497
Kenmerken van uw auto
Automatisch resetten
Als u in het menu "Gebruikersinstell." de
modus "Auto Reset" selecteert, wordt het
gemiddelde brandstofverbruik
automatisch gereset bij het tanken (zie
"LCD-display").
Als de modus "Auto Reset" is
geselecteerd, wordt het gemiddelde
brandstofverbruik gereset (---) zodra na
het tanken van meer dan 6 liter brandstof
een rijsnelheid van 1 km/h wordt bereikt.
✽AANWIJZING
Het gemiddelde brandstofverbruik
wordt niet weergegeven als sinds het in
de stand ON zetten van het contact of de
toets ENGINE START/STOP minder
dan 50 meter of minder dan 10 seconden
is gereden (de berekening is dan
onvoldoende nauwkeurig).
Actueel brandstofverbruik (3)
• Deze modus geeft bij een rijsnelheid van ten minste 10 km/h het
brandstofverbruik over de laatste paar
seconden weer.
- Bereik: 0 ~ 30 L/100 km of 0 ~ 50MPG Digitale snelheidsmeter
Deze melding geeft de rijsnelheid van de auto aan (km/h, MPH).
OTL045193/OTL045194
■
Type A■Type B
499
Kenmerken van uw auto
Waarschuwingslampjes
✽AANWIJZING - Waarschuwingslampjes
Controleer nadat de motor aanslaat of
alle waarschuwingslampjes uit zijn.
Eventuele lampjes die nog branden,
kunnen op een storing duiden.
Waarschuwingslampje AIRBAG
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINE START/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft ongeveer 6 secondenbranden en gaat dan uit.
• In het geval van een storing in het airbagsysteem.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
Waarschuwingslampje
veiligheidsgordel
Dit waarschuwingslampje attendeert de
bestuurder erop dat de veiligheidsgordel
niet is vastgemaakt.
Zie voor meer informatie
"Veiligheidsgordels" in hoofdstuk 3.
WAARSCHUWINGS- EN CONTROLELAMPJES
Kenmerken van uw auto
100
4
Waarschuwingslampje
parkeerrem enremvloeistofniveau
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINE START/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft ongeveer 3 secondenbranden.
- Het lampje blijft branden als de parkeerrem is aangetrokken.
• Als de parkeerrem wordt aangetrokken.
• Als het remvloeistofniveau te laag is. - Als het waarschuwingslampje blijftbranden terwijl de parkeerrem niet
aangetrokken is, kan dit duiden op
een te laag remvloeistofniveau in het
reservoir. Als het remvloeistofniveau in het
reservoir te laag is:
1. Rijd voorzichtig naar de kant van de
weg en breng de auto op een veilige plaats tot stilstand.
2. Schakel de motor uit en controleer het remvloeistofniveau direct. Laat indien
nodig remvloeistof bijvullen (zie voor
meer informatie "Remvloeistof" in
hoofdstuk 7). Controleer alle
onderdelen van het remsysteem op
lekkage. Rijd niet met de auto als er
een lekkage is gevonden, als het
waarschuwingslampje blijft branden of
als de remmen niet goed werken.
In dat geval adviseren we u de auto te
laten vervoeren naar een officiële
HYUNDAI-dealer en daar te latencontroleren. Diagonaal gescheiden remsysteem
Uw auto is uitgerust met een diagonaal
gescheiden remsysteem. Dat betekent
dat als er in een van de remcircuits een
probleem optreedt, u de auto met het
overgebleven remcircuit tot stilstand kuntbrengen.
Als er een van de remcircuits is
uitgevallen, wordt de slag van het
rempedaal groter en moet er meer druk
op het rempedaal worden uitgeoefendom de auto tot stilstand te brengen.
Verder zal in dat geval de remweg toenemen.
Schakel bij een defect in het remsysteem
terug om sterker op de motor af te
remmen en breng de auto op een veiligeplaats tot stilstand.
