83
1
1-2. Antidiefstalsysteem
RAV4_OM_OM42B70E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
Startblokkering
Auto's zonder Smart entry-sys-
teem en startknop
Het controlelampje gaat knippe-
ren als de sleutel uit het contact-
slot is verwijderd, om aan te
geven dat het systeem is inge-
schakeld.
Het controlelampje stopt met knip-
peren als de geregistreerde sleu-
tel in het contactslot is gestoken
om aan te geven dat het systeem
is uitgeschakeld.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Het controlelampje knippert nadat het contact UIT is gezet om a an te
geven dat het systeem in werking is.
Het controlelampje houdt op met knipperen als het contact in st and
ACC of AAN is gezet om aan te gev en dat het systeem is uitgescha-
keld.
■ Onderhoud van het systeem
De auto is voorzien van een onderhoudsvrije startblokkering.
■ Omstandigheden waardoor het systeem mogelijk niet goed werkt
●Als de greep van de sleutel tegen een metalen voorwerp wordt gehouden
● Als de sleutel dicht bij of tegen een sleutel met ingebouwde tr ansponderchip
van een andere auto wordt gehouden
De sleutels van de auto zijn uitgerust met ingebouwde transpon-
derchips die voorkomen dat de motor gestart kan worden met
een sleutel die niet in een eerder stadium geregistreerd is in de
boordcomputer van de auto.
Laat de sleutels nooit in de auto achter als u de auto verlaat.
Dit systeem is ontworpen om autodi efstal te voorkomen, maar abso-
lute beveiliging tegen elke vorm van diefstal kan niet worden gega-
randeerd.
RAV4_OM_OM42B70E_(EE).book Page 83 Thursday, July 6, 2017 9: 19 AM
1152. Instrumentenpaneel
2
Instrumentenpaneel
RAV4_OM_OM42B70E_(EE)
Waarschuwingslampjes informeren de bestuurder over storingen in
de aangegeven systemen van de auto.
Waarschuwingslampjes
*1Waarschuwingslampje
remsysteem
(→Blz. 721)Waarschuwingslampje
laag brandstofniveau
(→Blz. 723)
*1Motorcontrolelampje
(→Blz. 721)*2, 3, 4
(indien aanwezig)
Controlelampje Toyota
Parking Assist-sensor
(→Blz. 723)
*1Waarschuwingslampje
SRS ( →Blz. 722)*4Controlelampjes
achterpassagiersgordels
(→Blz. 723)
*1Waarschuwingslampje
ABS ( →Blz. 722)*1Centraal
waarschuwingslampje
(→Blz. 728)
*1Waarschuwingslampje
elektrische
stuurbekrachtiging
(→Blz. 722)*1, 5
(indien aanwezig)
Waarschuwingslampje
PCS ( →Blz. 723)
*1, 2
(indien aanwezig)
Controlelampje
uitgeschakeld
Stop & Start-systeem
(→Blz. 722)
(oranje)
(indien aanwezig)
Waarschuwingslampje
LDA ( →Blz. 724)
*1Controlelampje
Traction Control
(→Blz. 722)*1
(indien aanwezig)
Waarschuwingslampje
lage bandenspanning
(→Blz. 724)
Controlelampje
veiligheidsgordel
(→Blz. 723)
RAV4_OM_OM42B70E_(EE).book Page 115 Thursday, July 6, 2017 9 :19 AM
1192. Instrumentenpaneel
2
Instrumentenpaneel
RAV4_OM_OM42B70E_(EE)
■ECO-indicator (auto's met automatische tran smissie of Multidrive CVT)
Geeft de ECO-zone weer en de mate van milieuvriendelijk rijden op basis van
de acceleratie.
ECO-zone
Mate van milieuvriendelijk rijden op basis van acceleratie
Als de acceleratie de bovengrens van de ECO-zone overschrijdt, gaat de
rechterzijde van de ECO-indicator branden.
In de volgende gevallen werkt de ECO-indicator niet:
● De selectiehendel staat in een andere stand dan D.
● De paddle shift-schakelaar (indien aanwezig) wordt bediend.
● Noch de normale modus, noch de ECO-rijmodus is geselecteerd.
