Page 81 of 110

Periodiek on derhoud en afstelling
6-27
6
DAU22754
Rem- en koppelin gsvloeistof ver-
versenVraag een Yamaha dealer de rem- en de
koppelingsvloeistof te verversen volgens
de intervalperioden voorgeschreven in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema.
Laat bovendien de oliekeerringen van de
hoofdremcilinder en de koppelingshoofdci-
linder, de remklauwen en de rem- en kop-
pelingsslangen vervangen volgens de
hierna vermelde intervalperioden of wan-
neer ze lekken of zijn beschadigd.
Vloeistofafdichtingen: Vervang elke
twee jaar.
Rem- en koppelingsslangen: Vervang
elke vier jaar.
DAU23098
Kabels controleren en smerenDe werking van alle bedieningskabels en
de conditie van alle kabels moet vooraf-
gaand aan elke rit worden gecontroleerd en
de kabel en kabeleinden moeten indien no-
dig worden gesmeerd. Vraag een Yamaha
dealer een kabel te controleren of te ver-
vangen wanneer deze is beschadigd of niet
soepel beweegt. WAARSCHUWING!
Scha de aan d e buiten behuizing van ka-
b els kan lei den tot interne roestvormin g
en storin g veroorzaken met de bewe-
g in g van kab els. Vervan g b eschad igde
ka bels zo snel mo gelijk om onveili ge
omstan dig he den te voorkomen.
[DWA10712] DAU23115
Controleren en smeren van
gas-
g reep en gaska belDe werking van de gasgreep hoort vooraf-
gaand aan elke rit te worden gecontroleerd.
Daarnaast moet de kabel door een Yamaha
dealer worden gesmeerd volgens de inter-
valperioden vermeld in het periodieke on-
derhoudsschema.
De gaskabel is voorzien van een rubber af-
dekking. Zorg ervoor dat de afdekking ste-
vig is aangebracht. Zelfs als de afdekking
correct is aangebracht, is de kabel niet vol-
ledig beschermd tegen binnendringend
water. Let er daarom op dat er geen water
direct op de afdekking of kabel komt bij het
wassen van de machine. Als de kabel of de
afdekking vies wordt, wrijf deze dan
schoon met een vochtige doek.
Aan
bevolen smeermi ddel:
Yamaha-kabelsmeermiddel of een
ander geschikt kabelsmeermiddel
U2CED1D0.book Page 27 Wednesday, November 11, 2015 9:14 AM
Page 82 of 110
Periodiek on derhou d en afstelling
6-28
6
DAU44276
Controleren en smeren van rem-
en schakelped alenDe werking van het rem- en het schakelpe-
daal moet voorafgaand aan elke rit worden
gecontroleerd en de pedaalscharnierpun-
ten moeten indien nodig worden ge-
smeerd.
Rempedaal
Schakelpe daal
DAU43602
Rem- en koppelin gshen dels con-
troleren en smerenDe werking van de rem- en de koppelings-
hendel moet voorafgaand aan elke rit wor-
den gecontroleerd en de
hendelscharnierpunten moeten indien no-
dig worden gesmeerd.
Remhen del
Koppelin gshen del
Aan bevolen smeermi ddel:
Lithiumvet
U2CED1D0.book Page 28 Wednesday, November 11, 2015 9:14 AM
Page 83 of 110
Periodiek on derhoud en afstelling
6-29
6
DAU23203
Zijstandaar d controleren en
smerenDe werking van de zijstandaard moet voor-
afgaand aan elke rit worden gecontroleerd
en het scharnierpunt en de metaal-op-me-
taal contactvlakken moeten indien nodig
worden gesmeerd.
WAARSCHUWING
DWA10732
Als de zijstan daar d niet soepel omhoo g
en omlaa g beweeg t, vraa g dan een
Yamaha dealer deze te controleren of te
repareren. Een slecht functioneren de
zijstan daar d kan het we gdek raken en u
aflei den, waar door u d e controle over de
machine kunt verliezen.
DAUM1653
Achter bru gscharnierpunten
smerenDe achterbrugscharnierpunten moeten
worden gesmeerd door een Yamaha dealer
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema.
Aan
bevolen smeermi ddel:
Siliconenvet
Aan bevolen smeermi ddel:
Lithiumvet
Aan bevolen smeermi ddel:
Lithiumvet
U2CED1D0.book Page 29 Wednesday, November 11, 2015 9:14 AM
Page 84 of 110

