24
3008-2_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Laadstroom
accu* permanent.er i
s een storing in het laadstroomcircuit
van de accu (vervuilde of losgeraakte
accuklemmen, aandrijfriem dynamo niet
correct gespannen of gebroken...). Het lampje moet bij het starten van de motor uitgaan.
Raadpleeg het Pe
ugeot- netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als dit niet het geval is.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Een of meer
portier en
geopend
permanent, in combinatie
met een melding die
het desbetreffende
carrosseriedeel aangeeft.Bij een snelheid lager dan 10 km/h is
een portier of de achterklep niet goed
gesloten. Sluit het desbetreffende carrosseriedeel.
permanent, in combinatie
met een melding die
het desbetreffende
carrosseriedeel aangeeft
en een geluidssignaal.Bij een snelheid hoger dan 10 km/h is
een portier of de achterklep niet goed
gesloten.
* Volgens land van bestemming. Motoroliedruk
permanent.
er i
s een storing in de motorsmering. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
Parkeer de auto, zet het contact af en raadpleeg
het P
e
ugeot
-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Instrumentenpaneel
25
3008-2_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Autogordels
losgemaakt of
niet vastgemaaktpermanent.
De bestuurder en/of de voor-/
achterpassagier heeft zijn autogordel
niet vastgemaakt of losgemaakt.tr ek aan de gordel en klik de gesp vast in de gesphouder.
De verlichte punten stellen de passagiers voor die
geen autogordel dragen.
De punten:
-
b
randen gedurende 30 seconden na het starten
van de auto,
-
b
randen in de loop van de rit bij een
wagensnelheid tussen 0 en 20 km/h,
-
knipperen bij een wagensnelheid hoger dan 20 km/h ongeveer
120 seconden in combinatie met een geluidssignaal.
ControlelampjeStatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Elektrische
parkeerrem knippert.
Het aantrekken van de elektrische
parkeerrem is onderbroken.
Het aantrekken/vrijzetten werkt niet. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
Parkeer de auto op een vlakke, horizontale
ondergrond, schakel een versnelling in (auto met
automatische transmissie: selecteer de stand P
), zet
het contact af en raadpleeg het P
e
ugeot
-
netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Storing
elektrische
parkeerrem permanent.
Storing in de elektrische parkeerrem. Raadpleeg zo snel mogelijk het P
e
ugeot
-
netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over de elektrische parkeerrem .
Antiblokkeersysteem
(ABS)permanent.er is een storing in het
antiblokkeersysteem. De normale remwerking blijft behouden.
Rijd voorzichtig met lage snelheid en raadpleeg
zo snel mogelijk het P
e
ugeot
-
netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
1
Instrumentenpaneel
26
3008-2_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
ControlelampjeStatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Remsysteem permanent.
ee
n kleine storing van het
remsysteem. Rijd voorzichtig.
Laat het systeem zo snel mogelijk controleren door het
P
e
ugeot
-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
permanent. Het remvloeistofniveau is te laag. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
Vul het niveau bij met een vloeistof voorzien van een
artikelnummer van P
e
ugeot
.
A
ls het probleem zich blijft voordoen, laat het systeem
dan controleren door het P
e
ugeot
-
netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
+ permanent, in
combinatie met het
waarschuwingslampje
ABS.
er i
s een storing in de elektronische
remdrukregelaar (R
eF
).Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
Laat het systeem controleren door het P
e
ugeot
-
n
etwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Dynamische
stabiliteitscontrole
(ESP/ASR)knippert. De eS P-/ASR-regeling is actief. Deze functie verbetert de aandrijving en zorgt voor
een betere koersstabiliteit als de wielen te weinig grip
hebben of de auto uit de koers dreigt te raken.
permanent. Storing in het
e
S
P-/ASR-systeem. Laat het systeem controleren door het P
e
ugeot
-
n
etwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Distance Alert
/
Active Safety
Brake knippert.
Het systeem wordt geactiveerd. Het systeem remt de auto kort af om de snelheid van
de aanrijding met de voorligger te beperken.
permanent, in combinatie
met een melding en een
geluidssignaal.Storing in het systeem.Laat het systeem controleren door het Pe ugeot-
n etwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Instrumentenpaneel
37
3008-2_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Actieradiusindicatoren AdBlue®
Deze actieradiusindicatoren zijn uitsluitend
aanwezig bij auto's met een BlueHDi-
dieselmotor.
