•Direct nadat het MRCC systeem is ingesteld.
•Wanneer het gaspedaal wordt ingetrapt of direct nadat het gaspedaal is losgelaten.
•Een ander voertuig snijdt in de rijstrook.
•De volgende objecten worden niet als fysieke objecten herkend.
•Voertuigen die naderen vanuit tegenovergestelde richting.
•Voetgangers
•Stilstaande objecten (stilstaande voertuigen, obstakels)
•Als een voorliggend voertuig met buitengewoon lage snelheid rijdt, bestaat de kans dat
het systeem dit niet correct bespeurt.
•Tijdens het rijden met volgafstandregeling, het systeem niet instellen op tweewielige
voertuigen zoals motorfietsen en fietsen.
•Gebruik het MRCC systeem niet onder omstandigheden waarbij de waarschuwingen voor
korte volgafstand veelvuldig geactiveerd worden.
•Tijdens het rijden met volgafstandregeling, laat het systeem uw auto accelereren en
snelheid minderen overeenkomstig de snelheid van het voorliggende voertuig. Als het
echter voor een rijstrookverandering noodzakelijk is te accelereren of als het
voorliggende voertuig plotseling afremt waardoor u het voertuig snel dicht nadert,
accelereren met behulp van het gaspedaal of snelheid minderen met behulp van het
rempedaal afhankelijk van de omstandigheden.
•Terwijl het MRCC systeem in gebruik is, wordt dit niet geannuleerd als de keuzehendel
(automatische transmissie)/versnellingshendel (handgeschakelde versnellingsbak)
gebruikt wordt en vindt bedoeld afremmen op de motor niet plaats. Als
snelheidsvermindering vereist is, de instelling voor de rijsnelheid verlagen of het
rempedaal intrappen.
•De remlichten branden terwijl het automatisch afremmen van het MRCC systeem in
werking is, echter het is mogelijk dat deze niet branden wanneer de auto op een aflopende
helling rijdt met de ingestelde rijsnelheid of met constante snelheid rijdt en een
voorliggend voertuig volgt.
•Het waarschuwingslampje (oranje) van het MRCC systeem gaat branden wanneer er een
defect is in het systeem.
Zie Waarschuwingslampjes op pagina 4-40.
•De regeling van de volgafstand kan uitgeschakeld worden en het systeem kan
overgeschakeld worden op enkel kruissnelheidsregeling.
Zie Kruissnelheidsregelaarfunctie op pagina 4-144.
7 L M G H Q V K H W U L M G H Q
L $ &