Periodiek on derhou d en afstelling
6-30
6
DAU23273
Voorvork controlerenDe conditie en de werking van de voorvork
moeten als volgt worden gecontroleerd vol-
gens de intervalperioden vermeld in het pe-
riodieke smeer- en onderhoudsschema.
Om de con ditie te controleren
Controleer de binnenste vorkbuizen op
krassen, beschadigingen en overmatige
olielekkage.
Om de werkin g te controleren
1. Zet de machine op een vlakke onder- grond en houd deze rechtop.
WAARSCHUWING! On dersteun de
machine zor gvul dig om omvallen
en mo gelijk letsel te voorkomen.
[DWA10752]
2. Bekrachtig de voorrem en druk het
stuur een paar keer stevig naar bene-
den om te controleren of de voorvork
soepel in- en uitveert.
LET OP
DCA10591
Als scha de wor dt gevon den of de voor-
vork niet soepel beweeg t, vraag d an een
Yamaha dealer te repareren of te con-
troleren.
DAU23285
Stuursysteem controlerenLosse of versleten balhoofdlagers kunnen
gevaarlijk zijn. De werking van het stuursy-
steem moet als volgt worden gecontroleerd
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema. 1. Breng het voorwiel van de grond. (Zie
pagina 6-39.) WAARSCHUWING!
On dersteun de machine zorg vuldig
om omvallen en mo gelijk letsel te
voorkomen.
[DWA10752]
2. Houd de voorvorkpoten aan het on- derste uiteinde beet en probeer ze
naar voren en achteren te bewegen.
Als speling wordt gevoeld, vraag dan
een Yamaha dealer het stuursysteem
te inspecteren of repareren.
U2CED1D0.book Page 30 Wednesday, November 11, 2015 9:14 AM
Page 85 of 110

Periodiek on derhoud en afstelling
6-31
6
DAU23292
Controleren van wiella gersDe voor- en achterwiellagers moeten wor-
den gecontroleerd volgens de intervalperi-
oden voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema. Als de wiel-
naaf speling vertoont of het wiel niet soepel
draait, vraag dan een Yamaha dealer de
wiellagers te controleren.
DAU46556
AccuDe accu bevindt zich onder stroomlijnpa-
neel A. (Zie pagina 6-8.)
Dit model is voorzien van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu. De elektrolyt
hoeft niet te worden gecontroleerd en er
hoeft geen gedistilleerd water te worden
bijgevuld. Het is echter wel nodig om de ac-
cukabelverbindingen te controleren en, in-
dien nodig, vast te zetten.
WAARSCHUWING
DWA10761
Elektrolyt is gifti g en gevaarlijk om-
d at het zwavelzuur b evat, een stof
d ie ernsti ge bran dwon den veroor-
zaakt. Vermij d contact met d e huid,
o gen of kled ing en b escherm uw
o gen altij d b ij werkzaamhed en na-
b ij accu’s. Voer als vol gt EERSTE
HULP uit als er lichamelijk contact
is geweest met elektrolyt.
UITWENDIG: Spoel overvloe dig
met water.
INWENDIG: Drink g rote hoeveel-
he den water of melk en roep di-
rect de hulp in van een arts.
OGEN: Spoel ged uren de 15 mi-
nuten met water en roep direct
me dische hulp in.
Accu’s pro duceren het explosieve
waterstof gas. Hou d daarom von-
ken, open vuur, sig aretten e.d. uit
d e buu rt van d
e a
ccu en zorg voor
vol doen de ventilatie bij acculad en
in een af gesloten ruimte.
HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S BUI-
TEN BEREIK VAN KINDEREN.
Verwij deren van de accu
1. Verwijder stroomlijnpaneel A. (Zie pa-
gina 6-8.)
2. Koppel eerst de massakabel en daar- na de pluskabel van de accu los door
de bouten te verwijderen. LET OP:
Draai voor dat u d e accu verwij dert
d e sleutel naar “OFF” en haal dan
eerst de neg atieve ka bel en d aarna
d e positieve ka bel los.
[DCA16303]
1. Negatieve accukabel (zwart)
2. Positieve accukabel (rood)2
1
U2CED1D0.book Page 31 Wednesday, November 11, 2015 9:14 AM
Page 86 of 110