Zodra de reservevoorraad van het AdBlue
®-
reservoir is aangesproken of een storing in het
SCR-systeem is gesignaleerd, verschijnt bij
het aanzetten van het contact een indicator die
aangeeft hoeveel kilometer u nog ongeveer
kunt rijden voordat het opnieuw starten van de
motor automatisch wordt geblokkeerd.
Niet starten van de motor bij een te laag AdBlue®-niveau
2400 km" wordt weergegeven. Afhankelijk van
d e hoeveelheid AdBlue in het reservoir, wordt
vervolgens een melding weergegeven waarin
staat aangegeven dat u minimaal 10 liter kunt
bijvullen. Actieradius groter dan 2400 km
Druk op deze toets om de actieradius
tijdelijk weer te geven. De melding
"AdBlue: actieradius groter dan
Het wettelijk verplichte
startblokkeringssysteem wordt
automatisch geactiveerd zodra het
AdBlue
®-reservoir leeg is.
Als het contact wordt aangezet, wordt er niet
automatisch een melding over de actieradius
weergegeven op het instrumentenpaneel.
1
Instrumentenpaneel
45
3008-2_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Monochroom display C
Weergave op het displayToetsenHoofdmenu
Afhankelijk van de context kan de volgende
informatie worden weergegeven:
-
d
e tijd,
-
d
e datum,
-
de
buitentemperatuur (de temperatuur
knippert bij kans op gladheid),
-
d
e grafische weergave van de parkeerhulp,
-
d
e geluidsbron waarnaar geluisterd wordt,
-
d
e informatie van de telefoon of de
handsfree set,
-
d
e configuratiemenu's van het display en
de uitrusting van de auto. Druk op het bedieningspaneel van de autoradio
op:
F
d
e toets "MENU" voor toegang tot het
hoofdmenu ,
F
d
e toets "5" of " 6" om door de items op het
display te scrollen,
F
d
e toets "7" of " 8" om de waarde van een
instelling te wijzigen,
F
d
e toets "OK" om te bevestigen,
of
F
d
e toets "Terug" om de uitgevoerde
handeling af te breken. F
D
ruk op de toets "MENU"
:
- "Multimedia",
-
"
tel
efoon",
-
"Verbindingen",
-
"
Persoonlijke instelling - configuratie".
F D ruk op de toets "
7" of " 8" om het
gewenste menu te selecteren en bevestig
door op de toets "OK" te drukken.
Menu "Multimedia"
Als de autoradio is ingeschakeld, kunt
u via dit menu de functies van de radio
(Zendervolgsysteem (RDS), Volgsysteem
digitale zender /
FM, Zenderinfo (
tXt)
) in- of
uitschakelen en kunt u kiezen op welke manier
de media moeten worden afgespeeld (Normaal,
Shuffle, Shuffle uitgebreid, Herhaling).
Raadpleeg voor meer informatie over de functie
"Multimedia" de rubriek "Audio en telematica".
1
Instrumentenpaneel
46
3008-2_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Menu "Telefoon"
Menu "Verbindingen"
Als de autoradio is ingeschakeld, kunt u via dit
menu een Bluetooth-apparaat aankoppelen
(telefoon, mediaspeler) en de aansluitmodus
ervan instellen (handsfree, audiobestanden
l eze n).
Zie voor meer informatie over de
"Verbindingen" de rubriek "Audio en
telematica". Als de autoradio is ingeschakeld en dit menu
is geselecteerd, kunt u het gesprekkenlogboek
weergeven en de adresboeken van de telefoon
opvragen.
Raadpleeg, voor meer informatie over de
functie "
te
lefoon" de rubriek "Audio en
telematica". Als dit menu is geselecteerd, hebt u toegang tot
de volgende functies:
-
"
Parameters van de auto definiëren",
-
"
ta
alkeuze",
-
"
Configuratie beeldscherm".
-
"
Comfort":
● "Ruitenw. aan bij achteruit".
R
aadpleeg voor meer informatie over de
ruitenwissers de rubriek " Verlichting en
zic ht ".
● "Parkeerhulp".
R
aadpleeg voor meer informatie over de
parkeerhulp de rubriek "Rijden".
● "Detectie verslapping aandacht".
R
aadpleeg voor meer informatie over
de detectie verslapping aandacht de
rubriek "Rijden".
Parameters van de auto instellen
Via dit menu kunnen verschillende systemen
van de auto in- en uitgeschakeld worden
(volgens uitvoering):
-
"
Verlichting" :
● "Follow-me-home
v
erlichting".
● "Instapverlichting".
Raadpleeg voor meer informatie over de
verlichting de rubriek " Verlichting en zicht".
Menu "Persoonlijke instelling - configuratie"
- "Toegang tot de auto" :
● "Afstandsbd.".