(→Blz. 337, 344, 352)
● De rijsnelheid is ongeveer 130 km/h of hoger. ECO-controlelampje
Tijdens milieuvriendelijk accelereren
(ECO-rijden) gaat het ECO-controle-
lampje branden.
Wanneer de acceleratie de bovengrens
van de ECO-zone overschrijdt of wan-
neer de auto tot stilstand komt, gaat het
lampje uit.
De beschikbaarheid van het ECO-con-
trolelampje kan worden aangepast. De
standaardinstelling is aan. ( →Blz. 828)
ECO-indicator
Toont de ECO-zone en de mate van
milieuvriendelijk rijden op basis van de
acceleratie.
WAARSCHUWING
■ Als een waarschuwingslampje van een veiligheidssysteem niet gaa t
branden
Als een lampje van een veiligheidssysteem zoals het ABS of het waarschu-
wingslampje SRS niet gaan branden als u de motor start, kan dat beteke-
nen dat deze systemen niet beschikbaar zijn om u te beschermen in geval
van een ongeval, waardoor ernstig letsel zou kunnen ontstaan. L aat, als dit
gebeurt, de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota- dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
1
2
3
4
RAV4_OM_OM42B70E_(EE).book Page 119 Thursday, July 6, 2017 9 :19 AM
4204-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42B70E_(EE)
■Voorwaarden voor werking van de functies
●Werking Lane Departure Alert
Deze functie werkt wanneer aan alle onderstaande voorwaarden wo rdt vol-
daan.
• De LDA is ingeschakeld.
• De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of hoger.
• Het systeem herkent witte (gele) lijnen.
• De breedte van de rijstrook is ten minste ongeveer 3 m.
• De richtingaanwijzerschakelaar wordt niet bediend.
• Er wordt gereden op een rechte weg of in een flauwe bocht met een
straal van meer dan ongeveer 150 m.
• Er worden geen systeemstoringen gesignaleerd. ( →Blz. 729)
● Stuurregelingsfunctie
Deze functie werkt wanneer niet alleen aan alle werkingsvoorwaa rden voor
de Lane Departure Alert-functie wordt voldaan, maar ook aan all e onder-
staande voorwaarden.
• De instelling voor “Steering Assist” (stuurassistentie) in op het
multi-informatiedisplay is “On” (aan). ( →Blz. 829)
• Er wordt niet in een vastgestelde mate of sneller geaccelereerd of gede- celereerd.
• Het stuurwiel wordt niet bediend met een stuurkracht die gesch ikt is voor
het veranderen van rijstrook.
• Het ABS, de VSC, de TRC en het PCS werken niet.
• De TRC of VSC is niet uitgeschakeld.
• De waarschuwing handen van het stuurwiel wordt niet weergegeve n.
( → Blz. 421)
● Waarschuwing voor slingeren
Deze functie werkt wanneer aan alle onderstaande voorwaarden wo rdt vol-
daan.
• De instelling voor “Sway Warni ng” (waarschuwing voor slingeren ) in
op het multi-informatiedisplay is “On” (aan). ( →Blz. 829)
• De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of hoger.
• De breedte van de rijstrook is ten minste ongeveer 3 m.
• Er worden geen systeemstoringen gesignaleerd. ( →Blz. 729)
■ Tijdelijk uitschakelen van functies
Als niet langer aan de werkingsvoorwaarden wordt voldaan, wordt een functie
mogelijk tijdelijk uitgeschakeld. Als echter weer aan de werkin gsvoorwaarden
wordt voldaan, wordt de werking van de functie automatisch hervat. ( →Blz.
420)
■ Stuurregelingsfunctie
Afhankelijk van de rijsnelheid, de situatie rondom het verlaten van de rij-
strook, de wegomstandigheden, enz. merkt de bestuurder mogelijk niet dat
de functie in werking is of werkt de functie mogelijk helemaal niet.
RAV4_OM_OM42B70E_(EE).book Page 420 Thursday, July 6, 2017 9 :19 AM
4544-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42B70E_(EE)■
Detectie-informatie sensoren
●Het detectiegebied van de sensoren is beperkt tot het gebied ro nd de bum-
per van de auto.
● De staat van de auto en de omgeving kunnen van invloed zijn op de capaci-
teit van de sensor om een obstakel correct te signaleren. Speci fieke situa-
ties waarin dit voor kan komen ziet u hieronder.
