...................... 7-86
*Bepaalde modellen.7-1
Als de veiligheidsgordels van de
achterzitting niet zijn vastgemaakt en
het contact op ON staat, worden de
bestuurder en de passagier
gewaarschuwd door het
waarschuwingslampje.
Het waarschuwingslampje werkt ook
als er zich geen passagier op de
achterzitting bevindt.
OPMERKING
Als een veiligheidsgordel van de
achterzitting niet vastgemaakt wordt
binnen een bepaalde tijd nadat de
motor is gestart, gaat het
waarschuwingslampje uit.
Te nemen maatregel
Maak de veiligheidsgordels vast.
▼Waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje voor laag
sproeiervloeistofniveau
*
Dit waarschuwingslampje geeft aan
dat er weinig sproeiervloeistof over is.
Te nemen maatregel
Vul sproeiervloeistof bij (pagina 6-34).
▼Open-portier/Open-achterklep
waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje
Het lampje gaat branden als een van
de portieren/achterklep niet goed is
gesloten.
Te nemen maatregel
Het portier/de achterklep goed
sluiten.
▼Waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje
bandenspanningscontrolesysteem
(TPMS) (gaat branden)
*
Wanneer een bandenspanning onder
de aangegeven spanning valt, gaat het
TPMS waarschuwingslampje branden.
Tegelijkertijd worden een bericht en de
bandenspanning van elke band
afwisselend weergegeven op de
multi-informatiedisplay. Bovendien
worden de banden met lage
bandenspanning geel aangegeven.
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indicatielampjes en waarschuwingszoemers
7-70*Bepaalde modellen.
klinkt er continu een pieptoon in het
interieur om de bestuurder op de
hoogte te stellen dat het contact niet
op OFF (STOP) is gezet. In deze
toestand zal het afstandbediende
portiervergrendelingssysteem niet
functioneren, kan het voertuig niet
vergrendeld worden en zal de accu
uitgeput raken.
▼Waarschuwingszoemer
sleutel-uit-auto-verwijderd
Auto’s met geavanceerde
afstandbediende
portiervergrendelingsfunctie
Als de sleutel uit het voertuig wordt
verwijderd terwijl het contact op ACC
of ON is gezet en alle portieren
gesloten zijn, klinkt de pieptoon die
buiten het voertuig hoorbaar is 6 maal
en de pieptoon in het voertuig 1 maal.
Auto’s zonder geavanceerde
afstandbediende
portiervergrendelingsfunctie
Als de sleutel uit het voertuig wordt
verwijderd terwijl het contact op ACC
of ON is gezet en alle portieren
gesloten zijn, is er in het voertuig 1
maal een geluid hoorbaar.
OPMERKING
Zorg dat u bij het verlaten van het
voertuig de sleutel meeneemt, of zet
het contact op OFF.
▼Waarschuwingszoemer
aanraaksensor-buiten-werking
(met geavanceerde
afstandbediende
portiervergrendelingsfunctie)
Er wordt een waarschuwingszoemer
geactiveerd om de bestuurder erop
attent te maken dat niet alle portieren
zijn vergrendeld wanneer aan alle
onderstaande voorwaarden is voldaan:
xHet contact is op OFF gezet. xAlle portieren en de achterklep zijn
niet volledig gesloten.
xHet slot wordt 3 maal bediend
binnen 5 seconden.
Controleer het contact, ga na of de
portieren en de achterklep geopend of
gesloten zijn en bedien het slot
opnieuw.
▼Waarschuwingszoemer
portiervergrendelschakelaar-achte
rklep-buiten-werking
Wanneer de
portiervergrendelschakelaar op de
achterklep onder een van de volgende
omstandigheden wordt ingedrukt,
wordt een waarschuwingsgeluid
geactiveerd.
xEr is geen zender meegenomen. xHet contact is in een andere stand
dan OFF gezet.
xEen portier staat open. xAchterklep werkt automatisch.*
Controleer of geen van de
bovenstaande omstandigheden van
toepassing is en druk dan nogmaals op
de portiervergrendelschakelaar.
▼Waarschuwingszoemer
sleutel-in-bagageruimte-achtergel
aten (met geavanceerde
afstandbediende
portiervergrendelingsfunctie)
Als de sleutel in de bagageruimte is
achtergelaten terwijl alle portieren
vergrendeld zijn en de achterklep
gesloten is, klinkt er gedurende
ongeveer 10 seconden buiten een
pieptoon om de bestuurder er op
attent te maken dat de sleutel in de
bagageruimte ligt. Haal in dit geval de
sleutel uit de auto door de elektrische
achterklepopener in te drukken en de
achterklep te openen. De kans bestaat
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indicatielampjes en waarschuwingszoemers
7-78*Bepaalde modellen.
dat de sleutel die uit de bagageruimte
wordt verwijderd niet functioneert,
omdat de functies ervan tijdelijk
geannuleerd zijn. Voor het herstellen
van de functies van de sleutel, de
procedure die van toepassing is
uitvoeren (pagina 3-9).
