Page 553 of 735

5 105
Rijden met uw auto
Type waarschuwing
Als het voertuig dat door de sensoren is
gesignaleerd uw auto nadert, klinkt de
waarschuwingszoemer, knippert het
waarschuwingslampje in de
buitenspiegel en verschijnt er een
melding in het LCD-display.
✽AANWIJZING
• Als het gesignaleerde voertuig buiten het detectiebereik van uw auto is, rijd
dan langzaam weg van het
gesignaleerde voertuig; de
waarschuwing zal verdwijnen.
• Het systeem werkt mogelijk niet goed
door andere factoren of
omstandigheden. Let altijd op uw
omgeving.
• Als de linker- of rechterzijde van de
bumper wordt afgeschermd door een
vangrail of een voertuig, neemt de
gevoeligheid van het systeem mogelijkaf.
■Links■Rechts
ODM056075L/ODM056073L
WAARSCHUWING
• Het waarschuwingslampje in de buitenspiegel gaat branden wanneer er door het systeem
achteropkomend verkeer wordt
gedetecteerd. Vertrouw nietalleen op het
waarschuwingslampje maar
houd ook de omgeving rond de
auto goed in de gaten, om
aanrijdingen te voorkomen.
• Rijd veilig, ook al is de auto uitgerust met het Blind SpotDetection-systeem (BSD) en Rear
Cross Traffic Alert (RCTA).
Vertrouw niet blindelings op het
systeem, maar controleer altijd
de omgeving bij het wisselen van
rijstrook of achteruitrijden. Het
systeem waarschuwt de
bestuurder mogelijk niet in alle
gevallen, dus houd de omgevingtijdens het rijden altijd goed in degaten.
(Vervolg)
Page 557 of 735

5 109
Rijden met uw auto
Om het LDWS in te schakelen, drukt u op de toets terwijl de toets ENGINE
START/STOP in stand ON staat. Hetcontrolelampje op het
instrumentenpaneel gaat branden. Druk
opnieuw op de toets om het LDWS uit te
schakelen.
De kleur van het symbool is afhankelijk
van de conditie van het LDWS.
- Wit : De sensor signaleert geenrijstrookmarkering.
- Groen : De sensor signaleert de rijstrookmarkering. Als uw auto de rijstrook verlaat terwijl het
LDWS is ingeschakeld en de rijsnelheid
hoger is dan 60 km/h, dan werkt de
waarschuwing als volgt:
1. Visuele waarschuwing
Als u de rijstrook verlaat, knippert de
rijstrook die u verlaat geel op het LCD-
display met een interval van 0,8 s.
2. Hoorbare waarschuwing
Als u de rijstrook verlaat, klinkt het
waarschuwingsgeluid met een interval
van 0,8 s.
ODM056079L
ODM056077L
■
Waarschuwing bij het overschrijden van de
linker rijstrookmarkering
■ Waarschuwing bij het overschrijden van de
rechter rijstrookmarkeringODM046747
ODM056092L
ODM056078L
■ Wanneer de sensor de rijstrookmarkering
signaleert
■ Wanneer de sensor de rijstrookmarkering niet
signaleert
Page 561 of 735
5 113
Rijden met uw auto
Verder verschijnt de melding "Auto Stop"
(Automatisch stoppen) op het LCD-
display (indien van toepassing).
✽AANWIJZING
Nadat de laatste keer de motor
automatisch uitgezet is, moet de
snelheid van de auto weer minstens 10
km/h bedragen.
✽AANWIJZING
Als u uw veiligheidsgordel losmaakt of
het bestuurdersportier (of de motorkap)
opent in de Auto Stop-modus, gebeurt
het volgende:
• Het ISG-systeem wordt gedeactiveerd (het lampje in de ISG OFF-knop gaat
branden). (Vervolg)(Vervolg)
• De melding "Auto Stop deactivated
Start manually" (Auto Stop
gedeactiveerd. Start manueel)
verschijnt op het LCD-display (indien
van toepassing).
ODM056056L/ODM056057L
■Type A
■Type B
ODM056050L/ODM056051L
■Type A
■Type B
ODM046752L
Page 562 of 735
Rijden met uw auto
114
5
Auto start
Motor starten vanuit Idle Stop-modus
• Trap het koppelingspedaal in wanneer
de selectiehendel in de stand N
(neutraal) staat.
• Er verschijnt een melding "Press brake pedal for Auto Start" (Druk rempedaal
in voor Auto Start) op het LCD-display
(indien van toepassing).
• De motor wordt gestart en het groene controlelampje AUTO STOP ( ) in
het instrumentenpaneel gaat uit.
De motor zal ook in de volgende
gevallen automatisch starten, zonderdat de bestuurder actie onderneemt:
- De aanjagersnelheid van het handbediende verwarmings- en
ventilatiesysteem staat in een hogere
stand dan 3 wanneer de
airconditioning is ingeschakeld.
- De aanjagersnelheid van het automatische verwarmings- en
ventilatiesysteem staat in een hogerestand dan stand 6 terwijl de
airconditioning is ingeschakeld.
- Als een bepaalde tijd is verstreken sinds het verwarmings- en
ventilatiesysteem is ingeschakeld.
- Wanneer de ontwaseming is ingeschakeld.
- Het vacu
Page 564 of 735
Rijden met uw auto
116
5
ISG-systeem deactiveren
• Druk op de ISG OFF-knop als u het
ISG-systeem wilt deactiveren. Het lampje in de ISG OFF-knop gaat
branden en er wordt een melding "Auto
Stop OFF" weergegeven op het LCD-
display (indien van toepassing). • Als u opnieuw op de ISG OFF-knop
drukt, wordt het systeem geactiveerden gaat het lampje in de ISG OFF-knop uit. Storing ISG-systeem
Het systeem werkt mogelijk niet
wanneer:
Er een fout optreedt in de ISG- gerelateerde sensoren of het systeem.
ODM046752L
ODM056087L/ODM056088L
■ Type A
■Type B
ODM056115L
ODM056134L
Page 599 of 735
69
Wat te doen in een noodgeval
CONTROLESYSTEEM LAGE BANDENSPANNING (TPMS) (INDIEN VAN TOEPASSING) (1) Waarschuwingslampje lage
bandenspanning/controlelampje
storing TPMS
(2) W aarschuwingslampje positie
lage bandenspanning enaanduiding bandenspanning
(aangegeven op LCD-display)
❈ TPMS : Tire Pressure Monitoring
System Controleer de bandenspanning
• U kunt de bandenspanning
controleren in de informatiemodus
op het instrumentenpaneel.
- Zie "Modus gebruikersinstellingen"in hoofdstuk 4.
• De bandenspanning wordt 1 - 2 minuten na het rijden weergegeven.
• Als de bandenspanning niet wordt weergegeven nadat de auto tot
stilstand is gebracht, wordt de
melding "Rijden om weer te geven"
(Drive to display) getoond.Controleer de bandenspanning na
het rijden.
ODM062002
ODM066020L
ODM066021L