Periodiek on derhou d en afstelling
6-32
6
3. Verwijder de bouten van de accukap
en beweeg de accukap (samen met
de ECU) omhoog en vervolgens opzij.
4. Verwijder de hoofdzekering (samen met de bevestigingsband) uit de hou-
der.
5. Koppel de kabelstekker A los. 6. Verwijder het stootrubber.
7. Vouw de warmtewering uit, zie de af-
beelding. 8. Trek de accu uit de accubak.
Om de accu op te la den
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer
de accu te laden als deze ontladen lijkt te
zijn. Vergeet niet dat de accu sneller ontla-
den raakt als de machine is uitgerust met
optionele elektrische accessoires.
LET OP
DCA16522
Voor het opla den van een VRLA (Valve
Re gulate d Lea d Acid )-accu is een speci-
ale accula der (met constante spannin g)
vereist. Bij geb ruik van een conventione-
le accula der raakt de accu b eschadigd .
1. Bevestigingsbout accukap
2. Accukap
1
2
1. Hoofdzekering
2. Bevestigingsband
3. Kabelstekker A
1. Dempingrubber2
1
3
1
1. Warmtewering
2. Accu1
2
U2CED1D0.book Page 32 Wednesday, November 11, 2015 9:14 AM
Page 87 of 110

Periodiek on derhoud en afstelling
6-33
6
Om de accu op te b ergen
1. Verwijder de accu als het voertuig lan- ger dan een maand niet wordt ge-
bruikt, laad hem volledig bij en zet dan
weg op een koele en droge plek. LET
OP: Draai voor dat u de accu verwij-
d ert de sleutel naar “OFF” en haal
d an eerst de neg atieve ka bel en
d aarna de positieve ka bel los.
[DCA16303]
2. Als de accu langer dan twee maanden
wordt weggeborgen, moet deze min-
stens eenmaal per maand worden ge-
controleerd; laad de accu dan indien
nodig steeds volledig bij.
Installeren van d e accuOPMERKINGDe accu moet volledig geladen zijn.1. Plaats de accu in de accubak.
2. Vouw de warmtewering weer in de
oorspronkelijke positie. LET OP: De
warmtewerin g moet op d e oor-
spronkelijke positie zitten en goe d
zijn uit gevouwen.
[DCA16551]
3. Breng het stootrubber aan.
4. Sluit de kabelstekker A aan.
5. Breng de hoofdzekering (samen met
de bevestigingsband) op de houder
aan.
6. Plaats de accukap (samen met de
ECU) in de oorspronkelijke positie en
breng dan de bouten aan.
7. Sluit eerst de pluskabel en daarna de
massakabel van de accu aan door de
bouten aan te brengen. LET OP:
Draai voor dat u d e accu plaatst de
sleutel naar “OFF” en sluit vervol-
g ens eerst d e positieve kab el en
d aarna de neg atieve ka bel aan.
[DCA16841]
8. Breng het stroomlijnpaneel aan.
LET OP
DCA16531
Hou d d e accu steed s opgelad en. Stallen
van een ontla den accu kan lei den tot
permanente accuscha de.
1. Warmtewering1
U2CED1D0.book Page 33 Wednesday, November 11, 2015 9:14 AM
Page 88 of 110

Periodiek on derhou d en afstelling
6-34
6
DAU46456
Zekerin gen vervan genDe hoofdzekering en de zekering voor de
ABS-motor bevinden zich achter stroom-
lijnpaneel A. (Zie pagina 6-8.)
Zekeringenkastje 1 bevindt zich onder het
bestuurderszadel. (Zie pagina 3-25.) Zekerin
genkastje 1
Zekeringenkastje 2 bevindt zich achter pa-
neel B. (Zie pagina 6-8.) Zekerin
genkastje 2
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand. 1. Draai de contactsleutel naar “OFF” en schakel het betreffende elektrische
circuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zekering en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven ampèrewaarde aan.
WAARSCHUWING! Geb ruik geen1. Hoofdzekering
2. Zekering ABS-motor
3. Reservezekering ABS-pompmotor
1
3
2
1. Zekering van de ABS-solenoïdeklep
2. Zekering brandstofinjectiesysteem
3. Reservezekering
123
1. Zekering ontstekingssysteem
2. Zekering ABS-regeleenheid
3. Koplampzekering
4. Backup-zekering (voor klok en
startblokkeersysteem)
5. Zekering elektronische smoorklep
6. Zekering radiatorkoelvinmotor
7. Reservezekering
8. Zekering signaleringssysteem
9. Zekering parkeerlichten
10.Zekering motor hulpradiatorkoelvin
1 23456
7
8
10
7
9
U2CED1D0.book Page 34 Wednesday, November 11, 2015 9:14 AM