4 101
Kenmerken van uw auto
Waarschuwingslampje ABS
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINESTART/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft ongeveer 3 secondenbranden en gaat dan uit.
• In het geval van een storing in het ABS (het normale remsysteem werkt in dat
geval nog wel, maar het
antiblokkeersysteem niet).
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
Waarschuwingslampje EBD
Deze twee waarschuwingslampjes gaan
tijdens het rijden gelijktijdig branden:
• Als het ABS en het normaleremsysteem mogelijk niet normaal
werken.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
WAARSCHUWING - Waarschuwingslampje parkeerrem enremvloeistofniveau
Rijden met een auto waarvan het
waarschuwingslampje brandt, is
gevaarlijk. Als het
waarschuwingslampje parkeerrem
en remvloeistofniveau blijftbranden terwijl de parkeerrem niet
aangetrokken is, kan dit duiden op
een te laag remvloeistofniveau in
het reservoir.
In dat geval adviseren we u de auto
te laten controleren door een
officiële HYUNDAI-dealer.
WAARSCHUWING - Waarschuwingslampje EBD
Als het waarschuwingslampje ABS
en het waarschuwingslampjeparkeerrem en remvloeistofniveau
gelijktijdig branden, werkt hetremsysteem niet normaal en kan er
dus een onverwachte en gevaarlijkesituatie ontstaan bij plotselingremmen.
Vermijd in dit geval hard rijden en plotseling remmen.
Wij adviseren u uw auto zo snel
mogelijk te laten controleren door
een officiële HYUNDAI-dealer.
Kenmerken van uw auto
102
4
✽AANWIJZING
- Waarschuwingslampje EBD
Als het waarschuwingslampje ABS al
dan niet in combinatie met het
waarschuwingslampje parkeerrem en
remvloeistofniveau brandt, werken de
snelheidsmeter, de kilometerteller en de
dagteller mogelijk niet. Bovendien kan
het waarschuwingslampje EPS gaan
branden en kan de benodigde
stuurkracht toe- of afnemen.
In dat geval adviseren we u de auto zo
snel mogelijk te laten controleren door
een officiële HYUNDAI-dealer.
Waarschuwingslampje elektronische parkeerrem(indien van toepassing)
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINE START/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft ongeveer 3 secondenbranden en gaat dan uit.
• In het geval van een storing in de elektrische parkeerrem.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
✽AANWIJZING
- Waarschuwingslampje elektronische parkeerrem
Het waarschuwingslampje
elektronische parkeerrem kan ook in
combinatie met het
waarschuwingslampje ESC gaan
branden om aan te geven dat het ESC
niet goed werkt (dit duidt niet op een
storing in de elektrische parkeerrem).
Waarschuwingslampje elektronische stuurbekrachtiging (EPS)
(indien van toepassing)
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINE START/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft branden tot de motorwordt gestart.
• In het geval van een storing in de elektronische stuurbekrachtiging.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
EPB
4 103
Kenmerken van uw auto
Controlelampjemotormanagement (MIL)
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINE START/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft branden tot de motorwordt gestart.
• In het geval van een storing in het emissieregelsysteem.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer
OPMERKING - Controlelampje
motormanagement (MIL)
Wanneer u met een brandend
controlelampje motormanagement(MIL) blijft doorrijden, kan schade
aan de emissieregelsystemenontstaan. Dit kan een nadelige
invloed hebben op de rijprestatiesen/of het brandstofverbruik.
OPMERKING - Benzinemotor
Wanneer het controlelampje
motormanagement (MIL) gaatbranden, kan de katalysatorbeschadigd zijn. Hierdoor kan het
motorvermogen teruglopen.
In dat geval adviseren we u de autozo snel mogelijk te laten controleren door een officiëleHYUNDAI-dealer.