Raadpleeg voor meer informatie over de
afstandsbediening en in het bijzonder over
de selectieve ontgrendeling van portieren de
rubriek "
to
egang tot de auto". -
"
Hulp bij het rijden"
:
● "Autom.
n
oodremfunctie".
R
aadpleeg voor meer informatie
over Active Safety Brake de rubriek
"Rijden".
● "Snelheidsadviezen".
R
aadpleeg voor meer informatie over de
snelheidslimietherkenning de rubriek
"Rijden".
● "Bandenspanning".
R
aadpleeg voor meer informatie over het
bandenspanningscontrolesysteem en
in het bijzonder over het resetten ervan
de rubriek "Rijden".
Instrumentenpaneel
153
3008-2_nl_Chap04_eclairage-et-visibilite_ed01-2016
B. Ring voor de selectie van de ruitenwisser achter: draai de ring tot het symbooltje
tegenover de markering staat.
Ruitenwisser achter
uit.
Interval.
Sproeien en wissen. F
trek de hendel van de ruitenwisserschakelaar
naar u toe.
De ruitensproeiers treden in werking en vervolgens
worden ook de ruitenwissers ingeschakeld.
Bij dit ruitensproeiersysteem voor de voorruit, dat
"Magic Wash" wordt genoemd, zijn de sproeierkoppen
geïntegreerd in de ruitenwisserarmen.
De ruitensproeiervloeistof wordt via het
ruitenwisserblad op de voorruit gesproeid,
zodat het zicht verbetert en het verbruik van
ruitensproeiervloeistof afneemt.
Ruitensproeiers voor
Achteruitversnelling
Als de ruitenwissers vóór zijn geactiveerd op het
moment dat u de achteruitversnelling inschakelt,
treedt ook de ruitenwisser achter in werking.
Deze functie kan worden geactiveerd of
gedeactiveerd via het configuratiemenu op het
scherm van de auto.
Schakel de automatische werking van de
ruitenwisser achter uit bij sneeuwval of strenge
vorst. Dit kan worden uitgevoerd via het
configuratiemenu op het scherm van de auto.
Draai de ring tot deze niet verder kan; de
ruitensproeier achter werkt en vervolgens zal
de wisser gedurende enige tijd wissen. Deze functie is standaard geactiveerd.
4
Verlichting en zicht
158
3008-2_nl_Chap05_securite_ed01-2016
Noodoproep of Pechhulp
Wanneer de elektronische
eenheid airbags een botsing heeft
waargenomen, wordt onafhankelijk van
het eventueel afgaan van de airbags,
automatisch een noodoproep gedaan.
PEUGEOT Connect SOS
Druk in geval van nood langer
dan 2 seconden op deze toets.
Het knipperen van het groene
ledlampje en een geluidssignaal
bevestigen dat de oproep naar
de alarmcentrale "P
e
ugeot
C
onnect S
oS
"* is verstuurd.
Door deze toets meteen opnieuw in te drukken,
wordt de oproep geannuleerd.
Het groene ledlampje dooft.
Het groene ledlampje blijft branden (zonder te
knipperen) wanneer de verbinding tot stand is gebracht.
Aan het einde van het gesprek gaat het lampje uit.
De alarmcentrale "Pe ugeot Connect
SoS " lokaliseert onmiddellijk uw auto,
neemt in uw landstaal contact met u op**
en roept indien nodig de hulp in van de
bevoegde hulpdiensten**. In landen waar de
alarmcentrale niet operationeel is of wanneer
de lokalisatie uitdrukkelijk is geweigerd, wordt
de oproep meteen doorgestuurd naar de
hulpdiensten (112), zonder lokalisatie. **
Afhankelijk van de geografische dekking van "Peugeot
C onnect Assistance" en "Pe ugeot Connect SoS " en van
de officiële landstaal die door de eigenaar van de auto is
gekozen. De lijst van de landen waar het systeem werkzaam is en de
lijst van beschikbare diensten P
e
ugeot C
oN
N
eCt
kunt u
bij uw verkooppunt opvragen of op www.peugeot.nl bekijken.
* Afhankelijk van de algemene gebruiksvoor waarden, die u bij uw
verkooppunt kunt opvragen, en de technische
beperkingen van het systeem. Indien u gebruikmaakt van de dienst
P
e
ugeot Connect Packs met S
oS
-
pakket en pechhulpservice, beschikt
u over aanvullende diensten via uw
persoonlijke pagina MyP
e
ugeot
o
p
de internetsite voor uw land.
Veiligheid