▼Waarschuwingszoemer
sleutel-in-auto-achtergelaten (met
geavanceerde afstandbediende
portiervergrendelingsfunctie)
Als de sleutel in het interieur van de
auto is achtergelaten en alle portieren
en de bagageruimte met een andere
sleutel zijn vergrendeld, klinkt er
gedurende ongeveer 10 seconden
buiten de auto een pieptoon om de
bestuurder er op attent te maken dat
de sleutel in het interieur is
achtergelaten. Haal in dit geval de
sleutel uit de auto door het portier te
openen. De kans bestaat dat een
sleutel die op deze manier uit de auto
is verwijderd niet functioneert, omdat
de functies ervan tijdelijk geannuleerd
zijn. Voor het herstellen van de
functies van de sleutel, de procedure
die van toepassing is uitvoeren (pagina
3-9).
▼Waarschuwingszoemer elektrisch
bediende achterklep*
Als er voorzorgsmaatregelen van het
systeem nodig zijn wordt de
bestuurder op de hoogte gesteld door
het waarschuwingsgeluid.
Waarschuwingszoe-
merTe controleren punten
De zoemer klinkt 3
maalAan de vereiste om-
standigheden om de
elektrisch bediende
achterklep te bedie-
nen wordt niet vol-
daan, er zit bijvoor-
beeld een voorwerp
vast in de achterklep.
De zoemer blijft klin-
kenEr wordt met de auto
gereden met geopen-
de achterklep. Breng
de auto tot stilstand en
sluit de achterklep.
▼Waarschuwingszoemer laag
brandstofpeil
Wanneer het waarschuwingslampje
voor laag brandstofpeil knippert, wordt
tegelijkertijd eenmaal een
waarschuwingszoemer geactiveerd.
▼Waarschuwingszoemer
elektronische stuurvergrendeling
De waarschuwingszoemer klinkt als
het stuurwiel niet ontgrendeld wordt
nadat de startdrukknop is ingedrukt.
(pagina 4-4)
▼Waarschuwingszoemer
remsysteem (met M Hybrid)
Er wordt een waarschuwingszoemer
geactiveerd als er een probleem is met
het remsysteem en de remmen niet
normaal functioneren. Rem af terwijl u
de veiligheid van de omgeving
controleert en parkeer de auto op een
veilige plaats. Stop de auto en neem
contact op met een deskundige
reparateur (bij voorkeur een officiële
Mazda-reparateur).
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indicatielampjes en waarschuwingszoemers
*Bepaalde modellen.7-79
Soort waarschuwings-
zoemerInhoud van melding
De pieptoon klinkt
met tussenpozen wan-
neer de Mazda Radar
Cruise Control met
Stop & Go-functie
(MRCC met Stop &
Go-functie) in gebruik
is.De afstand tussen uw
auto en het voorlig-
gende voertuig is te
kort. Controleer de
veiligheid van de om-
geving en verminder
snelheid.
▼Waarschuwing te hoge snelheid*
Als de rijsnelheid hoger is dan
aangegeven op het
maximumsnelheidsbord dat in de
Active Driving Display/
instrumentengroep wordt
weergegeven, knippert het gedeelte
rondom het maximumsnelheidsbord in
oranje en wordt tegelijkertijd het
waarschuwingsgeluid geactiveerd. Als
de rijsnelheid de aangegeven snelheid
op het maximumsnelheidsbord blijft
overschrijden, stopt de indicatie met
knipperen en licht deze constant op.
▼Waarschuwingszoemer
snelheidsbegrenzer*
Als de rijsnelheid de ingestelde
snelheid met ongeveer 5 km/h of
meer overschrijdt, klinkt er continu een
waarschuwingszoemer. De
waarschuwingszoemer klinkt totdat de
rijsnelheid tot aan de ingestelde
snelheid of lager vermindert.
OPGELET
Als de ingestelde snelheid ten opzichte
van de huidige ingestelde rijsnelheid
verlaagd wordt door de RES schakelaar
omlaag te drukken (SET-), wordt de
waarschuwingszoemer gedurende
ongeveer 30 seconden niet geactiveerd
als de rijsnelheid 5 km/h sneller is dan
de nieuw ingestelde snelheid. Wees
voorzichtig de ingestelde snelheid niet
te overschrijden.