OPMERKING - Dieselmotor met roetfilter
(indien van toepassing)
Als het controlelampje
motormanagement (MIL) knippert,
kunt u het laten stoppen metknipperen door te rijden:
- met een snelheid van ten minste 60 km/h of
- in een hogere dan de 2e versnelling met eenmotortoerental tussen 1500 en2500 omw/min, gedurende een
bepaalde tijd (ongeveer 25 minuten).
Als het motorcontrolelampje ook na het uitvoeren van deze procedureblijft knipperen, raden we u aan het
roetfiltersysteem te latencontroleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
Als u blijft doorrijden terwijl hetcontrolelampje motormanagement
knippert, kan het roetfiltersysteembeschadigd raken en kan de motor
meer brandstof gaan gebruiken.
Kenmerken van uw auto
104
4
Waarschuwingslampje
laadsysteem
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINE START/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft branden tot de motorwordt gestart.
• In het geval van een storing in de dynamo of het elektrische laadsysteem. In het geval van een storing in de dynamo
of het laadsysteem:
1. Rijd voorzichtig naar de kant van de
weg en breng de auto op een veilige plaats tot stilstand.
2. Schakel de motor uit en controleer of de dynamoriem onvoldoende spanning
heeft of is gebroken.
Als de dynamoriem goed is afgesteld,
bevindt het probleem zich in hetlaadsysteem.
In dat geval adviseren we u de auto zo snel mogelijk te laten controleren door
een officiële HYUNDAI-dealer.
OPMERKING - Dieselmotor
Wanneer het controlelampje
motormanagement (MIL) knippert,duidt dit op een storing in deregeling van de inspuithoeveelheid,
hetgeen kan resulteren in teruglopend motorvermogen,
motorlawaai en schadelijkeuitlaatgasemissies.
In dat geval adviseren we u hetmotorregelsysteem te latencontroleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
4 105
Kenmerken van uw auto
Oliedruklampje
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINESTART/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft branden tot de motorwordt gestart.
• Als de oliedruk van de motor te laag is.
Als de oliedruk van de motor te laag is:
1. Rijd voorzichtig naar de kant van de weg en breng de auto op een veilige plaats tot stilstand.
2. Schakel de motor uit en controleer het motoroliepeil (zie voor meer informatie
"Motorolie" in hoofdstuk 7). Vul indien
nodig olie bij wanneer het peil laag is.
Neem zo snel mogelijk contact op met
een officiële HYUNDAI-dealer en laatuw auto daar controleren als het
waarschuwingslampje na het bijvullen
blijft branden of als er geen olie
beschikbaar is.
Waarschuwingslampje
motoroliepeil (indien van toepassing)
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINE START/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het lampje blijft branden tot de motorwordt gestart.
• Als het motoroliepeil moet worden gecontroleerd.
Als het motoroliepeil te laag is:
1. Rijd voorzichtig naar de kant van de weg en breng de auto op een veilige plaats tot stilstand.
2. Schakel de motor uit en controleer het motoroliepeil (zie voor meer informatie
"Motorolie" in hoofdstuk 7). Vul indien
nodig olie bij wanneer het peil laag is.
Neem zo snel mogelijk contact op met
een officiële HYUNDAI-dealer en laatuw auto daar controleren als het
waarschuwingslampje na het bijvullen
blijft branden of als er geen olie
beschikbaar is.
OPMERKING - Oliedruklampje
• Als de motor niet direct wordt
uitgeschakeld nadat hetoliedruklampje is gaan branden,kan er ernstige motorschade
ontstaan.
• Als het oliedruklampje blijft branden terwijl de motor draait,kan er sprake zijn van ernstigemotorschade of een ernstig
defect. In dat geval:
1. Breng de auto op een veilige plaats tot stilstand.
2. Schakel de motor uit en controleer het motoroliepeil.
Vul indien nodig olie bij tot hetjuiste niveau.
3. Start de motor weer. Zet de motor direct weer uit als hetwaarschuwingslampje blijft
branden. In dat geval adviseren we u de auto te latencontroleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.