• Er zit vuil, sneeuw of ijs op de sensor. (Het reinigen van de sensoren zal
het probleem oplossen.)
• De sensor is bevroren. (Het ontdooien van de sensor zal het pr obleem
oplossen.)
Vooral bij lage buitentemperaturen kan het gebeuren dat er ten gevolge
van een bevroren sensor een abnormaal beeld te zien is op het d isplay of
dat obstakels niet worden gesignaleerd.
• De sensor is op een of andere manier afgedekt.
• De auto helt sterk over naar één zijde.
• De auto rijdt op een bijzonder hobbelige weg, op een helling, op grind of
op gras.
• Er is veel omgevingslawaai rond de auto van claxons, motorfiet smotoren,
luchtremmen van vrachtwagens of andere geluidsbronnen die ultra sone
geluidsgolven produceren.
• Er is een andere auto uitgerust met Parking Assist-sensoren in de nabije omgeving.
• De sensor is bedekt met een laklaag of een overvloedige hoevee lheid
regenwater.
• De auto is uitgerust met een staafantenne of een draadloze ant enne.
• Er zijn sleepogen geplaatst.
• Als de bumper of sensor een sterke schok ondergaat.
• De auto nadert een hoge of gebogen stoeprand.
• In fel zonlicht of zeer koud weer.
• Objecten direct onder de bumper worden niet waargenomen.
• Als het obstakel zich te dicht bij de sensor bevindt.
• Er zijn niet-originele Toyota-onderdelen voor de wielophanging (verla-
gingsset, enz.) gemonteerd.
• Mogelijk worden mensen die bep aalde soorten kleding dragen niet gesig-
naleerd.
Naast bovenstaande voorbeelden zijn er situaties waarin verkeer sborden
en andere objecten vanwege hun vorm door de sensor dichterbij worden
gezien dan ze in werkelijkheid zijn.
● De vorm van een obstakel kan ervoor zorgen dat een sensor het obstakel
niet signaleert. Let goed op bij de volgende obstakels:
• Kabels, hekken, touwen, enz.
• Katoen, sneeuw en andere materialen die geluidsgolven absorber en
• Zeer hoekige objecten
• Lage obstakels
• Hoge obstakels waarbij het bovenste deel uitsteekt in de richting van uw auto
RAV4_OM_OM42B70E_(EE).book Page 454 Thursday, July 6, 2017 9 :19 AM
457
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
RAV4_OM_OM42B70E_(EE)
Schakelaar permanente vierwielaandrij-
ving (AWD-uitvoeringen)
Druk op de schakelaar.
Het controlelampje voor perma-
nente vierwielaandrijving gaat
branden.
Het motorkoppel wordt, afhankelijk
van de rijomstandigheden, zo veel
mogelijk verdeeld over de achter-
wielen.
Door nogmaals op de schakelaar
te drukken wordt de modus perma-
nente vierwielaandrijving uitge-
schakeld en keert het AWD-
systeem met dynamische koppel-
regeling terug naar de normale
modus. (→Blz. 486)
■De stand permanente vierwielaandr ijving kan worden gebruikt als
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
■ Modus permanente vierwielaandrijving
●De modus permanente vierwielaandrijving wordt uitgeschakeld als het rem-
pedaal wordt ingetrapt om ervoor te zorgen dat het ABS en de VS C correct
werken.
● De modus permanente vierwielaandrijving wordt uitgeschakeld als de rij-
snelheid hoger wordt dan 40 km/h.
De stand permanente vierwielaa ndrijving kan worden gebruikt
als er veel aandrijfkracht nodig is op alle wielen, bijvoorbeeld als
de auto vast komt te zitten in de modder en u hem vrij moet kri j-
gen.