OPMERKING
Wanneer het systeem tijdelijk wordt
geannuleerd door het volledig
intrappen van het gaspedaal, toont de
ISA/ASL-display de annuleringsdisplay.
Zelfs als de rijsnelheid de ingestelde
snelheid met ongeveer 5 km/h of
meer overschrijdt terwijl de
annuleringsdisplay wordt getoond,
wordt er geen waarschuwingsgeluid
gegeven.
▼Waarschuwing voor botsing*
Als er de kans bestaat op een botsing
met een voorliggend voertuig of
obstakel aan de achterzijde van de
auto, wordt tegelijkertijd met de
waarschuwingsindicaties die worden
weergegeven in de instrumentengroep
of de Active Driving Display met
tussenpozen een waarschuwingsgeluid
geactiveerd.
▼Waarschuwingszoemer open
portier
Er wordt een waarschuwingszoemer
geactiveerd als er wordt gereden met
een open portier of achterklep. Sluit
de portieren en de achterklep alvorens
te gaan rijden.
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indicatielampjes en waarschuwingszoemers
*Bepaalde modellen.7-83
Wanneer de achterklep
niet geopend kan worden
▼Wanneer de achterklep niet
geopend kan worden
Als de accu is uitgeput, kan de
achterklep niet ontgrendeld en
geopend worden.
In dit geval kan de achterklep
ontgrendeld worden door het
probleem van de uitgeputte accu te
verhelpen.
Zie Starten met een hulpaccu op
pagina 7-46.
Als de achterklep ook na het verhelpen
van het probleem van de uitgeputte
accu niet kan worden ontgrendeld, is
er mogelijk een defect in het
elektrische systeem.
In dit geval kan de achterklep bij wijze
van noodmaatregel geopend worden
aan de hand van de volgende
procedure.
1. Verwijder de afdekking aan de
binnenzijde van de achterklep met
behulp van een
sleufkopschroevendraaier
omwikkeld met een schone doek.
2. Draai de hendel naar rechts om de
achterklep te ontgrendelen.
(Met elektrisch bediende
achterklep)
(Zonder elektrisch bediende
achterklep)
Laat na het uitvoeren van deze
noodmaatregel de auto zo spoedig
mogelijk door een deskundige
reparateur (bij voorkeur een officiële
Mazda-reparateur) controleren.
Als er zich een probleem voordoet
Wanneer de achterklep niet geopend kan worden
7-84
Elektromagnetische
compatibiliteit
▼Elektromagnetische compatibiliteit
Uw Mazda is getest en goedgekeurd
inzake bepaling UN-R*1 10 welke
verband houdt met
elektromagnetische compatibiliteit.
Radio Frequentie (RF) zendapparatuur
(bijv. mobiele telefoons, amateur
radiozenders, enz.) mag enkel in uw
Mazda geïnstalleerd worden als deze
voldoet aan de parameters die in
onderstaande tabel worden getoond.
*1
UN-R staat voor United Nations
Regulation (Bepaling van de
Verenigde Naties).
Het is uw verantwoordelijkheid er voor
te zorgen dat alle apparatuur die u
heeft geïnstalleerd voldoet aan de
geldende wettelijke bepalingen. Laat
alle apparatuur installeren door
deskundige monteurs.
OPGELET
¾Installeer geen
zendontvangapparaat, microfoons,
luidsprekers of enig ander voorwerp
in het werkingsbereik van het
airbagsysteem.
¾Bevestig de antennekabel niet aan
de oorspronkelijke bedrading ,
brandstofleidingen of remleidingen
van de auto. Probeer zo veel
mogelijk te voorkomen dat de
antennekabel parallel loopt met de
bedradingsbundels.
¾Houd antenne- en spanningskabels
op een afstand van tenminste 100
mm van elektronische modules en
airbags.
¾Vermijd het gebruik van de
sigarettenaansteker of de stekkerbus
voor accessoires als een
stroomvoorziening voor
RF-zendontvangapparatuur.
Antenneposities:
1. Rechtsvoor op dak
2. Beide zijden van achterklep
3. Midden van dak
4. Linksvoor op dak
Frequentie-
band (MHz)Maximaal uit-
gangsvermogen
(Watt)Antenneposi-
ties
50 Š 54 50
68 Š 87,5 50
142 Š 176 50
380 Š 470 50
806 Š 940 10
1.200 Š
1.30010
1.710 Š
1.88510
1.885 Š
2.02510
2.400 Š
2.5000,01*1In een cabine*1
*1 Enkel voor Bluetooth®
OPMERKING
Controleer na het installeren van RF
zenders voor storing van en naar alle
elektrische apparatuur in de auto,
zowel in de stand–bymodus als in de
zendmodus.
Informatie voor de eigenaar
Elektromagnetische compatibiliteit
8-67