RAV4_OM_OM42B70E_(EE).book Page 457 Thursday, July 6, 2017 9 :19 AM
485
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
RAV4_OM_OM42B70E_(EE)
Ondersteunende systemen
◆ABS (antiblokkeersysteem)
Helpt het blokkeren van de wielen te voorkomen bij plotseling rem-
men of remmen op een glad wegdek
◆Brake Assist
Zorgt voor een grotere remkracht nadat het rempedaal is ingetra pt
als het systeem oordeelt dat er sprake is van een noodstop
◆VSC (Vehicle Stability Control)
Helpt de bestuurder de auto onder controle te houden bij uitwij kma-
noeuvres en het maken van bochten op een glad wegdek
◆TRC (Traction Control)
Zorgt ervoor dat de aandrijfkrac ht behouden blijft en voorkomt dat
de aandrijvende wielen gaan doorslippen bij het wegrijden met d e
auto of bij het accelereren op gladde wegen
◆Hill Start Assist Control
Helpt te voorkomen dat de auto achteruit rolt bij het wegrijden op
een helling
◆AUTO LSD-functie (2WD-uitvoeringen)
De AUTO LSD-functie wordt geactiveerd wanneer het systeem in
de stand TRC UIT is De functie werkt als een van de aangedreven
wielen doorslipt, b ijvoorbeeld als het wiel vrijelijk spint op ijs of
modder. Het systeem schakelt de remmen van het doorslippend
wiel in, maar brengt een gedeelte van het koppel over op het
andere wiel en zorgt er zo voor dat er voldoende aandrijfkracht
behouden blijft.
Om de veiligheid en de prestaties tijdens het rijden te verbete ren
is uw auto uitgerust met de volgende systemen die automatisch
in werking treden als de omsta ndigheden daar om vragen. Houd
er echter rekening mee dat dit aanvullende systemen zijn en ver -
trouw niet in al te sterke mate op deze systemen als u de auto
bedient.
RAV4_OM_OM42B70E_(EE).book Page 485 Thursday, July 6, 2017 9 :19 AM
4884-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42B70E_(EE)
■Uitschakelen van de TRC/VSC/Trailer Sway Control
Houd meer dan 3 seconden ingedrukt terwijl de auto stilstaat o m de
TRC/VSC/Trailer Sway Control uit te schakelen.
“Traction Control Turned Off” (Traction Control uitgeschakeld) wordt weerge-
geven en het controlelampje VSC OFF gaat branden.
*
Druk nogmaals op om de systemen weer in te schakelen.
*: Bij auto's met het Pre-Crash Safety-systeem worden ook het Pre -Crash
Brake Assist-systeem en het Pre-Crash Brake-systeem uitgeschake ld. Het
waarschuwingslampje PCS gaat branden en de melding wordt op het
multi-informatiedisplay weergegeven. ( →Blz. 399)
■ Wanneer het controlelampje AUTO LSD ook knippert als de schakel aar
VSC OFF niet is ingedrukt (2WD-uitvoeringen)
De TRC, AUTO LSD, Hill Start Assist Control en Downhill Assist Control kun-
nen niet in werking worden gesteld. Neem contact op met een erk ende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behor en gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■ Wanneer de melding wordt weergeg even op het multi-informatiedisplay
dat de TRC is uitgeschakeld, zelfs al is de schakelaar VSC OFF niet inge-
drukt (AWD-uitvoeringen)
De TRC, Hill Start Assist Control en Downhill Assist Control ku nnen niet in
werking worden gesteld. Neem contact op met een erkende Toyota- dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
■ Bijgeluiden en trillingen die veroorzaakt worden door de ABS-, Brake
Assist-, VSC-/Trailer Sway Control-, TRC- en Hill Start Assist Control-
systemen
● Het is mogelijk dat u tijdens het starten van de motor of bij h et wegrijden een
geluid in de motorruimte hoort wanneer het rempedaal herhaaldel ijk wordt
ingetrapt. Dit duidt niet op een storing in een van deze system en.
● De volgende verschijnselen kunnen zich voordoen als bovenstaande syste-
men in werking zijn. Geen van deze verschijnselen duidt op een storing.
• Er kunnen trillingen gevoeld worden in de carrosserie en de st uurinrich-
ting.
• Nadat de auto tot stilstand is gekomen, kan het geluid van een elektro- motor hoorbaar zijn.
• Er kan een lichte trilling in het rempedaal voelbaar zijn als het antiblok-
keersysteem geactiveerd is.
• Het rempedaal kan iets verder naar beneden bewegen als het ant iblok-
keersysteem geactiveerd is.
RAV4_OM_OM42B70E_(EE).book Page 488 Thursday, July 6, 2017 9 :19 AM